Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No, 3592. Woensdag 9 Augustus 1916.
FEUILLETON.
UND VAN ALTENA
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 cent. Elke regel
meer 7*/8 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
Er zijn verschillende stoffen die een
zeer onaangenamen geur verspreiden,
er zijn er daarentegen andere die
onze reukorganen aangenaam aan
doen. Reeds vroeg is men er op be
dacht geweest de laatste aan te wen
den om het onaangename van de
eerste onschadelijk te maken of ten
minste minder hinderlijk. De aange
naam riekende stoffen geeft men den
naam van parfumiën of reukwerken.
De kunst om ze te bereiden is al
sedert eeuwen in het Oosten bekend
Ook daar dienden zij waarschijnlijk
allereerst om de onaangenamen rie
kende uitwasemingen van het men-
schelijk lichaam, vooral zoo erg in
de heete gewesten, te verdragen. De
Bijbel levert ons onderscheidene voor
beelden van het ontsteken van reuk
werk en het aanwenden van welrie
kende balsems en oliën. De voor de
vervaardiging van parfumeriën noo-
dige geurstoffen worden (of liever
werden) meestal aan het plantenrijk
ontleendenkele aan de dieren, zoo
als muskus en amber Meestal wor
den zij aangewend als oliën en zalven
(pomaden)of als welriekende wateren,
zooals Eau de Cologne.
Eene zeer dure, maar ook zeer
zuivere parfumerie is de rozenolie.
Zij wordt in verscheidene landen
gemaakt, maar nergens op zoo groote
schaal als in Turkije, Klein-Azie en
Perzië. Men vindt daar geheele land
streken, waar de aankweeking van
rozen bijna het eenige middel van
bestaan is van de plattelandsbevol
king. Schiravs wordt bezongen als de
stad van rozen en wijn. Het extract
van die rozen gemaakt, maakt zijne
reizen door de geheele. beschaafde
wereld, maar wordt ook al weder
vprvalscht, zooals zoovele andere
zaken en er wordt tegenwoordig
rozenolie verkocht, waaraan de rozen
part noch deel hebben.
Een van de parfumeriën, die lang
bijna onbeperkt alleenheerscher is
geweest, is de Eau de Colonge of het
Keulsche water. Men heeft aan deze
welriekende vloeistof den naam van
I M I.
door A. DE VISSER.
12)
En weêr ging het. Eerst nog al kalm,
maar langzamerhand al vlugger en woester.
En ter zijde van al die beweging stond
Mimi alles aan te kijken, 2ij, die niet dansen
kon, die voor haar pleizier heden middag
en avond gevraagd was en toch zoo'n bitter
verdriet had.
»Kom nou eens een zei Cato.
Mimi heel hartelijk bij de hand nemende.
»Nou eens een Mimi, wat kun jij
dansen
»Ik kan niets dansen,* fluisterde Mimi
zacht.
ïOok geen duitsche polka of een polo
naise
»Niets,« verzekerde Mimi.
»Hoe is 't mogelijk!* vroeg Marie aan
Willemien, die 't zich werkelijk ook niet
begrijpen kon. Maar als ze eens doorge
dacht hadden dan zouden zij wel begrepen
hebben, dat, als ze niet zulke goede ouders
hadden gehad, zij het evenmin zouden ken
nen als Mimi.
»Kom,« zei Cato. ïDan dansen we nou
eens »Een patertje langs den kant,* en
dan doet Mimi meê, anders moet die zoo
lang alleen stilstaan.*
»Maar dat heb ik niet op mijn orgel,
water gegeven, zooals men ook
spreekt van Eau de Lavande, Eau
de mille fleurs, Eau de Voorbourg,
enz. Al deze reukmiddelen worden
uit wijngeest bereid. Maar de Eau
de Colonge heeft onder deze alle eene
bijzondere vermaardheid Zij werd
het eerst in den handel gebracht te
Keulen, op het einde der 17e eeuw,
door een Italiaan, Johan Paul Feminis
Het geheim van bereiding ging van
dezen over op Joh. Antonio Farina
te Milaan De nakomelingen van
dezen Farina bezitten nog te Keulen
eene bloeiende fabriek van dit water.
Ook Johan Maria Farina en een ander
van denzelfden naam te Turin hebben
de Eau de Colongne reeds in de 18e
eeuw bereid. Het Keulsche water
en al deze reukmiddelen zijn niet
anders dan oplossingen van welrie
kende oliën in wijngeest; zij worden
onmiddelijk, of door aanwending van
die oliën, of door overhaling ver
vaardigd.
Zooals wij boven zeiden, is het ge
bruik van welriekende zaken zeer
oud. Op Ainwick-Castle, in Engeland,
vertoont men onder andere merk
waardigheden een vaas, die uit eene
Egyptische katakombe afkomstig is
en een mengsel van harsen en gom
men bevat, welke nog tot op dit
oogenblik een aangenamen geur ver
spreiden, hoewel zij zeer waarschijn
lijk meer dan 3000 jaren oud zijn.
Een der voornaamste Romeinsche
edelen, Trangipani geheeten, ver
vaardigde uit specerijen, wortels van
planten en muskus een welriekend
poeder, dat naar hem den naam van
Trangipanus-poeder verkreeg. De
Egyptische dames droegen een klein
beursje met welriekende harsen,
zooals de Chineesche dames nog heden
ten dage doen. Verscheidene plaat
sen in het Oude Testament en voor
namelijk in het boek Exodus, bewij
zen, dat het gebruik van parfumeriën
reeds vroeg bij de Israëlieten bekend
was, zooals de „welriekende spece
rijen, mirresap, onyche, galban en
zuivere wierook," welke in hoofdstuk
XXX 34, als bestanddeelen van het
heilige reukwerk genoemd worden.
Het bdellium, dat in Genesis ver
meld wordt, was een welriekende
gom, die op wierook geleek, of mis-
Juffrouw,« zei Manus.
»Dat 's niks verzekerde Cato, »dan
doen we het zonder orgel,* en meteen
begon ze al met een heel kringetje, behalve
Marie en Willemien. Neen, die vonden dat
al te laf.
Maar Cato kreeg toch haar zin. Er werd
een patertje langs den kant gedanst en met
Mimi in den kring.
»Maar o, asjeblief,* zei Mimi op eens
doodelijk bleek wordende. »Schei asjeblief
uit! Ik krijg zoo'n vreeselijke hoofdpijn.*
En Mimi ging eens op de canapé zitten,
ze kreeg wat eau de cologne. En toen
de mama van de jarige Marie binnenkwam,
zei Mimi half schreiende, dat ze maar liever
naar huis wou, want dat ze zoo'n erge
hoofdpijn had.
Toen was er aan handjes geven geen
gebrek. Er waren onder de meisjes, die
de arme Mimi meêlijdend zagen vertrekken,
en 't o, zoo jammer vonden voor haar, dat
ze weg moest, want de groote taart moest
ook nog komen.
Vooral Cato was heel aardig voor Mimi,
en nadat zij 't vriendinnetje de deur uit
gelaten en weêr binnen was gekomen, zei
ze met een verontwaardigd gezicht tegen
Marie en Willemien, die bij elkaar stonden
te giggelen en te lachen, »dat ze 't heel
leelijk vond van haar zooals zij Mimi had
den behandeld, 't Was gemeen, vond ze,
en ze zou het alles ook eens aan mama
vertellen.
En dat deed het hart van Cato eer aan,
schien zelf wel wierook was. Reuk
werk werd ook vermengd met de
olie en het was voor de lampen, die
in den tempel brandden. -
Plinius beschrijft een mengsel van
gedroogde bloemen en specerijen, dat
wel eenigszins gelijkt op het alle
gaartje van onze hedendaagsche par
fumeurs.
Galiënus, de beroemde geneesheer
van Peryamus, die voor ongeveer
1700 jaar leefde, vond een reukmid-
middel uit, dat veel gelijkt op het
cold cream van onze dagen. In Zuid-
Italië was de handel in zalven en
reukwerk, in den weeldetijd der Ro
meinen, zoo groot, dat de parfumeurs
de grootste straat van het oude Capua
geheel in beslag namen.
Hoewel men tegenwoordig ook wel
riekende plantenstoffen en dierlijke
stoffen als reukwerk gebruikt, bezigt
men toch ook dikwijls stoffen, die
men met recht walgelijk zou kunnen
noemen.
Een der schranderste toepassingen
van de scheikunde in de laatste jaren
is zeker het maken van kunstmatige
essences van peren, ananassen, aard
beziën en andere vruchten In ge-
concentreerden vorm zijn die essences
scherp van geur, maar als men ze
verdund heeft is de gelijkenis met
den geur der bovengenoemde vruch
ten opmerkelijk groot. De best ge
lukte nabootsingen zijn die van den
ananas en de juttepeer, doch ook die
van den abrikoos, de zwarte aalbes,
de roode aalbes en andere zijn zeer
goede navolgingen. In de verhou
dingen, waarin zij gebruikt worden
zijn zij volkomen onschadelijk. Men
heeft namelijk niet meer noodig dan
anderhalve druppel per Hectogram
De invoering van deze essences was
een gevolg van het feit, dat de bij
zondere geur van ananasrum ver
kregen wordt uit zekere soort van
ether, die men later uit de vrucht
zelve gehaald heeft.
Twee beroemde scheikundigen, die
deel uitmaakten van de jury der
groote Londensche tentoonstelling in
1851, verzekerden, dat eenige der
fijnste parfumeriën op kunstmatige
wijze bereid waren, en niet, zooals
vroeger, door distillatie uit bloemen
De geur der bloemen bestaat veelal
dat ze zoo dacht en zoo zei.
Maar die arme Mimi nu, toen ze thuis
kwam
»Och, mijn arme ziel,* zei Klaar, toen
ze haar naar bed hielp.
Maar Mini hield zich groot, ze liet zich
niet ontvallen, van waar die hoofdpijn
komen kon.
Toen mama Beels echter boven kwam
en naast haar bedje zittende, op deelne-
menden toon vroeg
ïHoe of ze aan zoo'n hoofdpijn kwam,
of ze soms veel gegeten of druk geloopen
had?* antwoordde zij eerst: Nee mama.*
Maar toen barstte zij in een hevig snikken
uit. En toen eerst kwam het verdriet dat
zij gehad had, kwamen de grieven, die ze
had moeten doorstaan, voor den dag. Alles
vertelde ze alles En o, indien
Marie en Willemien die oogen eens gezien
hadden van mevrouw Beels en in haar hart
hadden kunnen lezen, ik verzeker u, ze
waren schaamrood geworden.
tEn heb je daar geschreid?* vroeg mama.
»Neen, dat wilde ik niet,* snikte Mimi.
»Dan heb je je heel flink gehouden,*
zei Mama. »Die andere meisjes zijn klein
en kinderachtig geweest. Schrei je verdriet
maar eens bij mij uit, dan zal je hoofd
pijn ook wel beter worden.*
»En zal ik je dan eens wat zeggen,
beste Mimi* hernam mama, toen ze zag,
dat ze wat bedaarde, »wij zullen morgen
met Klaar aan Marie een mooi cadeautje
bezorgen. Is dat niet best?*
uit oliën en ethers, die de scheikun
dige kunstmatig in zijne werkplaats
kan samenstellen. De handel maakte
zich weldra van deze ontdekking
meester en zond in den vorm van
parfumeriën zulke extracten naar de
tentoonstelling. Zooals wij boven
reeds vermeldden, zijn zij in het al
gemeen van zeer walgelijk riekende
zelfstandigheden afkomstig. Eene bij
zondere stinkende olie, foezelolie,
ontstaat bij het maken van brande
wijn. Foezelolie, gedistilleerd met
zwavelzuur en azijnzure potasch,
geeft een olie, die naar peren riekt.
Ananasolie wordt verkregen uit een
product van rottende kaas op suiker
of door eene zeep met boter te maken
en die te distilleeren met. alcohol en
zwavelzuurdeze olie wordt thans
in Engeland veel gebruikt om ananas-
ale te maken. Cognac-olie, die ge
bruikt wordt om den geur van Fran-
schen cognac aan brandewijn te geven
is bijna niets anders den foezelolie.
De kunstmatige olie van bittere
amandelen, die thans zoo veel ge
bruikt wordt om amandelzeep- en
bitterkoekjes te maken, wordt ver
kregen door de werking van salpeter
zuur op de stinkende olie van steen-
kolenteer. Menig schoon voorhoofd
wordt bevochtigd met duizend bloe
mengeur, zonder dat.de eigenares van
dat hoofd weet, dat het voornaamste
bestanddeel dier parfumerie uit de
goten en de riolen van koestallen
afkomstig is.
BUITEItfLANDSCH OVERZICHT.
Wij kunnen ons voorstellen, dat er zijn,
die zeggen »Neen wij willen niets meer
lezen over den oorlog, 'tls zulk een een
tonige afmattende lectuur. 't Is altijd
over gevechten roriddm Verdun of aan de
Somme, in Rusland of aan het Öosten-
rijksch-Italiaansche front en er is geen
voortgang, geen groot nieuws. Het blijft
maar altijd hetzelfde moorden en lijden
Maar ziet nauwelijks hebben wij het gezegd.,
daar komt het »Nieuwsblad«. Toch even
inkijken. Misschien is er iets in te vinden,
dat ons belang inboezemtwie weet of
er geen bericht in staat over een mogelijk
spoedigen vredeAch mijn lezer, zoo doen
wij telkens en telkens te vergeefs. Het
derde oorlogsjaar zijn we al weer ingegaan
en uitzicht op het einde is er nog niet.
»0 ja,« zei Mimi,»heel, heel best
en een poosje later toen ze wat
bedaard was, vroeg ze zachtkens
»Mag ik van avond myn gebedje maar
zachtjes doen, mama? Ik ben zoo verdrie
tig en onplezierig.*
»Doe jij ,t maar zacht,* mij best,« zei
mama en drukte Mimi een hartelijken kus
op de lippen.
Toen sliep ze in.
En wie zou geruster geslapen hebben,
zij, die zoo bitter gegriefd was of zij
die zoo gegriefd hadden
Ik denk, dat ge dat wel raden kunt,
ook zonder dat ik het u zeg.
Maar nu dienzelfden avond die oogen van
Klaar, toen mevrouw Beels haar alles ver
telde.
i't Zijn nesten akelige, slechte kin
deren,* zei ze woedend op den grond stam
pende. »Maar mevrouw, ik zal morgen het
presentje bezorgen Nu, maar ik zal
het wegbrengen, hoor!*
En dat gebeurde ook den volgenden mor
gen Klaar moest juffer Marie zelf spreken.
»Hé juffer Marie,* zei ze, daar breng ik
u van Mimi nog een klein presentje, dat ze
vergeten had meê te brengen Ze had
het laten staan, weet u.*
»0 hoe lief,zei Marie coquet,
maar toch gelukkig
Klaar, het is het mooiste presentje, dat
ik nog gekregen heb.*
»Ja,< zei Klaar >Zoo kan 't komen,
Juffer.* Ze wou graag wat meer zeggen,
Men spreekt reeds over de winter-campagne
en treft in alle oorlogvoerende landen
maatregelen om ook daarvoor gereed te
zijn. Het is wel een wanhopige zaak. Dat
een der beide partijen door het geweld
der wapenen gedwongen za) worden den
strijd op te geven wordt door niemand
geloofd. Dat Duitschland door uithonge
ring genoopt zal worden zich over te geven
is al evenzeer ondenkbaar. Het geloof
aan die uithongering is misschien de ergste
vijand van den vrede. De eenige kans,
dat men de wapenen zal gaan neerleggen
is wellicht gelegen in het feit, dat de oor
logslasten te drukkend voor de natiën
worden. Om nu alleen bij Frankrijk te
blijven: Volgens den rapporteur der Fran-
sche begrootingscommissie hebben de oor
logskosten voor de Republiek van 1 Aug.
1914 tot 30 Juni 1916 in totaal 46782
millioen franc bedragen. Hoe de militaire
kosten stijgen blijkt wel daaruit dat de
gemiddelde maandelijksche uitgave in 1914
1444 millioen franc beliepen, terwijl ze in
1916 niet minder dan 2616 millioen franc
of bijna het dubbele bedragen. Per dag
zijn deze cijfers ongeveer 48 millioen franc
voor 1914 en 87 millioen franc voor het
tweede kwartaal van 1916. Ja thans zijn
ze reeds gestegen tot 98 millioen franc
per dag, zegge ruim 45 millioen gulden.
Denkt u dat eens in. En Engeland heeft
het al gebracht tot diep in de 60 millioen
gulden per dag. Nietwaar, dat moet op
den duur spaak loopen. En ondertusschen
woedt de strijd maar voort. Hoe afmat
tend deze is voor de arme soldaten blijkt
uit een opstel van een Fransch schrijver,
die een dorp niet ver van Verdun gelegen
bezocht. Daar waren een menigte krijgs
lieden aangekomen om uit te rusten. Ze
stonden letterlijk te slapen.
Waarom, zoo roept hij uit, moest ik,
terwijl ik mijn schreden richtte naar die
dennen, wier rechte en sombere stammen
zich scherp aflijnden tegen den horizont,
denken aan zekere Afrikaansche dorpen,
aan die vreeselijke plaatsen, waar alles
schijnt te slapen, waar de slachtoffers van
de tsetse-vlieg bij duizenden neerliggen in
doodelijke bezwijming Langs den kant
van den weg* in de veldert, op de steen-
hoopen. Lagen de soldaten en sliepen.
En welk een slaap Het scheen, dat zij
verrast waren geworden door een onzicht
bare machtverblind als door een plotse-
lingen straal waren zij op den grond neer
geworpen. Sommigen lagen op den rug,
maar ze had het stellige bevel meègekre-
gen van Mevrouw, dat ze niets meer zeg
gen mocht dan de complimenten.
»Nou Klaar,* zei Marie. »Wil je Mimi
wel heel vreindelijk bedanken en zeggen,
dat ik haar heel lief vind.*
zich zelf: »nou hang je de huig naar den
wind en ben je vrindelijk, omdat je wat
hebt weergadsch nest.*
Toch had dit geval Mimi niet minder
doen worden bij haar kennisjes. Voortaan
was het niet Cato alleen, die haar in be
scherming nam, maar ook Marie en Wil
lemien liet hare kleine nukjes wel wat
varen. Zoo ging de tijd langzaam voorbij.
Mimi groeide flink op en werd een aardig,
knap meisje.
Was dat laatste het geval niet geweest,
ik geloof zeker dat Willemien haar veel
beter had mogen lijden. Dat ze dikwerf in
de schaduw moest staan van Mimi dat ver
veelde haar. Een ding troostte haar altijd
en dat was, dat het aangenomen kind niet
zooveel geld had als zij en toch eigenlijk
gezegd maar een spellekind was.
Daar was ook plan dat Mimi zou opge
leid worden voor het onderwijs en daarvoor
behoefde zij niet te leeren. Al was Mimi
dan ook later nog veel mooier dan zij,
dacht Willemienze kon toch nooit worden,
wat ze was. Mimi voor 't onderwijs opge
leid, dat waren de plannen van Meneer en
Mevrouw Beels. Wordt vervolgd
NIEUWSBLAD
voor Het Land van Hoosden en Jtltena, de Lanostraat en de Bommelerwaard.
jZoo,« zei Klaar. »Nu hef? Nee maar,
ik zal het zeggen en ze bromde bij