voor l!e( Land van llensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
De Goudmijn.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
,\o. 3509. Woensdag 20 October 1915.
FEUILLETON.
UNB üaM AU
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke rege
meer 77i ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag;
middag 12 uur ingewacht.
Het is dezer dagen reeds een jaar
geleden, een jaar van eindelooze
spanning en verterende onrust, dat
de wereld een schouwspel opleverde,
droeviger en vreeselijker dan zy wel
licht ooit aanschouwen deed de ang-
stig-ijzingwekkende uittocht van de be
volking eener welvarende, bloeiende,
groote koopstad. En met den deernis
wekkende sleep dier vluchtelingen,
trokken drommen en drommen der be
volking uit de omliggende streken me
de henen naar veiliger oorden, naar
de landouwen en steden en dorpen
van het herbergzame gastvrije Neder
land.
Het was een bange tijd, die dagen
aan de Octobermaand voorafgaande,
voor de aloude en wijdvermaarde, fiere
handelsstad aan de Schelde, voor het
trotsche en schoone Antwerpende
vijand had het op zijn val toegelegd.
Steeds meer naderde het vijandelijke
reuzen-geschut den fortengordel, het
bolwerk der stadsverdediging steeds
drong in een snel tempo de aanvals-
beweging nauwer en nauwer op en
weldra braakten de vreeselijke vuur
monden van uit de vijandelijke stel
lingen hun vernieling en verderf, hun
doodsangst en ontzetting brengende
projectielen over de stad en hare be
volking. En de tweede week dier Oc
tobermaand was nog niet ten einde of
een der sterkst geachte moderne ves
tingen ter wereld, een der rijkste han
delssteden van Europa, als het ware
de voorraadschuur van een geheel
welvarend land, was den vijand in
handen gevallen.
De val van Antwerpen is ongetwij
feld een der grootste en in zijn gevol
gen belangrijkste feiten geweest, in
dezen, aan belangrijke en groote feiten
helaas zoo rijken wereldoorlog.
Het is waarlyk niet vooi de eerste
maal, dat in de geschiedenis dezer
Vlaamsche stad van oorlogsgeweld en
oorlogswee gewaagd, wordteeuwen
her reeds was zij menigmaal liet aan
valspunt of verdediging in den lands-
strijd, die rondom haar poorten en
wallen woedde, aan brandstichting,
aan plundering, aan moordtooneelen
en verdelging blootgesteld, hebben bin
nen hare muren, meer dan eens, dui
5)
„Gij schijnt anders even oud," zei Gray
sussend.
„Ik laat mij niet voor den gek houden;
't is zeker, dat zij drie dagen geleden haar
hand beloofd heeft aan mijnen vader en
dus mijne stiefmoeder wordt."
„Mijnheer Valley? Een ridderlijk man.
Ik bied u mijne gelukwenschenl" zei Gray
tot Edith.
„Die neem ik niet aan," zei zij. „Catie
en haar vader willen mij in hunne familie
halen, om zich meester te maken van mijne
millioenen, die ze hoog noodig hebben om
zich staande te houden."
„Mijn vader is vele malen millionair,"
zei Catie.
Edith haalde minachtend de schouders
op, wat meer moest beteekenen dan een
antwoord, en vervolgde„Maar ik wil niet,
de dochter van de gravin Turacciolletti
trouwt niet met een man uit het volk.
Ik neem een aristocraat, zoo mogelijk
iemand die een kroon draagt."
De zinspeling was gewaagd.
Catie wilde er tegen in gaan, maar Gray
kwam tusschenbeide.
„Willen de dames met mij naar een
buffet gaan? Met een beker wijn zullen
wij de vrede weer sluiten, en het kleine
incident vergeten.
Als miss Bastrow voor de tweede maa'
het gewijde vocht wilde gebruiken, dan is
het ook goedwat de keuze van een echt
genoot betreft, daarin is miss Bastrow toch
geheel vrij. Ieder man, ook al heeft hij
zenden en duizenden de bangste uren
hun levens doorleefd. Maar na de tij
den van vernedering en val, zijn weer
tijden van opleving en voorspoed ge
komen, en weinigen der thans leven
den hebben kunnen vermoeden, dat
die oude tijden opeens weder zouden
herleven.
En herleefd zijn zij, al is het ook
in eenigszins andere gedaantein we
zen is er echter luttel verschil of de
doodelijk verschrikte bevolking gelijk
weleer voor Staatsche of Spaansche,
voor Fransche of Oostenrijksche huur-
benden haar heil in de vlucht zocht,
of dat zij, gelijk nu, voor de welge
ordende troepen eener moderne natie
van strijdvaardige krijgers op de vlucht
slaat. Want immers, vijand is vijand
en de naam is maar bijzaak in dezen.
Aldus aanschouwde de wereld in
Wijnmaand van het vorige jaar den
exodus dier honderdduizenden v an huis
en haard verdrevenen niet echter een
uittocht gelijk deze ons volgens de
oud-testamentische verhalen voor den
geest staat, doch als een modern ver
schijnsel van den modernen krijg het
overhaast wegtrekken van een bevol
king naar betere oorden, voor langeren
of korteren tijd, een wegtrekken, dat
aanvankelijk het karakter eener vlucht
had, doch dat gaandeweg het aanzien
kreeg van een uittocht uit stad en
land, tot tijd en wijle de rust en de
veiligheid er zullen wederkeeren. En
zoolang deze beide niet in de Belgi
sche gewesten teruggekeerd zijn, zoo
lang zullen althans de overgroote meer
derheid der uitgewekenen naar huis en
haard niet terugkeeren.
üil oorlogsleed teistert echter niet
alleen het land der Belgen, ook het
land der Polen aanschouwde hetzelfde
verschijnsel. Ook daar zijn honderd
duizenden bij de nadering der vijan
delijke troepen naar andere plaatseü
geweken, waar het althans voor het
oogenblik veiliger schijnt. Ook daar
kon men drommen van duizenden
langs de heirbanen zich z en bewegen,
voortspoedend met huisraad beladen,
of torschend wat van have en goed in
allerijl nog kon worden medegenomen.
Ook daar mijden en zullen blijven
mijden ontelbaar velen huis en haard,
zooiang de vijand er zich genesteld
blijft houden ook daar is gansch het
maatschappelijk leven van die alkn
wreed verstoord en zal het, wie weet
een blazoen, zal blij zijn, door haar ge
kozen te worden, en zou gaarne zijne mii-
liarden aan hare voeten leggen."
Edith rond hierin eene zinspeling, en
lachte gevleid.
Catie dacht over een middel om zich op
de gehate vrouw te wreken.
De twee vrouwen geleidden Gray naar
het buffet, waar hij haar champagne aan
bood.
Terwijl zij dronk merkte Catie op: „De
versiering van de zaal is keurig."
„Ik ben blij dat het u bevalt," zei Gray.
't Is vorstelijk, de planten zijn zeldzaam,
en de groepeering getuigt van een buiten
gewonen smaak. Niet waar, Edith?"
Edith antwoordde bevestigend.
„Die goedkeuring van Edith heeft buiten
gewone waarde, zij is zeer goed op de hoogte
van bloemen," ging Catie voort.
Edith werd bleek en zag Catie bijna
smeekend aan.
„Houdt miss Bastrow zooveel van bloe
men vroeg Gray.
„Zij Voordat zij den ouden Bastrow
huwde, die haar zijne millioenen naliet,
liep ze langs de straat om bloemen tever-
koopen," zei Catie hatelijk.
Edith was uit het veld geslagen. De
wraak van Catie was vreeselijk geweest.
Edith werd wit als krijt, beefde van aan
doening en wist van verwarring niet wat
zij moest zeggen.
Gray kwam haar te hulp. Hij boog zich
tot Edith en zei: „Die bijzonderheid doet
u in mijne achting stijgen. Eene vrouw die
arbeid verkiest boven luiheid, die leeft van
eigen arbeid en niet van het werk van an
deren, is ieders achting waard, vooral in
het vrije Amerika dat eens groot zal wor
den, dat het eerste zal worden in bescha
ving, door arbeid alleen, door eerlijken ar
beid der eigen zonen."
Edith zag Gray dankbaar aan.
voor hoe lang, verstoord, ja wellicht
voor goed vernietigd blijven.
Het derde kleine land, wiens be
volking hetzelfde lot beschoren Btaat,
is het dappere Servie in het westen,
het noorden en het oosten door zijn
vijanden besprongen, blijft slechts het
zuiden open voor de hulptroepen der
groote bondgenooten van het rampza
lige land, dat zich thans tegen Duit-
schers en Oostenrijkers, tegen Honga
ren en Bulgaren te weer moet stellen.
Wat kan er van zijn bevolking thans
terechtkomen, die zich schier alle kan
sen ontnomen ziet om naar veiliger
oorden, dan binnen de landspalen te
vinden zijn, te kunnen ontkomen.
Wij weten niet, en kunnen niet vol
komen weten, wat op dit oogenblik
daar ginds op het Balkan-schiereiland
voorvaltde berichten zijn wel talrijk
maar niet allen even betrouwbaar,
doch zooveel is zeker, dat, indien de
kansen niet spoedig keeren, de loop
van zaken voor het rijk van den
ouden en zieken koning Peter noodlot
tig dreigt te worden. Wie weet dan
hoe spoedig, na een overmeesterd Bel-
gie en een overmeesterd Polen, ook
van een overmeesterd Servie zal kun
nen worden gewaagd
Waarheen zal dan de in doodsangst
opgejaagde bevolking een veilig onder
komen kunnen zoeken?
De winter nadert, en de Balkan-
winter doet in grimmigheid voor geen
enkelen elders onder, dan zal opnieuw
de wereld het droeve schouwspel zich
zien voltrekken eener onafzienbare
schare, vluchtend van huis en haard,
oude mannen en weerlooze kinderen,
hulpelooze vrouwen en deerniswekken
de armen, allen vluchtend voor een
vijand, van wien zij het ergste ver
wachten. Hoevelen zullen dan als
slachtoffers vallen, niet van het moor
dend lood, maar van den verterenden
angst en van het overal zoo nijpend
gebrek
De rampen van den oorlog zijn
groot en zijn velezij tasten ongetwij
feld alle oorlogvoerende staten aan,
zoo groot al klem. Maar het wil ons
voorkomen, dat hoezeer ook de groote
landen hun leed te torschen hebben,
het vooral de kleine staten in dezen
wereldoorlog zijn, die dubbel zwaar
door het oorlogsleed bezocht worden.
Overmeesterd en uiteengescheurd zijn
ztj een prooi van het oorlogsmonster,
dat woest om zich heen grijpt en ver
plettert al wat hem in den wegkomt,
klein en grootmaar de kleine het
eerst, dat leerde ons Belgie, dat leerde
ons Polen, dat zal wellicht ook Servie
ons nogmaals komen bewijzen 1
VI. Ct.
Buitenland.
De maximumprijs voor boter is, naar
uit Hamburg geseind wordt, thans
voor Hamburg, Lubeck, Altona en
Wandsbek op f 1 56 gesteld.
Volgens rapport van den in IJmui-
den aangekomen stoomtreiler Dolfijn,
is een Engelsche stoomtreiler, die in
de nabijheid had gevischt, des nachts
op een mijn geloopen en gezonken.
Men kon geen naam opnemen van het
schip, doch neemt aan dat het de
stoomtreiler Vulture uit Grimsby is
geweest, aangezien deze met zijn 10
opvarenden wordt vermist en volgens
een telegram uit Londen in de Noord
zee moet gezonken zijn.
Italië schijnt besloten te hebben dat
het expeditieleger op zijn minst onge
veer 150.000 man bevatten zal, en zal
landen op een plaats, waar zij een be-
slissendeu invloed kunnen uitoefenen
op den Balkan-veldtocht.
Het Bulgaarsche Telegraafagentschap
verneemt, dat de regeering bij de ge
zantschappen der onzijdige staten zal
protesteeren tegen de schending der
Bulgaarsche onzijdigheid door Servische
troepen.
Blijkens een Russisch stafbericht
hebben Britsche duikbooten in de Oost
zee zes Duitsche transportschepen ge
torpedeerd, waarvan er een gedwongen
was op de kust te loopen.
Blijkens een bericht uit Petrograd
zijn groote troepen Kirgiezen na de
noodige oefening aan het front ver
schenen. De bevolking der Kirgiezen
bedraagt bijna 12 millioen. De over
heid bevoidert krachtig het gebruik
maken van dit in alle opzichten zoo
sterk menschenras.
Blijkens een bericht uit Londen zijn
op 2 October 8 Duitsche trawlers op
gebracht naar Grimsby en op 9 Octo
ber dertien. Zij waren bezig met vis-
schen, van mijnstrooien door hen was
geen sprake.
„Ik ben arm geweest, en ik schaam mij uwe millioenen te vertienvoudigen."
daarvoor niet. De edele afkomst mijner j De woorden van den bankier waren wel
moeder kon ons niet voor armoede behoe- verleidelijk, haar kapitaal vertiendubbelen,
den. Ik streed dus op eerlijke wijze voor maar ze wilde nu zelfs geen raad van Val-
mijn brood, en daar btn ik trotsch op," ley aannemen,
„Ik dank
vriendelijke wil niets
u, voer zelf dat plan uit, ik
meer met een Valley te doen
hebben."
„Het plan is niet van mij, maar van Gray,"
zei hij.
„Van Gray? O, zeg het mij dan!" riep
Edith uit.
De uitwerking die deze naam op haar
had, stemde den ouden wapenfabrikant tot
nadenken.
,,'t Is nutteloos om het u nu te zeggen
van een Valley wilt gij geen raad aanne
men. Vraag het dan maar aan Gray, zei
hij, haar sluw aanziende.
Zij beet zich op de lippen, en ging weg
om Gray te zoeken, begeerig om het mid
del te weten, om haar fortuin zoo te ver-
grooten, om zoo rijk te worden, om den
hertog te kunnen aannemen, zijne vrouw
te kunnen worden, en hem te kunnen
dwingen den ouden titel weder aan te
nemen.
i Dien avond kon zij hem niet meer spre-
I ken. Middernacht was reeds lsng voorbij
vrouwelijkeen verschillende gasten waren reeds ver-
i trokken.
Nog even zocht zij den gastheer op, om
hem de hand te reiken en te bedanken.
In hare verbeelding zag zij reeds millioe-
oude blijven." nen, titels en kronen.
„Reken nimmer op mijn' hand, ik haat Toen allen weg waren, gelastte Gray een
den vader evenzeer als de dochter." 'bediende om de lichten uit te blazen, om
Valley was een zeer optimistisch man. i de deuren te sluiten, en toen ging hij naar
Hij begreep, dat hij op dit oogenblik niets zijn eigen kamer, waar hij zich op een
kon bereiken, nu hij het bij Edith gepro- stoel liet neer/allen.
beerd had. „De zaken gaan uitstekend," mompelde
Hij zei dus: „Ik dacht in 't geheel niet hij. De visschen bijten aan het aas.
aan zoo iets op 'Aet oogenblik, ik wil u Als Jeronimo nu zijne belofte maar
alleen een middel aan de hand doen om houdt."
zei ze.
Gray sprak nog enkele
woorden tot haar en ging toen naar een
ander groepje.
Toen hij weg was begonnen de twee vrouwen
te twisten. Edith verwierp nu Valley en
zijne dochter. Catie schold op de vroegere
armoede van Edith en verhief zich er op,
dat zij dit nieuwtje aan den rijken Gray
had verteld, om zich to wreken op de
smaad haar door Edith aangedaan. De
beide vrouwen scheidden, elkaar eeuwige
haat zwerende.
Terwijl Edith rondliep, peinzende op
middelen om zich op Valley en diens doch
ter te wreken, naderde Catie's vader haar.
„Ik zocht u reeds eenigen tijd Miss,"
zei hij.
Zij haalde de schouders op en zei„Tus-
schen ons is het voorgoed uit."
Hij zag haar verrast aan."
„Waarom die woorden?"
Vraag dat aan uwe dochter, zij kan u
daaromtrent wel inlichten."
Valley lachte. „Zulk eene
babbelarij," zei hij.
„Veel ernstiger."
„Als gij mijne dochter niet liefhebt, het
zij zoo, maar laat het tusschen ons bij het
Dertien hadden ladingen visch, die
te Grimsby verkocht zijn. De beman
ningen zfin geïnterneerd.
De Zweeasche pers laat zich heftig
uit over de schending der onzijdigheid
van het Zwaedsche vaarwater door En
gelsche onderzeeërs en de beschieting
van Duitsche schepen op Zweedsch
zeegebied en wees er daarbij op, dat
hier niet alleen quaestie is om Zwe-
dens nationale eer en zijn rechten,
maar dat de zaak de economische le
vensbelangen van het land ten zeerste
treft.
Een levensbelang voor Zweden is,
dat de rechtmatige handel van 't land
in alle richtingen gehandhaafd blijft.
Dagbladet te Stockholm schrijft, dat
deze bedreiging aanleiding moet geven
tot zeer krachtige tegenmaatregelen.
De geheele pers eischt, dat thans
de Zweedsche regeering vastberaden
optreedt voor de eer en de rechten van
Zweden.
President Wilson heeft het voorstel
goedgekeurd van den minister van
oorlog tot uitbreiding van het leger
met ongeveer 100.000 man en tot re
servevorming van 400,000 man. De
jaarlijksche uitgave zal daardoor wo -
den verhoogd met 175 millioen. De
uitgave bedraagt thans 184 millioen.
Plannen zijn in overweging tot vloot-
uitbreiding, die meer dan 80 millioen
zal kosten. In de eerstvolgende zitting
van het congres zullen de voorstellen
worden behandeld.
Het „Pet. Tel. Ag." geeft nog eenige
beschouwingen over den toestand. Het
agentschap maakt melding van een
legerorder aan het leger van Von Be
low, die zou zijn gevonden op Duit
sche gevangenen en waarin zou worden
verklaard
Wij hebben volstrekt Dunaburg noo
dig om onze kameraden aan het ge
vaar te onttrekken. Het is uw plicht
voor onze helden alles te doen wat met
menschelijke kracht mogelijk is.
Het „Tel. Ag." meent dat deze leger
order bewijst hoeveel beteekenis voor
het Duitsche leger het bezit van Duna
burg heeft.
Het agentschap geeft verder verha
len van Duitsche gevangenen, volgens
welke zich niet voldoende Duitsehers
bij Dunaburg zouden bevinden, terwijl
het zware geschat bij Dunaburg zou
zijn verwijderd en er ontmoediging zou
heerschen in het zich daar bevindende
Duitsche leger.
Met een klein sleuteltje opende hij een
metalen doosje, en haalde er er een vier
kant stukje boombast uit. Hij beschouwde
het lang en aandachtig bij de kaars.
„Het verschaft mij veel macht over hem,"
mompelde hij, terwijl hij het weer opborg.
Hij wreef zich vergenoegd de handen en
ging naar zijn' slaapkamer waar hij zich,
zonder zich te ontkleeden, te bed wierp, en
en onmiddellijk insliep.
Zijn slaap was slechts kort. Het daglicht
gloorde reeds toen hij naar bed ging, en
de klok van de naburige katholieke kerk
had nauwelijks zeven geslagen, toen een
bediende zachtjes de kamer binnentrad.
De man naderde behoedzaam, bleef een
oogenblik besluiteloos staan, en raakte hem
toen zachtjes aan.
Gray opende de oogen.
Laat mij slapen" riep hij, toen hij den
bediende zag.
„Een man heeft voortdurend gevraagd,
u te mogen spreken."
„Zend hem naar den duivel, op dit uur 1"
„Hij houdt vol. Hij heeft gewichtige
tijding."
j ,,'t Zal zeker van Balder zijn," dracht Gray,
j „Zend hem naar den duivel en als hij niet
goedschiks gaat, werp hem dan maar op
straat."
De bediende ging heen, en Gray trachtte
weer in te slapen.
Nauwelijks had hij de oogen g esloten of
de knecht kwam weer terug.
„Hebt gij hem er uit gegooid?" vroeg
Gray.
„Neen".
„Hij vraagt u te zeggen, dat hij Jeronimo
heet."
„Jeronimo Hebt gij goed verstaan riep
Gray verbaasd uit.
„Ja."
„Laat hem wachten, ofneen, laat
hem binnen."