Bij dit ir mmoart een üoeisel.
Comb. PEEK CLOPPENBURG, s-Bosch.
Uitgever: L» J. VEERMAN, Heusden.
No. 3684. Zaterdag 30 Juni 1917.
FEUILLETON.
Heerenconfectie, Kinderconfectie en Kleeding naar Maat
fs§
'iSi
gfe berekend zijn, verwijzen wij voortdurend naar onze étalages.
UND VAN alten^
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel
meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
BUITENLANDS GH OVERZICHT.
»Wij zullen doorvechten tot het einde,
opdat na dezen oorlog in de eerste tijden
geen nieuwe oorlog meer ontbrande.Zie
hier de leuze die telkens weer opklinkt.
Of dit idealistischeoorlogsdoel ooit
bereikt zal worden. Of na dezen moord
in massa voorloopig geen beslechting der
veeten meer door wapenen zal voorkomen
Men hoopt het en daarom gelooft men
het. De regeeringen der nu oorlogvoerende
landen moeten bovendien hun legers tot
volharding aanvuren. Indien de soldaten
niet warm gemaakt worden voor de vech
terij, kon het wel eens gebeuren, dat zij
er de brui aan gaven nog langer zich te
laten neerschieten of verminken. En
daarom «soldaten, gij strijdt voor eer.
heilig ideaalGij strijdt voor de toekomst.
Gij strijdt opdat er na dezen geen strijd
meer zal zijn.«
Ja, men hoopt het, dat nooit meer zulk
een hel op aarde za! losbarsten. En die
hoop, zegt men, heeft kans verwezenlijkt
te worden. Want door de gruwzame el
lende die allen dulden moeten, door de
diepe, diepe wonden die Europa geslagen
zijn, zal in den vervolge de lust vergaan
zijn om nog eens zulk een kamp aan te
binden, Zal het waar zijn Zullen onze
nazaten in zeg maar, de eerste eeuw
geen kanongebulder meer vernemen,
dan alleen voor oefeningen van vreedzame
troepen Ach, daar hebt ge al dadelijk
de eerste adder onder bet gras of wilt
ge in de oorlogsbeeldspraak blijven - de
eerste mijn onder den bodem. Zoolanger
staande legers blijven zullen er militairis-
ten zijn en die of ze willen of niet
zullen te eeniger tyd wel weer door de
begeerte aangegrepen worden in toepassing
te brengen wat zij geleerd hebben. Doch
al is dit gevaar niet het grootste, er is
meer menschen blijven menschen en wor
den nooit engelen. Twist en tweedracht,
haat en verdachtmaking, zelfzucht en eer
zucht zullen blijven bestaan, niet slechts
bij enkelen, maar ook bij de volken onder
ling. Wie zal durven beweren dat in de
toekomst geen vredeschenders meer zullen
opstaan En geen volksopzweepers hun
verderfelijken invloed meer zullen uitoefe
nen
En om nu alle veronderstellingen te
laten varen, wijzen wij nog op een reëel
feit.
Waarom, zoo vragen wij, zou Amerika
zich bij de strijdenden hebben gevoegd.
Amerika, dat bij monde van Wilson, den
president, eerst zoo sterk mogelijk verze
kerd had, dat het zich niet mengen zou
in de Europeesche aangelegenheden Al
leen omdat Duilschiand de duikbootactie
heeft verscherpt Wij meenen dat er
meer achter zit. Ook ditAmerika is als
de dood zoo bang voor Japan. Die het
weten kunnen, zeggen dat het eenmaal
tusschen deze beide staten tot een gewel
digen strijd zal komen. Maar Amerika
had nog heel geen leger. En maar een
geringe vloot. Nu heeft het een kostelijke
aanleiding de macht van leger en vloot zoo
uit te breiden, dat het in staat zal zijn
Japan het hoofd te bieden, en indien dat
niet buigen wil voor Amerika's eischen, de
gepantserde vuist tusschen de scheele oogen
van het gele ras te drukken.
Neen wij gelooven niet aan een lang-
durigen vrede, als dezen oorlog eenmaal
tot het verleden behoort. Wij leven op een
vuurspuwende berg. Wij Nederlanders ook.
Want als Japan begint, dan zullen onze
Oost-Indische bezittingen het moeten ont
gelden en zonder slag of stoot zal onze
regeering die rijke hulpbronnen zeker niet
doen overgaan in andere handen.
Dat het Amerika hoe langer hoe meer
ernst wordt daadwerkelijk aan de worste
ling deel te nemen, blijkt ook hieruit dat
de eerste troepen uit de Ver. State:» in
Frankrijk zijn aangekomen.
De Times schrijftDe aankomst van de
eerste Amerikaansche troepen in Frankrijk,
1 Vertelling van Vacano.
De geschiedenis, die ik thans verhalen
wil, is geene verdichte, geene kunstnovelle.
Liever dan de gestalten, die geheel uit de
phantasie ontsproten zijn, die zich bewegen
en spreken naar de stemming van den
auteur, gelijk deze zich dat gedroomd heeft,
schilder ik personen, die werkelijk geleefd,
wier harten werkelijk geklopt, wier lippen
werkelijk geglimlacht hebben. En zoo
vertel ik dan ook dit geschiedenisje slechts
na, evenals een oude Duitsche zanger het
ongeveer gedaan heeft, toen hij voor de
portretten in de zalen van zijn burg op en
neer liep, op winterdagen terwijl de schrij
ver in de diepe vensternis het gedicteerde
met kunstvolle letters op het perkament
teekende.
Van de heldin van dit verhaal las ik
voor de eerste tnaal ir» het dagboek, dat
de Russische stafofficier Moritz von Kotzebue
gedurende zijne gevangenschap in Frankryk
in de jaren 1812 tot 1814 schreef. Met
bewonderende woorden schildert bij daar,
hoe hij in het Café des mille Colonnes,
aldus genaamd naar de zuilen, die zich
eindeloos vermenigvuldigen in de prachtige
spiegelwanden van het Café, de schoonste
vrouw had ontmoet, die hij ooit in zijn
leven had gezien, de schoone limonade
verkoopster, waarover geheel Parijs sprak,
waarheen geheel Parijs ter bedevaart ging.
Mijne nieuwsgierigheid was gaande gemaakt.
De schoonste vrouw, die een officier ooi
gezien heeft, welke de geheele werek
doorreisd heeft In mijn geest geleek
haar beeld het beroemde schilderij van
het «Chocolademeisje® van Liotard en were
daarmede als 't ware één geheel. Ik
rustte dan ook niet vóór ik de werkelijke
geschiedenis dezer wonderschoone vrouw
uit den Napoliontischen tijd had opgedui
keld, de geschiedenis, die ik u thans ver
halen wil.
Het huis, dat eenmaal Peter Paul Rubens
in Antwerpen bewoond heeft, is lieden ten
dage door een breeden muur in twee ge
deelten gescheiden. Het eene gedeelte
daarvan werd in het begin dezer eeuw
door een bankier bewoond, die den goeden
smaak bezat, om het gebouw dat voorko
men te laten behouden, dat het nog uit
den tijd van den vorst van alle Vlaamsche
schilders had, alleen de ateliers waren
verdwenen. Op den achtergrond van den
kleinen tuin stond echter nog het priëel,
waarin eenmaal Helena FourmentQ) koele
schaduw zocht, terwijl Rubens te midden
zijner leerlingen in de open lucht schil
derde en op zijn doeken met het licht en
den glans van den vollen dag wedijverde.
In den vleugel van het gebouw, waarin
Tweede vrouw van Rubens.
Voor de Afdeelingen Heer en- en Kinderconfectie bieden wij een geheel nieuwe sorteering
rffe COLBERT COSTUUMS. JONGENS COSTUUMS (met lange pantalon). jlffj
JACQUET COSTUUMS. VESTON COSTUUMS. JWg
SÏElE GEKLEEDE COSTUUMS. NORFOLK COSTUUMS. ilÉI
GEKLEEDE COSTUUMS.
DEMÏ-SAISONS en PANTALONS.
REGENJASSEN (gegarandeerd waterdicht.)
NORFOLK COSTUUMS.
BLOUSE COSTUMES en
CAPES VOOR JONGENS EN MEISJES.
De Afdeeling naar Maat beyat de meest uitgebreide collectie der laatst uitgekomen Nouveautés,
Jp||j waarvan Stalen-collectie op aanvraag wordt gezonden. ^fltt
ot Voor onze prijzen, welke bijzonder scherp concurreerend
al zijn er maar weinig in aantal, is een
hoopvol teeken voor een ieder, een belofte
voor de vrienden van orde en vrijheid en
een voorteeken van nederlaag en onder
gang voor de vijanden. Dit is een teeken,
dat binnen eenige maanden groote legers,
gelicht uit de honderden millioenen vrije
Amerikaansche burgers, voorzien van alles,
wat de onuitputtelijk?) hulpbronnen van de
republiek kunnen verschaffen, zullen be
ginnen deze eerste afdeelingen over den
Oceaan te volgen.
Deze legers zullen geleidelijk aangroeien
tot de democratische vrede van het ver
slagen Duitschland zal zijn afgedwongen.
Niets kan verbergen, dat Amerikaansche
troepen naar Europa komen De Duitschers
en zelfs de Oostenrijkers weten genoeg van
de militaire macht van Amerika, om een
koude rilling te voelen, als zij hooren, dat
Amerikaansche troepen in Europa zijn aan
gekomen.
Maar liet ontplooien van de Sterren en
Strepenvlag in Europa naast de Union
Jack en Fransche driekleur heeft nog meer
te beduiden dan alleen een versterking van
onze militaire macht, nog meer dan dat de
geallieerden nu zullen overwinnen, nog
meer dan een democratischen vrede, want
het is een bewijs, dat de geestelijke ver-
eeniging van de geordende democratieën
de bankier woonde, heerschte de rijkdom
en dat comfort, dat sinds eeuwen in Vlaan
deren heerschte en geheerscht heeft en
dat wij aantreffen op de schoone, voor het
oog zoo weldadige doeken der Hollandsche
en Vlaamsche schilderschool. Op de trap
pen lagen mollige tapijten, aan de deuren
zag men donkere, dikke gordijnen vooral
de kamer van de vrouw de3 huizes was
een waar nestje van comfort en pracht.
Een kunstenaar had den schoorsteenmantel
gebeiteld. Het spiegelglas daarenboven
liet een prachtigen wintertuin zien, wiens
groene, uitheemsche bladplanten allerbe
koorlijkst afstaken tegen de dwarrelende
sneeuwvlokken van den winterdag daarbui
ten. Tevens was dit ruime vertrek het
juweelen kastje voor de schoonste werken
van het huis. Onder de kostbare doeken
van beroemde meesters uit den bloeitijd
der schilderkunst zag men ook verscheidene
familieportretten uit het geslacht Rubens.
Wie deze kamer binnentrad, moest zich
wel afvragen, hoe komt de bewoner dezer
vertrekken aan al die familiestukken En
de vreemdeling, die den gevel van het
huis in gezelschap van zijn Antwerpschen
gids beschouwde, vroeg aan laatsgenoemde
ongetwijfeld «Hoe komt het, dat men den
bankier Eyckens in een huis laat wonen,
dat eigenlijk een heiligdom der oude kuns-
tenaarsstad en publiek eigendom zijn moest?®
En het antwoord zoude geluid hebben
«Wijl dit huis en deze schilderijen een
erfdeel van de jonge, schoone gade van
van Engeland, Frankrijk en deVereenigde
Staten, een belangrijke rol in- de toekomst
van de wereld zal spelen.
't Is anders wel eigenaardig, dat waar
de Entente in getal zoo geheel en al de
meerdere is van Duitschland en de zijnen,
tot nu toe de macht der centralen niet
gebroken is, ja dat deze nog immer in
staat zijn den tegenpartijder het hoofd te
bieden. Op het Italiaansch-Oostenrijksche
front hebben de Oostenrijkers zelfs kans
gezien den Italianen het resultaat van hun
jongste offensief voor het grootste deel weer
te ontrukken. Op het Westelijk front was
het tot nu toe niet mogelijk door de Duit
sche linie heen te breken. Overal elders
houden de centralen stand met stalen veer
kracht. Rusland is nog altijd vleugellam.
Wel maakt een Duitsch bericht gewag van
levendige gevechtsactie op het Oostelijke
front, bij Luck en tusschen Strypa en
Dnjestr. Op verscheiden punten, zoo heet
het in dat bericht, werden Russische ver-
kenningsafdeelingen teruggeslagen.
Uit dit bericht zou men den indruk
krijgen, dat de levendigheid een gevolg
was van het initiatief van de Russen, maar
het Petersburgsch bericht, dat evenzeer van
de verhoogde levendigheid gewag maakt,
geeft te kennen, dat het de Duitschers
zijn, die verkenningsaanvallen ondernemen
den rijken en machtigen geldvorst zijn.
Want als meisje heette zij Pauline Ru
bens en is eene achterachterkleindochter
van den schildervorst.
Mevrouw Eyckens was werkelijk waard
eene nakomelinge van den schilder te zijn,
wiens ideaal de schoonheid en de levens
vreugde was. Gelijk zij daar bij den
schoorsteen van haar prachtig vertrek stond,
geleek zij volkomen op de heldinnen van
die doeken uit den bloeitijd der Vlaamsche
kunst.
Haar roomkleurig atlaskleed, het purper-
roode met zacht wit bont afgezette jacquet,
de wonderbaar schoone kop met de fluweel
zwarte, zachte, amandelvormige oogen,
de fraaie gebogen lippen, het rijke, donkere
haar, dit alles werkte te zamen tot de
overweldigende schoonheid dezer verschij
ning. In de ritselende plooien van het
atlaskleed had zich eene kleine, vierjarige
knaap, met de lange zijden lokken van de
prinsen uit de Duitsche sprookjes half ver
borgen. Ook de echtgenoot der schoone
vrouw, de groothandelaar en geldman van
Eyckens was daar een nog jonge man,
in voorkomen ongetwyfeld de evenknie
zijner bewonderde echtgenoote. Zijn schoon
gevormd gelaat was thans echter ontdaan
en evenals dat zijner gade doodsbleek.
«Onmogelijk riep Pauline Eyckens
met sidderende stem. «Alles zou verloren
zijn? Alles 1 En dat zoo eensklaps?®
Zij wrong de handen en wierp zich in
de damasten kussens der sofa, evenals liet
en hier en daar hun artillerievuur verster
ken. Er is nog te weinig gebeurd om
van voorboden van een aanstaand offensief
te gaan spreken. Weenen acht althans
de levendigheid niet groot genoeg, om er
een woord aan te verspillen, ofschoon de
roerigheid toch juist op het gedeelte van
het oostelijk front wordt vermeld, dat
voornamelijk door Oostenrijksch-Hongaar-
sche troepen is bezet.
Het blijft trouwens gisten in Rusland.
Een Rus schreef dezer dagen over zijn
land in de N. R. Ct. o.a.
Wat is dat toch een verwarrend gepraat
over verraad tegenwoordig. Het Russische
volk heeft de overeenkomsten met de
entente niet gesloten. Het heeft er geen
kennis van gehad, laat staan dat het er
over geraadpleegd is. Die overeenkomsten
zijn geheime overeenkomsten, en de ge
heime overeenkomsten hebben de entente
regeeringen met de Tsaristische regeering
gesloten. Die was daar dus door gebonden.
Het wegjagen van die met haar verbonden
Tsaristische regeering is in de ententelan-
den met algemeen gejuich begroet, maar
wat heeft, zoo redeneert Lenin het Rus
sische proletariaat te maken met de ge
heime afspraken, die de Tsaar heeft ge-
,maakt met eenige regeeringen, wier kapi
talistische imperialistische belangen op het
zij zich in een afgrond vallen, zoo uitgeput,
zoo buiten zichzelve. «Eensklaps? Ach
ja, ik had je den langzamen weg naar
onzen val verzwegen, Pauline. Ik heb ge
kampt en gekampt totdat eindelijk het gan-
sche ondermijnde gebouw van onzen glans,
onzen rijkdom en van mijne eer boven
ons is ineengestort,®
«Van je eer Dat mag dat kan niet
zijn,« riep zij op heeschen toon, zich trots
oprichtend, hare hand afweerend uitgestrekt,
en met eene schittering in de zwarte oogen.
«Ach, wat begrijpt gij, vrouwen, daar
van antwoordde hij met de ruwheid,
welke het ongeluk bij de zwakke, verwende
gelukskinderen teweegbrengt. En de heer
van Eyckens was een zwak man, ondanks
alle zijne schitterende eigenschappen, hij
was het in dezelfde mate, waarin zijne
teedere, jonge vrouw sterk en dapper was.
«Het eene verlies na het andere heeft mij
getroffen,ging hij voort. ®Het eene
ongeluk sleept het andere na zich, waar
zich eerst een stukje kalk loslaat, gaapt
weldra een afgrond. En toen kwam het
verschrikkelijkste nog, mijne koopvaardij
schepen, die te gronde gingen. Ik moest
trachten, het gat weder te stoppen, ik
speculeerde, speculeerde gewaagd, doldriest,
zooals nu eenmaal een zinkend man moet
speculeeren. Ik gebruikte de gelden van
anderen, om mij zeiven, om ons wellicht
nog te redden, en thans is alles verloren
Wordt vervolgd.
NIEUWSBLAD
lil Land m Heusden na iitini, in Laiptraat ee in Bommelerwaard.
J. C. JANSSEN,
-