iijilutov
De verdwenen Schetsen.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No3554. Woensdag 29 Maart 1916.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.75,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer "71/» cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
„Eigen haard veelomvattende,
veel beteekenende woorden. Wie ge
voelt zich niet gelukkig in zijn eigen
huis, zijne eigene woning? Wel had
de dichter recht toen hij zong
»Laat wagen, wat zich wagen wil
En bank en diepte peilen
Ik houd aan eigen haard mij stil
En spaar aan strand mijn zeilen.
Laat worst'len om de schim der eer,
Wie 't hart aan schijn vergapen
Laat spoken op 't ontstuiinig meer
Ik kijk eens even uit naar 't weer
En leg mij thuis te slapen
Ja, nergens beter dan in zijn eigen
huis! Reeds in de kindsheid van
't menschelijk geslacht heeft men de
waarde en de beteekenis daarvan
gevoeld en begrepen hoe verschillend
van samenstelling en bouwtrant die
menschelijke verblijven ook geweest
zijn.
Welk een hemelsbreed contrast,
die armoedige visschershut, die scha
mele dagloonerswoning en dat trot-
sche gebouw 'twelk zich daar aan
uwe blikken vertoont en toch
Kent ge 'tprachtig gedicht: „De
gevels van de huizen" van onzen
Tollens Kent ge 't
Sla zulk een blik van deernis niet
Naar gindsche stulp van leem en riet,
Gij die er langs rijdt, stedelingen
Laat, schoone jonkvrouw uit de stad,
Geen tranen in uw oogjes dringen,
Omdat de schaam'len niet ontvingen
Dan zulk een wagg'lend huis als dat
Oik bid u, lees en herlees dat
dichtjuweel en gij zult den rijkaard
zijne pracht en weelde niet benijden,
neen
»Laat u 't blanketsel niet bedriegen
Misleiden doet het marmersteen
Die zijden glasgordijnen liegen
De zorg spookt door die gangen heen.«
Ieder wenscht zich een eigen
haard. Zóo was 't vroeger, zóo is
't nog heden. Maar toch in vroegeren
30)
»Nu nog éën dingt, zeide Jell haastig.
»Wij zijn hier niet gekomen om je te be
stelen, dat begrijp je wel. Ik heb je den
vorigen keer een eerlijken koop voorgesteld,
en dien wilde je niet sluiten. Je hebt op
mij geschoten. Ik heb je nu vrijgelaten,
maar het is tamelyk duidelijk, dat ik je
kon doodschieten als ik dat wilde. Zul je
ons rustig laten vertrekken?*
»Heb je mijn bedienden kwaad gedaan
vroeg Nobbs nadenkend.
Jell schudde het hoofd.
»Neen«, antwoordde hij. »Ik heb ze in
de kamer opgesloten. Daar zitten zij veilige.
Nobbs aarzelde.
»En mijn raam, dat je kapot hebt ge
maakt?* zeide hij eindelijk, »en het luik,
dat je vriend, de chauffeur heeft bescha
digd En vervloektdaar gaat mijn deur
r boven eraan*, ging hij voort, toen zij boven
een slag hoorden.
Wij zullen vijf pond betalen als schade
vergoeding*, zeide Jell haastig, toen er
boven een geschreeuw klonk, en zware
voetstappen over het portaal gingen. En
hy haalde snel een banknoot uit den zak.
Grinnekend nam Nobbs ze aan.
»Goed«, zeide hij. »Om je de waarheid
tijd gevoelde men zich meer aan het
huis gehecht. Met de toenemende
beschaving zijn ook de behoeften
grooter geworden, waaraan men bui
ten 's huis tracht te voldoen, indien
het daar binnen aan de gelegenheid
ontbreekt, om aan zijne genoegens
den vrijen teugel te vieren. Met den
eenvoud die een vroeger geslacht
kenmerkte is ook voor het grootste
gedeelte het huiselijk geluk verloren
gegaan, omdat men t'huis niet vindt
wat men elders begeert. Slechts wan
néér de huiselijke omgeving aange
naam en gezellig is, hangt men aan
het huis en scheidt men er ongaarne
van, Maar hoe kan men zich zijne
woning aangenaam maken en beha-
gelijk maken, wanneeer men ieder
jaar eene andere kiest of telkens op
sprong staat, de pas ingerichte weder
te verlaten.
Gezwegen nog, dat zooals het
spreekwoord zegt„verhuizen veel
bedstroo kost," kan de voortdurende
rusteloosheid niet bevorderlijk zijn
aan het huiselijk genoegen. En een
zooveel mogelijk aangenaam, maar
tevens werkzaam leven, moet het doel
van ons streven zijn, want wat men
door eigen kracht verworven heeft,
brengt ons het meeste genot aan. De
arbeid is geen vloek maar een zegen
Zonder nuttige bezigheid gevoelt men
zich in zijne woning, aan den eigen
haard, niet t'huis. Terug alzoo naar
de plek waar men het liefst verwijlt,
terug naar het eigen huisOf heeft
men geen eigen huis, men zoeke zich
dan een eigen „t'huis." De huiselijke
haard zij en blijve uw „t'huis."
Hoe weinigen hebben een eigen
haardDat wil zeggendat er nog
zoo vele ongetrouwd zijn, niet waar?
Helaas ja Velen trouwen slechts,
niet om een eigen haard te hebben
en te werken voor het dagelijksch
brood, maar om op de eene of andere
wijze aan de vele genoegens en uit
spanningen des levens, naar harte
lust te kunnen voldoen. Vele meis
jes althans droomen zulke droomen
en bieden slechts om deze verwezen
lijkt te zien, aan den man of jonge
ling hare hand. Ook haar hart?
Och dat het zoo ware 1
Hadde men minder behoefte, er
zouden minder onverzorgde meisjes,
te zeggen, geloof ik, dat ik aan die schrijf
tafel een voordeelig koopje gedaan heb, en
als het zoover is, zou ik niet graag twee
zulke goede bieders verliezen. Jullie kunt
maken dat je wegkomt, maar ik zou je
raden, je een beet ja te reppen, want mis
schien zou ik mijn bedienden niet in toom
kunnen houden. Heb je hun werkelijk
geen kwaad gedaan ging hy voort, met
een blik op de banknoot.
Er glinsterde iets in zijn oogen, en Char
les en Jell lieten zich niet voor de tweede
maal waarschuwen, maar maakten dat' zij
wegkwamen door de deur, die Charles had
stukgeslagen.
XXIII.
Zij bereikten het eind van den tuin, en
daar het hek gesloten was, klommen zij
er nogmaals over heen, en bevonden zich
in het donkere laantje.
Toen zij een kwartmijl verder waren,
bleven zij een oogen blik staan om te luis
teren, doch hoorden niets. Opeens begon
Charles te lachen.
»Nu, onze vriend Nobbs is een slim
merd*, zeide hij eindelijk. »Maar denk je,
dat hij werkelijk de waarheid vertelde*.
»Daar twijfel ik geen oogenblik aan*,
antwoordde Jell mistroostig. »Ja, hij is
een slimmerd, maar hij is een oude schurk
erbij. Denk eens even, hoe hij ons heeft
beetgehad. Al dien tijd verspild, bijna in
gepakt wegens inbraak, vijf pond naar de
maan, en
minder ongelukkige huwelijken, min
der geschreeuw om gelijkstelling van
de vrouw met den man zijn, maar
meer rust, vrede en geluk in de
huisgezinnen.
W aarom wordt het geluk niet daar
gezocht, waar het enkel en alleen te
vinden is, in ons zeiven en in ons
huis, aan den eigen haard Omdat
omdatja, zoo gaat hetde een
verwijt den ander zijne tekortkoming,
de man zijne vrouw, de vrouw haren
man.beiden hebben schuld beiden
hebben elkander „houw en trouw"
gezworen beiden hebben den eed op
de schandelijkste wijze verbroken.
In menigerlei opzicht moge de man
de hoofdschuldige zijn, doch vergeten
we niet wat eene vrouw, wat de huis-
vrouw vermag. Zij moge volgens
den dichter„Hemelsche rozen in 't
aardsche leven vlechten en weven",
toch herinnert ze er ons zoo dikwijls
aan dat de aarde ook doornen en dis-
telen voortbrengt.
Vooral rust op de vrouw en moeder
de taak om door ordelievendheid,
reinheid, vlijt, spaarzaamheid en huis
houdelijke kennis, het huis tot eene
woning des vredes en des geluks te
maken voor den man en het geheele
gezin. Het is zeker niet te veel ge
zegd, wanneer ik beweer, dat van
den onzichtbaren invloed dien de
vrouw op het huisgezin uitoefent, alle
zedelijkheid en onzedelijkheid, het
geluk en de ellende des huiselijken
levens afhangt. Moge zij alzoo er
toe bijdragen, dat het huis voor het
gezin een vriendelijk „tehuis", een
„eigen haard" zij, waar men al dat
gene vindt, wat het levensgenot ver-
hoogen, de levenslust bevorderen kan!
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Wanneer eens een van de oude zeehelden
of van de groote strategie getuige kon zijn
van de huidige wijze van oorlogvoeren, zou
hij wel een bizonder groot verschil opmer
ken. Om nu alleen maar eens te spreken
van de vliegtuigen te land en te water
er is nu eenvoudig geen gevecht meer te
denken zonder de verkenningen en aan
vallen van vliegers en luchtschippers. Ja
gansche luchtvloten trekken er op uit om
het vijandelijk land te bezoeken en er de
strategische punten te bombardeeren. Zoo
werd verleden week Zee brugge door 65
»Wij deelen de schade*, zeide Charles
haastig.
»Dat is het ergste niet», zeide Jell, altijd
nog mismoedig. »Het ergste is de manier,
waarop hij ons heeft beetgenomen. Ik twij
fel er volstrekt niet aan, of hij spreekt de
waarheid over Potton en Sampson. Hij ver
liest er geen geld bij die vijf pond zijn
al vast binnen, en hij houdt wel van een
winstje. De hemel mag weten, wat we
zullen moeten betalen voor die schrijftafel*.
Charles schrikte.
»Je denkt toch niet, dat Palzer zal ont
dekken dat zy naar de verkooping is ge
stuurd?* bracht hij uit.
»In ieder geval was hij er reeds achter,
dat zij hier was*, antwoordde Jell. »En
het zou net iets voor dien ouden schurk
Nobbs zyn, om hem van de verkooping
te vertellen. Hoorde je hem niet grinniken,
toen hij sprak over bieders?*
Dit gaf Charles opnieuw een schok.
»Goede hemel, als hij het hem vertelt,
zijn wij verlorenriep hij. Tegen Palzer
knnnen wij niet opbieden!*
»Eer het zoover komt, moeten wij het
op een andere manier probeeren*, zeide
Jell haastig. »Neen, tegen Palzer kunnen
wij niet opbieden. Hij zou er zijn laatste
kleedingstuk voor geven, om die schetsen
te hebben. Dat is zeker. Wij moeten zien,
vóór de verkooping juffrouw Byron te
vinden. Zij moet op een of andere manier
haar recht op die papieren bewijzen*.
Charles gaf niet dadelijk antwoord. Op-
vliegtuigen der entente aangevallen en nu
weer wordt een aanval van Engelsche vlieg
tuigen in Noord-Sleeswijk gemeld. Door
een eskader kruisers en een flottielje tor
pedobooten vergezeld, zijn van twee moeder
schepen, 5 Engelsche watervliegtuigen tot
een aanval op de luchtscheeploodsen in
Noord-Sleeswijk opgestegen. Niet minder
dan 3 daarvan, waaronder een vechtvlieg-
tuig zijti ten O. van het eiland Sylt tot
landen gedwongen. De inzittenden, 4 En
gelsche officieren en 1 onderofficier werden
gevangen genomen. Volgens de Duitsche
berichten hebben de geworpen bommen
geen schade aangericht, volgens de Engel
sche heeft de luchtaanval doel getroffen,
terwijl tien Duitsche bewapende patroelje-
vaartuigen door torpedojagers in den grond
geboord moeten zijn.
De aanvallen van boven uit de lucht
hebben tot nu toe niet zoo veel resultaat
als die van onder uit de zee. De duik-
booten zijn tenminste weer duchtig bezig
geweest. Getorpedeerd zijn o. a. de paket-
boot de Englishman; vermist worden onder
de passagiers ook 4 - Americanen.
Dan de Sussexdeze vervoerde 380
passagiers, 97 menschen zijn gedood. Toen
de vreeselijke ontploffing het schip bij de
brug had getroffen, ging een groot aantal
passagiers in de booten of sprong met
reddingsgordels in zee. Het draadlooze
toestel was door den schok vernield en 't
duurde uren voor het genoegzaam was
hersteld om hulpseinen uit te zenden. Toen
het bleek dat het schip drijvende bleef
keerden de meeste passagiers tegen 't val
len van den avond weer uit de booten op
de Sussex terug. Een boot moet zijn om
geslagen en een aantal inzittenden zijn ver
dronken. Het wordt voor degenen die over
zee moeten wel een tocht met gevaren en
het besluit van sommige reederijen om
geen vrouwen en kinderen meer toe te
laten heeft veel te zeggen. Dat de aan
vallers in de duikbooten ook geen aange
naam leven hebben blijkt uit wat een cor
respondent van het Berliner Tageblatt mee
deelde, van een tocht die hij in een duikboot
meemaakte. Hij schrijftDag en nacht
dezelfde zenuwmoordende jacht op den
vijand. Weken lang geniet de bemanning
geen behoorlijken slaap of voeding. Toch
maakt men zich gewoonlyk een verkeerde
voorstelling van het leven in een duikboot.
Van de vreeselijke hitte, waarvan zooveel
verteld is, waarom de menschen naakt
tusschen de machines loopen, merkt men
eens sloeg hij zich met de hand tegen het
hoofd.
»Nu weet ik, waar ik dien ring gezien
heb!* riep hij. »Ik meende hem al te ken
nen. Wat een blinde idioot ben ik
Bij het noemen van juffrouw Byron's
naam, was hem opeens te binnen geschoten,
wat hem dien morgen aan de bank van
leening gebeurd was. Hij dacht aan den
ring dien de man op de toonbank had
gelegd, en toen herinnerde hij zich het
warme handje van het jonge meisje, dat
hij had vastgehouden en aan zijn lippen
gedrukt. Toen, hij was er zeker van had
zij dien gedragen.
Jell staarde hem in 't donker aan, alsof
hij hem verdacht van plotselinge krank
zinnigheid. Haastig vertelde hij van den
ring en waar hij hem gezien had.
Jell zuchtte.
Waarom heb je dat niet vroeger her
innerd riep hij. »Haar ring verpand, en
door een man En wij hebben den heelen
dag zoek gebracht om dien gekken Nobbs
Haar ringWat kan dat beteekenen Zij
is in moeilijkheden, en wij zijn hier In
moeilijkhedenMisschien is het nog wel
erger. Wie weet, of neen, ik wil er
liever niet verder over denken.*
Ook Charles huiverde bij de gedachte
aan hetgeen misschien aanleiding kon ge
geven hebben tot het verkoopen van den
ring, en bij het hooren van de ontroering
in Jell's stem.
»Wij moeten zoo spoedig mogelijk terug
niets. Ook de lucht wordt eerst na buiten
gewoon lange vaarten werkelijk slecht en
ongeschikt om te ademen. In het alge
meen kan elke duikboot 's nachts, dus na
ten hoogste 16 uur, boven komen en de
bedorven lucht door betere vervangen. Op
langere tochten wordt op kunstmatige wijze
de lucht ververscht. Dat echter het ver
blijf in zulk een onderzeevaartuig noch
voor 't lichaam, noch voor den geest ge
zond is laat zich begrijpen.
En nu van boven uit de lucht en van
onder uit de zee naar het vaste land.
Verdun trekt allereerst de aandacht omdat
aldaar een beslissing verwacht wordtmaar
veel voortgang is er niet. Aan beide zijden
van de Maas wordt, naar het schijnt, door
de Duitschers een nieuwen aanval voorbe
reid door zwaar geschutvuur. Ze zijn al
zoo ver, dat de stad Verdun in brand ge
schoten wordt. Een beslissende overwin
ning is hier echter nog niet behaald. Zal
het op den duur een nederlaag worden
Dat is nog niet te zeggen.
Stel, dat de Duitschers niet in staat
blijken Verdun te nemen, ja dat hun ver
liezen van dien aard zijn, dat zij aan een
volgend offensief van de Franschen geen
weerstand kunnen- bieden dan zal men den
slag bij Verdun voor de Duitschers een
nederlaag moeten noemen. Maar zoolang
zij nog zoo dicht bij de vesting staan en
telkens nog kleinen vooruitgang maken
valt er over den afloop van den strijd om
Verdun nog niets te zeggen. Zoo is het
ook met betrekking tot de aanvallen der
Russen op het Oostelijk front. Over een
breedte van 300 kilometers rukken de
massa's aan. Wat het aantal betreft is
Rusland verre in de meerderheid. Maar
wat legerleiding aangaat moet Koeropatkin
de vaan voor von Hindenburg strijken. De
Russische soldaat is dapper, maar met dap
perheid alleen is niets te verkrijgenbe
kwame leiding en africhting van de troepen
is bovenal vereischte en dat schijnt het
Russische leger te missen.
Van alle overige gevechtsterreinen geen
nieuws. Als wij de telegrammen' uit het
buitenland nagaan treft telkens weer de
opmerkingToestand onveranderd. Niets
van belang geschied. Geen nieuws enz.
En toch wordt er op elk dier slagvelden
gevochten, geworsteld, gemoord. Zeker eiken
dag duizenden. Maar dat is niet van be
lang. Dat is geen nieuws. Afschuwelijke
tijd toch. Wat wordt de menschenziel hard
en wel loopt ieder gevaar gevoelloos te
naar stad,* zeide hij zachtjes. »Hier heb
ben wij gedaan, wat wij konden. Het was
dom van mij, dat ik dien ring niet her
kende, maar ik had hem ook maar ééns
gezien. O, als haar iets overkomen is, dan
Hij brak opeens af en viel tegen de haag
aan. De plotselinge schok was te veel ge
weest voor een lichaam, dat nog niet sterk
genoeg was om de inspanning van dien
dag te verdragen.
»Over een minuut ben ik weer klaar«,
zeide hij, en viel flauw.
Toen hij weer bijkwam, zag hij dat Jell
hem in de blauwe taxi had gelegd. Jell's
gelaat scheen bleek en verwrongen bij het
schelle licht van de groote acetyleen-lan-
taarn die hij had aangestoken.
»Hier binnen lig je zoo gemakkelijk als
je maar kunt,* zeide hij vriendelijk. »Ik
heb de kussens zoo goed mogelijk voor je
gelegd, en wij zijn gauw genoeg weer in
de stad
»Maar de taxi?* riep Charles. »Kun je
sturen
Jell glimlachte.
»0p het gebied van werktuigkunde is
er niet veel wat ik niet kan, tot vliegen
toe*, zeide hij. »Ga nu maar rustig hipr
liggen, dan zijn wij spoedig by haar.*
Hij deed het portier dicht, en bracht
den motor op gang. Toen ging hij op de
chauffeurplaats zitten, en weg waren zij.
Of Charles weer in zwijm viel of van
vermoeidheid insluimerde, wist hij niet.
Wordt vervolgd,.}
voor Het Land van leusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Eigen Haard.