Bij dit nr. behoort een bijvoegsel.
De verdwenen Schetsen.
UND VAN ALTENA
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No3569. Zaterdag 20 Mei 1916.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.75,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 46 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/» jcent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrydagmiddag
4 uur ingewacht.
BUITENLANDSCH OVERZICHT.
Professor Mr. S. R. Steinmetz heeft
eenige jaren geleden een boek geschreven
waarin hij breed de zegeningen van den
oorlog uitmeet. Volgens hem begon de
oorlog toen de aapmensch uit de hoo
rnen neerdaalde en een strijd begon tegen
de andere wezens en zijn eigen reisge-
nooten. De sterken overwonnen de zwak
ken en maakten hen dienstbaardat is
ook rechtvaardig meent hijhet recht is
aan de zijde van hen, die het meeste ener
gie hebben. Zoo ook in den oorlog. Slechts
de sterke volken mogen heerschen, de
zwakken zijn er om verdrukt te worden.
Wie zich zelf niet verdedigen wil en kan.
is waard om onder de voeten te worden
geloopen. Een volk, dat onbekwaam of
ongezind is zijn recht met de wapenen te
verdedigen en er eigén leven voor veil t,e
hebben, verslapt, 't Worden luie, sluwe,
laffe wezens.* Nu is het niet te weer
spreken, dat een natie, die geen moed,
geen lust, geen geestdrift bezit om op te
komen voor haar bestaan, zedelijk achter
uitgaat. Ook kan men aannemen, dat de
oorlog het nationaal gevoel verheft, de toe
wijding aan Vorst en Vaderland doet toe
nemen en de onverschrokkenheid en offer
vaardigheid vermag te wekken en te ver
sterken. Maar deze deugden zijn ook wel
en werkelijk niet in mindere mate
op andere wijze aan te kweeken, terwijl
de kwade gevolgen, de zegeningen al te
zeer in de schaduw stellen. We zien het
in deze gruweldagen maar al te goed hoe
de oorlog het dier in den mensch ontketent,
en om nu te zwijgen van alle zedelijke,
geestelijke en lichamelijke ellende, die hij
uitstort over de volkeren. Zegeningen
wij zien ze nog zoo weinig. Eén zouden
wij er weten te noemen en dan wel eene
waarin voornamelijk het Russische volk
deelt. Gelijk bekend is, was voor den
oorlog een van de grootste vijanden van
Rusland de alcohol. De dronkenschap, met
al den afschuwelijken nasleep van drank
misbruik, knaagde er aan den wortel van
het volksbestaan. Doch ziet, de Czaar
verbood al dra bij het uitbreken van den
krijg den verkoop van alcoholhoudende
dranken en nu is het wonderlijk op te
merken hoe door dit verbod het Russische
volk in stoffelijken en geestelijken zin voor-
45)
«Kijk jij Palzer over een half uur eens
aan,« zeide Charles opgeruimd. «Nu ga
ik aan het bieden. Ga jij nu daar op die
kist zitten en let op.c
Charles hielp den verbaasden Jell, om op
een pakkist te gaan zitten, en zocht toen
haastig zijn vader weer op.
«Alles in orde, vader,* zeide hij. «De
verkooping werd alleen een paar minuten
opgehouden, omdat Jell, u weet wel «Jell«,
van wie ik u vertelde flauw viel 1 Die daar
met zijn roode gezicht en zijn verband en
zyn prettigen glimlach, is Palzer. Vernietig
hem, vader, terwille van uw eenigen zoon.
Laat geen lid heel aan hem. Hij heeft ge
tracht, uw zoon te vermoorden, en hij wil
die schetsen hebben, omdat ze voor hem
of voor ieder ander schatten waard zijn,
en omdat En vijftig
Dit laatste gold den afslager, die het
bieden hervatte, waar het was blijven ste
ken, en zoekend rondkeek naar Jell.
Op het hooren van Charles' bod aarzelde
hy, en keek hem twijfelend aan,
«Hoorde ik u vijftig zeggen, mijnheer
vroeg hij. «Negenhonderd en vijftig pond
voor de Chippendale schryftafel. Maar
neem my niet kwalyk, mijnheer, zou ik u
uit is gegaan. Om nu maar één ding te
noemen. Het verbod heeft een zeer merk
bare vermindering bewerkt van het apa-
chisme, de criminaliteit en het aantal zelf
moorden en ongelukken met doodelijken
afloop. Dit heuglijke feit wordt bevestigd
door een aantal instellingen in de provincie,
o. a. door de kamer van financiën te Tam-
bof, die voor sommige streken een ver
mindering met 62 pet. van het aantal
gerechtelijke vervolgen constateert. In het
arrondissement Kazan is over tien maanden
van alcohol-onthouding een vermindering
met 33 pet., in de provincie Perm over
8 maanden een vermindering met 36.8
pet., in Moskou over vier maanden een
vermindering met 29.5 pet. te constateeren
geweest. In deze laatste stad verminderde
het aantal zelfmoorden met 20.2 pet.
't Is te hopen, dat na het sluiten van
den vrede dit verbod van kracht bhjvej
het Russische volk zal dan kunnen spreken
van een blijvenden zegen, dien de oorlog
het heeft gebracht.
Zal Ierland dat ook kunnen doen Door
den opstand te Dublin zijn onze gedachten
in de laatste dagen voortdurend met dit
eeuwenlang verdrukte volk bezig geweest.
De geschiedenis van Ierland is sedert
de tiende eeuw een lijdensgeschiedenis ge
weest. Eerst waren het de Noormannen,
die het teisterden. Toen de edelen van
Hendrik II onder wie het land \yerd ver
deeld. Engelschen bezaten er de lande
rijen (nu nog) en zogen de oorspronkelijke
bevolking uit. Gevolgtelkens weerkee-
rende opstanden. Zoo ging het eeuw in
eeuw uit, doch de Ieren werden telkens
weer onderworpen. Geen wonder, dat, wie
kon, verhuisde naar andere landen. In
Ierland zelf wonen tegenwoordig 5 milli-
oen Ieren en in Amerika 45 millioen.
In de laatste halve eeuw heeft het volk
aangedrongen op zelfbestuur: Home-Rule.
Dit is kort voor den oorlog toegestaan
toen is de Home-Rule-wet aangenomen,
waardoor Ierland zijn eigen volksvertegen
woordiging zou krijgen met een Engelschen
onderkoning. De opstandelingen van de
laatste dagen de Sinn-Fein d. w. z. Wij
zelf eischten echter onafhankelijkheid en
wilden Ierland maken tot een zelfstandige
republiek. Wij weten met welk gevolg.
De rebellen zijn onderworpen en de aan
voerders gefusileerd. Wat met Sir Roger
Casement, de hoofdaanstichter van den
opstand, geschieden zal is nog niet be-
bepaald. Zijn zaak wordt nog voor 't
mogen vragen, voor wien u biedt Ik her
inner mij uw gezicht niet.*
«Ik bied voor mijzelf,* zeide Charles
koel. «Heeft u eenig geld bij uw vader
vroeg hij, «daar had ik niet aan gedacht.*
De heer Freek, wiens vermoeide oogen
nu alles goed hadden opgenomen, haalde
een portefeuille uit zijn borstzak, waarop
Palzer haastig een gesprek aanknoopte met
den afslager en de weinige aanwezigen
staarden de voornaamste handelende per
sonen bij deze zonderlinge vertooning aan,
alsof zij meenden dat allen krankzinnig
waren geworden.
«Ik heb niets dan een wissel op Londen
voor tienduizend dollars,* zeide hij lang
zaam, «en wat klein geld in mijn zak.
Laat mij het klein geld maar houden en
neem jy den wissel, als den afslager daar
tenminste mee tevreden is.
Charles ging met den wissel naar den
afslager, en zorgde ervoor, dat hij Palzer
den rug toedraaide.
«Mijn naam is Freek,* zeide hij. »U
kent mij niet, maar dit is een wissel van
tienduizend dollar op Londen. Dit is myn
vader. Ik denk dat ik nu wel zal mogen
bieden.
De afslager bekeek den wissel een oogen-
blik, terwijl Palzer, op zijn nagels bytend,
trachtte te hooren wat er besproken werd.
«Zeker mijnheer,* zeide hij. «Ik ben
bereid uw bod aan te nemen tot het bedrag
van dien wissel. U zult wel goedvinden
neem mij niet kwalyk, maar wy ken-
gerecht behandeld. Men vreest, dat deze
opstand de Iersche zaak geen goed gedaan
zal hebben.
Van de gevechtsterreinen is het vooral
Zuid-Tirol, dat heden onze aandacht vraagt.
Hier staan de Oostenrijksch-Hongaarsche
legerscharen tegenover de Italiaansche. Er
is daar hard gevochten, tengevolge van
aanvallen der Oostenrijkers op verschillende
plaatsen. «Gesteund door roffelvuur,* zoo
luidt het in het Oostenrijksch bericht heb
ben onze troepen de voorste vijandelijke
stellingen op den Armenterrabergrug op
de hoogvlakte van Vielgereuth en ten Zui
den van Rovereto bestormd.* Het Itali
aansche bericht spreekt van aanvallen met
sterke troepen infanterie op het Italiaan
sche front tusschen het Etschdal en de
Boven-Astico. «Na den eersten tegenstand
(waarbij de vijand zeer ernstige verliezen
werden toegebracht) zijn onze troepen op
de hoofdverdedigingsstelling teruggetrokken*
«Wegens het geconcentreerde artillerie
vuur van alle kaliber,* zoo wordt er verder
bij gemeld. Maar dat dit niet de eenige
aanleiding tot dien terugtocht is geweest,
blijkt wel uit de opgave van een tamelijk
grooten buit door de Oostenrijkers behaald
nl. 47 machinegeweren, 43 kanonnen, ter
wijl 444 officieren 6200 man gevangen
werden genomen. Dit is een belangrijk
voordeel, voor de Oostenrijkers. «Houden
de nu reeds behaalde voordeelen aan,* zegt
majoor Morth in het Berl. Tageblatt, «dan
zal men wellicht binnenkort van een nieuw
stadium op dat gevechtsterrein kunnen
spreken.* En dat treft te meer, als men
zich herinnert de levendige werkzaamheid
der Italianen op het Tiroolsche front den
laatsten tijd. Alles wees er op, dat men
na de veelvuldige teleurstellingen aan het
Isonzofront, het zwaartepunt van de ope
raties naar Tirol wilde verleggen. Mogelijk
was nu den aanval der Oostenrijkers be
stemd, om den vijand bij de voorbereiding
van zijn ossensief te storen. In ieder ge
val is de klap voor de Italianen onaange
naam. «En dat te meer,« zegt,* Morath,
«wanneer .^vij ons herinneren dat ongeveer
een jaar geleden in de Stampa een aanbod
van land door Oostenrijk-Hongarije weid
geplubliceerd, hetwelk men te Weenen in
het belang van den vrede bereid was te
verwezenlijken. Indien wij ons voor den
geest roepen, dat het geheele gebied van
Trentino en de Isonzo met inbegrip van
Gradisca zou worden afgestaan, dat belang
rijke autonomie aan de stad Triëst zou
nen u niet dat wij dien laten innen,
eer u de schrijftafel laat weghalen, als u
ten minste zoo gelukkig is haar te krijgen.*
«Zeker,* antwoordde Charles. Daar zult
u geen moeite mee hebben.*
Hij ging weer naar zijn plaats.
«Negenhonderd en vijftig pond geboden
voor de Chippendale schrijftafel, heeren,*
hernam de afslager. «Maar negenhonderd
en vijftig pond voor zulk een prachtig stuk
van Chippendale's verheven kunst, als ik
ooit onder de oogen heb gehad. Niemand
meer dan negenhonderd en vijftig?... Dui
zend vijftig pond. Goed zoo, mijnheer, zoo
gaat het beter. Dat is nog eens bieden I
Wie meer dan duizend vijftig U mijn
heer, duizend vijf en zeventig voor u«
hij knikte tegen Charles en keek toen naar
Palzer, die, niet in staat zijn opgewonden
heid te bedwingen, met haastige, hinkende
stappen door de zaal liep.
Opeens keerde hij zich met vlammende
oogen om.
«Twee duizend vijftig,* schreeuwde hij.
«Bied nu eens hooger, als je durft.*
Blijkbaar had hij alle zelfbeheersching
verloren, en de toeschouwers, die niet wis
ten wat zij ervan moesten denken, gingen
een beetje achteruit, zoodat hij in een wij
den kring stond. Zelfs Jell was opgestaan
van zyn kist en staarde Charles met wijd
geopende oogen aan.
Alleen de jonge man en zijn vader ble
ven kalm de eerste lachte Palzer in zijn
gezicht uit. De millionair stond er met half
worden verleend, en dat de inbezitneming
van Valona in Albanië door Italië zou wor
den toegestaan, dan kunnen wij niet anders
doen, dan de verblinding van Italië prijzen,
die dit aanbod heeft afgeslagen. Het heeft
aan het aanzien van Oostenrijk-Hongarije
geen grooteren dienst kunnen bewijzen.*
Wij kunnen er in komen dat de vreugde
groot is aan de zijde der centralen, nu de
Italianen teruggedreven worden van de
stellingen, die zij kort na het begin van
den oorlog hebben ingenomen en waarin
zij sinds dien vrijwel onbewegelijk zijn ge
bleven.
Van de overige fronten is niet veel bij
zonders te melden. Rondom Verdun nog
denzelfden toestand, d.w.z. geen vooruit
gang. Toch is er actie, wat blijkt uit het
feit, dat op één dag 27 luchtgevechten
werden geleverd, waarbij verscheidene Duit-
sche, Fransche en Engelsche vliegtuigen
werden vernield of tot dalen gedwongen.
Op zee een gevecht bij de Belgische kust
zonder sucees aan een van beide zijden.
Zoo blijft de worsteling voortgaan. Hoe
lang nog De Japansche generaal Nogi zei
onlangs«de moderne oorlog wordt ge
wonnen door hen die het langst weten te
lijden.* Wie zal hier het sterkste uithou
dingsvermogen hebben Is er nog niet ge
noeg geleden en genoeg. gezondigd
Te Gothenburg vertelde Ellen Key on
langs in een lezing: «Een'rabbijn, die diep
medeleed met de smart van al wat leeft,
vroeg nachtverblyf in een hut van een boer.
Toen hij 's morgens ontwaakte zeide hij
Ik heb vannacht kwade droomen gehad,
want uw hut is uitsluitend uit jonge hoo
rnen gebouwd. Gij hebt gezondigd, want
een jongen boom vellen beteekenteen
ziel dooden.*
De moraal van dit verhaal is duidelijk.
Europa bouwt het huis van zijn toekomst
op door millioenen jonge boomen om te
hakken en zij die in dat huis zullen wonen,
zullen door booze droomen gekweld worden.
Ellen Key deed een beroep op alle vrouwen
ter wereld om er voor te zorgen, dat in
de toekomst alle jonge stammen gespaard
worden, die immers verreweg de grootste
rijkdom van ieder land zijn. «Vrouwen,*
zeide zij, «moeten leeren den oorlog zoo
te haten, dat die vonk van haat van ge
slacht op geslacht overgaat, tot zij zullen
kunnen zeggen: wij hebben den boozen
geest overwonnen.*
Ja, wat een jonge, edele en schoone
krachten gaan er niet te loor in deze da-
gesloten oogen bij.
«Tweeduizend vijfenzeventig,* zeide Char
les bedaard.
De afslager wierp Charles een haastigen
blik toe, scheen iets te willen zeggen, en
wendde zich toen tot Palzer.
«Tweeduizend vijfenzeventig geboden,
mijnheer,* zeide hij. «Wie meer dan twee
duizend vijfenzeventig Wie meer dan
Met een ruwe beweging trok Palzer zyn
jas open, en liet zich, zwaarademhalend, op
een kanapee neervallen.
«Drieduizend vijf honderd,zeide hij met
schorre stem, zonder op te kijken.
Een gemompel van toejuiching ging op
uit het troepje kooplieden en uitdragers die
hun twaalfuurtje en zelfs hun eigen koop
jes vergaten bij dien strijd om een schryf
tafel, die zij telkens weer met verbazing
bekeken. En zelfs de afslager stond een
oogenblik verbijsterd, ofschoon hij zich spoe
dig weer wist te beheerschen.
«Drieduizend vijfhonderd pond geboden
voor de Chippendale schrijftafel,* zeide hy,
zijn hamer opheffend.
«En twintig begon Charles, de hand
opstekend. Doch zijn vader deed een stap
vooruit. «Laat dat nu eens aan mij over,*
zeide gij bedaard. «Ik geloof, dat het tijd
voor mij is, om mij er mee te bemoeien.
Vierduizend vijfhonderd dollars, pond, be
doel ik,< zeide hij snel.
Allen keken op bij die nieuwe, kalme
stem, die toch zulk een vastberaden klank
had. De afslager bleef met opgeheven hamer
gen. De bloem der natiën wordt afge
sneden. Breke de dag toch spoedig aan,
waarop de wapens worden opgeborgen in
de tuighuizen en tot hooger doeleind de
krachtsinspanning worde aangewend.
BUITENLAND
Polen's onafhankelijkheid.
De Poolsche schrijver Sienkiewicz, die
bij Genève vertoeft en daar aan het hoofd
staat van de hulpvereeniging van Polen
heeft in een onderhoud met een corres
pondent van het «J. de Genève* gewezen
op den ontzettenden nood in Polen. «Alles
wat wij hebben gedaan aldus de schrij
ver van «Quo Vadis* is absoluut on
voldoende om de rampen en beproevingen
onzer landgenooten te verlichten.* Doch
men vergeet toch de groote Poolsche zaak
niet. «Wij zijn overtuigd, dat deze oorlog
ons eindelijk de zoolang begeerde onafhan
kelijkheid zal geven. Het is een noodzake
lijkheid voor Europa, dat de Polen zich als
natie kunnen ontwikkelen onder een Pool
sche regeering.* Even goed als de Ser
viërs zijn de Polen een eigen volk met
eigen beschaving. De Alboneezen, tienmaal
geringer in aantal, zijn met veel grooter
omzichtigheid door de mogendheden be
handeld dan de Polen. De Polen zouden
willen, dat hun Europeesche buren en de
Amerikanen hun sympathie gaven en Polen
hersteld wilden zien.
Een Fransch luchtschip is by Sardinië
in zee gevallen. Zes der opvarenden zijn
verdronken.
De luchtoorlog.
Minister Bonar Law deelde gisteren in
het Lagerguis mee, dat er van 27 Juli
4915 tot 4 Mei 4946 478 luchtgevechten
hadden plaats gehad aan het Engelsche
front, maar slechts 63 boven de Engelsche
linies. Bij deze waren 43 Duitsche machi
nes naar beneden geschoten en geen enkel
Engelsch vliegtuig.
De Engelsche luchtdienst, zoo verklaarde
hij verder, voert verkenningen uit, zooals
ze door den Duitschen nog nooit beproefd
zijn.
o
De Engelsche dienstplicht voorgoed aan
genomen.
Het Lagerhuis heeft het wetsontwerp
op den militairen dienstplicht met 250
tegen 35 stemmen aangenomen.
staan Jell viel bijna op zijn kist neder,
en Palzer keek verschrikt over zijn schou
der, alsof hij opeens een tijger achter zich
had hooren brullen.
De afslager kuchte eens en keek den
heer Freek scherp aan.
«Ik vrees werkelijk, mijnheer,* begon
hij, «dat ik ken u niet, en de som is
nog al
«Heeft u hier een telephoon vroeg de
heer Freek, hem bedaard in de rede vallend.
De afslager boog.
«Daar in den hoek, mijnheer,* antwoord
de hij. «Daar ginds bij de piano.*
«Daar zal ik even gebruik van maken,*
zeide de heer Freek. «Mag ik even vra
gen ik ben vreemd in Engeland
welke bank hier het dichtste bij is?«
De afslager keek hem verbaasd aan.
«Er zijn verschillende banken hier in de
buurt, mijnheer,* zeide hij*
«Wacht eens,* zeide de heer Freek, «de
bank van Lloyd is niet ver van hier. Mis
schien is u bekend met den heer Belson,
van Lloyd's bank
«Ik ken den heer Belson zeer goed,*
zeide de afslager. «Als de heer Belson
«Dat zal hy zeker doen, zeide de heer
Freek rustig. «Als u iemand wilt zenden
om te vragen, of hij hier wil komen, of
u wilt hem zelf telephoneeren, dan zal hy
zeker wel goed getuigenis omtrent mijn
betrouwbaarheid willen afleggen.
Wordt vervolgd
KSRL4V
voor Hot Land van Hoosden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.