MAGAZIJN
's-BOSCH.
Grom in Sigaren, Sigaretten, TM, sigarenzaüjes
61 lit nr. mm oei üoegsel.
JÜBÜsajtierstraat 24,
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 3780. ïmmmmmemmm 1918.
FBÜÏLLËm
Ut RAT US,
IIAIILMANN's
Heeren- en
jKiiulerkleeditig.
Zaterdag 8 Juni.
DRAAGT
UND VAN altéNa
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG,
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.05,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel
meer 40 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag
4 uur ingewacht.
E29I
Tel. Int.
(bedrukt)
Alle soorten Sigaretten worden aan weder verkoopers tegen
fabrieksprijzen geleverd.
BUITENLANDS CH OVERZICHT.
Het schijnt dat de Duitschers al weer
aan het slot van hun opmarsch zijn ge
komen Voorloopig althans. DeFranschen
hebben zich na de eerste verrassing mees
terlijk uit de voeten weten te maken. Wel
grappig is wat de correspondent van de
Daily Telegraph hierover schrijft. Hij be
schouwt deze geslaagde vlucht der Fran-
schen als een nederlaag voor de Duitschers,
welke nederlaag de tweede is sedert 21
Maart, toen de Engelschen kans zagen om
een 60 K. M. achteruit te gaan. Verder
veronderstelt deze schrijver dat de Duit
schers nog wel eens een nederlaag zich op
den hals zullen halen en voorspelt al vast,
waar dit geschieden zal »aan de Oise, de
Somme of in Vlaanderen.
Wel ja Deze broodprofeet had er nog
bij kunnen voegen of op eenig ander punt
van het frontdan had hij zich nooit kun
nen vergissen. Want dit is wel duidelijk
geworden dat men van de zijde der entente
wel telkens vermoedens heeft geopperd waai
de stoot der Duitschers zou worden toe
gebracht, maar dat alle voorspellingen mis
zijn geweest.
Is er dan geen enkele aanwijzing waar
de aanvaller nu zijn derde doorbraakpoging
zal doen Men heeft gezegd nu gaat het
op Parijs los. Zoo o. a. Havas, die be
weert Het plan van den vijand is thans
duidelijk, het is wel degelijk een slag om
het bezit van Parijs. Toch schijnt het ons,
EEN LEVENSBEELD.
»0 I genade o, Heere zoo erg heeft
hij 't nog nooit gehad.»
De voorkamer, die door Makko den hon
denscheerder bewoond wordt, is een beeld
van de meest onbeschrijfelijke verwarring.
Vastgehouden door de twee mannen die
hem tehuis brachten, staat de dronkaard
midden in de kamer en schopt zoo ver hij
kan om zich heen. Doodsbleek, metstuk-
gebeten lippen en 't schuim op den mond
de oogen met bloed beloopen, brult hij als
een bezetene. Met de kracht van den
waanzin tracht hij zich los te rukken uit
de handen der mannen, die hem met de
grootste inspanning vasthouden. Zijn haren
hangen verwilderd over zijn voorhoofd en
zijn kleederen zijn bijna aan flarden ge
scheurd.
Eensklaps staat hij als aan den grond
genageld, de oogen puilen hem schier uit
het hoofd, en onafgebroken staart bijnaar
een hoek der kamer, terwijl een siddering
door zijn lichaam vaart. Met heesche stem
roept hij
»Weg, daar/ vervloekt! dat beest
vliegt mij aan, draai hem zijn nek om.
Geef hem een doodschop Hij komt, hij
dat al is Parijs vari groot belang, den ge
allieerden legers heel wat vernietigender
slagen zullen moeten toegebracht worden
voor dat de Duitschers er aan denken kun
nen tegen Frankrijks hoofdstad op te ruk
ken.
Ons lijkt het meer waarschijnlijk dat de
volgende stoot gericht zal zijn tegen Amiens.
Eerst moet met de ententetroepen aldaar
worden afgerekend voor de Duitschers zich
kunnen wenden tegen de bij Parijs samen
getrokken legers. Doch onze oostelijke na
buur is onberekenbaar in zijn zetten. Wie
weet hoe hij de volgende maal op een heel
ander deel van het front zijn tegenstanders
komt verrassen.
In Parijs schijnt de val van Soissons een
zeer pijnlijken indruk te hebben gemaakt.
't ls maar een goed uur in een snelle
automobiel, 't Was in 1914 maar een
oogenblik door de Duitschers bezet, toen
dadelijk na den slag aan de Marne weer
bevrijd en als een scharnier van het front,
de dichtst bij Parijs staande scharnier van
het front, steeds als weer goed in handen
der Frarischen beschouwd.
Veel Parijzenaars waren ook wel, in de
eerste oorlogsjaren, over Villers-Cotterets
eens bij Soissons aan het front wezen kij
ken en hadden gezien, hoe stevig en rustig
de Franschen Soissons hadden, al zaten de
Duitschers daar op den tegenovergestelden
oever van de Aisne nog vrij dicht bij Parijs.
Sedert de Duitschers hij hun grooten
terugtocht op het Westfront in 1917 ech
ter ook de hoogten op den Noordelijken
Aisne-oever tegenover Soissons hs gelaten
en zich een heel eind noordelijker in de
komt
»Hou hem goed vast, Manus,® roept d«
kruier tot zijn makker, die, even als hij,
niet dan met de grootste moeite de armen
van den hondenkoopman in bedwang kan
houden..
»Wees nou een beetje bedaard, Makko
Je verbeeldt het je eigen maar, er is geen
buihond, waarachtig niet,
»Daar daar Zie je hem dan niet
daar vliegt hij op me aan hou hem
weg, verd md, hij is dol,® en geweldig
schopt hij voor zieh uit, als wilde hij het
denkbeeldige dier van zich afweren. »Daar
daar Hij komt weer,« gilt de door den
drank waanzinnige man, als het gehuil en
geblaf der honden, die in de kamer in
hokjes zitten of aan kettingen liggen,
heviger dan te voren weerklinkt.
Met Sti'ijkman en de buurvrouw zijn
intusschen tal van andere buren nieuws
gierig in het portaaltje, op de trap en in
de kamer gekomen, om het akelige schouw
spel te genieten.
Allerlei stemmen spreken tegelijk.
»Makko is weer dol,® roept de één.
»Wat een wonder! hij is drie dagen
onder water geweest,® verzekert een ander.
»Laten we hem naar 't gasthuis bren
gen,® zegt een derde.
Wat is er aan de hand,« vraagt een
buurvrouw, die, achter de anderen staande
in de kamer, met uitgerekten hals over
hun schouders tracht te zien.
»Makko heeft 't op zijn zenuwen,® grin-
lichting van Laon teruggetrokken hadden,
had Parijs zich weer geheel en voorgoed
vrij gevoeld.
Zoo zal men begrijpen, dat liet bericht,
hetwelk plotseling na een Duitschen stoot
van enkele dagen den val van Soissons
meldde, Parijs in diepe beroering moest
brengen
Van dat oogenblik af moet men er zich
zeKer V&ü het gevaar van den toestand een
duidelijk denkFëètrT^cir«akt hebben.
Zelfs is het niet te vër\vo.r..1«,0,b dat
het der Parijsche bevolking, als reactie
tegen Clemenceau's voortdurende uitbundige
tevredenheidsbetuigingen bij het reeds zoo
hoogst nadeelig voor Frankrijk uitgevallen
offensief van Maart en April en tegen het
officieel optimisme, dat men haar ook dit
maal weer wilde opdringen, bij dezen on-
verwachten dreigenden slag van den val
van Soissons aan de noodige kalmte ont
broken heeft.
Gevolg was dat na den val van Soissons
de wildste geruchten te Parijs de ronde
deden en de felste kritiek tegen de re-
geering is losgekomen. De bladen zeiden,
dat er iets niet in den haak moest zijn,
dat er opheldering over deze verschrikke
lijke verrassing moest komen, dat verbloe
ming der waarheid niet meer geduld kon
worden.
Ja men wilde iri de Kamervergadering
de regeering ter verantwoording roepen.
Clemenceau heeft ziel» daarom genoodzaakt
gezien bij den aanvaiig van de Kamerver
gadering een verklaring af te leggen, dat
hl) niet op interpellaties omtrent den mili
tairen toestand kon ingaan. Vervolgens zeide
hij
Er is een enquête onderzoek geopend
over de verantwoordelijkheid voor het ge
beurde. Zij is aan den gang, maar heeft
niets aan het licht gebracht. Ik zal niet
de lafheid begaan straffen toe te passen
op chefs, die de dankbaarheid vari het land
verdienen. Doordat Rusland ons in den
steek heeft gelaten, heeft Duitschland 200
divisiën tegen ons in het vuur kunnen bren
gen. Wij maken een geducht oogenblik
door, maar de moed en de heldhaftigheid
van onze soldaten zijn tegen den toestand
opgewassen. Onze soldaten streden één te
gen vijf. (De Kamerleden staan van hun
zetels op en juichen het leger toe.)
Clemenceau zwaait dan lof toe aan de
militaire chefs en vervolgt zijne verklarin
gen aldusFoch en Pétain hebben het
volle verti ouwen der geallieerden. De oor-
nikt iemand uit den hoop.
»Daar blijft hij in,« zegt verschrikt een
der vooraanstaanden tot zijn achterbuur.
»Och, ben je mal, hij komt wel weer
bij zijn positieven,schreeuwt een vrouw
terug.
»'t Is al voor de vijfde of zesde keet-
dat hij lirium heeft, maar zoo erg als van
daag heeft hij 't nog niet gehad,® merkt
juffrouw Ram aan, die na Strijkman in de
kamer is gedrongen en zich, met hem,
angstig in een hoek bij de armoedige bed
stede verscholen houdt. Binnensmonds
mompelt de pandjesbaas: Hy ruïneert
mijn boel, alles gaat stuk, nu moet hij er
bepaald af ik kan die kamer wel zesmaal,
eri beter verhuren.®
»Laat dan toch iemand om een dokter
of een meester gaan,« roept een der man
nen die hem vasthoudt. »Gauw dan toch,
de kerel is razend ik kan hem niet
houden gauw dan
De verwarring neemt met elk oogenblik
loe, een paar van de honden zijn losge
broken, en loopen blaflend en huilend,
verschrikt door 't rumoer, door de kamer,
of janken erbarmelijk als zij door de vech
tenden nu en dan getrapt of geschopt
worden. Enkele vrouwen beginnen luid
keels te gillen, en daartusschen klinkt een
grove mannenstem, die schreeuwt»Hou
toch jelui snaters
Moord roept op gesmoorden toon een
der mannen, de kruier, als plotseling, met
een verraderlijken ruk, de hondenkoopman
logsraad van Versailles heeft het besluit
genomen hun openbaar hulde te brengen.
(Applaus.) De Duitschers hebben een avon
tuurlijken zet gedaan. Wij wijken, dat is
waar. Maar wij zullen nooit capituleeren.
Indien gij besloten zijt tot het einde vol
te houden, is de overwinning aan ons. De
Duitsche taktiek, die er toe strekt ons te
terroriseeren, zal niet gelukken.
De Amerikanen kornen aan. Het Fran-
sche en Engelsche troepenmatei iaal slinkt
weg, gelijk dat der Duitschers. Zoo wordt
frjgrtij gespeeld op de Amerikaansche
hulp.
Dat is een heel pyfli^£ verklaring. M.
a.w. Wij zelf noch de Enge
staat den indringer af te weren.
Doch wacht maar de Amerikanen zul
len nu voor het vervolg onze taak over
nemen en dan gaat het naar een volko
men o ver win iming.
Of dat zoo heel zeker is, staat nog te
bezien. Wij wezen reeds vroeger op het
groote bezwaar gansche legers over zee
naar Frankrijk te vervoeren en dan verder
in hun onderhoud en wat houdt dat
niet iri te voorzien. Maar nu komt er
nog een leelijk ding bij. De Duitschers zijn
begonnen met hun duikbooten ook de A-
merikaansche wateren onveilig te maken.
Sedert 25 Mei zijn ze aan de Oostkust der
Vereenigde Staten aan den gang.
Volgens een bericht uit Washington aan
Daily Telegraph is het verlies van de zeil
en stoomschepen (het aatste was het ge-
requieerde Nederlandsche stoomschip Te
xel) een gebeurtenis, die in Amerika groote
voldoening zal wekken. Ten eerste omdat
wat voor alle Duitsche sucessen geldt
er uit blijkt, dat de Duitschers wanhopig
zijn. Ten tweede, omdat de duikbooten, die
voor de Amerikaansche kust schepen ver
nietigen niet tegelijkertijd hetzelfde kunnen
doen in het versperde gebied en ten derde
omdat de Amerikanen nu nog oorlogzuch-
tiger worden.
Niettegenstaande deze redenen tot vol
doening, heeft, naar wordt gemeld, de po
litie de militaire autoriteiten verbaasd door
te verordenen de stad in het duister te
zetten en mogen geen schepen meer de
haven van New-York verlaten, terwijl het
departement het noodig heeft gevonden te
verzekeren, dat het over de middelen be
schikt een aanval der duikbooten op de ver
bindingen, die voor het troepentransport
dienen, te verijdelen. Hieruit mag men af
leiden, dat de Amerikanen toch van dit
zijn rechterhand bevrijdt, en hem daarmede
de keel dichtknijpt.
Strijkman siddert van angst terug kan
hij niet, want de opening der deur, en
ook 't portaal is door de aangroeiende
burenmassa geheel ingenomen.
Moord rochelt nogmaals de aange
vallene, als de ijzeren greep van den waan
zinnige hem de keel toeschroeft.
Eenige mannen dringen nu de kamer
binnen en komen den kruier te hulp, die
eindelijk bleek en ontdaan, half gewurgd,
met de bloedige indruksels van Makko's
nagels aan den hals tegen de wand tuimelt
met de woorden»Hij is dol, haal den
meester I haal den meester
Op eens houdt het gebrul op de han
den van den hondenkoopman worden slap,
hij biedt geen tegenstand meer, zijn hoofd
zinkt voorover en terwijl een zucht, sner
pend en schel zijn borst ontvlucht, zakt hij
ineen. Nog een paar maal trilt zijn ge-
heele lichaam, de oogen dringen bloedig
uit huu kassen de long, blauwachtig op
gezwollen, hangt een eind over de onder
lip, de neusvleugels verwijden zich een
oogenblik om dadelijk daarna weèr samen
te trekken en aan den neus den eigenaar-
digen spitsen vorm te geven die de voor
bode is van den dood. Al de wezenstrek
ken worden slap, de oogen breken roche
lend blaast hij den laatsten adem uit en
de vale doodskleur trekt over zijn gelaat,
terwijl zijn geheele lichaam zich op den
grond uitrekt en daarna roerloos blijft
Gorincliem.
zoo naburig optreden der duikbooten wat
zijn geschrokken.
Een gansche troep vliegtuigen en duik -
bootjagers is er op uitgestuurt den onder-
zeeschen aanrander te bedwingen. Zoo
wordt Amerika gedwongen heel wat mate
riaal, dat er dus op en om en boven het
Westelijk front dienst kon doen bij honk
te houden, de schepen worden in de havens
voorloopig vastgelegd en die zich er uit
wagen loopen gevaar Europa nooit te be
reiken.
Wel een koen staaltje duikbooten die
heen en terug gaan zouden in Amerika
een haven aan doen.
Zoo woedt dus de oorlog onverminderd
voort te land, ter zee, in de lucht en on
der de wateren en de nood stijgt allerwege.
Ook in Duitschland. Wij werden getroffen
door een artikel in de N. R C. dat tot
opschrift had: »De kinderen en de oorlogee,
waarin wordt gewezen op onderzoekingen
naar de inwerking van het oorlogsvoedsel
op de kinderen. Wij ontleenen er 't vol
gende aan
In 1916 waren liet slechts de oudere
leerlingen, die de nadelige gevolgen eerier
onvoldoende voeding toonden èn in lengte
èn in gewichtthans werd reeds een be
langrijke gewichtafneming geconstateerd bij
kinderen van 7 jaar at. Zij bedroeg bij
de laagste klassen der volksscholen tot
1 K.G. eri steeg bij de oudere leerlingen
tot 4 K.G. Ongeveer één achtste gedeelte
der jongere kinderen bad nog hetzelfde
gewicht als 9 maanden geleden. Opmerke-
liggen.
De omstanders dringen met ingehouden
adem hoe langer, hoe meer vooruit. Zon
derling steekt de plotselinge, akelige stilte,
die nu in het vertrek heerscht, af bij het
ontzettende geweld van zoo even. »Ik
geloof dat oom Kool er geweest is,® zegt
de groenboer, zich met de hemdsmouw
het zweet van 't voorhoofd wisschend.
»Sakkerloot, wat was dat een toer
»Daar is de meester!® klinkt een stem
onder aan de trap, en eenige oogenblikken
daarna maakt men ruimte bij de deur dei-
kamer, om een chirurgijn binnen te laten,
die in der haast door een der buren i
opgezocht. In een oogenblik is nu do
kamer overvol. Allen verdringen zich om
den medicus, die hij het Jichaam van den
hondenscheer. er neerknielt, diens oogleden
omhoog heft en na 't hart betast te heb
ben, kortweg zegt: »Hij is dood, jenever
beroerte
»Ja, dat dacht ik wel, hij heeft van
morgen ook beestachtig gedronken, zegt
de kruier, die weer wat van zijn schrik
bekomen is, »kijk eens meneer, hij had
mij bijna ook om gaies geholpen,® en hi
toont de krabben aan zijn hals.
»Leg er maar wat azijn en water op.
en haal een raderbaar, dan kan dat lijk
naar 't politiebureau gebracht worden of
heeft de man hier familie vraagt de
chirurgijn.
NIEUWSBLAD
Hst [ml vu Heisóei ei Alten, li Lanostraat ei de fisimelerwaari.
CUBA
Wordt vervolgd.)