land van ALTENA Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3589, Zaterdag 29 Juli 1916. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90, franco per post zonder prysverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 cent. Elke regel meer 71/, cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag 4 uur ingewacht. BUITENLAND. De oorlogscorrespondent Edmond Chand ler schryft in de Yorkshire over de moei lijkheden, waarmede de Engelsche troepen in Mesopotamië te strijden hebben. De plagen zijn stof, hitte en vliegen. De ergste van alle is die der vliegen. Het is voor wie het niet met eigen oogen ge zien heeft, ongeloofelijk hoeveel vliegen er in de tenten, in de schuilplaatsen en in de loopgraven zijn, Men kan niet eten, zonder tegelijk vliegen mee in te slikken. Men zwaait zijn lepel pap in de lucht om ze er af te jagen men steekt zijn be schuit en gedroogd vleesch in den zak en brengt het dan voorzichtig in de gesloten vuist naar den mond, maar moet toch vliegen mee-eten. Ze gaan overal in zwer men op zitten. Terwijl ik schrijf, kan ik de punten van mijn pen niet zien. Onlangs haalde ik onderweg een eskadron cavalerie in en ik dacht dat de mannen maliënkolders droe gen. Ik reed al eenige minuten naast hen mede, toen ik ontdekte, dat, wat ik daar voor gehouden had, slechts het staalblauw van vliegen was. 's Nachts verdwijnen de vliegen, maar dan worden ze afgelost door de muggen en de zandvliegen. De mug gen komen slechts plaatselijk voor. Er zijn zelfs streken waar men ze in het ge heel niet vindt. Ik heb ergens eene soort ontmoet, die door de dikste rijbroeken heen kon steken. Dan zijn er de zandvliegen, ook een af schuwelijke plaag. Een net dat die kon tegenhouden, zou zoo dicht moeten zijn, dat men er onder stikken zou. En zelfs als men 's nachts een lap met verdund zuur op het gezicht legt, zwermen ze zoo danig om iemand heen, dat men er niet van slapen kan. o Deensch West-Indië verkocht. De Vereenigde Staten hebben Deensch West-Indië (de eilanden Sint Thomas, Sint John en Sainte Croix) voor vijf mil- lioen pond sterling gekocht. Deensch West-Indië beslaat een opper vlakte van 357 vierkante K.M. en heeft eenbevolking van ongeveer 30.500 zielen. Denemarken had slechts verdriet en kosten van zijn kolonie en reeds lang was er sprake van, de eilanden te verkoopen, wier bevolking den laatsten tijd erg op roerig was. o Geen Belgische annexatie-begeerte. Een der correspondenten van Het Volk schrijft uit Parijs Uit regeeringskringen verneem ik, dat de Belgische regeering eerstdaags den mi litairen attaché van Nederland een nota zal overhandigen, waarin zy verklaart, dat België geen annexatieplannen koestert ten nadeele van Nederland en los staat van iedere campagne die in tegenovergestelde richting wordt gedaan. Ik kan ook mededeelen, dat het annex- ionnistisch blad Le XXe Siècle van hoo- gerhand een wenk heeft gekregen om zijn campagne te staken. Vrygelaten. De van brandstichting in het Tatoi-bosch bij Athene beschuldigde personen zijn vrij gelaten, daar men de oorzaak van den brand niet aan opzet meent te moeten toeschrijven. Te Gent zijn, naar de Tel. meldt, zes burgers, onder beschuldiging van krijgs- verraad, ter dood veroordeeld en gefusil leerd. o Een Fransche vlieger boven Berlijn. Naar de Parijsche correspondent van de «Times* mededeelt heeft een Fransche vlieger op 20 Juli j.l., op weg naar het Russische front den weg over Berlijn ge nomen en daar strooibiljetten uitgeworpen. Op 63 mijlen van het Russische front, te Cholm in Polen,- heeft hij wegens een defect aan zijn bougie moeten landen en werd hij gevangen genomen. Op de strooibiljetten stond «Wij had den de open stad Berlijn kunnen bombar deeren, onschuldige vrouwen en kinderen kunnen dooden, maar stellen ons er mede tevreden, de volgende proclamatie uit te werpen. Hierop volgde de eigenlijke proclamatie. De vlieger, luitenant Marchal, die deze merkwaardige vlucht volbracht, was 's och tends om half tien uit Nancy vertrokken en legde bijna 1300 kilometers boven Duitsch gebied af. Hij is thans te Salserbach geïnterneerd en heeft van daar naar Frankrijk bericht gezonden, dat de Oostenrijksche officieren, die hem gevangen namen, niet wilden ge- looven, dat hij een zoo grooten afstand had afgelegd. o Een millioen francs boete aan de stad Brussel. In de Echo Beige vinden we de mede- deeling dat de stad Brussel beboet is met een millioen francs wegens het vieren van den nationalen feestdag op Vrijdag 21 Juli. Vier dagen van te voren had de gou verneur der stad, luitenant-generaal Hurts, laten aanplakken, dat alle magazijnen, café's, openbare bureaux en scholen geopend moesten blijven. Op «zeker* monument mochten geen kransen worden neergelegd, en alle manifestaties werden verboden op boete van 20,060 mark en gevangenisstraf. De Belgen werden onaangenaam verrast, maar een comité besloot om den dag toch te vieren. De gemeente-overheid gaf aan de schoolbevolking vacantie. De kantoren sloten. De winkels bleven open maar de etalages waren op een bijzondere wijze ingericht. Overal domineerde groen, de kleur der hoop. Door de heele stad en in alle voorsteden stoffen, linten, knoopen, alles groen. De café's hadden geen terrassen uitge zet en alle Brusselaars wandelden op hun Zondagsch. Ieder was en bleef op straat. Op zeker oogenblik ging alles naar de Nieuwstraat en passeerde de St. Michiel- straat, die uitloopt op het monument dat aan de strijders van 1830 is gewijd. Alle voorbijgangers groetten, uit de verte, ern stig, het gedenkteeken voor hen, die stier ven om de onafhankelijkheid te verzekeren. Het was indrukwekkend, onvergetelijk. Men kan zeggen, dat heel Brussel door de Nieuwstraat gewandeld is, dat vele honderdduizenden daar voorbijgingen van 't afgesproken uur af tot laat in den avond. 's Morgens was een plechtig Te Deun gezongen in de St. Gudule. Kardinaal Mer rier hield een schitterende toespraak tot de menigte, die zich in de kerk verdrong. Zijn woorden werden met gloeiende geest drift toegejuicht en de Brabanponne werd ingezet door de menigte, waarop het orgel inviel. Een oogenblik van treffende ont roering. Kardinaal Mercier werd bij zijn vertrek tot aan het station uitgeleide gedaan door een zeer talrijke menigte, onder het zingen van de «Brabangonne* en «Vers l'avenir*, hetgeen aanleiding gaf tot eenige charges en arrestaties. ^Gouverneur Hurts publiceerde den vol genden dag strafbepalingen. De koffie huishouders die geen terrassen hadden uit gezet, mogen voortaan in 't geheel geen stoel of tafel meer buiten zetten. De win keliers, die al te patriottisch hadden uit gestald, moeten gedurende eenigen tijd ge sloten blijven. Het ergste volgde echter nog. Maandagochtend ontving de burgemeester een brief van den gouverneur, met het besluit dat aan de stad Brussel, een boete was opgelegd van een millioen francs. Mee- en tegenvaller voor den soldaat. Philip Gibbs verhaalt in «Daily Chronicle* de volgende buitengewone geschiedenis. «Toen onze troepen onder een afschu welijk vuur der 14-eentimeters het Trones- bosch ingingen, zochten zij overal, doch zonder veel succès, naar dekking. Een onzer Engelsche jongens beleefde bij deze gevechten in het boschachtig ter rein eenige merkwaardige dingen. Hij ligt nu in een veldhospitaal met zeer heldere en schitterende oogen te glimlachen, omdat de wereld hem na dat helsche verblyf een paradijs lijkt. Het was een dergenen, die den eersten aanval op het Mametzbosch meemaakte, maar bleef in een gedekte schuilplaats achter, toen de Èngelschen voor een tegen aanval moesten terugtrekken. Eenige Duitsche soldaten gingen voor bij het gat, waar de jongen ineengehurkt zat en wierpen er een bom in, omdat er misschien wel een Engelsch soldaat in kon zitten. Deze bom ontplofte op de laagste treden van de trap, die naar de schuil plaats leidde en wondde den jongen, die zich daar in een donkeren hoek verborgen had. Een heelen dag bleef hij daar liggen luisteren naar de granaten, die door de boomen heen gierden het waren En gelsche granaten hij durfde niet naar buiten komen. Toen hoorde hij 's nachts stemmen van zijn eigen landgenooten en riep hij luidkeels om hulp. Maar de Engelsche soldaten wierpen onder het voorbijgaan ook een bom in de schuilplaats, zoodat de jongen opnieuw gewond werd. Daar lag hij weer een geheelen dag en opnieuw begon het artil lerievuur, dat voortduurde tot de Duitschers opnieuw kwamen. Weer wierp een Duitsche soldaat zekerheidshalven een bom in de schuilplaats en de jongen kreeg voor de derde maal een wond. Nog een dag lag hij daar in de duis ternis; hij had de hoop op redding opge geven, maar toch nog levend en verlangend om te leven en weder het daglicht te zien. Als de Èngelschen maar kwamen en hem redden 1 Hij bad, dat zij komen mochten. En toen zij kwamen en bet bosch voorgoed in bezit namen, kwam een van hen die het gat had gezien en vreesde dat er Duitschers in konden zitten, dichterbij en wierp er weder een bom in voor de vierde maal werd de jongen gewond. Maar ditmaal werden zijne kreten gehoord en kwam er een einde aan zyne eenvormige avonturen en aan zijn ongelukjes en werd de arme jongen' gered. o Engeland en onze visschersvloot. De Londensche correspondent van het Hbld., die een onderhoud heeft gehad met den blokkade-minister lord Robert Cecil, vernam van dezen, dat bij de Engelsche regeering niet de wensch of de bedoeling bestaat, de visscherij-belangen der Neder- landsche visschers te schaden. De Engelsche regeering heeft geen ander doel dan den invoer van visch in Duitschland te beletten, zonder den visschers of den reeders van visschersschepen, gezwegen nog den Ne- derlandschen verbruikers, onnoodigen last te bezorgen. «Er kan niet de minste twijfel bestaan*, zei lord Robert Cecil, «aan Engelands recht als oorlogvoerende natie, om voor Duitsch land bestemde contrabande aan te houden, en de Nederland9che regeering zelve heeft er op gewezen, dat visch contrabande is. De Engelsche regeering heeft dus het recht, voor Duitschland bestemde visch aan te houden. «Op het oogenblik zijn hier vertegen woordigers der Nederlandsche reeders bezig plannen te bespreken, waardoor in de eerste plaats de Nederlandsche verbruikers visch zullen krijgen en in de tweede plaats de belangen der visscherij zooveel mogelijk worden beschermd, onder de nadrukkelijke voorwaarde echter, dat de visch niet de vijanden van Groot-Brittannië bereikt. «Ik kan met genoegen verklaren*, be sloot de minister, «dat de onderhandelin gen tot dit doel opschieten, en het schijnt zoo goed als zeker, dat er een bevredi gende oplossing zal worden gevonden. De Engelsche regeering zal geen moeite ont zien om die in een geest van goeden wil jegens het Nederlandsche volk en jegens de belangen van het Nederlandsche vis- scherij-bedrijf te voeren.* Van de schepelingen van verscheidene der naar Lerwick, Kirkwall en Peterhead opgebracht» visschersschepen zijn by de reeders berichten ingekomen, dat zij gebrek aan levensmiddelen hebben, zoodat zij moeten verzoeken door spoedige geldzending hen in staat te stellen in het gebrek aan proviand te voorzien. Ook de Nederlandsche consul-generaal te Londen, de heer Maas, heeft de reeders er op gewezen, dat aan de bemanningen van de opgebrachte visschersschepen te Lerwick, Kirkwall en Peterhead in onvol doende mate proviand verstrekt wordt, en er op aangedrongen, dat door spoedige zending van geld in het gebrek zal worden voorzien. BINNENLAND. De wijziging in het brievenport. De verandering in de Posterijenwet, zoo o. a. als de tweede Kamer ze thans heeft goedgekeurd, is drieledig Briefkaarten. Vooreert is het porto van de briefkaar ten met een hal ven cent verhoogd, zoowel van de locale als de interlocale. Het porto voor stadsbriefkaarten zal dus 2 cent bedragen en dat voor binnenlandsche 3 cent. Daartegenover staat, dat de brief kaartformulieren in het vervolg gratis wor den gegevenvroeger werd daarvoor een halve cent in rekening gebracht. Evenwel blijft het gebruik van andere formulieren toegestaan. Natuurlijk moet hierop het nieuwe porto worden geplakt. Brieven. Het porto bedraagt volgens het nieuwe tarief voor interlocale brieven van een gewicht tot en met 20 gram 5 cent, boven 20 gram tot en met 100 gram 10 cent en verder 5 cent per 100 gram of gedeelte van 100 gram. Voor locale brieven bedraagt het port in het nieuwe tarief tot 20 gram 3 cent, van 20 tot 100 gram 6 cent en verder 3 cent per 100 gram of gedeelte van 100 gram. Gedrukte stukken. Het nieuwe porto voor gedrukte stuk ken bedraagt 1 cent voor elke 50 gram. Quitantietarief De derde verandering betreft het qui tantietarief. Het bedrag, dat men by de aanbieding der quitantie vooruit te betalen heeft, het zoogenaamde aanbiedingsrecht, bedroeg tot dusver 5 cent voor elke quitantie, ongeacht de grootte van het bedrag. Dit aanbiedingsrecht bedraagt in de nieuwe regeling 5 cent voor quitanties tot een gulden, cent van 1 tot 25 gulden en 15 cents daarboven. Voorts wordt tot dusverre het recht, verschuldigd bij de uitbetaling, het zoo genaamde postwisselrecht, berekend over het totaal ingevorderde bedrag dat op den borderel vermeld is, de som der bedragen van de verschillende quitanties. In de nieuwe regeling wordt het post wisselrecht berekend per kantoor, waar de invoering geschiedt. Een voorbeeld Iemand heeft 3 quitantieséén voor Zwolle k f 2.50; één voor Groningen k f10 en één voor Assen k f 14. Totaal: f76.50 Tegenwoordig is hierop een post wisselrecht verschuldigd van 15 cents. In de nieuwe regeling zal het recht voor de 3 quitanties bedragen respectievelijk f 0.02 f 0.05 en f 0.10. Samen f 0.17)f. H. M. de Koningin heeft aan de school kinderen te Katwyk, die haar en prinses Juliana hadden gehuldigd bij haar komst op villa Duinlust, een feestje bereid. De koningin en de prinses verschenen om kwart voor tienen te midden der kin deren, die het Wilhelmus en een zestal andere vaderlandsche liederen zongen. Hare Majesteit sprak de kinderen toe, was over den zang zeer tevreden en zei dat het prinsesje dapper had meegezongen. De kinderen kregen tabletten chocolade. Nadat het Koninklijk gezelschap was vertrokken, begaven de kinderen zich naar hun scholen, waar zy onthaald werden. o Een speciale Telegraaf-corresspondent, die weer een anti-smokkeltocht langs de grens onderneemt, deelt mee, dat er op het oogenblik in Zuid-Limburg, «misschien wel een paar duizend Duitsche deserteurs verblijven.* Nog werd hem verteld, dat, dank zij de bemoeiingen van den Nederlandschen majoor Schroder, de Russische deserteur, die nog door een Duitschen schildwacht aangescho ten werd, toen hy reeds op Nederlandsch grondgebied was aangekomen, en terug naar Duitschland gesleept, weer in vrijheid is gelaten. De man huilde van blijdschap en zou verteld hebben, dat in Duitschland het eten slecht, het ranselen goed en het werken overvloedig was. Sedert eenige dagen vertoeft in Fries land een Duitscher, die groote hoeveel heden zoetwajtervisch voor export opkoopt, waardoor de prijs oploopt. Paling is er zoo goed als niet meer te krygen. Dure peper. Een nieuw artikel, waarmede geld voor de smokkelaars is te verdienen, schrijft «De Tijd*. Voor een pond peper wordt in Duitschland f 40 betaald vermoedt wordt, dat de peper dient by het vervaardigen van bommen, voor het verwekken van.... tranen. Een veldwachter hield in de bos- schen Waubach en Brunssum drie personen aan, die peper in varkensblazen vervoerden. Een der smokkelaars was een Belg. Smokkelen van runderen. Men schrijft aan de «N. R. Ct.« De Duitsche grenskantoren ontvingen de door den Rijkskanselier uitgevaardigde order, voortaan alle runderen, die door smokkelaars de grens overgebracht worden, terug te zenden. Deze maatregel is volgens de (Duitsche) douaneambtenaren het gevolg van eene overeenkomst tusschen de Duitsche en de Nederlandsche regeering, dat voor het overtollige Nederlandsche vee consenten tot uitvoer zullen worden verleend, op voor waarde dat Duitschland zijn medewerking verleent om den smokkelhandel te bestrij den. Paarden. In de Meierij wordt den laatsten tijd eene buitengewoon groote partij oude paar den opgekocht met bestemming naar Enge land. De prijzen zijn daardoor enorm stijgende. Er schijnt in de legers wel groot gebrek aan paarden te zijn, want zelfs minderwaardige oudjes gaan er mee tusschendoor. Door honger wanhopig. Te Dinxperlo kwam een bewoner der Duitsche grensplaats Bocholt aan, met de bedoeling zich van het leven te berooven. De man had door het heerschende gebrek aan voedingsmiddelen zooveel geleden dat hy levensmoede was en naar Hollandsch gebied was gevlucht. De nachtwaker wist het voorgenomen plan te verydelen. Lastig volkje. De veldwachter B., te Ottoland, deed bij den rijksveldwachter te Molenaarsgraaf aangifte van diefstal van een kaas, waarvan verdacht werd een vrouw, behoorende bij een te Molenaarsgraaf staanden woonwagen. NIEUWSBLAD voor Het Land van Hoosden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard, BIJVOEGSEL

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1916 | | pagina 5