Und van altena PARELS EN PARELVISSCHERIJ. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 3766, Woensdag 17 April 1918. FEUILLETON. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.05, franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag 4 uur ingewacht. Parels zijn van dierlijken oorsprong. Ze ontwikkelen zich in de schelpen van oesters en mossels. Bijna alle oester- en mosselsoorten kunnen pa rels voortbrengen, maar gewoonlijk komen slechts twee mosselsoorten in aanmerking, die paarlen leveren voor den handel. Het is de echte zeepa- relmossel Melagrine en de zoetwa termossel Margaritana. De laatste komt in Nederland niet voor. De zoetwatermossel in onze Nederlaud- sche wateren, ook wel verfmossel genoemd, omdat de schelpen vroeger veel als verfpotjes dienst deden, heet in 't Latijn Unio Pictorum. (Toch komen er in onze gewone zeemossel, die zwartblauwe, ook wel eens kleine pareltjes voor, maar ze hebben voor den handel geen beteekenis.) De groote hoeveelheid parels wordt ge leverd door de Melagrine, die in den Indischen Oceaan leeft van de Roode Zee tot aan Australië, en vooral in de buurt van Ceylon in de golf' van Manaar en in de Perzische golf in de nabijheid der Bahrein-eilanden wordt gevischt. Zoo'n parelvisscher heeft geen be nijdenswaardige taak. Met een touw waaraan een zware steen is gebon den, laat de visscher zich pijlsnel in de diepte afzakken. Soms dalen zij tot 20 en 24 M. onder de waterop pervlakte. Met de linkerhand knijpt hij zijn neus dicht; soms doet hij het ook met een veerkrachtig stukje hout, met de rechter verzamelt hij zoo snel mogelijk zooveel mossels als onder zijn bereik liggen, doet ze in een net, dat hij als een schort voor zijn lichaam gebonden heeft, geeft, door aan een touwtje te trekken een tee- ken, en snel wordt hij opgehaald Binnen een a twee minuten is hij weer boven, ledigt zijn net en daalt na enkele oogenblikken weer af naar de diepte. Iedere parelvisscher is gewapend met een kort mes om zich te ver dedigen tegen de haaien, die zich in grooten getale in den Indischen Oce aan ophouden. Een maatschappelijk schipbreukeling. door A. S. H. BOOMS, Oud Luitenant-Kolonel bij het N. I. leger. 7 O 1 wat was dat 'n heerlyke, 'n gezegen de tijd Toen kwam er echter een grooten omkeer en werd onze rust verstoord. Wij ontvingen het bericht dat mijne stiefmoeder met mijn jongeren broeder Giaccomo, die toen 2 jaar oud was, haren intrek bij ons zou nemen. Later bleek mij, dat mijn vader door zijn huwelijk met mijne stiefmoeder eene mésaillance had begaan, terwijl hare komst te Ivrea eigenlijk meer eene straf van verbanning was, waartoe haar minder ze delijk gedrag te Turin aanleiding had ge geven, hoewel de wankelende gezondheid mijns broeders tot voorwendsel diende. Was de verstoring mijner rust en een zaamheid mij reeds onaangenaam, toen ik mijne stiefmoeder leerde kennen, voelde ik mij bepaald ongelukkig. Zij was tiran niek en wreed, en trok mijn broeder, dien zij in den grond bedierf, in alles voor afgunstig als zij was dat de erfenis mijner moeder mij zoo vermogend maakte, terwijl haar zoon als het ware niets anders bezat dan zijn grooten naam. Ook Giaccomo, wiens genegenheid ik j Is het dagwerk afgeloopen, dan worden de mossels aan land gebracht. Ze sterven daar spoedig, de schelpen gaan open en de parels worden er uitgezocht. Stak men de schelpen met een mes open als de mossels nog leefden, dan liep men groot ge vaar, de parels te schenden, want om de schelp van een levende mossel te openen, heeft men heel wat kracht noodig ln sommige mossels zitten de pa rels vast aan den binnenkant der schelp, in andere zitten ze los. De laatste hebben de meeste handen waarde. De binnenvlakte der schel pen is bekleed met parelmoer. In laagjes wordt het er uitgestoken en gebruikt voor allerlei fraai inlegwerk. Toch komen niet alle parels uit den Indischen Oceaan, 't Zal misschien velen bevreemden, te hooren, dat men op 't vasteland van Europa ook aan de parelvisscherij doet. Natuur lijk gaat het hier om de zoetwater mossel, de Margaritana. In de snelstroomende beekjes, die van het Beiersche woud en van het Fichtelgebergte afkomen, wordt de Margaritana onder toezicht der over heid gekwTeekt. Om de twaalf jaar worden ze opgevischt, anders waren ze spoedig uitgeroeid. De parels worden er uitgehaald en in Munchen geveild. Eenige jaren geleden werd er ook nog zoo'n parelkoopdag ge houden, die gewoonlijk goed bezocht wordt door de Duitsche juweliers. Er werden er vijf-en-zeventig stuks ten verkoop aangeboden, benevens nog drieduizend minderwaardige. Een verzameling van negentien stuks der grootste bracht op de som van zes en twintig honderd mark, en nog een collectie van twaalf stuks bracht op twee duizend mark. Ze worden per gewicht verkocht en wel per karaat d. i. 205 m.gr. De eerste collectie woog 55'/2 karaat, de tweede 32 karaat. Twee bronskleurige paarlen, die ook ten verkoop werden aange boden, trokken in 't bijzouder de aan dacht. Het spreekt van zelf, dat waar het zulk een belangrijk handelsartikel geldt, de geleerden zich met de vraag bezighoudenhoe kunnen wij de productiviteit der parelmossels door broederlijke hartelijkheid trachtte te winnen, want hij was toch mijn broeder, nam, door haar aangestookt, langzamerhand eene vijandige houding tegenover mij aan, zoodat het leven op het landgoed voor mij en mijn gouverneur weldra ondragelijk werd, en wij blijde waren toen wij ein delijk verlost werden door het bevel mijns vaders om naar Turin te komen ten einde daar mijne opvoeding te voltooien. Alhoewel ik in de hoofdstad mijne vrijheid en mijne prachtige bergnatuur miste, gevoelde ik mij toch gelukkig, omdat ik van de tegenwoordigheid mijner stief moeder en hare aanhoudende gezochte plagerijen bevrijd was ik zette met ijver mijne studiën voort en op negentienjarigen leeftijd werd ik tot officier benoemd, waarop, dank zij den invloed myns vaders en den naam van ons oud geslacht, weldra eene plaatsing aan het hof volgde. Kort daarna stierf ook mijn vader, die, weinig of geen vermogen nalatende, mij op zijn sterfbed de zorg voor mijn jonge re broeder en zijne weduwe aanbeval. Voor de eerste maal sedert mijn vertrek naar Turin bezocht ik toen weder mijn landgoed te Ivrea, om mijne stiefmoeder mede te deelen, dat ik van de nalatenschap mijns vaders ten behoeve van Giaccomo afzag en haar veroorloofde het kasteel te blijven bewonen, terwijl door mij in al hare behoeften en die mijns broeders zou worden voorzien. Mijn broeder een kind dat nog geen verhoogen Hoe kunnen we de pa relmossels dwingen grootere parels voort te brengen Om die vraag te kunnen beantwoorden moest men eerst naauwkeurig weten, hoe de pa rel in de mossel gevormd werd. Tal rijke meeningen had men hierom trent. 'k Wil er een paar meedeelen. De zonderlingste is wel die van Coen- raad Mell, een bekend Duitsch theo loog. Hij beweerde n.L, dat de mossel iederen morgen uit de diepte naar boven kwam. Aan de oppervlakte van 't water gekomen opende het dier zijn schelpen en ving een dauwdrup pel op. Die dauwdruppel was de oorzaak der parelvorming. De Duit sche natuurkundige Chemnits meende dat de parels ontstonden na verwon ding der mossels door zeewormen en boormossels. Algemeen verbreid is de meening, tot op den huidigen dag, dat het ontstaan der parels een gevolg is van het indringen van vreemde lichaampjes tusschen de schelpen. Dat vreemde lichaam, een zandkor reltje bijv., oefende een prikkelenden invloed uit op den mossel en deze omhulde het zandkorrebje met een stof, waaruit de parel wrerd opge bouwd. Ge kunt deze verklaring nog in onze meest moderne encyclopediën en leerboeken der dierkunde vinden. Om een en ander geloofwaardig te maken beweert men dan, dat het niet moeilijk is kunstmatige parels te doen ontstaan. Men stopt dan maar een vreemd lichaampje tusschen de schel pen, en weldra is het bekleed met met een laag parelstof. De Chineezen (Amerikanen of Chineezen kunnen zoo iets alleen maar) zouden beeldjes van Boedha tusschen de schelpen stoppen om ze na eenigen tijd er weer uit te halen, bekleed met een laag parelmoer. De scherpzinnige natuuronderzoeker Linnaeus, die de zelfde meening omtrent de parel vorming was toegedaan, gaf aan het Zweedsche gouvernement den raad, mossels te vangen, een gaatje in de schelp te boren, daardoor heen een zandkorrel te laten glijden en op deze wijze het voortbrengen van pa relen te bevorderen. Doch zie, dit had geen resultaat. En nu kwam een ander natuurkundige na ernstig onderzoek tot een ander besluit. Hij huichelen kende, ontving mij op de oude vijandige wijze, wat alleen toe te schrijven was aan den invloed zijner moeder, die zijn haat voordurend voedsel gafwant zonder dat, zou hij spoedig door mijne voorkomendheid zijn vroegeren weerzin vergeten hebbenmijne stiefmoeder ver welkomde mij gemaakt vriendelijk en trachtte tegenover mij de rol te spelen eener vrouw die eene liefhebbende moeder vervangen moet, waardoor ik mij in zoo ver liet misleiden, dat ik haar mededeel de, dat mijn broeder steeds op mijne hulp kon rekenen en ik daarom maatregelen zoude nemen dat hij, in geval ik vóór hem kwam te sterven, de oude levens wijze zou kunnen voortzetten. Die onvoorzichtige mededeeling was later de oorzaak van mijn ongeluk en mijne misdaad, want ik ben overtuigd dat mijn stiefmoeder, gedreven door hare heb zucht en haren haat, van toen af het voor nemen opvatte, om te zorgen dat, vóór Giaccomo het tijdelijke met het eeuwige verwisselde, omdat haar zoon niet sterk was en zij weder door hem vermogend hoopte te worden. Hierna verliepen eenige jaren waarin ik te Turin het vroolijke leven met volle teugen genoot, steeds opklimmende in rang en waardigheid, terwijl ik mij mocht ver heugen in de liefde en het vertrouwen van mijn vorst. Van tyd tot tijd bezocht ik Ivrea, in den beginne om voor mijn broeder te zorgen, zooals ik beloofd had, had verscheidene parelraosselen on derzocht en op verschillende plaat sen in de ledematen van die mosselen hard,, cellen gevonden, die later zou den moeten dienen om de schelp te helpen groeien. Was er nu een te groote hoeveelheid van deze harde celstof in het dier aanwezig, dan stootte het dier deze stof uit het lichaam en van deze stof zou de parel gevormd worden. Het zou er dus nu slechts op aankomen, om het dier zulk een voeding te geven dat deze harde celstof in meerdere mate in het lichaam gevormd werd en het dier zou meer parelen voorbren gen. Deze veronderstelling heett totnutoe door de praktijk nog niet bewezen, dat zij de ware is; onmogelijk lijkt het ons echter niet. En wie weet binnen hoe korten tijd de mensche- lijke geest ook weer hier ingrijpt in het rijk der natuur en kunstmatig doet ontstaan wat zij tot nu toe in stille afwachting uit haar hand moest ontvangen. BÜITENLANDSCH OVERZICHT. In den strijd op het westelijk front schijnt op het oogenblik een pauze te zijn inge treden. Toen, na de doorbreking van de Engel- sche linies bij St. Quentin het groote Duitsche offensief zich meer en meer be gon af te teekenen, werden aan de zijde van de entente in het algemeen twee hoofddoelen voor de Duitsche krachtsin spanningen aangenomen, nl.de vermees tering van Amiens en het openen van den weg naar Parijs. We mogen wel als zeker aannemen, dat de Duitsche legerleiding niet gelijktijdig twee zulke grootsche onder nemingen nastreefde en dat de doorbreking van de Frarisch-Engelsche legers, waartoe de bezetting van Amieris de eerste en be langrijkste stap was, inderdaad het strate gisch doel was van het Somme-offensief. Waren zij er werkelijk in geslaagd de met zooveel succes begonnen operaties te gen Amiens met de vermeestering van dit belangrijke spoorwegknooppunt te bekro nen, dan zou het voor de geallieerden bij na onmogelijk zijn geweest, het recht- streeksche verband tusschen de Engelsche en Fransche legers te handhaven. Nu staan de Duitsche legers wel heel eene taak die ik als een heilige plicht beschouwde, hoezeer hij mij ook haatte, doch langzamerhand werden mijne bezoe ken drukker, omdat ik smoorlijk verliefd werd op de zeventienjarige Marietta Sa- lussola, die in de nabijheid van mijn kas teel een groot landgoed bewoonde. Ik zal niet trachten u het lieve, aan vallige en reine kind af te schilderen, want ik zou daartoe geene woorden kun nen vinden en ik voel mij nu ook niet in staat dat te doen, want die herinnering grijpt mij te veel aan. Het zij u genoeg te weten, dat zij alles overtrof, wat ik onder de dames aan het weelderige hof te Turin had gezien en leeren kennen. Ik ontmoette haar 't eerst, terwijl zij een kind dat door een val een been ge broken had, eene steile hoogte opdroeg, en daarbij tevens de zwakke en zieke moeder trachtte te steunen. Somber gestemd ronddwalende in den omtrek van Ivrea, tengevolge van een hooggaanden twist met mijn broeder, wien ik zijn bepaald slecht gedrag onder de oogen had gebracht, stond ik eensklaps voor haar, terwijl zij, zwoegende onder den zwaren last, met een glimlach op 't gelaat stap voor stap op den moeilijken weg voortging, met moederlijke zorg over het kleine wicht op hare armen wakende. Zij verscheen mij als een engel van men- schenliefde en menschenmin, wier enkele blik een hemel van zaligheid schenkt door de reinheid en de zielenadel die daaruit dicht bij Amiens. De lijn Clermont-Amiens ligt voortdurend onder het vuur van het verdragende geschut, terwijl Amiens zelf door de zware Duitsche artillerie wordt bestookt, waardoor het gewichtigste spoor wegknooppunt in het Noorden onmiddellijk in de krijgsoperaties is betrokken. Maar Amiens zelf hebben de Duitschers nog niet. Het was natuurlijk niet moge lijk, rechttoe rechtaan op deze belangrijke vesting los te marcheeren. Na een voor uitgang van 60 K.M. over een door den strijd doorploegd terrein, kan men licht begrijpen, dat het onmogelijk is achter de nieuwe linie weder onmiddellijk de geheele geweldige organisatie van aanvoer van alle benoodigdheden in werking te stellen. De moeilijkheden voor het opstapelen van de vereischte munitievoorraden, om wederom met een kortstondig orkaanvuur een nieu wen onweerstaanbaren stormloop in te lei den en daarna blijvend te steunen, zijn onder die omstandigheden schier onover komelijk. Maar nu heeft de Duitsche legerleiding op nog een ander terrein het offensief geopend. Eerst bij de Oise en thans ook bij de Leie, waarvan vooral de laatste operatie de meest belangrijke is. Langs de Leie toch zijn de Duitschers een heel stuk opgemarcheerd en bedreigen er het voorname spoorwegknooppunt Haze- brouck. De Engelschen hebben dan ook in allerijl nieuwe troepenmachten daar in den strijd geworpen orn dit gevaar te be zweren. Maar ook de aanvaller heeft versche strijdkrachten aangevoerd en zoo is er verwoed gevochten op het geheele slag front. Omtrent het resultaat deelde het Duitsche hoofdkwartier mede, dat Nieu- werkerk genomen was en aan beide zijden van den spoorweg van Armentières naar Hazebrouck nieuwe terreinwinst te boeken viel. De vraag is nu maar of men hier te doen heeft met een vooruitgang, die er op wijst, dat de Duitschers andermaal aan de bovenhand zijn gekomen en nu eerlang hun opmarsch met toenemende snelheid zullen hervatten, dan wel of men deze terrein winst heeft te beschouwen als het laatste, wat op dit gevechtsterrein de aanvaller met de uiterste inspanning van krachten nog even kon bereiken en deze strijd met de reserves, die de Britten in het vuur hebben geworpen de inleiding is van een stagnatie. Het ziet er uit of het laatste het geval is. Het Berlijnsche bericht van heden geeft tegenblinkt. Die enkele ontmoeting besliste over mijn lot voor altijd, want tot nu toe was ik ongevoelig gebleven voor alles wat men liefde noemde. Ziende dat de last te zwaar werd, bood ik, ofschoon onbekend, haar mijne hulp aan, die zij even vriendelijk aannam, als haar die werd aangeboden. Weldra waren de beide patiënten verzorgd en geholpen, en toen deelde zij mede dat zij, vreemd in den omtrek zijnde, niet wist waar zij zich bevond en mij verzocht haar gids te zijn. Ik geleidde haar huiswaarts in een een roes van geluk, en na dien tijd ont moetten wij elkander dikwijls, daar wij te samen de beide ongelukkigen verpleegden. Toen zij hersteld waren schonk de ar me vrouw aan Marietta tot aandenken de eenigste kostbaarheid die zij bezat en die zij haar smeekte als bewijs van dankbaar heid aan te nemen het was een gewijd handje dat haar beschermen moest tegen het kwade oog, met welk oogmerk mijn meisje 't mij later schonk, toen ik eene gevaarlijke zending moest ondernemen. Ik bewaarde het steeds als een heiligdom De zieke haalde toen uit zijn borst een klein bloedkoralen handje te voorschijn, zooals die bij duizenden in Italië te vinden zijn, en die volgens de bijgeloovige Italianen den drager tegen den invloed van het kwade oog beschermen, vooral als dit Voorwerp te voren door den priester ge zegend is. Wordt vervolgd !0or 1st Laad vaa Heosdei n s Langstraat en erwaarc

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1918 | | pagina 1