1 V
Und VAN altena
ZELFOPOFFERING.
T I
1 k
i'
'T V j
1 rk
i s
V,
w
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 4107. Woensdag 27 Juli. 1921.
FEUILLETON.
W-&'
w-u
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.25,
en franco per post beschikt f 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen
10 uur ingewacht.
BÜITENLANDSCH OVERZICHT
Beide partijen, die te Londen over
Ierland onderhandelen, hebben eene offici-
ëele mededeeling gedaan, dat er nog geen
grondslag voor een conferentie gevonden
was.
De vorm van deze mededeeling zou
teleurstellender klinken, als men niet wist,
dat de Valera, voor hij naar Downing
Street ging, uitdrukkelijk gezegd had, dat
zijn gesprekken met Lloyd George nog
niet als een conferentie te beschouwen
waren, maar slechts dienden om den
grondslag voor een conferentie te zoeken.
Daar de Valera gezegd heeft, dat hij naar
Ierland terugkeert en dan, na overleg met
zijn collega's, opnieuw met Lloyd George
overleg zal houden, kan men eenvoudig
tot de slotsom komen, dat de onderhande
lingen voortduren.
Men heeft opgemerkt, dat de Valera
opgewekt keek, toen hij uit Downing Street
kwam. Dat was nadat hij het officieele
stuk ontvangen had, waarin de besluiten
van het kabinet vervat zijn over de con
cessies, die het aan Zuid-Ierland wil doen.
Wat wel vaststaat is, dat aan Zuid-Ierland
ten naaste bij dominion home rule aange
boden is. De Evening Standard spreekt
eenvoudig van »dominion« home rule, maar
dit kan niet juist zijn, omdat Zuid-Ierland
dan ook baas zou zijn over zijn eigen
weermiddelen.
De houding, die Ulster ten slotte aan
neemt, is een niet minder belangryke
factor dan de uitslag van de gedachten-
wisselingen tusschen Lloyd George en de
Valera, maar alles gaat zoo geheim in zijn
werk, dat zelfs de gewoonlijk best inge
lichte bladen den indruk maken, dat zij het
fijne van de zaak niet weten.
De oorlog tusschen Griekenland en
Turkije duurt voort. De Grieken hebben
nu ook Eski Sjehir, een belangrijk punt
ten Noorden van Koetaia, genomen. Deze
plaats was het tooneel van hun nederlaag
bij hun vorig offensief.
Nu de Grieken te Eski Sjehir door de
eerste verdedigingsstelling van de Turken
heen zijn gebroken, moeten de Kemalisten
verder terugtrekken. De berichten uit
Konstantinopel kunnen de teleurstelling
over den gang van zaken nauwelijks ver
bergen, maar kondigen zoo noodig tegen
stand aan op de lijn KastamoeniAngora.
Eerstgenoemde plaats ligt 180 K.M. ten
N.O. van Angora en 70 K.M. van de
(eene novelle door Louise.)
11)
Het was toen dwaasheid zijne meening
uit te spreken, als men niet verklaard
Jacobijne was. Onze glorierijke keizer
heeft alles weer in zijn vroegercn luister
hersteld, en als er bloed stroomt, welnu
wij geven 't met blijdschap voor den roem
van Frankrijk,
»Dat is waar,® zei een derde, »leve
onze keizer en mogen alle volken der aarde
voor hem bukken
»Het is mijn hartewensch,« antwoordde
de vorige spreker, techter voeg ik, als
men 't mij vergunt, bij die bede eene
kleine voorwaarde alle volken en alle ste
den der aarde mogen de onze worden, als
slechts één plekje voor strijdrumoer en
bloedstorting bewaard blijft. Ik meen het
kleine gastvrije Nyon, aan het Geneefsche
meer gelegen, dat ons op onze vlucht uit
Lyon (het was geen schandelijke vlucht,
mijne heeren, lijfsbehoud by de algemeene
slachting te zoeken), dat ons op onze vlucht
uit Lyon, zoo vele jaren veilig heeft ge
herbergd. Eene aardige bijzonderheid moet
ik u uit den tijd vertellen. Gij weet, ik
heb het u mogelijk al eens meer verhaald.
Zwarte Zee. Intusschen schijnt wel vast
te staan, dat de Turken al heel wat oor
logsmateriaal hebben verloren.
De generale staf deelt mee, dat na de
bezetting van Eskisjehir een veldslag tegen
de Turken is geleverd over de geheele
linie, loopende van Noordoost tot Zuidwest
van genoemde plaats. Veertien divisies
Infanterie en twee daisies ruiterij van de
Turken deden een poging om onzen linker
vleugel te omsingelen en door ons centrum
heen te breken. Hunne aanvallen werden
afgeslagen en een tegenaanval, door ons
ondernomen, deed de Turken afdeinzen,
terwijl hun terugtocht weldra ontaarde in
een bandelooze vlucht. Onze troepen ver
volgden den vijand hardnekkig, een af-
deeling onzer ruiterij velde er 300 en nam
tallooze krijgsgevangenen. Vele kanonnen,
zelfs hun dooden en gewonden zijn door
de Turken in den steek gelaten. Alle onze
afdeelingen hebben zeer vele krijgsgevan
genen gemaakt en een grooten buit ver
overd. De vervolging wordt zonder opont
houd voortgezet, het enthousiasme onder
troepen is onbeschrijfelijk.
Het tellen der krijgsgevangenen en het
registreeren van den oorlogsbuit zal vele
dagen duren. De terugtocht der Turken
bewijst, dat het plan van den Griekschen
generalen staf hun ten eenenmale onbekend
was. Ismed Pasja is gewond en de chef
van zijn staf gedood.
De Turken zijn nu ook gedwongen het
pas bezette schiereiland Isjnid te ontruimen.
In Constantinopel is de verslagenheid groot.
Turken vernielen er de dagbladbureaux
der Kemalistisch gezinde bladen om zich
te wreken over de opgedischte leugens,
terwijl ongehinderd de portretten van Koning
Konstantijn in de straten van Konstanti
nopel worden gevent.
Ook in Angora is de toestand kritiek,
de tegenstanders van Moestafa Kemal laten
zich gelden, terwijl de bevolking vlucht in
de richting Siwas.
De Opper-Silezische kwestie is er een
meer van kwalitatieven dan van kwan-
titieven aard. Het gaat niet over grond
bezit maar over fabrieken en mijnen. De
Duitschers beklagen zich niet hoofdzakelijk
over de geldswaarde die zij dreigen te
verliezen, en de Polen zouden zich niet
kunnen laten afkoopen, zelfs met de grootste
sommen niet. Beide landen beweren, dat
het om hun welvaart gaat, ieder van hen
zegt, dat nijverheidsgebied volstrekt noodig
te hebben voor zijn bestaan. Intusschen
te Nyon bestaat er een groot gebouw,
waarin men Fransche vluchtelingen opneemt.
Ik was met mijn krijgsmakkers aan het
bloedblad van Lyon met veel moeite ont
komen (van de 2000 bleven er slechts 80
over), ik had buitendien nog een diep ziels
verdriet te dragen mijne vrouw was,
zeide men, bij een door 't beleg ontstaan
brand verdwenen, mogelijk ook wel om
gekomen. Eerst had ik in mijne wanhoop
mijn leven den ovenwinnaars prijs willen
geven, doch de hoop van haar nog mis
schien eenmaal weer te ontmoeten, al was
die hoop ook flauw, gaf mij kracht om
het aanzijn te dragen en ik zocht veiligheid
in het stille plaatsje. Mijne makkers ver
spreidden zich achtereenvolgens, ten laatste
bleef ik alleen met een trouwen bediende.
Zelden kwamen er berichten tot ons over
en bleef als 't ware met mijne gedachten
alleen.
»Eens dat ik over 't breede meer mijne
blikken liet weiden en droomde dat ik
mijne dierbaren omhelsde en dan weder eene
hevige pijn in mijn borst voelde woelen, bij
de gedachte dat ik ze mogelijk nimmer weer
zoude zien, viel mijn oog op een klein stuk
toegevouwen papier, dat tusschen eene
reet van het vensterkozijn stak en reeds
half doorwaterd was, ten gevolge van de
doordringende vochtigheid. Begeerig naar
alles wat mij eenige afleiding kon verschaf
fen, vouwde ik eerst gedachteloos, daarna
met belangstelling het geschrift open, dat
^van eene vrouwenhand bleek te zijn, en
verlangen beide partijen naar de oplossing.
Het is te bezien, of Lloyd George in
September tijd heeft voor Opper-Silezië.
Inmiddels dreigt niet alleen Wirth, dat hij
in den herfst niet met leege handen voor den
Rijksdag kan verschijnen en komt uit
Warschau de waarschuwing, dat jPolen
er naar snakt, dat men het eindelijk vaste,
definitieve grenzen geeft."
Frankrijk blijft bij zijn besluit om troepen,
vermoedelijk een divisie ter sterkte van
10.000 man met artillerie, machine-geweren
en tanks, naar Opper-Siliezië te zenden,
de Engelsche pers herhaalt dat de regee
ring te Londen gekant blijft tegen het
uitzenden van versterkingen. Frankrijk
wendt zich tot Berlijn, om den doortocht
van zijn troepen door Duitsch gebied te
verzekeren, maar er is ook een gerucht,
dat, indien Duitschland mocht weigeren
daartoe mee te werken, het zijn soldaten
door België en het Noordoostzee-kanaal
naar Dautzig zal vervoeren en zoo toch
hun doel zal laten bereiken.
Maar dat kan alleen ten koste van een
nieuwe verscherping van het Engelsch-
Fransche geschil. De gevaren van den
toestand liggen voor de hand. De leidende
mannen te Warschau mogen naar een
regeling, welke ook, vurig verlangen, maar
als de Duitsche zelfverweerkorpsen uit den
band springen en, naar het voorbeeld van
Korfanty, gewapenderhand een oplossing
gaan doorzetten, nu de oneenigheid van
der entente haar verdaagt, krijgen misschien
weer onbezonnen Poolsche elementen de
overhand en wordt de positie voor de re
geering te Warschau zoo geheel anders,
dat het ongelukkige Polen, geheel tegen
zijn zin, toch in een gewapende botsing
meegesleurd wordt.
Er zijn menschen die den toestand nog
veel zwarter zien. De Parijsche corres
pondent van de Daily Herald ziet Europa
zelfs aan den rand van een nieuwen oor
log. Want zijn de Polen en Duitschers
met elkaar in botsing, dan komen, meent
hij, Frankrijk, Rusland, Roemenië en de
Oostzee-Staten erby. Frankrijk zou het
Roergebied binnenrukken, Rusland Polen
aanvallen, Roemenië, Letland en Esthland
krachtens hun defensief verbond met Polen
dit laatste bij moesten springen. De toe
stand is geheel nuchter beschouwd al erns
tig genoeg, dan dat men aan zulke sen
saties voet mag gaan geven. De les die
uit den loop dec zaken totdusver te trek
ken valt, is echter, dat zonder samengaan
dat ik bewaard heb, niet zoo zeer om de
waarde van 't stukje zelve, maar omdat
het zoo wondei baar met mijne stemming
overeenkwam en mij als 't ware door den
hemel scheen toegezonden om mij te troos
ten en op te heffen.®
Dit zeggende haalde hij uit eene porte
feuille een oud, in de vouwen doorgesleten
stuk papier voor den dag.
»0,« riepen allen, slees het ons voor.«
sik denk dat ik het niet meer doen
kan op dien treffende toon, waarmee ik
het vóór vijftien jaren las. De jaren, en
vooral jaren in krijgsdienst doorgebracht,
maken wel het hart niet minder week,
maar de schors, die zich om dat hart sluit,
een weinig ruwer. Toch zal ik, om u
genoegen te doen, dit blaadje der herin
nering lezen. Het heet
Wederzien.
De sluier van den nacht daalt neer,
De bergen smelten weg in 't donkerblauw
[verschiet,
De kabbelende golfjes van het meer,
Zij murmelen het avondlied.
Waarom toch ween ik Waar die heilige
[vrede,
Der schepping veilge kust
Hoe slaakt mijn lijdend hart de onuitge
sproken bede
Naar rust, mijn God, naar rust
Ik blik omhoog, de starrenrij,
van Engeland en Frankrijk Europa nooit
tot rust kan komen.
BINNENLAND.
Een minister munt-rerralscher.
Reeds sedert eenigen tijd was men tot
de ontdekking gekomen, dat er vervalschin-
gen in omloop gebracht waren van zeer
zeldzame oude Romeinsche munten. De
valsche stukken waren bijzonder goed na
gemaakt en men was de vervalsching alleen
op het spoor gekomen, doordat er aan den
directeur van het Muntenkabinet meer
exemplaren aangeboden waren van die
zeldzame munten, dan er volgens de cata
logi bekend van waren. Men is na lange
nasporingen tot het vermoeden gekomen,
dat de munt-vervalscher de heer von Fra-
nendorffer is, minister van verkeer in Beie
ren, die een groot muntenkenner is. Deze
is inderdaad plotseling verdwenen. Er
schijnt een instructie tegen hem geopend
te zijn.
—o
„Noorderlicht" op 600 K.M. hoogte.
De jaren 1920 en 1921 kenmerkten
zich door een bijzondere frequentie van
pooddichtverschijnselen, waardoor de studie
van dit nog altoos raadselachtig verschijnsel
zeer is gevorderd. Prof. Karl. Störmer
uit Christiania heeft verscheidene fotrgra
fische opnamen gemaakt, waaruit hij de
hoogte van het noorderlicht kan berekenen.
Verreweg de meeste lichtverschijnselen
treden ongeveer 100 K.M. boven de aarde
op, en slechts zelden worden grootere hoog
ten dan 300 K.M. geconstateerd. De thans
gemaakte opnamen echter wijzen hoogten
aan van meer dan 500, zelfs hoogten tot
ruim 600 K.M.
Dit resultaat is niet slechts wetenschap
pelijk van waarde, maar in zoover ook van
algemeen belang, dat op deze geweldige
hoogten zich nog lucht bevindt, al is het
ook sterk verdunde, welke lucht door elec-
trische van de zon uitgaande stroomen aan
't gloeien wordt gebracht. Daarmee zou
dan aangetoond zijn, dat de atmosfeer van
onze aarde minstens dubbel zoo hoog reikt
als tot nu toe werd aangenomen.
Slachtoffer der Röntgenstralen.
Prof. Albert Schönberg, de onlangs over
leden eerste hoogleeraar in de Röntenologie,
was ook een slachtoffer van de Röntgen
stralen. Reeds voor jaren had hij een
arm verloren en ook zijn dood is door de
verraderlijke stralen veroorzaakt.
Praal onafzienbaar ver, met nooitverdoofden
[glans
Maar verder zijn de dierbren nog van my,
De lichten aan mijn hëmeltrans
Geliefden, gij zijt van mijn hart gereten
Ik roep, toch keert gij niet
Geen schakel meer op aard voor de eens
[zoo hechte keten,
Die uit elkander schiet
s
Op aard niet meer, maar boven de aard
Wijk wanhoop, wijk van mij, wijk wreede
[boezempijn
't Is of een stem mij door het harte vaart,
En lispt»gij zult hereenigd zijn I®
Gij hijgt naar rust, gij zult die ruste vinden
God weet wat smart u drukt
Eens zal Zijn liefde weer de banden saamen-
[binden.
Thans van elkaar gerukt.
Hoor naar de stemmen van het meer,
Hoor naar het starrenkoor, het murmelt
s> Wederzien
De bergen zelve buigen tót u neer
En fluisteren »weldra misschien
Van waar die stem Ik neig aanbiddend,
[neder,
Ik strek mijn armen uit naar de eeuwige
[levenskust
God spreekt tot mij dat woord van
[wederzien en rust
Geliefden, ja ik zie u weder
Buitendien had het gedichtje nog eenige
Veenbrand.
Sinds twee dagen brandt het groote
Veen ten Noorden van Gifhorn, Duitsch
land. Groote turfmassa's zijn vernietigd
alsmede vele kostbare machines. Wan
neer er niet spoedig regen komt, is er
weinig kans den brand meester te worden.
De insnrgenten in Opper-Silezië.
Volgens de sLokal Anz.® nemen de wan
daden der insurgenten steeds toe. In Glei-
witz werd het stadsgedeelte Petersdorf
beschoten. In het Lebanderwald dolen
troepen gewapende opstandelingen rond.
In Tarnowitz namen Engelschen gewapende
insurge .ten gevangen, die een 65 jarige
vrouw overvallen en beroofd hadden.
Onder den druk van den voortdurenden
terreur nemen de Duitschers te Loslau al
gemeen de vlucht.
o
Een samenzwering in Servië.
De aanslag op den Servischen prins
regent Alexander leidde volgens de bladen
tot de ontdekking eener groote samen
zwering, aan het hoofd waarvan de Ser
vische afgevaardigde Kewakiwitsj zou staan.
Zij zou zeer wijdvertakt zijn en beschikken
over reusachtige munitie- en wapenvoor-
raden.
De moord op Draiiskoritsj.
De Grazer Tagespost® meldt nog over
den moord op Draskovitsj, den ex-minister
van binnenlaridsche zaken, dat Draskovitsj
met zijn kinderen in het park van Delnice
wandelde toen Alijagitsj twee schoten op
hem loste, die hem in hoofd en rug trof
fen en onmiddellijk doodden. Een politie
agent schoot op den dader en trof hem
licht aan het hoofd. Alijagitsj schoot terug,
maar werd gearresteerd.
Uit Belgrado wordt gemeld, dat minister
Pasitsj zijn reis naar het buitenland heeft
uitgesteld. Het parlement zal onmiddel
lijk bijeenkomen om de buitengewone maat
regelen door de regeering tegen de com
munisten genomen, goed te keuren.
Reeds zijn 600 personen uit alle kringen
gearresteerd.
Orerttroomingen.
Over geheel Zuid-Duitschland heeft
zwaar onweer gewoed, gepaard met hef-
tigen hagelslag, zoodat op vele plaatsen de
oogst voor het grootste gedeelte is ver
nield. Verschillende dorpen zijn overstroomd
en de inwoners moesten de vlucht nemen.
aantrekkelijkheid voor mijde naam, die
er onder stond, herinnerde mij een naam,
die mij eens boven alles dierbaar was,
maar dien ik verstooten had om de be
koorlijkheden van mijne Antoinette. Eene
lange afwezigheid is, ten minste voor ons
mannen, de dood der liefde nieuwe jaren
nieuwe indrukken. Ik denk 't zal wel met
de vrouwen ook zoo zijn. Daarbij, die
Josephine was eene coquette, men heeft
het mij van alle kanten gezegd. Mij, die
eens met alle innigheid der eerste jonge-
lingsliefde voor haar neerknielde, betuigt zij
wederliefde, maar geeft mij den raad om
eerst in het leger carrière te maken, en
te wachten tot ze wat ouder was ze telde
toen zeventien jaar ze heeft met de rust
van wel twintig anderen gespeeld, allen
heeft ze betooverd, geen enkelen hare hand
geschonken. Eindelijk was ze, zoo ik hoorde,
krankzinnig geworden, omdat een laatste
slachtoffer harer noodlottige coquetterie uit
wanhoop naar het leger op de grenzen
vertrokken was. De jaren hebben mij den
naam half doen vergeten, Fran Fran-
vilier neen, Francheville heette hij,
naar ik meen Mijnheer Francheville,
mogelijk was 't een uwer betrekkingen,
weet gij er ook iets meer van
Wordt vervolgd.)
1 If
i
voor 1st Liiti fan Heisdei en Alley, de Laigstraat en U
trviird