de aanstormende vijanden worden neerge veld door deze duizenden en duizenden kogels vooruitjagende werktuigen. Verder seint Reuter: De Engelsche troe pen strijden met prachtige vastberadenheid en de Duitschers ondernemen tegenaanval len met een hardnekkigheid, die bewonde ring afdwingt. Klaarblijkelijk gevoelen zij meer dan ooit te voren de nadering eener ramp, nu de machtige verdedigingswerken, waarop zij meenden terug te trekken, niet gereed zijn en zij moeten rekenen op het weerstandsvermogen hunner troepen, ten einde dezelfde resultaten te verkrijgen als vroeger met hun loopgraven en schuilholen. Uit mijn gesprekken met officieren van den generalen staf leid ik af, dat het hand gemeen ongelooflijk hardnekkig is geweest, en dat het met afwisselende kansen voort duurt ten slottedat de verliezen der Duitschers verschrikkelijk zijn (die derEn- gelschen niet Zoo zijn wij dus genaderd tot de ver schrikkelijke dagen, waarop wij ons nu bijna drie jaren Rebben voorbereid, en die wij onder het oog moesten zién, als wij Duitschland op het slagveld wilden verslaan. Het is voor ens' een bittere voldoening, te weten, dat wij een vernietigenden veld slag opdringen aan een vijand, die zijn ver liezen trachtte te verminderen door een terugtocht, in de hoop, aldus al onze plan nen voor het groote beslissende offensief te schande te maken. Het is wel eigenaardig, uit datzelfde bericht te merken, dat de moeite die de Engelschen met den vermeerderden tegen stand der Duitschers hebben wordt uitge legd als een succes voor de Engelschen omdat uit de verwoedheid, waarmee de Duitschers de Engelsche aanvallen te keer gaan, zou blijken, dat zij den toestand als hachelijk beschouwen. Hachelijker zou echter de toestand voor de Duitschers zijn en grooter het succes voor de Engelschen als deze bij machte waren, trots de tegen aanvallen, hun opmarsch radicaler door te zetten. Zooals gezegd, het succes van den derden grooten- aanval van de Engelschen is uiterst beperkt gebleven en heeft geen verandering van beteekenis in den heelen toestand gebracht. Intusschen nemen op het Fransche aan valsfront het artillerievuur en de werk zaamheid van verkenners weer toe, zoodat ook aan de Aisne spoedig de bloedige worsteling hervat staat te worden. Uit al dit nieuws van het westelijk front treedt een dag dat diegene het winnen za die beschikt over de meeste kanonnen en de beste leiding. Wat het eerste betreft daarin zijn de geallieerden hun tegenstan ders de baas. In een rede die Lloyd George te Londen hield, maakte hij een vergelijking tusschen den strijd in 1915 en nu in 1917 en weer er op, dat het meerdere succes dat de Entente nu heeft voor het grootste deel te danken is aan de munitiefabrieken De eerste aanval op den rug van Vimy is den Franschen ontzettend duur te staan gekomen. In weerwil van hun weerga loozen heldenmoed, bezetten ze er maar een stuk van. Betere kanonnen en meer granaten beteekenen het sparen van rrien- schenlevens. Nu onze uitrusting verbeterd is, hebben wij dien heelen hoogterug ver meesterd met ongeveer 200 kanonnen en ten koste van ongeveer een vijfde der ver liezen van het Fransche leger in den slag aan de Somme, toen de uitrusting nog niet op de hoogte van thans was. Neem de eerste 18 dagen van den slag aan de Somme en van dezen slag. In eerstgenoemde maakten wij 11.000 ge vangenen en legden we de hand op 54 kanonnen. In laatstbedoelde (bij Atrecht namen we 18.'0Ü0 Duitschers gevangenen maakten we 230 kanonnen 'buit. Wi wonnen viermaal meer veld. Onze ver liezen zijn precies de helft. De uiteinde lijke overwinning zal dus ten koste van minder verliezen bevochten worden. Hoe kwistig het kanonvuur huishoudt in Noord-Frankrijk blykt uit de volgende ihede deeling Sedert meer dan twee-en-een-half jaar braken de kanonnen hun projectielen van alle kaliber uit. Duizenden en duizenden tonnen metaal zijn over de gevechtsterrei nen uitgestort. Velden en wegen, dorpen en steden zijn, in het gebied, waar de strijc gewoed heeft, bezaaid met ijzer, koper en staal. Votfr millioenen franken. Aan wie behoort al dat metaal Kunnen de eige naars van landerijen, van huizen of van wat ook, waar het metaal in terecht ge komen is, de stukken projectiel als hun eigendom beschouwen en het dus verza melen en verkoopen Deze vraag houdt de menschen in de door het geschut ge teisterde streken van Frankrijk reeds bezig en twee lederi der Fransche Kamer, Char- pentier en Bosquette, hebben een wets ontwerp bij de Fransche Kamer ingediend strekkende tot »demetallisatie« van onroe rende goederen in de streken, waar ge vechten geleverd zijn. De indieners van iet wetsontwerp zijn de meening toege daan, dat slechts de staat aanspraken op iet bezit van het metaal der projectielen kan doen gelden. Reeds zouden er maatschappijen opge richt worden tot exploitatie van terreinen, die tengevolge van beschieting »metaal- houdend« geworden zijn. Als mén zoo ook eens de zee kon doen weergeven wat zij in den loop der duizende oorlogsdagen op haar bodem heeft verza meld aan schatten Volgens officieele opgave zijn alleen in de maand Maart 450 koopvaardijschepen door de centralen de diepte ingezonden. Hiervan waren 345 vijandelijke schepen met tesamen 689.000 ton. Bij deze wa ren Engelsche schepen met een totaal, van 536,500 ton. Verder werden zes schepen, waaronder drie vijandelijke, met te zamen 39.500 ton zwaar beschadigd, zoodat zij voor langen tijd uit het handelsverkeer moeten blijven. Sedert het begin van den oorlog tot 31 Maart 1917 zijn daarmee, de in den loop van het laatste kwartaal achteraf bekend geworden verliezen méegerekend, 5.711.000 bruto registerton van de vijan delijke handelsvloot verloren gegaan. Het verlies voor de Engelsche koopvaar' dijvloot bedraagt 4,370.500 ton, dat is 23 pet. van de geheele Engelsche han delsvloot bij het begin van den oorlog. Het laat zich begrijpen, dat dit verlies zich duchtig laat voelen, in Engeland vooral. Wel beweert de maritieme deskundige, Archibald Hurd, dat de Engelschen nooit in het nauw gebracht kunnen worden. Hi zegt Wij zijn op het oogenblik in de positie, waarin Duitschland zieh anderhalf jaar ge leden bevonden wij verkeeren in veel gunstiger omstandigheden om een econo- mischen strijd vol te houden dan eenig ander land van Europa oorlogvoerend of neutraal. Kunnen wij met zeer groote snelheid schepen aanbouwen Duitsch land leeft in een omheinde ruimte. Zijn eenige helpers zijn Oostenrijk-Hongarije en het van de wijs geraakte, hopelooze en bankroete Turkije, even bankroet in geld als in al het andere en met de handen rood van het bloed van duizenden vermoor de Armeniërs, en verder Bulgarije, de af schuwelijke beroover van Servië. Duitschland wordt bestreden door de ge allieerden met vrije bevolkingen, ongeveer driemaal zoo talrijk als de bevolkingen, van de centrale mogendheden. Het i« waarschijnlijk, dat wij binnen enkele weken in staat zullen zijn, in het het algemeen te kunnen verklaren, dat onze zaak ook de zaak is van de geheele be schaafde wereld. Want er zijn aanwijzin gen, dat andere mogendheden zullen gaan meedoen. Hierin is geen gering deel grootspraak gelegen en wij vermoeden dat ten gevolge van de duikbootactie Engeland nog wel een toontje lager zal leeren zingen. Ten slotte zij nog meegedeeld dat bin nen kort het Italiaansche offensief verwacht kan worden. De Italianen schijnen zich den wintertijd te nutten te hebben gemaakt, om zich op allerlei wijze voor te bereiden op den aanval. Er zijn wegen, spoorwegen en telegraaf lijnen aangelegd en een groote hoeveelheid artillerie en munitie is opgehoopt. De vertraging in het openen van het Italiaansche offensief is vooral te wijten aan het ongunstige weer en verder te ver» klaren uit het plan, dat Cadorna vermoe- lijk heeft, om een verpletterenden slag aan het geheele front toe te brengen, wat totdusver niet doenlijk was. Het is zeker dat het offensief niet langer vertraagd zal worden dan noodig is om zijn volkomen succes te verzekeren. Maar ook Oostenrijk heeft niet stilgeze ten. Een verwoede strijd staat dus te wach ten aan de drie hoofdfronten van Trente, Cadora en de Isonzo. ping van het Duitsche volk op diens vast beraden wil tot overwinning zal afsluiten. De Duitsche oorlogsleening. Naar in de hoofdcommissie van den Rijksdag is fneedegedeeld, bedragen de in schrijving op de laatste oorlogsleening tot dusver 12.978.940.700 mark. Daar de termijn van inschrijvingen van te velde staap de militairen nog tot half Mei loopt staat het vrijwel vast, dat de zesde oor logsleening 13 miljard zal opbrengen. De opbrengst van de zes leeningen te zamen is rond 60.195.200.000. mark. Uit het paleis naar het klooster. De keizerin-weduwe van Rusland, de moeder van den onttroonden tsaar, heeft naar de Dzjennik Kijewski verneemt, haar geheel vermogen afgestaan aan inrichtin gen van weldadigheid en zich laten opne men in een nonnenklooster, waar ze de rest van haar leven denkt te slijten. o De rantsoeneering der neutralen. Washington, 28 April. (Reuter.) Aan de Britsche ambassade werden ingewikkelde handelsvraagstukken op niet-formeele wijze behandeld. Tot de meest urgente vraag stukken behoort de voortzetting der rant soeneering van Nederland en Skandiriavië op zoodanige wijze, dat de invoeren dier landen niet meer naar Duitschland kunnen gaan en voorts de belemmering der Duit sche propaganda door eene handelcontrole in Zuid-Amerika. Volgens het Journal zou een Spaansch zeilschip in de Spaansche wateren een Duitsche duikboot van proviand hebben voorzien. Te New.-Yorky moet een vredesdemon- tratie hebben plaats gehad van neutralis ten, waaraan duizenden deelnamen. Het heeft, dat een botsing plaats had met aan hangers van den oorlog en dat de politie de betoogers uiteengedreven heeft. Door een niet nader aangeduid ongeval is volgens Fransch bericht een Rumeen- sche torpedoboot verloren gegaan. Drie Fransche zeeofficieren kwamen daarbij om het leven. Branden in Japan. Uit Tokio wordt aan de Roeskojo Wol ja gemeld, dat de schouwburg te Nagasaki in vlammen is opgegaan. De brand was uiterst geraffineerd gesticht. Er zijn 70 personen bij omgekomen en ruim 400 ge wond. Te Osaka zijn de douaneloodsen afgebrand, waardoor belangrijke materieele schade is aangericht. De verdenking be staat, dat op beide plaatsen Amerikaansche spionnen de hand in het spel hebben ge had. Volgens de Deutsche Tagesz, zijn op het oogenblik een groot aantal agenten, die in dienst van Engeland staan, in Duitsch land bezig, politieke ontevredenheid op te wekken en zoo veel mogelijk aan te stoken tot een revolutie. Naar men zegt, gebrui ken zij daarvoor zoowel het kiesrecht- vraagstuk als de moeilijkheden met de levensmiddelen voorziening. BINNENLAND. BUITENLAND. Duitsch vertrouwen op den komenden vrede. BERLIJN,28 April. In de centrale commissie van den Rijksdag deed staats secretaris Zimmerman hedenmorgen uit voerige mededeelingen over den buiten- landschen politieken toestand. De uiteen zettingen van den staatssecretaris, die ver trouwen gaven op den goeden uitslag van den oorlog, en die met de desbetreffende uitingen van den minister van oorlog en den staatssecretaris van marine overeen stemden, werden door de talrijke afge vaardigden, welke waren verschenen met betuigingen van instemming begroet 1 Zij hebben de opvatting versterkt, dat in niet al te ver verwijderden tijd de oorlog tot een goed einde zal komen, vooral daar de laatste hoop op de innerlijke verslap Bommen op Zierikzee geworpen. ZIERIKZEE, 30 April. Hedennacht om half drie heeft een vliegmachine, wel ker nationaliteit niet is vastgesteld, bom men geworpen op Zierikzee. Verscheidene huizen zijn ingestort en daken afgerukt. De schade is groot. Er zijn drie dooden uit één gezin n.l. een man, een vrouw en een kind. Tevens ontstond brand. Deze werd spoedig gebluscht. De militaire autoriteiten en de Commis saris der Koningin" zijn heden naar Zierik zee vertrokken. ZIERIKZEE, 30 April. De bommen vielen met korte tusschenpoozen naar be neden. Het huis, bewoond door de firma Leidekker in de St. Domiusstraat, werd getroffen, waardoor het gezin, bestaande uit man vrouw en kind op slag werd ge dood. Dé lijken werden, geheel misvormd op grooten afstand gevonden. Tal van huizen zijn getroffen, zoodat de materieele schade zeer groot is. In de Molenstraat zijn 2 pakhuizen in vlammen opgegaan. De huizen van advocaat Polvliet en notaris Biermasz hebben veel geleden. In den tuin van laatstgenoemde is een bom neergekomen. Aan de Oude haven is schier geen enkel huis er zonder schade afgekomen. Groot is de ontroering en diep' de verslagenheid der burgerij. o Inkrimping van den veestapel. In zyn Mem. van Antwoord op het V.V. der Landbouwbegroting deelt de Minister van Landbouw mede, dat bij geen of zeer gebrekkigen aanvoer van graan, veevoeder en kunstmest, inkrimping van den veestapel onvermijdelijk zal zijn, daar er geen of zeer weinig krachtvoer voor beschikbaar zal wezen. Deze inkrimping zal in de eerste plaats den varkens- en pluimveestapel betreffen, terwijl op het aantal paarden zoo spoedig mogelyk zal moeten worden verminderd. In den a.s. herfst zal, ais de toestand niet verbeterd, in elk geval het aantal runderen tot ongeveer der normale stérkte moeten verminderen, om ze bij een minimum productie van melk en vleesch gedurende den winter te kunnen voeden. Landstormjaarklassen 1904 en 1905. De minister van oorlog heeft bepaald, dat voor den landstorm zullen worden in geschreven, zonder daartoe te behooren de personen bedoeld in art. 4 der wet van 31 Juli 1915 (Stbl. no. 345), voor zooveel zij zijn geboren in 1885 of in 1884. Hun inschrijving moet tot stand zijn gekomen op 10 Mei. De keuring voor deze jaar klassen zal worden gehouden in Mei en Juni, de laatste vergadering te houden op 30 Juni. De heer Kamphuis, molenaar te Coevor- den, heeft een inrichting uitgevonden tot afwering van zeemijnen, Hij heeft zich met belangstellende autoriteiten in verbin ding gesteld. Heidebrand. Onder Hoenderloo is een stuk heidegronc van 15 H.A., gedeeltelijk toebehoorend aan de Heide-Maatschappij en voor een dee aan de diaconie van Beekbergen en den heer Delcour, Donderdagnacht geheel afge brand. Men denkt aan kwaadwilligheid daar de heide op drie plaatsen tegelijk vuur heeft gevat. Te Woensel, Aasten, Berkel en te Schaft hebben de laatste dagen boschbranden plaats gehad, waarbij aanzienlijke bosschen ver loren gingen. Veevoeder. Onder bepaalde voorwaarden zal, naar wij vernemen, door de Regeering voor elk der maanden Juni en Juli 1917, qitsluitenc voor veehouders, d.w.z. allen die voor de voeding van_ hunne paarden, runderen schapen, varkens, pluim- en ander vee veevoeder noodig hebben, eene zekere hoeveelheid veevoeder ter beschikking wor den gesteld. Vervreemding aan anderen dan de aan grossiers, tusschenpersonén, handelaren en organisaties aangewezenen, ep opslaan met speculatieve doeleinden is verboden. Aan bestellers is elke vervreemding aan derden of opslaan met speculatieve doel einden verboden. Aanvragen die na 10 Mei bij een Vee voederbureau mochten worden ingediend worden bij uitzondering toegewezen voor zoover alsdan nog voldoende veevoeder be schikbaar is en tegen een prijsverhooging en aanvragen voor de Juni-levering, inge diend na'15 Juni of voor de Juli-levering, na 1 Juli worden niet meer in behandeling genomen. Steenkoolrantsoeh. DEN HAAG. Volgens mededeeling van de Rijkskolendistributie zal het minimum rantsoen waarover ieder, dus elke bewoner van één woning met één haardstede vanaf 1 Mei 1917 tot 1 April 1918 zal kunnen beschikken 12 H.L. steenkolen (anthraciet, eierbriketten of kachelkolen) bedragen. Eén H.L. steenkolen staat gelijk met ll/3 HL. cokes of 200 stuks bruinkoolbriketten of turf. Voor woningen met 2 haardsteden en meer zullen toeslagen voor elke haardstede gegeven worden, geleidelijk minder wor dend. 1 In het algemeen mag en niet op worden gerekend, dat ïn het winterseizoen 1917- '18 meer dan 2 vertrekken (keuken in begrepen) behoorlijk verwarmd zullen kun nen worden. Voor openbare gebouwen, winkels kan toren, hotels en dergelijken, zullen afzon derlijke rantsoenen worden gesteld. Voorts dient de distributie van gas door de gasfabrieken zoodanig te worden gere geld, dat een ieder die op gas kan koken dit ook gedurende de zomermaanden kan blijven doen. Moord. Tilburg, 30 April Gisterenavond ruim 9 uur speelde zich een treurig drama af in de Prinses Sophiastraat. Twee Duitsche deserteurs, die sinds en kele weken hier ter stede vertoefden, ont moetten een zekeren M., een ongehuwd persoon, ruim 30 jaar oud, iemand met eene ongunstige reputatie. Vroeger eenigen tijd in Duitschland ge werkt hebbende, schijnt hij enkele woorden )uitsch te kunnen spreken en was dit lem eene reden om vreemdelingen een gesprek aan te knoopen. Zonder juist volslagen dronken te zijn scheen M. toch een ruim gebruik hebben gemaakt van drank, waardoor hij naar het schijnt de woorden van de Duitschers op- zettelijk niet wilde begrijpen, waardoor oneenigheid ontstond. Bij éenig trekken aan elkanders klee deren kwam een der deserteurs, Gustave Hancke, te vallen en toen hij weder over eind kwam ontvinghij van M. een mes steek in de borst, waardoor hij voorover viel, waarop hem nog eenige steken in den rug werden toegebracht, wat ten gevolge had, dat hij onmiddellijk den geest gaf. De dader wilde ook nog den tweeden Duitscher aanvallen, wat echter werd voor komen. Onmiddellijk is hij door de gemeente politie gearresteerd. o Een grappenmaker. Een jongen te ^kkerwoude hééft vele iqgezetene aldaar bij den neus gehad. Hij reed met een met water gevulde petro- leumkan per fiets door het dorp en ver telde, dat de petroleumventer weer voor raad had. In een oogwenk was het een wedloop van mannen, vrouwen, meiden en kinderen, allemaal met de kannetjes om de zoo zeer begeerde brandstof die er niet was! Biggen. Uit Doorn wordt gemeld Tengevolge van het tekort aan kippen voer worden hier nagenoeg alle jonge biggen bij de landbouwers gedood, gekookt en in stukken gesneden, om als kippen voer te dienen. f Boeren, die weinig kippen hebben, be houden de melk van hun koeien en hou den daarmee hun biggen in 't leven. Uit West-Friesland meldt men ons, dat daar gevallen voorkomen, dat de boeren de pasgeboren biggen verdrinken, wijl de varkensfokkerij wegens de hooge voeder- prijzen niet meer doenelijk is. —o— Officieele smokkelauto. Men meldt aan de Tel. uit Arnhem, d.d. 25 AprilDoor een toeval is men tot de ontdekking gekomen, dat de dis trictcommandant der maréchaussées in een der Oostelijke steden van ons land onbe wust d/8 smokkelarij bevorderde als hij op inspectie ging Hij ging dan per auto naar de grens en van die gelegenheid maakte zijn chauffeur gebruik om eiken keer een flinke lading smokkelwaar in dien auto, die natuurlijk boven elke verdenking stond, naar de grens te vervoeren, waar tijdens de inspectie de inhoud gelost werd. De maréchaussée-officier heeft op deze wijze telkens op dekisten smokkelwaar gezeten, die in den auto verborgen waren Onnoodig te zeggen dat de chauffeur thans in het Huis van Bewaring zijn smokkelavonturen kan overpeinzen. Elft Te Gorinchem is in dit seisoen de eerste elft gevangen, die f 6.20 heeft opgebracht. BEKENDMAKING. Het Gemeentebestuur van Heusden, MAAKT BEKEND dat in de week van 30 APRIL tot 6 MEI 1917, op de navolgende bons ver krijgbaar zijn de daarbij vermelde regee- ringsgoederen Bon 'no. 41 2 ons Rijst. 42 1 Gort. 43 1 Zeep. 44 1 Groene erwten. i 45 2 d Bak- of Braadvet. 46 4 K.G. Aardappelen. Het Gemeentebestuur van Heusden maakt bekend dat tot onderstaande maximum prijzen moe ten worden verkocht de hierna genoemde vischsoorten (onverschillig w&è,r deze ook vandaan komen alle schelvisch tot de lengte van 37 c.M. j (z.g. kleine schelvisch) 14 ct. p. pond. I gul tot de lengte van 55 c.M. 14 ct. p. pond. wijting (van iedere grootte) 13^9 ct. p. pond. poon (z.g. kleine Poon, niet de Roode Poon) 13 ct. p. pond. schol van de lengte van 20 tot 351 cM. (z.g. kleine schol) 14 ct. p. pond Engelsche bokking 5 cent per stuk pekelharing 4 ct. p. st gemarineerde haring 6 ct. p. t. Zuiderzeebokking (zachte) 2 ct. p. nSl. (hard) 2Vs ct. p. st. spiering 11 ct. per pond. I .IV

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1917 | | pagina 2