HET EEUWIGE VUUR
m BAKOE.
Uitgever: L. J. EERMAN, Heusden.
No. 3731. Woensdag 12 December 1917.
FEUILLETON.
lie lioode Bastide.
Und van altena
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.90,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel
meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
Wat zijn de dagen donker en wat
is het koud geweestwat hebben
we weinig ter verlichting en ter
verwarming van onze huizen.
Wat hebben we die verzuchting
dikwijls geslaakt in den iaatsten tijd
en dan te denken, dat er een streek
is op deze aarde, waar het licht en
de verwarming zoo maar vanzelf
komt.
Hoe dat gelukkige land heet Dat
is de stad Bakoe en omgeving, gele
gen aan de Kaspische Zeeen de
verlichting en verwarming, die de
inwoners van deze streek zoo koste
loos te beurt valt, geschiedt door de
naphta.
Naphta is een van de drie soorten
van steenolienaphta, aardolie of
bergolie (petroleum) en bergteer. De
eerste, naphta, is zeer vloeibaar,
lichter dan water, en zeer ontvlam
baar, de aardolie of petroleum kent
iedereen, zij is minder vloeibaar en
heeft oorspronkelijk een rood-bruin
of zwartachtige kleurde bergteer
is even zwaar als water, maar is
dikker en zwarter dan de olie.
De naphta, waarvan hier sprake
is, komt in Europa vooral voor bij
Piacenza in Italië, op enkele plaatsen
in Hongarije, maar vooral aan de
kusten van de Kaspische Zee.
Tusschen de Zwarte en Kaspische
Zeeën loopt een hooge bergketen
de hoogste van Europa. Deze berg
keten eindigt in het schiereiland
Apscheron, dicht bij de staat Bakoe,
in het Russische gouvernement van
dien naam.
Bakoe's omstreken worden het ro-
zenparadijs genoemd, wegens den
aanzienlijken overvloed van deze
bloemen, die men er vindtmaar hare
grootste bekendheid heeft de stad te
danken aan de naphtabrormen, die
in haren omtrek gevonden worden
Het bovengenoemde schiereiland
Apscheron, dat ver in de Kaspische
Zee vooruitspringt, bezit een rijkdom
van die bronnen, zooals geen enkele
plaats ter wereld Zeer merkwaar
dig is dit schiereiland door zijne
27 (Uit het Fransch
Zoo zie je dus, beste jongen, dat mijne
handelwijze niet geheel en al ontbloot was
van gezond verstand, dat ik geslaagd zou
zijn, als die achterdochtige knorrepot niet
met alle geweld die verdwenen contra-acte
had willen zien. Ik had hem al eens ge
polst op het punt van eene boedelschei
ding tusschen ons beiden en hij greep het
idee met beiden handen aan, maar die
voorbarige ontdekking is helaas alles komen
bederven
»lk beschuldig u niet, mijnheer Fieu
riaux,® antwoordde Maurice en drukte den
ex-nabob de hand. «Ondanks uwe zonder
linge manieren heb ik u leeren hoogach
ten, en in elk geval ben ik u dankbaar
voor de heerlijke uurtjes, die ik in Elisabeths
bijzijn doorgebracht heb
«Houd moed, mijn zoon riep Fieuriaux,
Maurice op den schouder kloppende, «die
uurtjes zullen niet de laatste geweest zijn.
Zoo goed als het geluk ons tegen geloopen
is, kan het ons ook weer meeloopen. Wij
leven niet meer in den tijd, dat men de
jonge meisjes tot een huwelijk kon dwin
gen Er zijn nog rechters te Berlijn
Elisabeth zal zich wel goed houden, en
hare domme moeder zullen eindelijk de
schellen wel van de oogen vallen
slijkvulcanen, aardvuren, en andere,
waarschijnlijk vulcanische verschijn
selen, binnen wier bereik ook de
omliggende eilanden gelegen zijn.
Ten Zuid-Oosten en ten Noord-
Oosten van Bakoe liggen twee mee-
ren, die den naam dragen van «het
kleine eeuwige vuur" en „het groote
eeuwige vuur van Bakoe." Het groote
meer ligt bij eene plaats, die Atesch-
gah, dat wil zeggen, Vuuroord, heet,
waar de vuuraanbiddende Parsen een
tempel hebben gebouwd. Hier brandt
het door koolwaterstof gevoede vuur
zonder reuk of rook in eene onre
gelmatig gevormde rotsachtige groef
over een lengte van 120 voet; het
brandt niet overal even hoog, maar
op verscheidene plaatsen toch berei
ken de vlammen eene hoogte van
18 voet.
Boven de muren van het tempel
gebouw steken vier steenen buizen
uit, uit welke groote vlammen om
hoog stijgenop de muren zelf ver
heffen zich kleinere buizen.
De steenen, die in den grond aan
wezig zijn, worden door het vuur niet
broos, terwijl kalksteenen, die men
er in werpt, spoedig stuk breken.
Elke opening, welke men in den
omtrek in den grond maakt, doet gas
uitstroomen, dat niet van zelf gaat
branden, maar als men het aange
stoken heeft, blijft doorbranden tot
dat men de opening met zand toe
maakt. De bewoners maken er ge
bruik van Zij leggen in hunne
huizen een leemen vloer. Op de
plaats waar zij hun haard hebben,
wordt een vierkante opening ge
maakt, die met een steen gesloten
kan worden; wanneer zij nu vuur
noodig hebben, wordt eenvoudig de
steen weggenomen, de uitstroomende
gas wordt ontstoken en gebruikt zoo
lang het noodig is. De wevers zet
ten rieten buizen bij zich in den
grond, terwijl zij de opening met
metaal bekleeden, de uitstroomende
gas wordt aangestoken en zoo hebben
zij liet licht bij hun werk.
Over een gedeelte van den omtrek
ziet men des nachts phosphorische
vlammen, die bij het daglicht natuur
lijk niet zijn waar te nemen.
Daze vlammen gelijken op die,
welke ontstaan, als men onze vroegere
Maurice schudde ongeloovig het hoofd
en Fieuriaux geloofde zelf te weinig aan
zijne voorspiegelingen, dan dat hij den
armen jongen zou kunnen overtuigen. Zoo
doende ontstond er eene pauze in hun
gesprek. Maurice was de eerste, die het
stilzwijgen verbrak.
«Als ik vragen mag, mijnheer Fieuriaux,
wat zijt ge nu verder van plan te doen
vroeg hij zacht en beschroomd.
»Ik riep Fieuriaux zijn vroegeren
spottenden toon hernemende. »Wat duivel
zou mij anders overblijven, dan mij weer
te verhuren als matroos op het eerste schip
het beste, dat uit de haven van Marseille
gaat vertrekken Of zou ik misschien
meer verdienen, als ik mij op de kermis
sen in een tentje als curiositeit liet be
kijken ik wed, dat ieder er een stuiver
aan zou wagen, om dien beroemden nabob
van de Roode Bastide van nabij te mogen
zien met zijn gouden kaftan aan en zijne
prachtige Turksche pijp in den mond. Waar
achtig, Maurice, ik koos met alle liefde
het laatste, als het me maar genoeg op
bracht om altijd bij u te kunnen blijven
Ik weet niet, hoe het komt, maar geen
sterveling in de vijf werelddeelen, die ik
doorkruist heb, heeft mij zooveel belang
stelling ingeboezemd als gij. Bij Mahomed,
mijn jongen, je hebt mij betooverd
«En ik, mijnheer Fieuriaux,® sprak de
jonkman getroffen, «van het eerste oogen-
blik af, toen ik de klank uwer stem hoorde,
voelde ik mij onweerstaanbaar lot u aan-
lucifers in de duisternis aanstreek
op een vochtigen muurevenmin als
deze vlammen warmte geven, doen
z ij het. en men kan ongehinderd
door deze vlammen heet wandelen,
zonder ook zelfs iets te ruiken.
Slot volgt.
BUITENLANDSCH OVERZICHT.
De heele wereld is -tot in haar diepste
voegen geschokt geworden de laatste da
gen. Rusland heeft, zich bankroet verklaard.
Het heeft zijn staatsleeningen, in het bui
tenland gesloten, voor ongeldig verklaard
en staakt van nu af aan alle rentebetaling
en aflossing der staatsschuld. Zoo luidden
de telegrammen. Dat wilde wat zeggen.
Ineens was alle oorlogsellende vergeten,
over niets anders werd gesproken. Dui
zenden zaeen zich van hun bezit beroofd
In Nederland alleen werd jaarlijks 70 millioen
gld. aan rente van Russische staatsleeningen
ontvangen, hetgeen neerkomt op een
waarde van 1500 millioen gld. in Russi
sche staatsschuld. En dat alles kwijt.
Door één enkele pennestreek. Begrijpelijk
dat menigeen er slapelooze nachten van
heeft doorgebracht. Gelukkig blijkt het
een onjuist bericht te zijn geweest. Het
is nog zoover niet. Het is alleen een
denkbeeld geweest dat geuit werd in de
Prawde, het officieele orgaan der maxi
malisten.
Het Russische volk aldus was de
redeneering van het blad is niet ver
plicht jaarlijks ruim 1 milliard roebel te
betalen als bijdrage voor den strijd van
het internationale kapitaal, waarin het is
meegesleept. Rusland heeft voor dien strijd
genoeg betaald aan bloed en vóór dezen
oorlog ook aan rente en aflossing. Het
oogenblik is nu gunstig een streep door
die rekening te halen.
Wij hebben hier nog niet te doen met
een besluit der Russische regeering.
Maar wat niet is kan komen. Immers de
Russische maatschappij is gansch en ai
ontredderd. Haar schuld stijgt bergen
hoog en zij is niet bij machte aan haar
verplichtingen te voldoen, tenzij zij nieuwe
leeningen sluit. Het laat zich verstaan,
dat de Amerikanen die nu de voor
naamste. geldschieters zijn, hun hand
op den zak houden en zeggen als gij ons
niet helpt met uw bloed helpen wij u niet
met den dollar.
Dat voorloopig de rentebetaling achter
getrokken en ik moet u ronduit zeggen,
dat het mij pijnlijk zou vallen, als wij nu
moesten scheiden, want gij zijt mijn eenige
vriend. Weet u dan heelemaal geen middel
om dien slechten Linguard te dwingen
»Zonder de verdwenen contra-acte kan
ik niets tegen hem beginnen. De acte van
afstand, die hij in zijn bezit heeft, is voor
den rechter afdoende, zoolang die andere
niet teruggevonden is Maar buitendien,
om in ons mooie Frankrijk een proces op
touw te kunnen zetten, moet men een zak
vol geld hebben, en ik heb nog maar een
twintig louis over, waarbij hoogstens een
stuk of drie zouden komen, als ik mijn
nabobsplunje bij den uitdrager bracht. Het
kleinste advocaatje zou den neus ophalen
voor zoo'n bagatelletje 1«
«Maar u hebt nog al eene gegoede fa
milie. Op de Roode Bastide dweepte zij
met u
»Meen je de Le Clercs, de Millots, de
Laforets en hoe hunne satansche namen
meer waren, die zoo heerlijk naar het vet
en het leer hunner winkels rooken Je zult
toch niet zoo dom zijn, om al die praatjes
en beloften te gelooven Die goede, beste,
brave smullers zouden mij geen rijksdaal
der, geen dubbeltje, geen cent geven, zoo
dra ze wisten, dat ik geruineerd ben O
hemel neen, ik ben geen oogenblik hun
dupe geweest, en dat zullen zij zelf wel
gezien hebben, als zij niet geheel en al
blind waren Neen, het zou maar tijd
verspillen zijn, hen op de proef te stellen
wege zal blijven is wel haast zeker. Maar
dat de staatsschuld als niet bestaande
verklaard zal worden, gelooven wij voor
eerst niet. In dat geval zou men te doen
hebben met een daad, die zoozeer in strijd
is met de meest algemeene begrippen van
eerlijkheid en trouw, dat men ze eenvoudig
als diefstal in het groot zou moeten beti
telen. Maar Rusland kan niet buiten den
financieelen steun in het buitenlandook
in de toekomst zal het die hulp dringend
noodig hebben voor zyn ontwikkeling. Wei
gert het de betaling geheel, dan is het
als rijk tot den ondergang gedoemd.
Toch is de toekomst voor Rusland don
ker.
Wij lazen onlangs, dat de staatsschuld,
die ui de laatste vredesjaren circa 450
millioen roebel voor rentebetaling eischte,
door den oorlog zoo sterk was gestegen,
dat het bedrag der voor de rente benoo-
digde gelden tot circa 1900 millioen roe
bel was geklommen. Een dergelijke last
voor een land als Rusland is zwaar te
dragen, en het is geen wonder, dat het
probleem om nieuwe leeningen op te ne
men en geld te vinden voor de interest
betaling hoe langer hoe moeilijker is op
te lossen. Men weet, dat dan ook de
bankbiljettenpers danig aan den arbeid is
gezet, hetgeen de oeconomische desor
ganisatie slechts verergert.
Er is echter een lichtpunt, dat in deze
beschouwing niet onvermeld mag blijven.
Rusland is een in hoofdzaak agrarisch land,
een laud van graan en grondstoffen. Dat
wil zeggen, dat het producten heeft aan
te bieden, die na het sluiten van den vre
de door alle landen zeer zullen worden ge
zocht, zoodat de mogelijkheid van een
gunstige handelsbalans tiinnen niet al te
langen tijd voor Rusland geenszins tot de
onmogelijkheden behoort. Hierin dus dat
het vlugger dan industriëele landen zich
van de oorlogsschade kan herstellen, ligt
een belangrijk en juist motief voor de in
het algemeen optimistische stemming om
trent de soliditeit der Russische fondsen.
Mocht echter het Russische rijk als
staatsgeheel niet blijven bestaan, maar
verbrokkeld worden en in allerlei deelen
uiteenvallen, dan wordt Rusland een his
torisch begrip het wordt een ontbonden
grootheid waar geen verhaal meer op is.
Veel zal er van af hangen of' de vrede
spoedig gesloten wordt, dan wel of de
Europeesehe oorlog zal voortduren en het
proces van ontbinding in Rusland zal be-
«O hemel borst Maurice uit, »'t Is
of alles, wat ik liefheb, veroordeeld is te
lijden en altijd maar te lijden
Nauwelijks had hij deze wanhopige woor
den gesproken, of zij hoorden den herber
gier beneden luid en driftig spreken ver
volgens deden haastige voetstappen de trap
kraken de deur werd opengeworpen en
Elisabeth Meursanges kwam meteen
licht schoudermanteltje om de kamer bin
nenstormen.
Maurice gaf een schreeuw van verras
sing en ving het meisje in zijne armen op.
«Red mij, red mij anders kon zij
niet uitbrengen.
«Elisabeth liefste waar kom je
vandaan? Wat is er gebeurd Je bent toch
niet gevlucht vroeg Maurice driftig.
Zij koii nog niet spreken.
»Ga zitten, mijn kind, ga zitten,sprak
Fieuriaux op vaderlijken toon. «Zeker weer
een nieuwe schurkestreek van Linguard,
niet waar?«
«Die deur dicht die deur dicht
hijgde het arrne meisje, in verwarring om
zich heen ziende.
«Ze vervolgen mij, geloof ik Ver
scheidene menschen hebben mij gezien
ik liep als eene dolle U helpt mij toch,
als ze hier komen
«Zeker, Elisabeth, de heer Fieuriaux en
ik zullen je met ons bloed verdedigen, als
het noodig isantwoordde Maurice vu
rig.
«En aan het bloed van één van de twee
vorderen.
Het zal wel hoogstwaarschijnlijk komen
tot een afzonderlijken vrede met de cen-
tralen. Er is reeds een definitie ven wa
penstilstand gesloten over een uitgestrekt
terrein, ook het Roemeensche front is daarbij
ingesloten. Er wordt in de telegrammen
niet bij vermeld voor hoe lang de wapen
stilstand is gesloten. Een bericht uit Ham
burg zegt, dat het een wapenstilstand is
tot aan den vrede, wat feitelijk hetzelfde
beteekent als afzonderlijke vrede met de
centralen.
Op de overige gevechtsterreinen begint
zich reeds de veranderde toestand van het
Oostelijk front te laten gevoelen. Bij Ka-
merijk hebben de Duitschers de Engelschen
teruggedreven. In Italië rukken de ver
bonden Duitsche en Oostenrijkse!)-Hongaar-
sche troepen weer voorwaarts. Alles wijst
er op, dat de troepen die aan het Rus
sische front werden vastgehouden losge
komen zijn om elders den vijand op het
lijf te vallen. Wat zal het gevolg zijn
Zullen de centraler) bij machte zijn de ge
allieerden te verpletteren vóór Amerika
komt afzetten met zijn millioenen krijgers
Wij gelooven het niet. Indien het niet
gelukt in dezen winter een vrede door
overeenstemming, een vrede door onder
handeling, zonder overwinning, te verkrij
gen, zal er wel weer een jaar en misschien
nog een jaar bij komen voor de onzalige
strijd geëindigd is. En het ziet er niet
naar uit, dat wij de vredesklokken zullen
hooi en galmen op het Kerstfeest, het Vredes
feest bij uitnemendheid.
In Frankrijk heeft Clemenceau de teugels
in handen, d. w. z. de ingekankerde haat
tegen Duitschland is daar aan de regeering
en in Engeland hoort men nog immer de
leuze, gelijk nu weer uit den mond van
Sir Edward Carson: In de tegenwoordige
omstandigheden moet men niet over vrede
sprekenNaar de meening van Carson
is alle gepraat over vrede zoowel boosaar
dig als misleidend. De Engelsche regeering
is vast besloten voort te gaan met den
oorlog, tot elk der bondgenooten voor zich
het doel bereikt heeft, waarvoor hij ten
oorlog is gegaan.
Hiertegenover heeft graaf Czerniri, de
Oostenrijksch-Hongaarsche minister van bui
ten andsche zaken, te kennen gegeven dat
de monarchie met de Duitsche broeders
zal meestrijden op aile fronten. M. a. w.
het Oostenrijksche leger zal ook op het
Westelijk front verschijnen en deze hulp
bromde Fieuriaux, zou op 't oogenblik
weinig verbeurd zijn
Langzamerhand kwam Elisabeth tot zich
zelve. Het glas koud water, dat Maurice
haar onder tusschen toegediend had, werkte
als altijd bedarend.
«Maurice mijnheer Fieuriaux, wat moet
gij wel van mij denken O, ik weet wel,
dat ik verkeerd doe, erg verkeerd Ik
heb mijne eigene moeder verlaten en ben
naar mijne eenige vrienden gevlucht, die
ik op de wereld heb, maar ik kon niet
anders Ik ben wanhopig Mijn hoofd is
ais vuur Ik kan niet meer denken 1 O,
hemel, wat zal er nog van mij worden
Maurice sloeg beschermend de armen
om haar heen en fluisterde haar allerlei
troostwoorden in.
«Maar zeg ons toch eens, Elisabeth,
sprak Fieuriaux vriendelijk, «wat de eigen
lijke reden van uwe vluchfe is Dat zal geene
kleinigheid zijn, dunkt me
«O, mijnheer Fleuriaux,« snikte het lieve
meisje. »'t Is schandelijk 't is vreese-
tijk I Gisteren avond na uw onverwacht
vertrek, moest ik in bijzijn mijner moeder
eene lange strafrede van Linguard aanhoo-
ren, die eindigde met woorden van vergif
fenis en verzoening. Hij deed mij de schit
terendste beloften, als ik zijne vrouw wilde
worden. Al zijn geld en zijne uitgestrekte
goederen zou hij mij vermaken, maar ik
weigerde stellig.
Wordt vervolgd.)
NIEUWSBLAD
veor M lm via MiMen Altena. Langstraat en Ie Biiitltrvurl