Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden, No. 3824 Woensdag 6 November. 1918. Uit een oude dierkunde. FEUILLETON. K KATES, Und van altena Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden ƒ1.20, franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 cent. Elke regel meer 10 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag 4 uur ingewacht. Het oudste Duitsehe boek over dierkunde dagteekent van het jaar 1606, en is geschreven door den „we- reldberoemden doctor" Konrad Ges- ner. Wie zulk een oud boek over de dieren in handen krijgt, staat verbaasd over de lichtgeloovigheid van den schrijver, die niet mededeelt wat hij zelf heeft waargenomen, maar wat hij gelezen heeft in de boeken dor Grieken en Romeinen. En deze volken der oudheid mogen bekwaam zijn geweest in de schoone kunsten, tot een onderzoek van de hen omringende natuur hebben ze het niet gebracht, en bij het lezen komt de wensch op, dat nog eens het leerboek van plant en dierkunde voor den dag mag ko men, dat Salomo geschreven heeft In die oude Duitsehe dierkunde wordt verteld, dat apen schaakspelen kunnen leeren, ja, dat ze voor alle geregeld onderwijs vatbaar zijn. Bavianen houden evenals de men- schen schapen en geiten, om de melk te drinken het zijn zeer rechtvaar dige dieren, die niemand leed doen. Muizen kenden eerbied voor het heilige. Op een eiland in de Zwarte Zee stonden wijnstokken, die aan Hercules waren gewijd, en nu gingen de muizen tegen den tijd, dat de druiven rijp waren, het eiland ver laten, om niet in de verzoeking te komen, van de gewijde druiven te eten. Stekelvarkens gebruiken hun stekels als pijlen. Wanneer zoo'n prikkel baar dier werd aangevallen, riep hij met luider stem, en dan kwamen al zijn genooten uit het bosch bijeen en schoten den aanvaller met hun pijlen, waarbij ze zeer juist wisten te mikken. Dassen hadden in dien tijd een middel om van de menscheh en hon den geen last te hebben. Als een das aangevallen werd, dan blies hij zich op, en daarbij werd zijn huid zóó strak, dat alle slagen der menschen en alle beten der honden evenmin indruk konden maken als op een trommelvel. Vossen kenden nog andere loopjes dan tegenwoordig. Als een vos trek had in den honig van een wespen- EEN LEVENSBEELD. 44 »Ik denk er plotseling aan, dat ik je eens zag grienen in 't prieel. x> Grienen »Wel ja, toen de twee meisjes dat duet zongen. Weet je 't niet meer?« »0, ja nu herinner ik 't mij. Op 3>Mon Repos «Juist 1 Je bent nog niets veranderd ik dacht dat je nu niet meer zoo'n otje-bus- kruid was.« »Otje wat Zoo'n buskruitvaatje. Poefï I dat vliegt me op als pulver bij 't minste of geringste, en dan op eens pafneergeslagen als een pannekoek, en grienen er bij. Wat was je toen laf Artistenbloed, Barbara ïOch, loop heen 1 Artistenbloed is even als alle overige bloed, geen zier anders. Tournel »Dat's niet waar, nicht Barbara »Kijk me zoo'n wijsheid eens aan. De jongejuffrouw wil ook -een duit in 't zakje gooien. Met een verhoogden blos op de wangen antwoordt AugustaïEen artist heeft geen visschenbloed, zoo als zoovelen die nest, dan stak hij zijn staart naar binnen. De vinnige diertjes begonnen den aanval, maar raakten verward in de lange haren. Dan ging Reintje naar een boom en sloeg er zóó lang met zijn staart tegen, dat alle wespen dood waren. Had hij die manoeuvre een paar malen herhaald, dan had het nest geen bewoners meer, en hij kon den honig voor zich nemen. Een hyena was een vreeselijk on dier. Een hond, die in zijn schaduw kwam, was voor zijn leven stom. Iets vreemds was wel bij deze roofdieren, dat ze van geslacht wisselden, zoodat ze het eene jaar mannetje en het andere jaar wijfje waren. Ezels waren veel teerhartiger dan tegenwoordig. Een ezel overleefde het nooit, als hij een natuurgenoot zag sterven. Over 't algemeen hadden de eenhoevige dieren een sterk ge voelsleven. Paarden ten minste wer den in den krijg zoo begeerig naar de overwinning, dat ze de gevallen speren met hun mond opraapten en aan hun ruiter overhandigden Voortreffelijke dieren waren ook de olifanten, die altijd indachtig waren aan hun plicht, en eer en roem zochten te verwerven. Ze waren zonaanbid- ders, en pleegden hem eeredienst met opgeheven snuit. Van een Afrikaanschen gnoe een tweehoever wordt verhaald, dat hij altijd den kop laat hangen, en dat is maar goed voor de men schen, want wie zulk een dier in de oogen ziet, is terstond dood. De eland lijdt aan vallende ziekte om zich te genezen moet hij een teen van het rechter achterbeen in het linkeroor steken. Van de waan wordt verteld dat zij niet alleen een volmaakt zanger was, maar ook dat zij het eenigste wezen was dat in plaats van te sid deren bij het naderen van den dood, zong gedurende zijn doodsstrijd en zijn laatste snik vooraf deed gaan van hemclsche klanken. Even voor dat zij stierf, zong zij een droevig, weemoedig vaarwel toe aan het leven en zong in teedere aandoenlijke klan ken op lageren toon, gelijk een zacht en smartelijk gefluister, klagend en onheilspellend zijn doodenzang. Men kon dit lied hooren als bij het aan- met niets dwepen, wie niets in verrukking kan brengen, en die voor niets gevoel heb ben, dan voor 't alledaagsche. Bah! ik heb een hekel aan menschen die nooit in vuur kunnen raken, die nooit warm worden, die nooit boos zijn of driftig. Dorus verslindt haar als 'tware met de oogen als zij vervolgt »Neen, dan heb ik liever iemand die opvliegt of een traan in de oogen krijgt die voelt en beprijpt wat hy hoort »Maar Guustje »'t Is niet laf als een man schreit van aandoening, 't is alleen een bewijs dat hij een hart heeft en geen stokvisch is.« ïMaar kind, wat mankeert je?« ïNiets, nicht Barbaramaar ik word boos als ik zoo iets hoor, en dan kan ik niet zwijgen. Artistenbloedzegt Dorus op haar de hand toestekend. »Mijn bloed roept Tournel verheugd. Barbara trekt de wenkbrauwen omhoog, en zich omdraaiend bij de deur, tikt ze even met den voorvinger tegen het voor hoofd, terwijl ze onder 't heengaan mom pelt Alle drie.« Gelukkig heeft geen van 't drietal de vleiende pantomine van nicht Barbara op gemerkt, en als zij vertrokken is zegt DorusAugusta ik dank je, dat was ferm gesproken. Nog schitteren de oogen van het meisje, nog kleurt een donker rood haar wangen, en de lieve, vriendelijke mond heeft een breken van den morgen de winden en de golven waren ter ruste ge gaan, en men had zelfs zulke zwanen gezien, die zingend hun laatsten adem uitbliezen. De Grieken geloofden vast in dezen fabel, geen enkel verhaal vond meer ingang bij de Ouden dan deze, van de zingende zwanen. Zij sprak tot de verbeelding, en dichters, redenaars en wijsgeeren hebben ze bezongen en besproken, omdat zij dit verbaal zoo schoon vonden, dat zij er niet aan wilden twijfelen. Dit is zeker, de zwanen zingen nu niet en zongen nooit als zij sterven- Toch heeft de spreektaal het bestaan van deze fabel vastgehouden. Spreekt men niet vanhij heeft zijn zwanenzang gezongen als men aanduiden wil de laatste uiting van een groot kunstenaar of genie voor hij den laatsten adem uitblaast. Wij menschen, van de twintigste eeuw, staan verbaasd, dat de Griek- sche en Romeinsche geleerden mannen van naam als Plinius en Aelianus worden genoemd zulke dingen hebben geschreven, en meer nog, dat een „wereldberoemde dok ter" drie eeuwen geleden zoo iets naverteld als een natuurgetrouwe be schrijving van het leven der dieren. Wie toch maar even zijn oogen ge bruikt, weet beter, en toch schreef de een den ander maar klakkeloos na. De natuur bestudeerde men uit boeken, en wat de „ouden" geschre ven hadden, gold voor onomstootelijke waarheid. Waar zoo de geest van het volk was, is het te begrijpen, dat Galileï voor de Inquisitie werd ge daagd, omdat hij beweerde, dat de aarde om de zon draait, en dat Bruno levend werd verbrand, omdat hij durf de veronderstellen, dat nog wel an dere hemellichamen dan alleen de aarde bewoond konden zijn. BüITBlffL AT5ÏDSÖH OVERZICHT. Nog niet zoo lang geleden merkten wij op dat in onze dagen de wereldgeschiedenis zich niet geleidelijk ontwikkelt, maar met sprongen vooruit gaat. Maar dat het zóó razend snel zou gaan, had niemand kunnen denken. Er is nauwelijks tijd zich rekenschap te geven van het belang van iedere gebeur- ernstiger plooi gekregen, als zij antwoordt Misschien heb ik te veel gezegd voor een meisje, maar ik kan het niet helpen ik ben nu eenmaal zoo, ik zou »Jij zoudt iemand vurig kunnen haten, geloof ik.« ï>Haten dat is 't woord niet.« ïlk welIn Dorus oogen flikkerteen oogenblik het oude onbluschbare wilde vuur. »Ik heb lief - of ik haat, onverdeeld een middenweg is er niet Bijna beangst ziet het meisje hem aan, als zij antwoordt: »dat meen je niet?« Waarlijk wel »Maar iemand kan je toch ook onver schillig zijn. cc »Ja, misschien heb je toch gelijk, Augus ta, maar met menschen die mij onverschil lig zijn bemoei ik mij ook niet.« »Zoo maar ik vind dat woord haten van jou verschrikkelijk,c ^Kinderen windt elkaar niet noodeloos op. Vooral heb jij Dorus. nog geen oorzaak om iemand te haten, en jij, Augusta, zult nog dikwijls genoeg met hem kunnen kib belen, dus daarom »Maar wij kibbelen volstrekt niet groot- vadertje Is 't wel, Dorus x>Integendeel wij sympathiseeren »Zij sympathiseeren ldcht Tournel, met welgevallen de twee jongelieden vóór hem beschouwend. ïWe zullen bepaald goede vrienden zijn Augusta 1" »Dat zijn we immers altijd geweest." tenis, daar terstond weer een andere even belangrijke onze aandacht vraagt. We willen maar beginnen met de verst van ons afgelegen ex-bondgenoot van Duitschland n.l. Turkije. Het heeft een wapenstilstand gesloten met de geallieerden. Dat wil wat zeggen. De belangrijkste voor waarden aan Turkije gesteld zijn dezen Opening van de Dardenellen en Bosporus, zoomede uitgang naar de Zwarte Zee en bezetting van de forten van de Dardenellen en Bosporus door de geallieerden. Over gave van alle oorlogsschepen in de Turk- sche wateren of in de wateren, die de Turken bezet houden. Deze schepen moeten worden geïnterneerd in de Turksche havens, die zullen worden aangewezen op de kleine vaartuigen na, die voor politie- of dergelijke diensten in de Turksche wateren noodig zijn. De geallieerden hebben het recht, alle strategische punten te bezetten ingeval er een toestand ontstaat, welke de veiligheid der geallieerden bedreigt. Het is niet onwaarschijnlijk dat de Rus sische Zwarte Zeevioot, die vóór enkele dagen in Duitsehe handen was, zich eenigszins zal te weer stellen. Met groote geestdrift bespreekt de pers der entente-roogendheden deze ineenstorting van Turkije. De wapenstilstand maakt het voornaam ste deel der Britsche legers in Syrië, Pales tina, Mesopotamië en Egypte beschikbaar. Aanzienlijke strijdkrachten zullen over de van den overzeeëschen rooverij bevrijde wateren naar de voornaamste slagvelden in Europa kunnen worden vervoerd. Het oostelijke leger, dat weldra het leger van de Save en de Donau zal worden, zal eens geroepen zijn om een groote rol te spelen. Ten slotte zullen de schepen der geallieerden zich weldra vrijelijk over de Zwarte Zee kunnen bewegen, na het blok der Russische schepen, die in de macht der Duitschers zijn gevallen, te hebben vernietigd. De verbinding met Roemenië is feitelijk hersteld, zoodat de geallieerden hun bond genoot alle middelen kunnen verschaffen om zijn eischen te doen gelden. Het is zeker, dat op dat moment de vrienden der entente wederom aan het bewind zullen komen. Wat Rusland betreft, zal de entente het schandelijke bolsjewieksche regime ge makkelijker kunnen bestrijden. Van niet minder belang dan het sluiten van den wapenstilstand met Turkije, zijn de gebeurtenissen die zich in Oostenrijk- Hongarije afspelen. Wij weten al dat Honga rije een republiek is geworden. Daar heeft »Heb jij nog wel eens gedacht aan den tijd, toen ik nog hier woondeweet je nog dat je mij een heiden noemdet alk, Dorus Tante deed het I" aWel neen jy ook." »Ja, maar dat was alleen uit gekheid. En jij noemdet mij, de kleine kat." aDat was ook gekheid, natuurlijk, want je was volstrekt niet kattig nooit Maar 'k ben 't nu geworden, Dorus dat heb je zooeven wel gemerkt." »Je vischt 1" Wablief aJe vischt 1" «'k Begryp je niet," aOch kom I" aHeusch niet aPapa Tournel, je kleindochtertje is coquet geworden." aVindt je, Dorus aZeker 1" a Coquet Daar protesteer ik tegen 't is volstrekt niet waar." aNu nuwordt maar niet loos." alk ben niet boos, maar ik vind je akelig." a't Spijt me voor jou 1" a Voor mij Ja, want 't is niet aangenaam om met iemand die je akelig vindt te sympathi seeren." aNu vindt ik je nog akeliger." aDes te erger voor je 1" alk sympathiseer volstrekt niet met je, hoor je wel het huis Habsburg dus afgedaan. Naast Hongarije is het belangrijkste deel van de monarchie Duitsch-Oostenrijk (Het Alpengebied met Weenen en de gebergten die Bohemen omgeven). Ook daar is een afzonderlijke staat ontstaan en in de grond wet voor dezen staat is ook al geen plaats voor een kroon. Keizer Karei ziet met dit gebied dus zijn rijk ook al verminderen. De keizerlijke standaard is van het parle mentsgebouw neergehaald en vervangen door de rooue vlag. Dan blijft nog de Tsjecho-Slowahsche staat (Midden Bohemen en het N. Westelijk deel van Hongarije) Deze nieuwe staat is geheel los van Weenen. Wat blijft er nu over voor den Keizer. Al heel weinig. Het zal ons dan ook niet verwonderen wanneer het gerucht waar heid blijkt te zijn, dat de keizer afstand zal doen van den troon en in Zwitserland gaat wonen. En nu komt daar het bericht dat de wapenstilstand tusschen Oostenrijk-IIongarije en de geassocieerden is geteekerid. Maar dit rijk bestaat feitelijk niet meer. Het is uit elkaar gevallen. Geen wonder dus dat de regeering zich genoodzaakt heeft gezien alle harde voorwaarden te aanvaarden die de overwinnaars haar hebben gesteld. Wij noemen er enkele van op^ Onmiddellijke staking der vijandelijkheden te land, te water en in de lucht. Volledige demobiliseering van Oostenrijk- IIongarije. Onverwijlde terugtrekking van alle O.-H. troepen die op het front van de Noordzee tot Zwitserland opereeren.Op het gebied van Oostenryk-Hongarije worden als O.-H. weermacht, ten hoogste 20 di visies, op de vredessterkte van -vóór den oorlog, gehandhaafd. De helft van al het materiaal alsmede het krijgstuig dat zich op het door 't O.H. leger te ontruimen gebied bevindt, wordt uitgeleverd. Ontruiming van elk door O.-H. sedert het begin van den oorlog met wapengeweld bezet gebied terugtrekking van de O.-H strijdkrachten achter een nauwkeurig vast gespelde linie. De geallieerden zullen het volstrekte recht hebbena. tot vrije beweging van hun troepen langs eiken weg, spoorweg en waterweg op 0.-II. gebied en tot gebruik van de noodige O.-H. transportmiddelen b. tot bezetting van alle strategische punten, gedurende een door hen noodig geachten tijd, ten einde daar te wanen of de orde te handhaven c. tot requisities tot betaling Ich grolle nicht aBah je zingt valsch, en leelijk." aDat is waar, volkomen waarwe zijn 't alweer eens." alk vind je onuitstaanbaar." aEn ik vind jou allerliefst en mijzelf heel akelig, zie je wel, Augusta, dat we toch sympathiseeren." aPlaaggeest. »Ha I hal hal ha! 't is curieus om to hooren." a Help me liever tegen hem, grootpapa, ik houd het niet uit," aDat's te bescheiden, dat meen je niet 1" aFoei 1 je maakt het te erg, ik ga heen aKom niet te gauw terug 1" Waarom niet?" a Omdat we dan te spoedig het eens zou den zijn." Lachend verwijdert zich het meisje, er Tournel klopt Dorus op den schouder ter wijl hij zegta Je hebt er goed slag van om te plagen maar gekheid apart, wat zef je van haar. Een dot, hè Kerel 1 't is mijn schat, mijn oogappel, mijn trotsch. Wat een stem, ze zingt f kruis, de lage kolossaal voor een alt,Wat een taille, 't is een volwassen vrouw, en nog pas achttien Keek je niet op, toen je haai terugzaagt Zeg, Dorus, is 't niet eer meisje om op te verlieven." Wordt vervolgd.) NIEUWSBLAD ii litigi, li Lnistrasi eb lommolsrwiarü.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1918 | | pagina 1