^nd van altena
Uitgave: Firma L, J, VEERMAN, Heusden.
No. 4484. Woensdag 18 Maart 1925.
FEUILLETON.
„Het Kasteel van Kerlor."
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Zij, die zich op dit Blad
wenschen te abonneeren
ontvangen de tot I April
verschijnende nummers
GRATIS
Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 1 6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
BUITEN LAND SCH OVERSIGHT
In de Volkenbondsvergadering van Zater
dag is het antwoord ter sprake gebracht,
dat de Raad heeft gegeven op de Duitsehe
nota van 12 December, wai n door de
Duitsehe regeering verschillen bezwaren
werden geopperd.
Het antwoord, dat de Raad thans Berljjn
heeft doen toekomen en dat in een uiterst
welwilienden toon is gesteld, houdt zich
met deze bezwaren bezig. Zooals men zich
herinnert, heeft Duitschland zijn bereidheid-
in-beginsel te kennen gegeven om lid van
den Bond te worden, maar het stelde er
prys op, dat aan bepaalde verlangens van
Duitschland tegemoet zou worden gekomen.
Zoo vroeg het o.a. ervan vrygesteid te
worden by strafmaatregelen bystand te
verleenen, wanneer het er om gaat geza
menlijk een staat, die handelingen verricht,
welke in strijd zyn met het volkenbonds
verdrag, te tuchtigen m.a.w. Duitschland
verzocht, om ingeval zich een internationaal
conflict mocht voordoen, verschoond te mo
gen blyven van deelneming aan actief op
treden tegen een zondigende» staat, Het
dringt dus aan op het toestaan eerier uit
zonderingspositie, waarvan de noodzakelijk
heid wordt gemotiveerd door erop te wy»
zen, dat de mate, waarin Duitschland heeft
ontwapend, dezen staat het gevaar doet
loopen by een conflict onder den voet te
worden geloopen.
Deze bezwaren wil den Volkenbondsraad
niet erkennen gaarne is de Raad bereid
Duitschland alle rechten van een grooten
staat toe te kennen Duitschland kan
o.a, rekenen op een zetel in den Volken
bondsraad maar wanneer het op een
voet van gelijkheid met andere landen
wordt behandeld, dan is de consequentie
hiervan, dat het ook dezelfde verplichtingen
als de andere Bondsleden op zich moet
nemen.
Het antwoord is dus nu aan de regeering
te Berlyn hoe dit zal uitvallen, is op het
oogenblik moeilijk te zeggen, doch uit de
berichten, waarover tot dusver valt te
113
Carmen richtte het hoofd op.
Welnu, zeide zij, met een zekere iron
ie in haar stem, ik geloof, dat we niet
meer hebben te rekenen op het gehoopte
wonder De Hemel heeft mij verlaten.
Neen, want de heer Saint-Hyrieix is
geen getuige geweest van uw flauwte.
'tls toch maar een kort uitstel, ik
weet toch, dat ik onverbiddelijk ten
doode ben opgeschreven.
Zwijg
Het is onmogelijk mijn toestand lan
ger te verbergen Ik ben verloren 1
Mevrouw de Saint-Hyrieix leunde
achterover in haar stoel, geheel verloren
in een droevige vertwijfeling.
De toestand scheen inderdaad wan
hopigmevrouw de Kerlor, ondanks
haar ontembaren moed, vroeg toch zich
zelf af, of zij niet gedwongen zou zijn
om zich over wonen te verklaren.
O, zuchtte Carmen, ik had gedacht,
dat mijn lijden ten einde was, waarom
heeft de Hemel aan Hélène toegestaan
om mij weer in het leven terug te roe
pen.
Zij vervolgde in een aanval van vrees
lijke wanhoop
Ik had het Üeschje met vergif moeten
bewaren, dat ik gevonden heb in je ka
mer in de rue Saint-Donatien, en dat
het vergif bevatte, 'twelk jij wildet
beschikken, schynt te mogen worden op
gemaakt, dat men in Duitsehe regeerings-
kringen meer en meer er toe gaat over
hellen, ondanks de principieele bezwaren
tegen een toetreding zonder voorbehoud,
dit laatste toch maar te laten varen en
»ja« te zeggen. Trouwens in werkelijk
lioerale en democratische kringen van
Duitschland raadt men algemeen aan zich
niet langer afzijdig te houden niet, dat
men in deze kringen ook geen bedenkingen
heeft, maar men is daar van gevoelen,
dat de te bereiken voordeelen tegen de
nadeelen meer dan opwegen. Wanneer
Duitschland eenmaal toegelaten is, zal deze
daad een aansporing voor andere landen
zijn, om eveneens lid van den Bond te
worden en het opnemen van verscheidene
andere en dikwijls machtige staten
zal tengevolge hebben, dat de machtsver
houdingen in den Bond, die nu vooral een
geallieerd instituut is, veranderen.
Uit Washington wordt gemeld, dat Coo-
lidge van meening is, dat de jongste ont
wikkeling der gebeurtenissen in het buiten
land een belangryke wyziging ten aanzien
van den stand van zaken betreffende de
ontwapening gebracht heeft, welke de strek
king heeft den weg te openen voor het
bijeenroepen eener nieuwe ontwapenings
conferentie door de Vereenigde Staten.
De president zal de kwestie eener nieuwe
conferentie tot beperking van de bewape
ning ernstig met Kellogg bespreken, zoodra
definitief is vastgesteld, of het protocol van
Genève is prijsgegeven.
Japan is opnieuw door een ernstige ramp
geteistrd. Een hevige orkaan heeft over
land en zee gewoed. Naby Nagasaki is,
zooals gemeld, het passagiersschip Oewajima
Maroe, een vaartuig van 450 ton vergaan,
waarbij, naar thans vaststaat, 102 op
varenden om het leven zijn gekomen
slechts 16 personen werden gered.
Verder vreest men, dat ongeveer 100
vissersvaartuigen tijdens den storm zyn
vergaan, hetgeen een groot verlies aan
men8chenlevens zou beteekenen. Een Ameri-
kaansch schip pikte tusschen Kobe en
Yokohama drie visschers op, die zich hadden
kunnen redden op een omgekantelde red
dingsboot.
innemen Het is zoo geduld te predi
ken, geduld en zelfverloochening aan de
wanhopingen, als men zelf niet lijdt.
Zeg mij, wat je lichamelijk scheelt.
Ik ben als geradbraakt.
Gevoel je hevige pijnen
Neen, ik ben als uitgeput, ten doode
toe vermoeid.
Hoe kwam het, dat je je bezinning
verloort
De heer de Saint-Hyrieix hield me
bezig met zijn plannen en wenschen
ik luisterde met inspanning van al mijn
krachten naar hem twintig malen stond
ik op het punt hem toe te roepen
„Houd u toch stil Ga heen 1" Hij
begreep my niet, hij ging voort mij te
vervelen met zijn beuzelachtige praatjes.
Eindelijk ging hij heen op het oogen
blik dat de krachten mij begaven.
Mevrouw de Saint-Hyrieix omhelsde
haar schoonzuster met groote heftigheid.
Red mij, Hélène, red mij, zeide zij op
hartverscheurenden toon.
Hoe hernam mevrouw de Kerlor.
Indien je het niet kunt, zeide Car
men, laat me dan vrij in mijn hande
lingen.
Kom, wind je niet zoozeer op, riep
Hélène uit op haar zachten en toch zoo
overredenden toon Wij moeten naar
een arts gaan Wees niet bezorgd,
wij zullen in een afgelegen wijk gaan
en onbekend blijven.
Zooals je wilt 1
Hij zal one den dag opgeven
Ik huiver als ik er aan denk, dat deze
man mijn dagen zal kunnen tellen, zelfs
Een slecht humeur, slaoéloosheid en
schele hoofdpijn worden vaak veroorzaakt
door leverstoornissen, Foster's Maagpillen
zullen het kwaad spoedig/overwinnen. Zij
wekken de lever op, jen worden aanbe
volen tot het genezey van galzucht, ver
stopping en maagkwi
Prijs per flacon /an vyftig versuikelde
pillen f 0.65in apotheken en drogistzaken.
Kantongerecht te Heusden.
Strafzitting van Vrijdag 6 Maart 1925
KantonrechterMr. C. W. v. Ommeren.
Ambtenaar van het Openbaar Ministerie
Jhr. Mr. J. Quarles van Ufford.
GriffierMr. W. Ruitinga.
Eene merkwaardig kleine zitting met
slechts 36 zaken. Én toch duurde zij
langer dan gewoonlijk het geval is met
grootere zittingen, wat zijn oorzaak vond
in een paar zaken, die geruimen tijd
vorderden.
Eerst werden 6 kinderzaken met ge
sloten deuren behandeld. Van een dezer
zaken vernamen wij het volgende
Een viertal jongelui uit Wijk, n.l.
M. M., C. v. L., P. B. en W. A. W„
zouden op zekeren avond Vos-Kipping
te Heusden verhinderd hebben met zijn
vrachtauto weg te rijden uit de Veld-
straat.
M. M. zou bekend hebben, zich te
hebben schuldig gemaakt aan het hem
ten laste gelegde feit, maar de andere
drie zouden ontkend hebben. Nu werden
in deze zaak drie getuigen gehoord, n.l.
L. v. Bergeijk en J. H. v. Rijswijk uit
Wijk en A. v. Spijk uit Heusden.
Wat die getuigen precies verklaard
hebben weten we niet, maar wij ver
namen, dat de eerste twee aanvankelijk
verklaarden niets gezien te hebben, doch
ten slotte dpor de mand waren gevallen
door te zeggen, dat zij het ten laste
gelegde feit wel gezien hadden, maar
dat beklaagden hen verboden hadden
iets los te laten.
M. M. kreeg f 1 of 1 week tnchtschool,
C. v. L. f 15 of 2 weken tuchtschool en
P. B. en W. A. W. ieder f 15 of 10 d. h.
D. B., timmerman te Werkendam,
had geen zegeltjes geplakt voor meer
dere zijner knechts.
De getuigen A. Bakker en A. A. Egas
verklaren, dat bekl. hun gezegd heeft
dat hij niet wilde plakken, terwijl get.
A. Brienen te kennen gaf, dat bekl.
van hem loon had ingehouden om daar
voor te plakken.
De Kantonrechter zei, dat bekl. blijk
baar boven den wetgever wil staan,
de uren.
Je bevrijding is misschien nog niet
zoo dichtbij als je denkt
Mijn bevrijding I herhaalde mevrouw
de Saint-Hyrieix, terwijl de tranen langs
hare wangen vloeiden.
Ben je nog altijd zwak?
Carmen richtte zich op en deed eenige
schreden
Ik gevoel me een weinig beter, ver
klaarde zij nu.
Zou je na het ontbijt kunnen uitgaan
Zeker.
Mevrouw de Saint-Hyrieix scheen min
der droevig, welke ook de oplossing was,
zij verlangde die zoo spoedig mogelijk
te weten.
Dezen dag ontbeet men, bij uitzonde
ring, eens te zamen gewoonlijk was het
alleen op het diner, dat men te zamen
aan tafel kwam. De Saint-Hyrieix. die
echter een nauwgezet man was, was nog
niet thuis, toen men aan tafel ging.
De oude gravin deed dienen.
Carmen behoefde zich niet al te groote
moeite op te leggen om haar verdriet
te verbergen.
De grootmoeder was vermoeidzij
sprak weinig; haar bewegingen waren
langzaam, zij at op een verstrooide ma
nier en met weinig eetlust.
Wat Georges betreft, hij was insge
lijks afgetrokken, alsof hij over een nieuw
plan nadacht, voor zijn toekomst.
Nu en dan zeide hij daarvan een
woord tot Hélène, die zwijgend naar
hem luisterde.
Soms fronste hij de wenkbrauwen
dan zag hij ongetwijfeld nieuwe moei-
hetgeen in een geordende staat niet
aangaat.
72 geldboeten van fl elk of 72X1
d. h. en f20 of 10 d. naar 's Bosch toe,
werden bekl.'s deel.
De vorige bekl. D. B. had nog een
zaakje en wel omdat hij er geen loonlijst
op na had gehouden. Dit veruim kost
bekl. 2 X f 5 subsidiair 2 X dagen,
zulks met het advies van den Kanton
rechter om voortaan de wettelijke voor
schriften beter na te leven, daar anders
meer malsche straffen opgelegd zouden
moeten worden.
J. d. K., bakker te Heusden, werd
ten laste gelegd, dat hij drie zijner
knechts in verboden uren had laten
werken.
Getuige J. G. van de Pol, knecht van
bekl., kwam flink voor zijn baas op door
te zeggen, dat werken in verboden uren
nooit of te nimmer voorkwam en dat
zijn baas er juist ongelukkig tegenvloog
toen het juist voor het eerst gebeurde.
Ja, zei de Kantonrechter, 't is toch
wel buitengewoon ongelukkig, 't is pre
cies of de politie het ruiken kan, wan
neer ook maar één oogenblikje de
Arbeidswet wordt overtreden. De in
verboden uren gebakken beschuit zal ik
voor deze eerste keer dat bekl. terecht
staat nog maar niet te duur maken,
hernam de Kantonrechter, en gaf bekl.
7 boete's elk van f0,50 of 7 dagen gaan
logeeren te 's Bosch.
G. J. L., arbeider te Babyloniënbroek,
moest terecht staan, omdat hij aldaar
in staat van dronkenschap de openbare
orde had verstoord, zoodat een volksop
loop ontstond en bovendien omdat hij
burengerucht had gemaakt. Bekl. was
niet verschenen.
De Kantonrechter zeide, dat bekl. een
bekende der justitie is, dat geheel Ba
byloniënbroek bang voor hem is, dat
bekl. ongunstig bekend staat en dat
flinke straffen hier in alle opzichten
gerechtvaardigd zijn.
Bekl. kreeg de volgende straffenf 25
boete of 10 dagen hechtenis en f 15 boete
of 5 dagen hechtenis.
M. K., koopman te Veen, had er
machtig veel pleizier in gehad om op
31 JaD. j.l. in de herberg van Jonker
te Veen, waar toen eene zanguitvoering
gegeven werd, in staat van dronkenschap
een zekere G. Vos tot vechten uit te
dagen. Ook deze bekl., die niet was
verschenen, is geen onbekende op het
kantongerecht. De door bekl. veroor
zaakte berrie was van dien aard, dat de
zanguitvoering geen verdere voortgang
kon hebben.
lijkheden opdoemen voor zijn geestdan
weer verhelderde zich zijn gelaat en een
glimlach speelde om zijn lippende
hinderpalen zag hij overwonnen in zijn
verbeelding.
Hélène, hoezeer zij zich ook bezighield
met haar schoonzuster, vond niettemin
tijd om het gelaat van haar echtgenoot
te bestudeeren.
Zij wist wel, waaraan hij dacht, zij
behoefde hem niet te ondervragen.
Op dit oogenblik was Georges de Ker
lor in zijn gedachten verre van Parijs;
hij had de zeeën doorploegd en schiep
zich een nieuw fortuin in een nieuwe
wereld.
Eindelijk gaf Hélène ook nog acht op
haar zoon, dien de min Annette Kerjean
op haar knieën hield.
De Zweedsche windhond, dien men al
zoo vaak de eetzaal had ontzegd, had
toch nog weer gelegenheid gevonden om
het verbod te overtreden en speelde nu
met zijn vriendje Fanfan op een luid
ruchtige wijze.
De Saint-Hyrieix trad ten laatste bin
nen. Hij zag er zeer gelukkig uit.
Toen Carmen haar echtgenoot zag,
steunde zij met beide handen op de tafel,
een duizeling overviel haar, het was als
of zij opnieuw in zwijm zou vallen.
Firmin riep uit
Weest zoo goed mij te verontschuldigen.
De minister wilde mij niet laten gaan.
Ik moet vanavond Parijs verlaten.
De oude gravin vroeg hierop
Gij ontneemt ons Carmen zoo spoedig
Mevrouw de Saint-Hyrieix meende te
droomen. Het antwoord van Firmin
Ja, aldus de Kantonrechter, op herrie
in een herberg volgt in den regel herrie
op het kantongerecht, maar dan toch
in eenigszins anderen geestwaar bekl.
ongunstig bekend staat en hij maar niet
schijnt te willen leeren, moet maar ge-
voeilig worden gestraft. Voorts zei de
Kantonrechter, dat hij ter wille van
bekl's nette familie, die hij hoopt dat
bekl. nog eens op het goede pad zullen
weten te brengen, deze voor dit maal
nog geen principale hechtenis wilde
opleggen, maar nog wilde volstaan met
f 25 boete subsidiair 10 d. h.
L. A. R., schippersknecht te Werken
dam, was in verzet gekomen van een
vonnis van 1 Augustus 1924, waarbij
hij wegens baldadigheid was veroordeeld
tot f 15 boete of 10 dagen hechtenis.
Bekl. beweerde geen dagvaarding te
hebben ontvangen, doch erkende het
hem ten laste gelegde.
De Kantonrechter zeide, dat het van
daag wel een merkwaardige zitting is,
omdat er zoo verscheidene zaken op de
rol staan van personen, die de weg naar
de zittingzaal van het Kantongerecht
maar al te goed kennen. Evenwel, zei
de Kantonrechter, ben ik op bezoek
van zulke menschen niet erg gesteld en
ik heb maar liever dat ze zorgen dat ze
zulke bezoeken niet behoeven af te leggen.
Tegen L. A. R. zei de Kantonrechter,
dat in zijne verdediging geen enkele
reden zag om zijn op 1 Augustus j.l.
uitgesproken vonnis te vernietigen ofte
wijzigen en dat er integendeel alle reden
voor bestond om het vonnis te beves
tigen, hetgeen dan ook geschiedde.
BUITENLAND.
Ernstig incident te Balie.
In den strijd om den opvolger van rijks-
president Ebert zijn Vrydag de eerste
slachtoffers gevallen. Te Halle werden 7
personen gedood en 30 gewond. In deze
stad, waar de communisten zeer veel aanhan
gers tellen, zou Thaelman de communistische
car.didaat voor het presidentschap, voor zyn
aanhangers spreken. De groote vergader
zaal was overvol en men was zelfs nog
gedwongen, in een zaal een tweede ver
gadering te houden. In de groote zaal
ieide mevrouw Kruegger, lid van den
rijksdag, de vergadering. Alhoewel de politie
verboden had, dat buitenlanders als sprekers
zouden optreden, verleende mevrouw Krue-
ger na haar openingsrede het woord aan
Engelschen geestverwant, De in de zaal
aanwezige agenten lieten den Engelschman,
die in zyn moedertaal het woord voerde,
zou een beslissenden invloed hebben op
het lot der jonge vrouw.
Indien hij haar meenam, zou haar
laatste hoop vervliegen, hoe zwak die
ook was.
Hij had gezegd: „ik verlaat Parijs,"
maar had dat alleen betrekking op zijn
persoon, of moest zij hem volgen
Moest zij zich niet gelukkig achten
om het roemrijke lot van haar echtge
noot te deelen?
Zij hield den adem in om beter te lui
steren.
Firmin antwoordde
Stel u gerust, waarde mama, Carmen
blijft te Parijs.
De moeder knikte tevreden met het
hoofd.
Mevrouw de Saint-Hyrieix gevoelde
hoe een last haar van de borst gleed.
En echter was het gevaar niet bezwo
ren, want Carmen bleef bij haar moeder
en haar broeder, maar de afwezigheid
van haar man in deze noodlottige da
gen schonk haar toch een verlichting.
Waar gaat u dan toch heen? vroeg
Hélène.
Naar de Britsche eilandenantwoordde
de Saint-Hyrieix, wien het te min was
om voor zijn nieuwen post alleen Enge
land te noemen.
U hebt een post gekregen bij het ge
zantschap? vroeg de oude gravin met
belangstelling.
Hij bracht een eenigszins hoogharti-
gen glimlach op zijn gelaat als iemand,
wiens bekwaamheden men te laag schat
of wiens hoedanigheden men miskent.
Goddank, zeide hy, ik heb my niet
NIEUWSBLAD
ïoor liet Lanil «an Heusden sii Altena,deLanptraat en de Bommelerwaard