stad Chateau Selins bezet, terwijl zij in Elzas, waar zij reeds op Duitschen bodem stonden Muhlhausen zijn binnengetrokken, terwijl de Engelschen, met de muziek voorop, den opmarsch naar den Rijn zijn begonnen. Hoe grievend voor het Duitsche gemoed. Tot nu toe heeft het geslagen volk zich met waardigheid in het onvermijdelijke ge schikt en zich kalm gehouden. Maar de toestand baart nog in velerlei opzicht groote zorgen. Wel hebben de ordelievende ele menten, die de regeering steunen, nog in de meeste streken de overhand. Maar wat zal er geschieden als de terugkeerende troepen, (het moeten 9 millioen man zijn,) zich over Duitschland uitstorten. En wat, als er gebrek aan voedsel begint te komen, wat werkelijk niet denkbeeldig is. Reeds tot twee malen toe heeft Solf zich tot Wilson gewend om voorziening in den dreigenden nood, terwijl de uitvoerende Raad van de Arbeiders en Soldatenraad te Berlijn zich gericht heeft tot de entente volken waarin het o.a. heet: Het herstel van het uit duizend wonden bloedende Duitschland, de hervorming van zijn ekonomisch en staatkundig leven, de verlossing van het volk Van honger, ont bering en andere nooden kan niet geschieden als de regeering der entente ondragelijk zware wapenstilstands- en vredesvoorwaar den opleggen. Wy doen derhalve een beroep op den rechtvaardigheidszin der volkeren, die tot nu toe onze vijanden waren en die wij over de loopgraven de broederhand toesteken. Wij verzoeken hun bij hun re geeringen er op aan te dringen, het Duitsche volk voor hongerdood en politieke onmacht te vrijwaren. Wij verzoeken den volkeren met alle kracht op te komen voor een vrede van broederlijk overleg, zonder ver overingen of onderdrukking, voor een vrede, die aan elk volk het recht van zelf beschikking en vrije ontwikkeling laat. Gij arbeiders van Frankrijk, Engeland, Ralië enz. hebt dikwijls beloofd dat zulk een vrede uw doel was. Zet thans uw belofte in daden om. Komt er voor op, dat de wapenstilstandsvoorwaarden, welke Duitschland aan ekonomischen ondergang en aan hongersnood prijsgeven, verzacht worden en dat een vrede tot stand komt, die den opbouw van een nieuwe, gelukkigen en vreedzamer wereld mogelijk maakt. Eer vrede die volksmoorden in de toekomst verhindert. Als vertegenwoordigers van den Uitvoe renden Raad der arbeiders- en soldatenraden verheffen wij onze stem en verzoeken wij u er voor op te komen, dat het Duitsche volk door uwe regeeringen niet tot een slavenbestaan wordt veroordeeld, Wij hebben onze binnenlandsche vrijheid veroverd en willen in de toekomst in den raad der volkeren als gelijkgerechtigde medewerkers zitting hebben. Nu heeft de Engelsche regeering al te kennen gegeven dat zij voornemens is hulp te verleenen. »De geallieerden en de Ver. Staten zyn bereid al hun steun te verleenen tot herstel van economische grondslagen en geordend leven aan die landen en alleen aan die landen, die door hun daden toonen, dat zij orde en beschaving willen handhaven. Indien eenig volk van Midden-Europa de teugelen aan de wanorde overlaat, dan zul len de Westersche democratieën niet in staat zijn iets te doen voor heropbouw dier landen en slechts geduldig en met ver sterkte werkzaamheid kunnen wachten tot de omstandigheden er zich toe leenen. Deze uitlating van het Britsche ministerie van buitenlandsche zaken maakt het duidelijk, dat men Duitschland helpen wil, als men daar instaat voor geordende toestanden. Maar wie staat daar voor in De Times vindt, dat zij niet in staat is naar buiten vertrouwen te wekken, daar zij slechts bestaat uit veen commissie van Berlijnsche socialisten.En het blad voegt er bij, dat Lloyd George niet voornemens is deze com binatie te beschouwen als een gevestigde regeering, die in staat is haar verbinte nissen uit te voeren. Ook de Entente eischt dus dal er in Duitschland een vast regeeringslichaam zal gevonden worden, waarmee ze onderhan delen kan. Al weer een aanmaning om wat spoed te maken met de verkiezing van de nationale vergadering. Intusschen weet de Daily Chroncile al mee te deelen, dat in het begin van 1919 het vredescongres te Versailles zal plaats hebben en begrijpelijk is het als de ge allieerden de Duitschers te verstaan geven dat zij vóór dien tijd met hun Constituantie gereed moeten zijn. 't Is te hopen, dat de rust spoedig weer- keere bij onze oostelijke naburen, te hopen ook voor ons volk. Wel heeft onze natie in de voorbijgegane week duidelijk doen blijken dat zij niet gediend is van het mis dadig drijven der anarchisten en revoluti onairen. Maar al heeft Troelstra bakzeil moeten halen en al heeft Wijnkoap met de zijnen leehjk fiasco geleden, wij kunnen er ons van overtuigd houden, dat, zoodra de gelegenheid gunstiger is, een nieuwe poging zal worden gedaan om ook in ons land eenzelfden toestand als in Rusland of Duitschland te scheppen. En daarom laat ons waken. Met alle schelden en razen op socialisten en revo lutionairen komen we geen stap vooruit, wel achteruit. De eenige wijze om een revolutie te voorkomen is de rechtmatige grieven te onderzoeken en de rechtmatige eischen in te willigen. Er is schuld, groote schuld, ook bij de bezittende klasse. De oogen zijn daarvoor opengegaan. Als nu de harten ook maar geopend worden, en die schuld wordt gedelgd. Wie nu weer indommelt, er zich over verkneuterend, dat de »rooden« het toch maar lekkertjes ver loren hebben, en bij zichzelf denkt, dat het alles bij het oude kan blijven, die bedriegt zich zelf op een verschrikkelijke manier en zal straks merken, dat waar wind wordt gezaaid, storm wordt geoogst. Slechts op den weg van recht en ge rechtigheid kan ons volk bewaard blijven voor burgeroorlog en nationalen ondergang. BUITENLAND. DE WAPENSTILSTAND. De bezetting der ontruimde gebieden. Londen, 17 Nov. Haig meldt: Het 2e en 3e leger begon zijn opmarsch in over eenstemming met de wapenstilstandsvoor waarden tot het ontmoeten van de andere legers der geallieerden. Wij bereikten voorloopig de lijn VerfontairePry—Bies- mesPietonLa BouverieSoignies en de fabrieken Z van Ninove. Berlijn, 18 Nov. Het feit, dat de wa penstilstandsvoorwaarden door de Duische legerleiding stipt worden uitgevoerd, wordt zelfs door de Parysche pers erkend. Da »Petit Parisien« wijst erop, dat bij de ontruiming der bezette gebieden noch welke beschadigingen of requisities ook zijn voorgekomen. Een officieuss mededeeling aan de bladen constateert, dat de ontrui ming sneller wordt uitgevoerd dan te hopen was. De Duitsche regeering doet wat zij kan om de aangenomen voorwaarden uit te voeren. Parijs, 17 Nov. Men rekent erop, dat van heden-Zondag af de Fransche troepen in het te bezetten gebied, 10 K.M. per dag zullen kunnen oprukken tot den 21en Nov. toe. Dan zullen zij drie dagen lang 20 K.M. vorderen, zoodat zij op 't einde der week een afstand van pl.m. 90 K.M. zullen hebben afgelegd. De Belgische troepen zijn te Antwerpen aagekomen. Zaterdagmorgen nog was de stad vol met terugtrekkende Duitschers en d6s middags om 2 uur stonden de Bel gen voor het stadhuis. Aan het station staan nog eindelooze treinen vol militaire voorraden, die de Duitschers niet meer konden wegvoeren. Toen de Duitschers afgetrokken waren, werd in de Kathedraal een Te Deum gezongen en daarna de Duit sche vlag op den toren door de Belgische vervangen. Het volk was vol enthousiasme. De soldaten werden door de menigte in triomf rond gedragen. De activisten werden mishandeld en vrouwen van verdachte zeden werden de haren afgesneden. o De afrekening. De Matin begroot Duitschlands schuld aan Frankrijk op 340 milliard, n.l. schuld van 1870 met interest 60, oorlogskosten 140, onderhoudskosten 40, schadevergoe ding 100 milliard. Duitschland en Oostenrijk moeten aan de geallieerden zeven millioen ton scheeps- ruimte teruggeven. De uitlevering hunner handelsvloot, metende drie millioen ton, acht het blad een hal ven maatregel. Repatrieeriug van burgerlijke gevangenen. Parijs, 17 Nov. De x> Petit Parisien« meldtConferenties hebben plaats gehad tusschen Fransche en Duitsche officieren voor repatrieering van burgerlijke gevan genen. Aan Zwitserland is het transito- verkeer voor treinen met gevangenen ge vraagd, evenzoo aan Nederland. Het is de wensch van den ministerpresident, dat geen minuut mag verloren gaan om den terugkeer onzer landgenooten te verhaasten. Men mag dus hopen, dat op het einde van den wapenstilstand bijna alle Fransche gevangenen hun vaderland zullen hebben bereikt. BINNENLAND. Hnldebetooging aan de Koningin. Uit den Haag wordt aan de N. R. Ct. geschreven De Nederlandsche taal heeft geen woorden, krachtig genoeg om den indruk weer te geven, dien de huldebetooging van het Ko ninklijk gezin gemaakt heeft. En dat is geen wonder, want wie zou een dergelijke spontaneïteit, een dergelijke uitbarsting van geestdrift bij ons bedaarde Hollandsche volk mogelijk geacht hebben. Waren het dezelfde kalme, bezadigde burgers, welke anders bang zijn om zich teveel op te win den, die nu zoo frenetiek juichten, schreeuw den, zongen, dansten, sprongen, zwaaiden met hoeden en petten, drongen, vochten om zich een plaats te veroveren. Het was om er dan toch maar een woord voor te wagen overweldigend. Alle verwachtingen, die men van deze betooging gehad kon hebben, zijn verre overtrofien en wat wij vanmiddag in de Maliebaan be leefd hebben, gaat het voorstellingsvermo gen schier te boven. Het is niet denkbaar, dat er in Neder land ooit een hartstochtelijker manifestatie van geestdrift, koningsgezindheid en vader landsliefde is geweest dan die van heden en de 48e November 191 8, de O r a n j e-M a a n d a g, zal in de geschie denis van den Haag en Nederland o n- vergetelrjk wezen. (We nemen slechts het een en ander over uit het opgewekte verslag.) De komst van de Koningin. Eén uur sloeg de klok van de Bosch- kantkerk en reeds kon men uit het ge juich van de menigte op het Korte Voor hout opmaken, dat de Koningin in aantocht was. De hoornblazers gaven het signaal »geef acht« en daar kwam het Koninklijk rytuig in zicht. Naast de Koningin, die in een paars fluweelen mantelpak met paarse toque was gekleed, zat Prins Hendrik in generaals uniform en de Koningin had ook Prinses Juliana meegebracht. De ministers van oorlog en marine volgden haar in een rij tuig, daar achter kwam nog een rijtuig met leden van de hofhouding. Toen zij met haar rytuig op het veld kwam, dach ten wij, dat de menschen dol zouden wor den. Met een niet te stuiten geest drift drongen zij aan alle kanten op om H. M., die was opgestaan in het rijtuig, toe te juichen, toe te wuiven en haar het volkslied toe te zingen. Het was een schit terend oogenblik van spontane en nog nooit geziene geestdrift. Zichtbaar ontroerd dankte H.M. buigend en wuivend naar alle kanten. De soldaten hadden intusschen reeds de paarden van het Koninklijk rijtuig afgespannen* De vrijwillige landstorm, af- deeling Zuid-Holland-West en twee secties van de schoolcompagnie grenediers en jagers vochten daarbij om een plaatsje aan de boomen en wie er voor niet kon helpen trekken, sloot zich achter aan om te duwen. De begroeting door de autoriteiten viel in die opwinding wel min of meer in duigen, er ontstond een vervaarlijk gedrang, waar bij men werk had om op de been te blij ven. En het volk, de soldaten riepen al maar »leve de kouingin« en juichten, zon gen, wuifden II. M. toe. Toen de storm een beetje bedaard was, toen er althans wat beweging begon te komen in het rijtuig, zagen wij ds. Schol ten op de trêeplank bij de Koningin staan om haar in te lichten. Het rijtuig kwam een meter of tien vooruit en stond toen weer zoo vast als een muur, ingemetseld in de duizenden, die de Koninklijke familie wilden zien. Ds. Scholten probeerde al stilte te krijgen, maar het ging eerst niet, op het laatst echter kon hij zich verstaan baar maken. Hij maande het publiek aan om H.M. den weg vrij te maken, omdat, zeide hij, de Koningin de begeerte had te weten, wie er allemaal op het veld waren. ï>Het heele Nederlandsche volk« antwoordde een stenstorstem hem op die woorden en van dat oogenblik behoefde hij al geen moeite meer te doen om nog iets te zeggen, want er kwam zoo'n geweldig hoera en vieve de Koningindat hooren en zien verging. De triomftocht overhetMalie- v e 1 d. Toen begon de triomftocht van de Ko ningin over het Malieveld. Wie daar niet bij geweest is, kan zich iets als deze rit van vijf kwartier (men loopt de Maliebaan anders gemakkelijk in tien minuten om) onmogelijk voorstellen. Voor het rijtuig gingen de ministers en het bestuur van den Bond van Regee- ringsgetrouwen met het vaandel hoog in de lucht gestoken de burgemeester voegde zich gedurende den rit bij ds. Scholten op de treeplank. Achter op de as van het rijtuig stond de particuliere secretaris van H.M. met een van haar adjudanten, voorop den bok zaten een paar officieren, die de mannen, welke het rijtuig trokken leidden. Uit naam van de 'svGravenhaagsche Mid denstands-vereeniging werd H.M. over de hoofden heen een boeket aangereikt en Zij en de Prins deden maar niets anders dan buigen en wuiven om voor al de toejuichin gen te danken. Vijf kwartier heeft H.M.'s tocht over de Maliebaan geduurd 1 Het ging maar voetje voor voetje vooruit en telkens op nieuw moest het rytuig stil houden, omdat het letterlijk niet verder kon. Vervolgens had de tocht door de stad plaats tot aan het Paleis. Telkens weer barstten hier de uitbundigste ovatie los. De Koningin wilde echter spreken en dus werd er stilte gemaakt. Heel de menigte luisterde onbewegelijk en muisstil naar het geen zij, diep ontroerd, zeide. Helder klonk haar stem over de hoofden uit. De Koningin spreekt het volk toe. Ha r tel ij k dank, zeidez ij, voor de onvergetelijke uren heden met u doorleefd! Ik stel uw trouw en aanhankelijkheid op denhoogsten prijs en ik zaldie nooit vergeten. Wij moeten vóór alles.waardeeren de b e- w ij zenvan liefde heden door u voor het Vaderland gegeven; ik ben dan ook overtuigd, dat indien ons lief Vaderland ooit in gevaar mocht komen, wij op u allen zullen kunnen rekenen en dat gij dan allen pal zult staan voor het Vaderland, dat wij allen zoo hartelijk lief hebben. Leve het Vaderlandl De kreet door H. M. aangeheven, werd uit duizenden kelen driemaal donderend herhaald. Onder groote geestdrift stapten de Koningin en de Prins uit, Prinses Ju liana werd door admiraal Bauduin op den arm naar binnengedragen. H. M. gaf den ministers, die bij de deur stonden en den president van de Tweede Kamer op harte lijke wijze de hand. Zij volgden haar in het paleis, naar het balcon, waar het ko ninklijk gezin een oogenblik later verscheen. Nieuwe toejuichingen. Nog eens werd het Wilhelmus aangeheven en toen trok ken de Koningin, de Prins en de Prinses zich terug. Voor het paleis bleef de me nigte opgewonden en geestdriftig juichen en zingen, groote scharen verspreidden zich door de stad, die als geëlectriseerd werd door hun opgetogenheid. Katoen uit Amerika. De door de regeering hiervoor aangewezen s.s. »Amsteldijk« en aMaasdijka: zullen uit Amerika 17.700 balen katoen aanvoeren. Bij aankomst der katoen zal deze, volgens de bepalingen dier onderlinge katoendistri- butie-vereeniging, onder de spinners ver deeld worden. Steenkolen voor Nederland. Londen, 18 Nov. Officieel. Het kolen- exportcomité heeft zich bezig gehouden met den kolenuitvoer naar Nederland. Voorloopig kunnen slechts uitvoervergun ningen worden gegeven voor inscheping van gaskolen uit Northumberland en Dur ham en anthraciet uit Zuid-Wales. Haring. Het Nederlandsche stoomschip »Helena« is van Noorwegen te Amsterdam aange komen met ongeveer 9000 vaten Haring. Koffie. Naar wij vernemen zal de tot nu gedis tribueerde hoeveelheden koffie worden ver hoogd. o De lerensmiddelenroorzieniug. De heer Colijn, die Zaterdagmiddag uit Londen te 's-Gravenhage is teruggekeerd, heeft aan de Ned. meegedeeld, dat de voed- sellevering voor de eerstvolgende zes maan den op bevredigende financieele voorwaar den verzekerd is. De desbe treffende over eenkomst is onderteekend. Broodrantsoen. De Minister van landbouw, nijverheid en handel heeft bepaald, dat met ingang van 5 December het tijdvek, waarvoor een witte-, bruin-, rogge- en aanvullingsbrood kaart geldig is, zal bestaan uit negen da gen, zoodat het broodrantsoen van dien datum af op 311 gram per dag per per soon wordt gebracht. Aanvoer stokvisch. Het Ned. s.s. »Nautilusc arriveerde van Bödo te Amsterdam met ongeveer 295.000 K.G. stokvisch. Burgerkleeding. Binnen enkele dagen is te verwachten de beschikking waarbij aan onderofficieren met den rang van sergeant en daarmee gelijkgestelden, die 6 jaren in dien rang gediend hebben, wordt toegestaan het dragen van burgerlijke kleeding op den voet als zulks voor adjudant-onderofficieren en ser geant-majoors reeds is bepaald. (■een Compromis. Het Nederlandsch Correspondentiebureau in den Haag meldt Het is ons gebleken, dat Donderdag zoowel te Amsterdam als te Rotterdam geruchten waren verspreid, als zoude met betrekking tot den tegenwoordige toestand tusschen mr. Troelstra en de regeering een compromis zijn gesloten. Uit de allerbeste bron kunnen wij me- dedeelen, dat dit gerucht eiken feitelijken grondslag mist. Het is ons bovendien bij navraag te meest bevoegder plaatse geble ken, dat de regeering de h. i. eenig mo gelijke opvatting is toegedaan, dat met iemand, die openlijk de revolutie aankondigt, door geen regeering, die zich zelve respec teert, in onderhandelingen is te treden. Een graanschip *p komst. Reuter seint ons uit Londen Het departement voor voedingsmiddelen maakt bekend in verband met de over eenkomst tusschen de Nederlandsche ver tegenwoordigers met die van de geallieerde regeeringen en Amerika, en met het oog op de berichten omtrent ernstigen voedselnood in Nederland tengevolge van onvoldoende aanvoer, heeft de geallieerde voedselraad te Londen maatregelen genomen voor het onmiddelijk uitzenden naar Rotterdam van het st. Adra met 7100 ton tarwe. Deze boot komt op 21 November of daaromtrent te Rotterdam, tenzij er onge lukkigerwijs vóór dien datum ongeregeld heden in Nederland mochten uitbreken. Daardoor immers zouden de maatregelen voor die verscheping in de war komen en zou het voor de Nederlandsche regeering onmogelijk worden om de voedselvoorziening te regelen. Een kalm verloop. Toen Maandag van de vorige week het bericht tot ons kwam van den wapenstil stand, waarin een beëindiging van het bloedvergieten was opgesloten, haalde een ieder verruimd adem en enkelen toonden zelfs hun feestvreugde door de vlag met oranjewimpel te laten wapperen. Als een donderslag bij wolkenloozen hemel kwam weldra het bericht van het verzet Troelstra, Wijnkoop c.s. tot ons en met de feestelijke stemming was het uit. Oorlog werd gezegd, is verschrikkelijk, maar burgeroorlog is nog erger en zou nu ons lieve Vaderland door enkele oproer kraaiers in onderlinge verdeeldheid worden gebracht Het had er allen schijn van. Mr. Troelstra had zich heftig uitgesproken en onder leiding van den Heer Wijnkoop was het te Amsterdam reeds tot daden gekomen en in deze volksvergadering ontzag men zelfs ons geliefd Vorstenhuis niet, het Huis van Oranje, waarop wij en onze Vaderen steeds zoo trotsch zijn geweest en waarvan de oogenblikkelijke Koningin een troonbeeld is van toewijding voor het Volk dat Haar zoo dierbaar is. Gelukkig is de wind gekeerd. Wij willen alles niet in bizonderheden gaan wêergeven. Wij deelden er reeds het een en ander van mede en bepalen ons tot de laatste dagen. In eene Zaterdag 1.1. te Rotterdam ge houden vergadering werd het woord ge voerd door de Heeren VLIEGEN en daarna door den Heer HEYKOOP. Als proeve van welsprekendheid van den laatste het volgende. De Heer HEYKOOP (Centr. Bond van Transportarbeiders) constateerde dat met de groote beroering reeds groote concessies zijn verkregen. Toen zij in de rats zaten kwamen zij met hunne toezeggingen. Moeten wij mekaar vandaag nu daarvoor kapittelen of moeten wij elkaar steunen en aanzetten? Moeten wij nu het eenmaal zoo geloopen is Troelstra verloochenen? Neen. Wij moeten daarom Troelstra hier hebben. Nu er een nieuwe beweging komt op dit moment, zeg ik, namens mijn bond, dat als de regeering haar concessie niet gestand doet, dan zal de revolutie komen. (Daverend applaus.) De overige sprekers hadden weinig be langrijks te vertellen. Op Zondag 17 Nov. had weder eene vergadering plaats, waarin successievelijk als Sprekers optraden de Heer de BRUIJN uit Schiedam, Mevrouw CADERIUS-van VEEN (soc. dem. Vrouwenclub) een afge vaardigde van Sneek. De Heer TIEPEN, afgev. der Rijkswerklieden, een vertegen woordiger van den Timmerliedenbond zegt, dat er geen sprake is van inzinking van den geestdrift onder de arbeiders. Wij ge voelen ons zoo lekker als kip. Wij blijven de leiding vertrouwen en volgen. Uit de resolutie moet de algemeene werkstaking worden geschrapt. Daarover zullen de Vak bonden wel beslissen,

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1918 | | pagina 2