voor ila Land van Heusden en iltena, de Langstraat en de Bommelertvaard. UIT DEN TIJD. De Goudmijn. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden No. 35 O 6 Zaterdag 9 October 1915. Bij dit nr. behoort een Bijvoegsel. FEUILLETON. Dit blad verfijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnenentsprijs: per 3 maanden 0.75, franco per pvst zender prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke rege meer 7ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag; middag 12 uur ingewacht. De ontzettende wereldoorlog heeft verschillende zaken naar voren ge bracht. Ook de geheime diplomatie. Of deze als de oorzaak van den massalen menschenmoord moet wor den aangemerkt, we wagen niet het te beslissen. Maar zeker is dat zy een der factoren is, die meetelt in het ontstaan van dezen oorlog, weiks weder gade in de historie niet is aan te wyzen. Het loont de moeite een blik te slaan in de wordingsgeschiedenis van een instelling, thans van zoovele kan ten aangevallen, dat zij wel niet on gehavend uit den krijg te voorschijn zal komen. De geheime diplomatie is bijna zoo oud als de menschheid zelve, want de geschiedenis is daar om het te be wijzen dat van de vroegste tijden af de verschillende volkeren de behoefte gevoeld hebben om het meer intieme onderlinge verkeer door afgezanten te onderhouden. Toen de omstandigheden zich wijzigden, veranderde ook deze vertegenwoordiging van karakter. In den beginne meer aangewezen op de behartiging van de economische be langen van het volk, geraakten deze allengs op den achtergrond toen door uitbreiding van het handelsverkeer de volkeren nauwer in aanraking kwamen en de machthebbers, inziende dat hun belangen met die van andere volken ten nauwste verband hielden, beschouw den zoo langzamerhand de diplomaten als onmisbaar voor de behartiging van dynastieke belangen. De tijdsomstan digheden brachten vanzelf mee dat deze vertegenwoordigers een groote mate van zelfstandigheid verkregen. Immers, de verkeersmiddelen waren slecht en contact met de lastgevers was moeilijk te verkrijgen. Meer en meer gevoelden deze vertegenwoordi gers zich onafhankelijk van het volk, welks belangen zij moesten voorstaan. De belangen van hun meesters en lastgevers, de vorsten, werden lang zamerhand nnmmer één op het werk program. Natuurlijk ging het niet aan steeds in het openbaar te werken, wil den de diplomaten bereiken wat zij zich voorstelden. En dat zoodoende in den loop der tijden een toestand is geschapen dit bij die geheime werk zaamheden de grootste belangen der volkeren zijn betrokken en dat gehan deld wordt over het volk en zonder het volk, ligt geheel in de historische ontwikkeling. Deze diplomatie, nu een tak van staatsdienst, heeft zich tot dusverre gehandhaafd. Wel is het zwaartepunt naar de landsregeeringen verlegd, nu spoorwegen en telegraaf ter beschik king s;aan, maar de invloed der lands regeeringen is nog van weinig betee- kenis. Het buitenlandsch beleid is nog zoo goed als ongecontroleerd en gaat dan ook buiten de natie om. Artikel 57 van onze Grondwet luidt „De Koning, heeft het opperbevel der buitenlandsche betrekkingen'' En in de praktijk wordt het zóó opgevat dat de Volksvertegenwoordi ging er zooveel moge ijk buiten wordt gehouden Niemand minder dan prof. Kribbe beweert, dat onze diplomatie eigenlijk een kaste van menschen vormt, die vreemd zijn en blijven aan het inner- lyke volksleven. In een zeer lezens waardig artikel in „De Gids" van Februari j.l. schrijft hij deze gedenk waardige woorden „Het volk en zijne vertegenwoordi ging worden in hun oordeel niet be lemmerd door den druk van een ambt, als waaronder regeeringen en diplo maten leven, noch door het eenzijdige milieu der kaste, waaruit deze, in het bijzonder de diplomaten, gewoonlijk voortkomen zij zijn toegankelijk voor alle zijden van het maatschappelijk leven." Dat deze toestand historisch is ge worden, ligt voor de hand en we zul len dit in 'ons kort bestek niet nadei toelichten. Ook zullen wij ons niet bezighouden met de vraag of steeds de meest ge schikte personen tot den hoogen post van diplomatiek vertegenwoordiger worden aangewezen. We besluiten met een merkwaardig getuigenis uit het bekende boek ge titeld „J'accuse" (Ik beschuldig), van den ongenoemden Duitschen schrijver: „Dat wij militair sterker zijn dan Frankrijk is aan geen twijfel onder hevig dat wij diplomatiek zwakker zijn is echter evenmin aan twijfel onderhevig." ISuiteiilaiid. i In de laatste dagen zijn op liet strand te Knocke en Heyst weer een groot 'aantal mijnen komen aanspoelen. Men kan niet zeggen van welke nationali teit deze zijn. Sommigen zijn gespron gen zonder schade aan te richten andere zijn stukgeschoten of gedemon teerd. Men meent, dat er mijnen ge strooid zijn bij het bezoek der Engel- sche vloot aan Zeebrugge. Ook aan het strand der Nederland- sche kust, onder de gemeente Groede in Zeeuwsch Vlaanderen, zijn 3 mijnen aangespoeld, die door de Nederlandsche marine onschadelijk zijn gemaakt. De „Daily Telegraph" verneemt uit Rome, dat volgens telegrammen uit Athene, Boekarest en Nish het ulti matum van Rusland en de landing van Franscbe troepen te Saloniki over al in den Balkan groote voldoening hebben verwekt. Volgens een telegram uit Boekarest aan de „Messagero" hebben de leiders der oppositie een nieuwe vergaderiug belegd, ten einde de Roemeenscbe re geering formeel te verzoeken bevel tot de algemeene mobilisatie te geven. Volgens een bericht uit Madrid aan de Köln. Ztg., zijn de hospitalen te Gibraltar met gewonden van de Dar- danellen en lijders aan vlektyphus ge vuld. Men schat hun aantal op 15,000 man. In Gibraltar heerscht cholera, over gebracht uit de Dardanellen. Des nachts worden bonderden lijken in zee ge worpen. Reuter's Agentschap verneemt, dat volgens eon telegram, gisterochtend in diplomatieke kringen ontvangen, het aantal Oostenrijkers en Duitschers, die tegen Servië zijn saamgetrokken, 400.000 man bedraagt. 2) „Ja. „Ik ben dus met mijn twee millioen een bedelares bij u vergeleken," riep zij uit. „Gij bezit dus twee millioen vroeg Gray belangstellend. „Ja." „Franken „Neen, dollars." „Eene prachtige som." „Niets in vergelijking met uw milliard." „Toch eene mooie som, die gevoegd bij uwe onvergelijkelijke schoonheid, meer dan een milliard waard is," zei hij hoffelijk. „Vleier," riep ze, en toen vroeg zij„Is uw verblijf hier van langen duur?" „Dat weet ik niet." „Weet gij dat niet?" „Neen, ik ben geen meester over mijn tijd. Ik blijf tot ik mij verveel, en dan ga ik weer weg, en ga zoo voort, tot ik sterf." „Denkt gij nog aan trouwen?" „Als iemand mij wil hebben, zei hij lachend. „U, een hertog, een milliardair, wie zou u weigeren?" riep zij verbaasd uit. Gray antwoordde niet, doch wenkte een bediende. „Mag ik u eenverfrisschingaanbieden?" zei hij tegen Editb, haar een glas schuimend bier voorhoudend. „Direct geimporteerd uit Engelandof hebt gij liever likeur „Ik zal bier nemen. Zijt gij een Engelsch- man „De geheele wereld is myn vaderland," was zijn antwoord. Hij' keek haar even aan en verwijderde zich toen, om eenige heeren op leeftijd te naderen die bij een der vensters zaten te redetwisten, en het maar niet eens konden worden. Het waren de rijkste bankiers uit de stad, ze waren altijd met het hoofd bij de zaken, en terwijl de vrouwen dansten hadden zij elkaar opgezocht om nog een paar zaken te bespreken. „Heeren," zei Gray tot hen, „willen wij ons naar het rooksalon begeven, we kunnen daar beter rooken en drinken." Hij geleidde hen, terwijl Edith, die be grepen had, dat hij niet tot haar zou te- rugkeeren, naar Catie ging en haar vertelde, dat de groote onbekende een hertog was, om hare rechten nu te doen gelden op het prachtige paard, een zuiver Engelsch vol bloed. Noch zij, noch Catie konden het geheim bewaren, en na enkele minuten reeds was bekend dat Gray een hertog en milliardair was, en de belangstelling voor hem werd daardoor nog verhoogd. II. Het verhaal van tien mijn. Het rooksalon was klein, maar kiurig ingericht. De muren waren behangen met kostbare weefsels, de tafels met groen la ken bedekt. De stoelen en canapé's waren rijk bekleed. Op de tafels stond alles wat noodig was om te rookenen ook verschillende spelen, kaarten, damspelen, enz. In den hoek een klein buffet, met eene uitgezochte verzameling flesschen met den fijnsten wijn. Hij verzocht allen te gaan zitten en den tijd rookende, drinkende en pratende door te brengen. Woensdag is de ontscheping van troepen te Saloniki begonnen. Daar de Grieksche regeering onzijdig is, werd daartegen geprotesteerd, doch de Fransche officieren bereiden in alle vrijheid de ontscheping der troepen voor. Het „Berner Tageblatt" maakt een vergelijking tusschen den intocht der Duitschers in België en de schending De bankiers gevoelden zich zeer behage- lijk in dit vertrekje, ver van het gewoel van de danszaalhier kon men praten over beurszaken, en die waren eene levens- questie voor onze bankiersdit was de lucht waarin zij eerst echt gemakkelijk ademden. Zij lieten zich geen tweemaal verzoeken om plaats te nemen., Graij nam een flesch, ontkurkte die en vulde de glazen. „Op het heil uwer families" zei hij. „Leve onze gastheer," was hun antwoord, terwijl zij met Gray klonken. „Gij hebt toch aan alles gedacht" zei Valley, de vader van Catie. „Ik zou niet weten, dat de heeren ook wel eens alleen willen zijn," antwoordde Gray lachende. „Gij hebt een prachtige woning," zei Jack Hudson, een groot koopman in petro leum. „De mooiste woning van Galveston", voegde Valley erbij. „En uwe eerste ontvangst is schitterend geweest," voegde Tom Balder er aan toe, de lofspraak zijner vrienden voltooiende. „Gij zijt al te goed. Het feestje is maar gering en mijne woning vrij armelijk, 't Was mij niet mogelijk in één week dit alles beter te regelen," merkte Gray glim lachend op. „God beware, dat noemt men een klein feestje, bloemen, muziek, waskaarsen en zulk een buffet, waar men moeite heeft zijn verstand bij te behouden" zei Valley. „Het zal u wel heel wat gekost hebben" zei Balder. een man zonder opvoeding, die door hard werken rijk geworden was, en graag praalde met zijn geld. Hij was mil- lionair, maar heel gierig. Gray lachte. „Ik kan als ik wil een paar millioen aan zulk een gril ten koste leggen," zei hij. der Grieksche onzijdigheid door de Entente-mogendheden. Het blad zegt „Ook Griekenland werd met de hulp der mogendheden geschapen. Het was geen leenstaat, maar bezat volle aou- vereiniteit. Niettemin wordt het nu overweldigd. De mogendheden die dit doen, hebben geen andere verontschul diging aan te voeren, dan het militaire belang, dat hen dwingt voor een be paald doel door onzijdig gebied te mar- cheeren. Ze handelen dus juist als Duitschland. Daarmee is alle veront waardiging door Engeland en Frankrijk kunstmatig gekweekt voor de oogen der heele wereld, ontmaskerd en ver oordeeld." De militaire medewerker van de „Times" geeft een beschouwing over de Balkanlegers. Het Bulgaarsche mobilisatiebevel, dat in den nacht van 22 op 23 Sep tember uitgevaardigd is, riep 23 lich tingen op, die van 1890 tot 1912, waarbij 3 lichtingen gevoegd moeten worden, zoodat het totaal 26 is. De gemobili seerde reservisten moesten zich in den middag van den 25sten September bij hun depots vervoegen. De lichting 1916 moet zich tusschen den 20sten Sep tember en den 20sten October aan melden. Feitelijk zijn dus alle weer bare mannen in het land op de been gebracht. Tevens wordt gemeld, dat 2 korpsen Macedoniërs, elk 30.000 man sterk, eveneens gereed staan. In 1912 was de mobilisatie van de infanterie in 5 dagen voltooid, die van de artillerie en de transporten den llden dag. De concentratie was den I4den dag voltrokken voor de troepen en transporten van de eerste linie en den 17den dag voor het geheele leger. Wanneer men bedenkt, dat er verbe teringen zijn ingevoerd, is het waar schijnlijk dat het Bulgaarsche leger thans klaar zal zijn op den 6den Oc tober. Te Weenen begint men thans gebrek aan levensmiddelen te krijgen vleesch boter, melk, aardappelen, enz. zijn niet of tegen driedubbele prijzen verkrijg baar. Paarden en rijtuigen zijn er vrij wel verdwenen. Een bizonder correspondent van „Reuter" te Zürich meldt dat groote getalen Oostenrijksche en Duitscke troepen aan de Russische en Galicische fronten worden onttrokken en naar Zuid-Hongarije gaan om zich aan te sluiten bij het offensief tegen Servië. Te Mümliswil, in Solothurn, is Don derdagmiddag in de kammenfabriek van van Obrecht, naar men vermoedt door ontbranding van celluloïde, een vree- selijke ontploffing voorgevallen. Binnen korten tijd stond de geheele fabriek, waarin 400 arbeiders werken, in lichte laaie. Zij brandde geheel uit. Het grootste gedeelte van de werklui kon zich bijtijds redden, maar een aantal geraakte onder de instortende puin. Tot 's avonds 10 uur werden 26 werklieden vermist, die stellig omgekomen zijn. Meer daD twintig zijn zwaar gewond en 30 tot 40 licht gewond. De Daily Telegraph verneemt uit Athene, dat 40.000 Grieken, die uit hun woonplaatsen in Thracië waren verdreven, in benarden toestand aan de kusten van de zee van Marmora zijn aangekomen. Het verkeer aan de Limburgsche grenzen wordt sinds eenige dagen door de Duitschers zeer beperkt. Werklieden uit de omliggende Belgische dorpen, tot uu toe geregeld arbeidende in de industrie aldaar, krijgen slechts dan toestemming om zich naar Holland te begeven, indien de Duitschers ten volle overtuigd zijn, dat ze nimmer iets vijandigs tegen hen in het schild voerden. Arbeiders, die echter familie leden hebben, welke geïnterneerd zijn in Nederland, mogen onder geen voor waarde de grens over. Een officieel Frausch legerbericht zegt Onze actie in Champagne heeft weer tot nieuwe successen geleid. De infan terie deed, na een krachtige artilleris- tische voorbereiding, een hevigen aan val op het dorp Tahure. Dit dorp werd genomen en de top van den Tahure heuvel bereikt, een stelling in de tweede linie van den vijand. Er werden meer dan 1000 Duitschers gevangen genomen. De Britsche regeering heeft aan de Nederlandsche haar leedwezen betuigd en verontschuldigingen aangeboden, naar aanleiding van het feit, dat een Britsch vliegtuig, zich vergissende in de plaats waar het zich bevond, den 9den Augustus des nachts bommen heeft geworpen in en in de nabijheid van de haven van Cadzand. De Britsche regeering heeft verklaard de berokkende schade te zullen ver goeden. „Hemel, een paar millioen" riep Lincoln Valley uit, terwijl de anderen Gray met verbazing aanstaarden. Zijn geschitter met millioenen imponeerde hen. Gray gaf geen antwoord. „Enkele millioenen" herhaalde Balder, „gij moet dan wel zeer rijk zijn." Gray lachte weer. „Als ik er eerlijk voor uit kwam, dan kon ik mij veilig plaatsen naast de rijkste mannen van Amerika, zooals Morgan en VanderBilt of eenige milliardairs." „Met een milliard, op de markt gebracht, en goed gebruikt, is men in weinig tijd de rijkste man der aarde. Ik begon met vijf dollar en heb nu millioenen, zei Balder. „Niet allen bezitten uw doorzicht" zei Gray, hem aanziende. „Dat weet ik, maar als gij uw milliard vertienvoudigen wilt, stel bet dan te mijner beschikking." „Gij zijt al te goed. „Maar ik doe het ook niet gratis," zei Balder lachende. „Zoudt ge er voor beloond willen wor den?" „Ik neem giften of belooningen van niemand aan," zei Balder trotsch. „Dus?" vroeg Gray. „Wij zullen mijn vijf millioen met uw milliard vereenigen, en dan vertien-vou- digen wij het kapitaal." ,,'t Is bewonderenswaardig." „Doet gij het?" „Het is mij onmogelijk." „Vertrouwt gij mij niet?" „Ten volle, maar mijn kapitaal kan maar niet eiken dag losgemaakt worden." „Dat is ook niet noodig, maar het kan wel in een paar maanden." „Ook dat is onmogelijk." „Het woord „onmogelijk" is door een dwaas uitgevonden. Ik heb het sedert jaren uit mijn woordenboek geschrapt, het ont- eert onze taal. Maar zeg mij hoe gij uw geld dan belegd hebt. Bezit gij misschien geldswaardige papieren, effecten, hebt gij uw geld in de industrie gestoken, of in hypotheeken, 't komt er immers niet op aan. Obligaties kan men op de beurs verkoopen, hypotheeken kan men inwisselen, de pa pieren belegd in de industrie eveneens." „Dat men dat kan doen weet ik even goed," zei Gray. „Doet gij het dan niet? vroeg Balder. „Ik kan niet. Maar ik verveel de heeren door over zaken te spreken, terwijl zij hier kwamen om zich te vermaken." „Neen, neen, wij stellen er zeer veel be lang in." En dit was zoo, zij zouden met hem misschien goede zaken kunnen doen, en in ieder geval bevredigde het hunne nieuws gierigheid, en ze konden, thuis gekomen, vrouw en dochter bijzonderheden vertellen omtrent den geheimzinnigen onbekende. Tom Balder, die hoopte het geld van Gray te kunnen machtig worden om er handel mee te drijven, zei: „En waar bevindt zich uw milliard?" „Uwe milliarden," verbeterde Gray. De mannen waren ten hoogste verrast. „Milliarden," riep Valley begeerig uit. Hij gevoelde zich erg klem, vergeleken bij Gray, en dus erg ongelukkig. I Wat waren zijn (millioenen en die van Edith Bastrow (die hij ook trachtte in handen te krijgen), daarbij vergeleken I „Enkele milliarden, handig geplaatst zul len in korten tijd verhonderdvoudigen," merkte Balder op. „Maar waar hebt gij uwe milliarden?" Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1915 | | pagina 1