Eerste Blad ^nd van altena Uitgave: Firma L. J. VEERMAN, Heusden. No. 4366 Vrijdag 25 Januari 1924, Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61535. Dit blad verschynt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en franco per post beschikt ƒ1.40. Afzonderlijke nummers 6 cent. Advertentiën van 1 6 regels 90 cent. Elke regel meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht. Veertigjarige ambtsjubileum van den EdelAchtb. Heer H J VAN EGGELEN als Secretaris der gemeente Heusden. Woensdag, 23 Januari was het veertig jaar geleden, dat de heer H. J. v. Eggelen werd geïnstalleerd als Secretaris dezer gemeente. Was het de bedoeling van den heer v. Eggelen, dezen dag onop gemerkt te doen voorbij gaan, de burgerij van Heusden was een andere meening toegedaan, zooals wij in ons vorig num mer reeds hebben medegedeeld. Spontaan heeft zij uiting gegeven van de gevoelens die voor den beminden Secretaris in haar leven. Groot was het aantal blijken van belangstelling die ZEd.Aehtb. mocht ontvangen, niet alleen uit de gemeente zelf, doch tot ver daar buiten. Tal van bloemstukken mocht hij ontvangen o.a van de Afd. Heusden van het Groene Kruis, den heer en Mevr. Auër, v. Ommeren, Stal, v. d. Kolk, v. Liempt, burgemeester der gemeente Oudheusden, Mevr. Honcoop, familie Duijster, Tooneel- vereeniging „Kunst en Vermaak" Schut- tersvereeniging „St. Blasius, Leden van het Dag. Best. v. d. Polder Oudheusden. Van alle woningen wapperde de Vader- landsche driekleur, waardoor Heusden een feestelijk aanzien had en de burgerij mede blijk gaf, dat zij haren Secretaris waardeert en hoogacht, vooral bleek dit ook bij de receptie, die gehouden werd van half drie tot half vier. De commissie, bestaande uit Mevr. Auër, Mr. v. Ommeren en den heer Hubert Verhoeven, terzijde gestaan door eenige dames en heeren, hadden bij de burgerij gelden ingezameld om den heer v. Eggelen een stoffelijk blijk van waar deering aan te bieden. Dezelfde com missie had de leiding der feestelijkheden waarvan wij zullen trachten een zoo goed mogelijk verslag te geven. Wij zullen beginnen met de Vergade ring van den Raad dezer gemeente, die des namiddags om 2 uur werd ge houden. Aanwezig zijn met den Voorzitter de WelEd.G. Heer G. v. Everdingen, Loco Burgemeester, de heerenVerhoeven, de Mol, de Haan en LJhl. Afwezig de heeren; de Jongh wegens ziekte en A. Cox. Een talrijk publiek is aanwezig, de gc-heele publieke tribune met het grootste gedeelte der Raadszaal is er mede gevuld. Behalve talrijke dames en heeren uit deze gemeente merkten wij op, den heer Honcoop, Burgemeester der gemeente Hattem, die daarvoor expres was over gekomen, den heer v. Liempt, Burge meester der gemeente Oudheusden met zijn echtgenoote. Precies twee uur wordt de heer v. Eggelen met zijn huisgenooten dooreen commissie uit den Raad de Raadszaal binnengeleid en nemen deze de voor hen bestemde plaatsen in. De heer v. Everdingen opent de ver gadering en zegt dat de lezing van de notulen der vorige vergadering wordt aangehouden tot de volgende vergadering. Hierop verzoekt hij de leden van den Raad van hunne zetels op te staan en spreekt hij den heer v. Eggelen als volgt toe Geachte Secretaris! In de raadsvergadering van 11 Jan. 1884, waarin ook zitting had ons geacht medelid, de heer C. J. de Jongh, werdt gij beëedigd en in functie gesteld. Het is dus heden de dag, dat gij gedurende 40 jaren Uw ambt hebt bekleed. Wij wenschen U daarmede geluk. Met Uw zilveren jubilë zijt gij gehul digd door den toenmaligen Burgemeester de heer Honcoop. Z.E.A. deed dat op eene treffende wijze. De woorden die hij sprak kwamen uit zijn volle hart, omdat hij U hoog achtte. De eerste 25 jaren van Uwe ambte lijke loopbaan hadden een kalm ver loop, geheel anders was dit met de daar opvolgende jaren. Alles wat er toen gebeurd is, is ons allen bekend, wij voelen het zelf nog aan den lijve. Ik zal niet in bijzonderheden treden, doch wanneer wij hooien dat er nog vele gemeenten zijn, die gebukt gaan onder crisisschulden, vooral tengevolge van minder goede administratie, dan mogen wij van geluk spreken, dat zulks hier niet is. Alles heeft hier een gere geld verloop gehad en de schulden, die noodzakelijk gemaakt moesten worden, zijn zoo goed als afgelost. Dat alles, geachte Secretaris, hebben wij aan U te danken Wij zijn U daarvoor zeer dankbaar. Voor Uwe administratie en andere werkzaamheden hebben wij niets dan lof en wanneer autoriteiten die boven ons gesteld zijn, zeggen dat de secretarie te Heusden voor model-secretarie kan gesteld worden, dan zijn wij trotsch op onzen Secretaris. Voor het publiek zijt gij steeds wel willend, gij ivit niet op rang of stand, doch ieder life tot U komt wordt met raad en daad geholpen. Wij waardeeren zulks ten zeerste. Geachte Secretaris, nogmaals hartelijk dank voor alles wat gij voor Heusden gedaan hebt. Moge het gegeven zijn dat gij nog vele jaren Uw ambt knnt waar nemen, tot zelfvoldoening en tot heil der gemeente Heusden. Dat wenschen wij allen U toe. Hierop neemt de heer v. Eggelen het woord en zegt: Mijnheer de Wethouder, Mijnheeren. Het is U allen bekend, dat het mijn wensch is geweest, dat deze dag geheel onopgemerkt zou voorbij gaan. U die met mij geruimen tijd in nauwe betrekking tot welzijn der gemeente zijt werkzaam geweest, weet dat dit mijn stellige meening is. Nu het feit er echter eenmaal toeligt, voel ik mij buitengewoon, ja in de allerhoogste mate klein tegenover de groote bewijzen van belangstelling, die mij van verschillende zijden geworden. Het is vandaag voor mij en mijn familie een treffende dag en ik zou zoo graag al datgene willen zeggen wat op mijn hart ligt. De overweldigende hulde betuigingen van alle kanten maken het mij echter onmogelijk en ik zal volstaan mijnheer v. Everdingen U dank te zeggen voor Uwe vriendelijke woorden tot mij gericht. Woorden waarmede de andere leden van den Raad ongetwijfeld instem men, want hunne tegenwoordigheid is daarvoor het zekerste bewijs. U hebt bij de woorden, die U tot mij richtte een blik geslagen op den weg gedurende deze 40 jaren door mij afgelegd en wanneer ik met enkele woorden dit na doe, dan ligt het voor de hand, dat ik op Uw voorbeeld in de allereerste plaats her denk dengeen, die mij als Burgemeester dezer gemeente is voor gegaan en wiens portret hier in de zaal getuigenis aflegt van hetgeen hij in het belang van de gemeente Heusden heeft gedaan. Het is voor mij een voorrecht, dat ik 40 jaren lang de belangen der gemeente heb mogen behartigen. In de allereerste plaats komt daarvoor dank aan den Allerhoogste, die mij kracht en gezond heid schonk. Verder aan de samen werking die er steeds tusschen mij en den gemeenteraad bestond. Waar hetgeen ik in het belang der gemeente heb ge daan breed wordt uitgemeten, wil ik daaraan toevoegen dat dit kwam voor een groot deel aan de welwillendheid die ik steeds van den kant van den gemeenteraad mocht ontvangen. De samenstelling van den Raad is uit den aard der zaak, op 't oogenblik van dien aard, dat de plaats van hen, die tot mijne benoeming hebben medege werkt, door anderen is ingenomen Het spijt mij, dat de eenige die er nog van over is, mijnheer de Jongh niet aanwezig kan zijn wegens ongesteldheid, ik zou hem zoo graag met enkele woorden, al heb ik dat reeds eenigen tijd geleden op deze plaats gedaan, willen huldigen, voor al hetgeen hij in de lange reeks van jaren heeft gedaan. In dezen gemeenteraad zijn de zaken steeds zakelijk behandeld, wars van elke bijgedachte, zooals het in een gemeente raad betaamt. Mijnheeren, laat ik U daarvoor dankbaar zijn en moge het mij gegeven zijn nog eenigen tijd met U samen te werken in den geest die in Uw college steeds aanwezig was, tot heil en geluk van onze gemeente. Daar niemand verder het woord ver langt, wordt de vergadering door den heer v. Everdingen gesloten. Thans begeven de heer v. Eggelen en zijne familie zich naar een andere zaal in het gemeentehuis, de z.g. zaal van den Hoogen Maasdijk, die met bloemen en planten in een ware feestzaal is her schapen. Alle bloemstukken die de jubilaris mocht ontvangen zijn hier ten toongesteld en gerangschikt. Bij dtn ingang der zaal werden aan Mevr. v. Eggelen namens de commissie bloemen aangeboden door Mevrouw Auër en aan Mej. v. Eggelen door Mej. Jac. Verhoeven. Nadat de heer v. Eggelen en zijn familie de voor hen bestemde plaat sen hadden ingenomen, nam Mr. v. Ommeren Jals Voorzitter der commissie het woord en sprak namens de burgerij den jubilaris ongeveer als volgt toe Hooggeachte Secretaris, hoewel het van algemeene bekendheid was, dat gij den dag van heden zonder eenig feestbetoon had willen laten voorbijgaan, heeft toch de burgerij van Heusden gemeend geen gevolg te mogen geven aan Uw ver langen. Jmmers dragen de inwoners uwer gemeente bijna zonder uitzondering U warme sympathie toe en nu was men algemeen van gevoelen dat het van groote ondankbaarheid voor alles wat ge voor Heusden hebt gedaan zou getuigen, in dien 23 Januari 1924 als een gewone dag onopgemerkt zou voorbij gaan. U hebt wel reeds bespeurd dat het geens zins onze bedoeling is geweest om heden een groot feest te organiseeren buiten de muren van het stadhuis, integendeel hebben wij getracht alles te laten af spelen binnen de deur van het huis der gemeente, waarin door U reeds zoovele uren met administratieven arbeid zijn doorgebracht. We mogen gerust zeggen dat Heusden's burgerij trotsch is op haar secretaris. En dit is niet slechts het gevolg van uwe groote bekwaam heden. maar meer nog van uwe uitne mende karaktereigenschappen. Dat gij secretaris van het stedeke Heusden zijnde gerekend wordt onder de beste kenners van het administratief recht in den lande is reeds meer dan voldoende reden voor onze trotschheid op U, maar dat ge aan Uwe groote kennis weet te paren, wel willendheid, onpartijdigheid en beschei denheid jegens arm en rijk, ziet dat is wat er in nog meerdere mate toe bij gedragen heeft om U zoo bijzonder ge zien te doen zijn. Toen in Juli 1883, Uw ambtsvoorganger Sprenger het ambt van secretaris van Heusden verwisselde met de functie van lid van Ged. Staten van Noord-Brabant, kunnen we begrijpen dat de Raad van Heusden U, toen nog Ambtenaar ter secretarie, gaarne als zijn opvolger wilde hebben en dat geen pogingen hun te veel waren om U tot 's raads eersten ambtenaar benoemd te zien. Ge waart toen slechts 19 jaren oud, maar nauwe lijks waart ge de 20 gepasseerd of ge werdt meerderjarig verklaard en ge werdt benoemd, feitelijk in strijd met de wet, die voor meerderjarigheid toenmaals nog den 23-jarigen leeftijd eischte. Over ditraads- besluit zijn wij den toemaligen Raad ten hoogste dankbaar. Deze stelde toen reeds schijnbaar hooge verwachtingen in U, verwachtingen die niet zijn teleur gesteld, doch die zeer zeker verre zijn overtroffen Mijnheer de Secretaris, naast de woor den van waardeering wenscht de burgerij ook door een stoffelijk huldeblijk uiting te geven aan hare gevoelens van dank baarheid. De wijze, waarop zij haar wensch in vervulling zou brengen, was aanvankelijk niet gemakkelijk aan te geven. Allerlei denkbeelden werden in overweging genomen en tenslotte werd besloten om de gemeente Heusden een blijvend aandenken aan den dag van heden aan te bieden. En dit aandenken bestaat uit 3 stoeien, bestemd voor Uwe kamer ten stadhuize, met de bedoeling die te doen dienen voor U en de beide wethouders. Om nu de gebeurtenis, aan welke dit geschenk der burgerij is te danken, voor zooveel mogelijk aan de vergetelheid te ontrukken, zal de voor- zittersstoel voorzien worden van een zilveren plaat met inscriptie. De stoelen, mijnheer de Secretaris, zijn nog niet gereed, wat een gevolg is van de schroom valligheid, waarmede de huldebetooning op touw werd gezet, omdat U uw jubi leum liefst niet gevierd wenschte te zien. Maar mag ik U dan hierbij aanbieden eene teekening van de stoelen, zooals die in bewerking zijn. En dan, mijnheer de Secretaris, mpge ik U namens de burgerij aanbieden een album met de namen, eigenhandig ge schreven, van alle hoofden van gezinnen en alleenwonende personen in onze ge meente. Van harte hoopt de burgerij dat dit album, al vertegenwoordigt het geen groote waarde, toch voor U mag zijn en alzoo ook moge worden opgevat als een teeken der dankbaarheid, cjie Heusden's burgers U thans brengen. Ten slotte, mijnheer de Secretaris, bied ik U namens de burgerij deze enveloppe aan en vroeg daarbij het verzoek om den inhoud te willen bestemmen voor het doel, hetwelk U het meest gewenscht voorkomt. Laat ik het hierbij laten met dezen hartgrondigen wensch, die alle wenschen in zich sluit: God spare U nog vele jaren voor de Uwen en voor de gemeente Heusden. De heer van Eggelen dankte aange daan voor deze woorden en zeide zeer erkentelijk te zijn voor al datgene wat er gedaan was om dezen dag voor hem en zijn gezin tot een onvergeteiijken feestdag te maken. Hij noemde de tee kening door zijnen vriend v. Ommeren, van zijn persoon geschetst te mooi, en verklaarde getroffen te zijn voor de ont zaglijk groote blijken van belangstel ling die hij van alle zijden mocht ont vangen. Spr. zeide zich bewust te zijn, steeds zijn plicht te hebben gedaan en hoopte dit zoolang God hem daartoe de kracht gaf te blijven doen. Hij bracht dank in de allereerste plaats aan hen, die het initiatief hadden genomen voor deze feestelijkheden, n.l. Mevr. Auër, de heeren v. Ommeren en Verhoeven, verder aan de burgerij voor hare spontane uiting van geestdrift en belangstelling, aan de pers, met name het Nieuwsblad van Heusden, dat heden morgen een waardeerend artikel aan zijn persoon wijdde, en aan allen die zoovele blijken van belangstelling hadden ge geven. Met de bede dat God hem kracht moge geven om nog een tijd lang voor het welzijn van alle ingezetenen en'in het belang der gemeente Heusden werk zaam te kiïnnen zijn eindigde de heer v. Eggelen. Hierop kwamen de Regenten der Godshuizen den jubilaris gelukwenschen. De heer Reckleben, hun Voorzitter, deed dat op zijn bekende opgewekte manier en bood namens het College der Gods huizen een fraaien vulpenhouder aan. Daarna was het de beurt van de schut- tersvereeniging „St. Blasius", om hare gelukwenschen gaan te bieden. De hoofdman der vereeniging, de heer van Bladel, hield een keurige toespraak. Thans volgde een lange rij van nota belen uit Heusden, dames en heeren, zoowel van hier als elders. Namens een deputatie uit den Kerke- raad der Ned. Herv. Gemeente, voerde D8. Huijgens het woord. Ook deken Wouters en kapelaan van der Heijden kwamen hunne gelukwenschen aanbie den. Hierna volgde een deputatie van den Bond van Nederl. Gemeenteambtenaren afdeeling Noordbrabant, bestaande uit de heerenv. Lith, Secretaris der gemeente Veghel en Raats, Hoofdcommies ter gemeente-secretarie te 's Bosch. De heer Raats voerde het woord en zeide, dat Maandagavond uit een krantenberichtje eerst bekend was geworden, welke groote gebeurtenis heden in Heusden zou plaats hebben. Heel het bestuur stond in brand, er werd getelefoneerd en alles in het werk gesteld om het geheele hoofd bestuur naar Heusden te krijgen, doch gezien den korten tijd die restte, bleek dit tot hun grooten spijt onmogelijk. De Voorzitter was het door familie omstandigheden onmogelijk over te komen, waarom de heer v. Lith en zijn persoon werden afgevaardigd, om namens den Bond van Nederl. Gemeenteambte naren den heer v. Eggelen te komen gelukwenschen met zijn 40-jarige ambts vervulling. Spr. memoreerde de groote kennis en bekwaamheid van den jubilaris op het gebied van gemeenterecht en gemeenteadministratie. Met den wensch dat de heer v. Eggelen nog vele jaren voor zijn gezin, de gemeente Heusden en de gemeenschap gespaard moge blijven eindigde de spr. met een driewerf hoera en bood namens den Bond een prachtig boekentafeltje aan. De heer v. Eggelen dankende, ver klaarde, zich te kunnen voorstellen, dat het Bestuur van den Bond in ongelegen heid was gebracht door den korten tijd van voorbereiding, aangezien slechts één dag overbleef. Misschien vond het Be stuur het vreemd, dat van sprs. zijde niets is gedaan, om het vroeger op de hoogte te brengen, met hetgeen hier van daag gebeuren zou. Hij geeft echter de verzekering, dat het niet zijn voornemen was, om eenige feestelijkheid aan dezen dag te verbinden. De ingezetenen sche nen dit niet te kunnen verkroppen en hebben dezen dag voor hem tot een feestdag gemaakt. De opwelling van de ingezetenen was eenvoudig niet te dem pen. Spr. zeide, dat de heeren zouden begrijpen, dat hij hunne tegenwoordig heid op hoogen prijs stelde en hij geen woorden kan vinden, hieraan voldoende uiting te geven. Hun geschenk waar deert hij zeerhij zal dit een plaats geven in zijn woonkamer en daardoor alle dagen aan hen denken. Spr. be grijpt, dat het zoo moeilijk voor hen was, in zoo'n korten tijd te beslissen en hoopt, dat het Bestuur het hem niet ten kwade zal duiden, dat hij het niet in de gelegenheid heeft gesteld, meerderen tijd van voorbereiding te hebben gegeven. Spr. hoopt, dat de goede verstandhou ding, die steeds tusschen het Bonds- bestuur en zijn persoon heeft bestaan, nog lang moge blijven voortbestaan. Met een woord van dank en het verzoek, dat de heeren wel zijn dank aan de andere Bestuursleden zullen overbrengen, ein digde de heer v. Eggelen. Intusschen is het half vier geworden en de tijd voor de receptie gesteld, ver streken. Voor het bordes van het stad huis heeft zich inmiddels de Harmonie „de Eendracht" van Herpt opgesteld en komt ook deze haren beschermheer hul digen. De heer Buijs, president der vereeniging, spreekt den heer v. Eggelen op het bordes, in een flinke rede, waar zich de familie van Eggelen heeft ver toond, zoodra de eerste tonen der mu ziek zich lieten hooren, toe. Nadat de jubilaris de vereeniging had dank gezegd en deze een „lang zal hij leven 1" had aangeheven, vertrok zij met een paar opgewekte marschen, met een omweg door eenige straten der stad, weder huiswaarts. 's Avonds om 7 uur was het de beurt van de fanfare der H. Familie, hier was het de heer Sens, die den jubileerenden Secretaris toesprak. Om kwart voor acht de „Heusdensche Harmonie", die bij monde van haren Voorzitter, de heer van Diggelen, de heer van Eggelen kwam gelukwenschen. Beide vereenigingen trokken nog ge- ruimen tijd door de straten der stad, omstuwd door een hossende en zingende menigte en brachten er met hunne marschen de ware feeststemming bij het publiek eerst in. Een woord van dank van de burgerij, die dezen dag met alle geweld een eenigszins feestelijk aanzien wilde geven komt haar voor zeker daarvoor toe. De vereenigingen hielden zich kranig, zooals wij dat trouwens van onze muziek- vereenigingen gewoon zijn, steeds als er een feest valt op te luisteren zijn zij op hun post. In de avonduren kwam ook nog het Dag. Best. der gemeente Herpt, waarvan de jubilaris eveneens Burgemeester is, zijne gelukwenschen aanbieden. Het geheele verloop van de feestelijk heden gaf een duidelijk bewijs, dat de heer v. Eggelen door de ingezetenen van Heusden wordt geëerd en geacht en dat hij tot ver daarbuiten in hoog aanzien staat. voor let Laid m Heosden en Altena,deLinistraat de 8inelgrwaard

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1924 | | pagina 1