Bij dit nr. belmoren bijvoegsel.
C. DE/KEMP,
IN G011,0 EN ZILVER,
Waterpoort, Heusden.
k Schipbreukelingen der
Raamsdonjtsveer.
S. D. LAHKHOYHH Go's Bank.
Óns erfrecht.
Und van ALTENA
Repab/tie-Inbichting.
FEUILLETON.
SPAARBANK.
Uitgave: Firma L. J. VEERMAN,
No4337. Vrijdag 12 October
Int. Telefoon no. 19. Postrekening
Heusden.
1923.
no 61525.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per ^fnaanden f 1.25, en
franco per post beschikt f jf&O. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 1 6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
rn December van het vorig jaar
s^nreef ik een hoofdartikel in dit
blad, waarin ik het toenmaals nog
aanhangige ontwerp van wet betref
fende wijziging der erfopvolging glo
baal behandelde en aan het eind van
dat artikel deed ik de toezegging om
op een en ander terug te komen,
zoodra het ontwerp als wet in wer
king zou zijn getreden. Dit nu is
geschied op 12 Augustus j.l. en thans
wil ik aan mijne gedane toezegging
gevolg geven, waartoe ik mij nog te
meer gedrongen gevoel, omdat het
ontwerp bij de behandeling in de
2e Kamer verschillende veranderin
gen heeft ondergaan.
De wet, welke 17 Februari 1923
is gedateerd, heeft het erfrecht ge
wijzigd in de volgende opzichten
a. beperking van het erfrecht bij
versterf, d.w.z, wanneer iemand
overlijdt zonder vooraf bij testa
ment over zijn nalatenschap te
hebben beschikt
b. toekenning van een erfrecht aan
den langstlevenden echtgenoot
c. regeling van het erfrecht van den
tweeden en verderen echtgenoot
d. toekenning aan den langstleven
den echtgenoot van het recht om
den inboedel tot zich te nemen
e. opneming van een voorschrift om
trent de berekening der ligitieme
portie, d.i. van het wettelijk erf
deel, d.w.z. dat gedeelte der na
latenschap, waarover de erflater
niet vrijelijk mag beschikken
f. verduidelijking van de voorschrif
ten omtrent de verwerping van
erfenissen
g. wijziging van de regelen omtrent
de boedelverdeeling door de bloed
62)
Het was het wijfje van den toekan of
neushoornvogel door haar echtgenoot inge
metseld, om haar tegen vreemde indringers
te beschutten. Niet ver daar vandaan zag
men een groote buidelrat, wier jongen met
den staart zich vasthoudend aan de staart
der moeder op den rug zaten. Nog ver
der had een reusachtige slang van het
geslacht Python zich om een boom geslin
gerd. Toen zij eenig geraas vernam nam
zij ijlings de vlucht. De dokter rilde, toen
hij het dier zag wegkronkelen. Hij dacht
nog aan de ontmoeting van zooeven. In
de rivier wemelde het van krokodillen, die
zich in de zonnestralen lagen te koesteren
en bij hunne nadering ijlings onderdoken.
Het waren afschuwelijke dieren, wier vrees
achtige koppen afkeer inboezemden.
Intusschen had de zon haar middaghoogte
bereikt. De verbroken stilte trad weder
in en weldra heerschte er eene kalme rust,
door niets of niemand verstoord.
«Waar gaan we nu heen mijnheer Hu
ghes,* vroeg de dokter.
«Naar huis, maar ik wil u toch nog
verwanten in de opgaande lijn.
De verschillende wijzigingen willen
we de revue laten passeeren. Na
tuurlijk moeten we daarbij groote
beknoptheid betrachten, want eene
volledige en uitvoerige behandeling
zou vellen druks vorderen.
a. beperking van het erfrecht bij
versterf
Minister Heemskerk, die het wets
ontwerp indiende, was van meening
dat het erfrecht bij versterf beperkt
behoorde te worden tot de bloedver
wanten in de zijdlinie tot den derden
graad en de nakomelingen van broers
en zusters. Tot nog toe was het erf
recht bij versteri toegekend aan bloed
verwanten in den twaalfden graad,
waardoor het maar al te vaak voor
kwam dat de erfgenamen hun fami
lielid erflater zelfs niet eens bij name
kenden. Eene dergelijke wijze van
erven was te dwaas en paste naar
de meening der 2e Kamer ganschelijk
niet meer in het kader van onzen
tijd. Tegen de door minister Heems
kerk voorgestelde beperking rezen
tal van bedenkingen en het resultaat
dezer is geweest dat de Kamer een
tusschenweg koos door te bepalen
dat thans bloedverwanten tot en met
den zesden graad tot de erfopvolging
bij versterf worden toegelaten. Even
wel kan een bloedverwant in een
verderen graad nog tot de erfenis
worden geroepen, indien hij in de
plaats treedt van een vooroverleden
persoon, die feitelijk erfgenaam was.
b. Het erfrecht van den langst
levenden echtgenoot of langstlevende
echtgenoote.
Voor wat betreft de nalatenschap
van den vooroverleden echtgenoot
of vooroverleden echtgenoote, wordt
thans de langstlevende echtgenoot(e)
voor de toepassing van de bepalingen
betreffende de erfopvolging bij ver
sterf, d.i. dus zonder dat er een tes
tament is, met een wettig kind van
de(n) overledene gelijkgesteld. De
langstlevende echtgenoot(e) deelt dus
gelijk op met de wettige kinderen
van den erflater en de bloedverwan
ten in de opgaande lijn en in de zij
lijn worden door hem of haar uitge
sloten.
Indien de erflater geen wettige of
natuurlijk erkende kinderen of af
iets laten zien wat u waarschijnlijk belang
kan inboezemen,* gaf de ingenieur ten
antwoord.
»Iets belangrijks herhaalde de dokter
vragend.
«Ja ik geloof het wel, ik zal u een on-
deraardschen oven laten zien, die wijst op
het bestaan van een onderaardsch vuur,
dat woelt en werkt, om zich een uitgang
te verschaffen.
«Waar u dus uw bommen zal neerleg
gen,* gaf de dokter ten antwoord.
«Goed geraden, dokter.*
De dokter glimlachte en mompelde
«Het zal mij benieuwen I*
Met ten top gestegen nieuwsgierigheid
volgde de schipbreukelingen den ingenieur,
die een klein schier onbegaanbaar zijpad
insloeg. Het zonlicht werd bijkans onder
schept en de vocht, die er heerschte, was
zoo groot, dat het den dokter toescheen,
alsof een warme damp hem in het gelaat
sloeg.
«We gaan naar het hol van den leeuw*
merkte Johnson lachend op.
»Ja,« gaf de ingenieur lachend ten ant
woord, «het begint zeer geheimzinnig te
worden niet waar, maar er is toch vol
strekt geen gevaar bij, toch zou ik den
dokter willen verzoeken zijn sigarette weg
te werpen.*
«Waarom*, vroeg dokter Arling ver
wonderd.
«Omdat ik niet gaarne zou willen, dat
we allen in de lucht sprongen dokter, we
stammelingen van deze nalaat (ook
natuurlijke erkende kinderen erven
van rechtswege al is het ook in veel
mindere mate dan de wettige kinderen),
dan krijgt de langstlevende echtge
noote) de geheele nalatenschap. Im
mers hij of zij staat gelijk met een
wettig kind en is dus als 't ware het
eenige kind. Te ontkennen valt niet
dat in deze regeling iets schuilt, dat
ons rechtsgevoel niet geheel bevre
digt. Zoo zal het kunnen voorkomen,
dat de ouders van den eerst ster
venden echtgenoot van een kinderloos
huwelijk die ia behoeftige omstandig
heden kunnen verkeeren, moeten
ervaren dat het vermogen van hun
kind komt aan den langstlevende^
echtgenoot, terwijl zij zelf, die Ijfet
zoo goed konden gebruiken, njets
krijgen.
Gestort Kapitaal f 55.00Qf;000,
Reservefonds - 42.0^0.000,
797.000.000,—
AGENTSCHAP
No. 15.
Zaterdags van 9 12.
Telefo
Kantooruren van 9
Handels- en Latndbouwcredieten.
Rekeningen-Cq^iranf. Deposito's.
Effecten (uitsluitend soliede belegging).
Coupons. Vreemd geld.
Inschrijvingen Grootboek. Assurantiën.
Reiscredietbrievenop 3600 betaaikantoren
Administratie van vermogens.
SAFE DEPOSIT INRICHTING
(Brand- en iiibraakvrtye Lipskluis.)
ZEÈR/SCHERPE CONDITIE's.
IndieÓ gewenscht bediening aan huis.
Spaarboekjes worden bij eerste storting
gratis verstrekt.
Nadere inlichtingen verschaft gaarne
- DE DIRECTIE.
/komen in een schier afgesloten ruimte, die
geheel gevuld is met naar ik vermoed on-
plof bare lucht.*
«Steenkolengas of iets dergelijks vroeg
Black.
«Ja, zoo iets is het wel aangezien we
dus geen mijnlampen bezitten zal het zeer
voorzichtig zijn, geen vuur of iets dergelijks
voorhanden te hebben.
De dokter pruttelde. Die korte maar
zaakrijke beschrijving beviel hem maar half,
en hij vertrouwde, dat mijnheer Hughes
te veel verstand zou bezitten, om hen aan
de vernieling prijs te geven.
«Vertel u mij eens* begon hij «mynheer
Hughes, wat we eigenlijk gaan doen
De ingenieur zag hem verbaasd aan.
«Ik dacht, dat ik u dit al duidelijk
genoeg had gezegd. Ik zal u een onder-
aardschen oven laten zien.*
«Een onderaardschen oven* herhaalde
de dokter «en zooeven zeide u, dat we
geen vuur bij ons mochten hebben.*
«Dat is zoo* gaf mynheer Hughes ten
antwoord «en toch zult ge mij toegeven,
dat ik gelijk heb, als ik u de zaak ver
klaar.*
«Kjjk eens aan, stel u voor een groote
ijzeren pot, gevuld met benzine of elk an
dere ontplofbare stof, stel u voor dat die
pot sterk verwarmd wordt door de naby-
heid van een vuur, stel u voor, dat het
vuur zich zoodanig bevindt onder de pot,
dat de vlam zich slechts aan de pot kan
mededeelen en beproef dan eens in de
Ook is wel iets af te dingen op de
omstandigheid dat thans bij kinder-
looze huwelijken het vermogen, het
welk de eene echtgenoot van zijne
familie had geërfd, gemakkelijk over
gaat aan de familie van den ander.
Bij de behandeling van het wetsont
werp heeft de 2e Kamer aan deze
bezwaren wel de noodige aandacht
geschonken, maar zij is er tenslotte
toch over heen gestapt. En zulks is
ook eenigszins begrijpelijk als men
bedenkt dat door het maken van een
testament de bezwaren kunnen wor
den ondervangen.
De gelijkstelling van den echtge
noot met een wettig kind geldt alleen
wanneer de overleden echtgenoot niet
bij testament heeft beschikt.
Wil de eene echtgenoot de(n) an-
dere(n) dus geheel van zijne nalaten
schap verstoken laten dan kan zulks
bij testament geschieden.
Voor hen, die vóór de inwerking
treding der nieuwe wet zijn gehuwd
en daarbij bij huwelijksche voorwaar
den over hun vermogen hebben be
schikt, is het niet mogelijk de be
schikkingen over hunne nalatenschap
in overeenstemming te brengen met
het nieuwe erfrecht.
Wordt vervolgd.
BUITENLANDS CH OVERZICHT
De Duitsche zaakgelastigde heeft aan
Poincaré den wensch van de Duitsche Re
geering kenbaar gemaakt om deel te nemen
aan onderhandelingen nopens de hervatting
van den arbeid in het Roergebied en de
leverantie van Roerkolen door de instelling
van een gemengde commissie waarin Frank-
ryk, België en Duitschland gelijkelijk ver
tegenwoordigd zouden zijn.
Hieruit blijkt, dat de Duitsche regeering
er naar haakt, de diplomatieke betrekkin
gen met de geallieerden, inzonder met de
bezettende mogendheden Frankrijk en Bel
gië te hervatten. De Belgische minister
van buitenlandsche zaken Jasper, zal zich
over het aanbod in verbinding stellen met
de Fransche regeering.
De houding van deze laatste zal stellig
voor Berlijn niet al te bemoedigend zijn.
Reeds thans doen de desbetreffende be
richten voorzien, dat de Duitsche poging
opnieuw te pletter zal loopen tegen Poin-
caré's onverzettelijkheid en de Fransche
minister-president niet bereid zal zijn zoo
maar zonder meer het Duitsche verzoek
in te willigen. Poincaré stelt zich blijk
baar op het standpunt, dat de toestanden
in het Roergebied eerst weer normaal moe
ten zijn, voor aan hervatting der diploma
tieke onderhandelingen tusschen Duitschland
en de geallieerden kan worden gedacht.
Liever dan reeds thans met de Duitsche
regeering besprekingen te voeren, gaan de
Franschen overeenkomsten aan met de
plaatselijke autoriteiten en groepen. Wan
neer deze laatste blijk geven van hun be
reidwilligheid om met de Franschen ten
jehoeve van de betaling der schadeloos
stelling samen te werken en zoodra uit
deze bereidwilligheid derhalve blijkt, dat
iet lijdelijk verzet werkelijk is geëindigd,
ian met de Duitsche regeering worden
gepraat en eerder niet.
Van die bereidwilligheid zijn al verschei
dene bewijzen afgelegd, doordat telkens
meer industrieelen in het Roergebied con
tact zoeken met de bezettingsautoriteiten
en met dezen overeenkomsten aangaan,
waarvan de strekking is aan de herstel
verplichtingen tegenover Frankrijk te vol
doen. Als contra prestatie zijn de Fran
schen bereid aan de industrieelen, wat hun
onderneming betreft, faciliteiten te ver-
leenen en voor het bedrijf remmende be
schikkingen op te heffen. Beide partijen
varen dus by de gesloten overeenkomsten
wel en het zal dan ook wel niet in da
allereerste plaats een philantropische ge
zindheid tegenover het Duitsche volk zijn,
die de Duitsche zakenmenschen ertoe be
weegt den Franschen terwille te zijn.
De mededeelingen over de stappen van
Stinnis en de zijnen bij de Fransche be
zettingsautoriteiten, zonder dat de Duitscha
regeering daar iets van wist, hebben ta
Berlijn buitengewone sensatie gewekt, zooals
al meer en meer blijkt, naarmate het uit
Parijs aangevulde berichtenmateriaal zich
uitbreidt.
Daaruit blijkt o a. dat behalve Stinnis
ook het door den Keulschen ijzerhandelaar
Otto Wolff geleide concern aan de Fran
schen een overeenkomst heeft voorgesteld
en dat by meer succes heeft gehad.
Terwyl toch Stinnes afgewezen werd, heeft
Wolff een overeenkomst geteekend welka
reeds aan de Commissie van Herstel ter
goedkeuring is voorgelegd.
Het blijkt dat Wolff te Parijs een goeda
pers heeft, waarbij er op gewezen wordt,
dat in zijn concern ook buitenlandsch, n.l.
warme opstijgende dampen een brandend
lucifertje te houden. weet dan toch
wel wat er gebeurt nietwaar f*
«Of ik,« gaf de dokter ten antwoord.
«Nu heizelfde geval hebben wij hier:
in de onderaardsche gang bevindt zich een
groote ruimte, die men het best by een
monsterketel kan vergelijken. In dien
ketel ziet men een donkere massa, of liever
hoort men een donkere massa borrelen.
Uit deze massa stygen dampen op, of gas
sen, en zie, dit zijn de ontplofbare gassen,
waarvan ik spreek
«Maar hoe weet u, dat zij ontplofbaar
zijn, mijnheer Hughes,* vroeg Black.
«Niets is eenvoudiger dan om dat te
weten te komen. Ik heb een gedeelte daarvan
in een bamboezen koker opgevangen. Door
middel van electriciteit bracht ik er een
vlam in en - ja, ik herinner het mij nog,
't was een ontploffing een uitbarsting myne
vrienden, of de wereld zou vergaan.*
«O,* lachte de dokter, «nu kan ik mij
begrijpen, waarom uwe bommen zoo'n ver
nielende kracht bezitten, gy vult ze met
de ontplofbare gassen I*
«Ja juist, dat is de kwestie mijnheer de
dokter.*
Dat is een zeer gevaarlijk werkje, waar
bij men niet al te voorzichtig kan zijn.*
«Natuurlijk 1*
»U vult ze dus met benzine-gas,< merkte
Johnson op.
«Dat zeg ik niet,* antwoordde de Ame
rikaan, «ik weet niet juist, tot welke soort
dat gas behoort. Ik weet alleen dat het
een ontplofbaar gas is
«Jawel,* zeide de dokter «ik begrijp er
alles van, ge kunt een geduchten vijand
zijn, daar vat ik alles van.«
»lk zal verdere verklaringen geven dok
ter,* vervolgde Hughes, «de onderaardsche
oven staat in verbinding met tal van lange
kronkelgangen, die naar mijne veronder
stelling onder het gansche eiland loopen
en met dat gas gevuld zijn. Wanneer nu
een enkel vonkje, zij 't ook ter grootte vai.
een halven miliraeter in die reusachtige
gasmassa komt weet ge natuurlijk wel wai
er gebeurt.*
«Natuurlijk, springt dan het. gansche
eiland in de lucht,* zeide de dokter.
«Niets vaster dan dat, wat u eerst fa
belachtig toescheen is dus niet fabelachtig
meer. Het is dus mogelijk, dit eiland ir
de lucht te laten springen t«
«Ja,« zeide de dokter, «ge hebt gelijk
De verklaring die ge geeft is zeer aanne
melijk zelfs, dat ik nu geneigd ben de
vulkanische uitbarstingen volgens die theorie
te verklaren.*
«Volkomen juist, dokter.*
«Maar daar moet toch een begin zijn,«
merkte Johnson op, «dat wil zeggen, daai
moet een vonk of iets anders wezen, da
waarmede gas aangestoken wordt 1*
«Dat zal ik niet ontkennen mijnheel
Johnson, maar daarin kunnen wij ons moeie-
lijk verdiepen nietwaar.*
Wordt vervolgd.)
NIEUWSBLAD
ïoir let-Lul ui Heusden m Altena,deLaigstraat en de Bonelerwaard