{Buitenland Rechtzaken t daarna een groot electr. gemaal, en nu wil men nog meer hebben. Zijn er dingen die noodzakelijk verbe tering behoeven dat men dit /dan zelf betale, dit is de meening van spreker. De heer H. v. d. Heuvel zou. als het alleen over den polder Eethen ging met het gesprokene van den heer Spoor kunnen meegaan. De op richting van het N.A.K. moet ech ter geschieden uit h)et ioiogpunt van, het algemeen belang, niet uit dat van den polder van Eethen alleen. Als de toestand in alle polders was als in polder Eethen, dan was er geen groot waterschap noodig. Is het echter niet treurig als men van hier loopt naar Wijk, dat men met een tusschenruimte van slechts 4M. een verschil van waterstand vindt van 60 a 70 cM. dit is toch een toe stand die nog wel voor eenige verbe tering vatbaar is? De heer Spoor wil niet beweren, dat er in de polders van Het Land van Heusden en Altena niets te ver beteren zou zijn. Hij is echter niet zoo goed met den toestand op de hoogte, om te kunnen zeggen, dit is goed, of dat is goed. Als echter die polders die verbetering behoe ven, bij polder Eethen kwamen en zeiden jullie moet ons ih'elpen, dan was het iets anders, doch spreaer heeft nog nimmer een dergelijke stern hooren opgaan. De heer Donkers heeft de hleer Branderhorst hooren spreken over de [molentjes in den Z. H. polder. Spreker komt tegen de bewering van den lieer Branderhorst op, dat deze <W* 14'molentjes, indien het peil op het N. afwateringskanaal werd verlaagd buiten werking zouden komen. De meeste molentjes doen thans reeds geen dienst. Spreker is al een 40 jaar in den Z. II. polder en kan niet anders verklaren dan dat de toe stand er tegenwoordig buitengewoon goed is. Spreker, die zooals de heer Branderhorst zelf ook wel weet, de belangen van den Z. H. polder niet veronachtzaamd, kan de heer Branderhorst in zijn beweringen ten opzichte van den Z. H. polder geen gelijk geven. De heer v. d. Schans vraagt het woord als medeeigenaar van een ge deelte van den polder Eethen, dat behoort tot het laagste middenge deelte, een gedeelte dus dat water- bezwaar heeft. Spreker geeft toe, dat de toestand in den polder van Ee then over het algemeen wel bijzon der goed is,"in vergelijking met an- k dere polders. Doch de lasten zijn er ook bijzon der hoog, kunnen door het een of ander middel de groote uitgaven worden beperkt, dan was dit voor polder Eethen toch ook van belang. Daar straks is er gezegd, dat er nog geen enkele stem is opgegaan \i om verbetering en dat het Rijk wel zou mogen bijdragen in de verbete- ring van het heele land, doch dat l< dit hier niet noodig is. Spreker kan 81 lüftjt begrijpen dat een ontwikkeld persoon als de heer Spoor, zoo kan spreken, tegen zijn eigen belangen in. De heer v. Campen komt ook op legen de bewering, dat de toestand inde streek door de verlegging van u'1 den Maasmond slechter is geworden, j dit is onwaar, door deze verlegging staai is de streek juist ontzaggelijk voor- l^^miit gegaan. Dan beweert die heer I/ j^t&rborst bij onzen polder is de |p. toestand niet in orde, terwijl de heer y. d. Heuvel zegt, als alle polders in orde waren als polder Eethen, dan was er niets te zeggen, hoe rijmt men dit te zaam. Verder wordt er beweerd, de bemaling van polder Eethen is niet in orde. Spreker staat daarover verbaasd, hij zou willen vragen heeft men daar dan f 25.000 subsidie voor genoten? De heer Spoor zegt, dat de heer v. d. Schans heeft verklaard, dat spreker zijn eigen belang niet be grijpt, dat is heel goed mogelijk, doch hij wenscht niet mee te Werken 8 i om van het Rijk een kip te maken die men naar willekeur kan pluk ken. Acht spreker verbetering noo dig, dan betaalt hij dit liever zelf, v dan dat hij medeplukt. De Voorzitter wijst er nog op, dat de classificatie die in het ontwerp I staat, slechts een proeve is, later zal j nog worden uitgemaakt, het belang dat iedere polder bij het groot wa terschap heeft en daarnaar zullen de bestuurskosten van dit groot wa terschap worden omgeslagen. Over eventueel uit te voeren werken wordt heden geen beslissing genomen. Ja zou het groot waterschap naderhand iV geen werken noodig achten, dan be hoeven deze ook niet te worden uit- L gevoerd. De heer G. v. d. Beek vraagt, door wie de classificatie wordt uit gemaakt, waarop de Voorzitter ant woordt, dat dit door de ingelanden zelf geschiedt onder goedkeuring van Bed. Staten. Dhr. Branderhorst beweert, dat als er 30 of 40 H.A. gelegen in het middendeel van polder Eethen, een peil heeft hooger dan 30 deze 30 a 40 H.A. waterbezwaar hebben, moeten wij dan dadelijk beginnen met. malen, dan benadeelen wij de eigenaars van het hoofdveld die in dat malen moeten betalen en nooit waterbezwraar hebben, om deze re den hebben dan ook de ingelanden van het allerhoogste deel finantiëel belang bij het verlagen van het peil op het N. A. K. tot 45 Jaarlijks wordt dan ook door ons bestuur naar middelen uitgezien om deze 30 a 40 H.A. te helpen, ziegt spr. De heer Spoor maakt de heer Branderhorst er een verwijt van dat in de vergadering van de ingelanden van den polder van Eethen door het bestuur nooit is meegedeeld., dat er op verbetering is aangedrongen bij het Rijk. Hierop wordt tot stemming over gegaan met uitslag dat een groote meerderheid zich voor de oprichting van het groot waterschap verklaren. ill Polder Genderen. De Voorz. zegt, dat hij meent geen herhaling be hoeven te geven en alle aanwezigen wel weten waar het over gaat, hij zou alleen willen vragen wie van de ingelanden wat heeft te vertellen. De heer C. v. d. Kolk zou de com missie de vraag willen stellen, of zij, wat subsidiëering betreft, ook grond onder de voeten heeft, en wat er zal gebeuren als men geen subsi die krijgt. De Voorzitter meent, dat, met ta melijke zekerheid op subsidie ge rekend mag worden, men krijgt die voor andere streken ook, waarom zou men die dan hier niet krijgen? Zou men geen subsidie krijgen, dan gebeurt er ook niets. De heer v. d. Kolk heeft hooren beweren, dat de kosten over de ver schillende watersch. zullen worden omgeslagen. De Voorzitter antwoordt hierop, dat de heer v. d. Kolk dan verkeerd is ingelicht. Er zullen polders zijn die wel medezeggingschap in het groot waterschap zullen krijgen, die echter vrijgesteld zullen worden van betaling in de kosten. De heer v. d. Kolk merkt op, dat polder Aalsveld niets noodig heeft als bevloeiïng, kan Idle tengevolge de totstandkoming van het water schap worden verkregen, dan juicht hij het toe, dat het kanaaltje Cr komt. De heer E. v. d. Beek keurt het niet goed, dat men van polder Gen- deren 124 bunder wil anfemen, waardoor het bestaande waterschap kleiner zal worden, waardoor schade ontstaat en de lasten omhoog zul len gaan voor het overblijvende ge deelte. Spreker noemt dit onbillijk en daarbij gelooft hij, dat polder Genderen zich zelf wel kan helpen, als dit moet. De bewering van den lieer Branderhorst dat de lage steeg onder water heeft gestaan is waar, doch flinker had spreker het ge vonden als de heer Branderhorsl daaraan had toegevoegd, dat het be stuur van den polder van Genderen de weg heeft opgehoogd en sinds dien het onder water staan niet meer is voorgekomen. Het lage gedeelte waarvan hier sprake is kan toch ge holpen worden door de plaatsing van een gemaaltje, waarom moet daarvoor een stuk van den polder worden afgenomen. In tegenstelling met andere polders heeft het Be stuur van polder Genderen de inge landen gehoord, over de oprichting van het groot waterschap. Bij de, gehouden stemming verklaarden er zich 80 tegen en 3 voor. De lieer Rulkens wil in de eerste plaats uiteenzetten, waarom hij in zijn plan heeft voorgesteld, een ge deelte van polder Genderen af te nemen en dit bij een andere polder te voegen. Dit gedeelte betaalt f 5 per H.A. aan polderlasten. Spreker heeft op de Griffie eens nagegaan, wat met deze opbrengst werd ge daan en heeft daarvoor de polder rekening van verschillende jaren na gegaan en toen bleek hem dat van deze f 5 slechts een gulden werd be steed voor het schoonmaken van wa terleidingen van dat gedeelte en pol der Genderen f 4 van deze opbrengst voor het andere gedeelte van den polder besteedde. Spr. kan er dus geen onbillijkheid in zien, dat pol der Genderen dit gedeelte waaraan het zich niets gelegen liet liggen, kwijt raakt. Dit is de reden geweest waarom polder Genderen in het ver band is opgenomen, waarover spr. in het begin in twijfel heeft gestaan. Wat het bouwen van een gemaal betreft, deze bouw is reeds eenige jaren geleden aan spreker beloofd, doch het is bij de belofte <gjebleven. Hij heeft dan ook de overtuiging, dat het voor het lage gedeelte van den polder van Genderen beter is, dat het met polder Hakkeveld wordt aangesloten bij Oud- en Nieuwland van B. Broek. De heer E. v. d. Beek vraagt, wie de schuld draagt, dat het gemaaltje er nog niet is? Dat komt omdat men bang is, dat als het N. A. K. tot stand komt,dan het gemaaltje overbodig zal zijn. Garandeerd men spreker dat het Waterschap er niet komt, dan wordt er direct werk van gemaakt. Wat de f 4 betreft, het zou toch dwaasheid zijn, deze uit te geven, als het niet noodig is, men moest dit eerder in het bestuur prijzen, dan het er een verwijt van te maken. De heer G. v. d. Beek zegt, dat de heer Rulkens hem met zijn woor den heeft verkwikt. Hij zal Wet niet hebben over de f4, ook niet over het gemaal, daarover heeft de Voor zitter van polder Genderen reeds ge sproken. Doch de heer Rulkens heeft er een oogenblik over gedacht pol der Genderen niet in het verband op te nemen als er een gemaal ge bouwd zou worden, daaruit blijkt dus voldoende dat polder Genderen ook op deze manier zich zelf kan helpen. De heer Rulkens voert hiertegen aan, dat zijn bedoeling is geweest dat polder Genderen niet in liet ver band zou zijn opgenomen als het ge maal er eenmaal stond. Op de vraag van den heer G. v. d. Beek hoeveel een gemaal zou kos ten, antwoordt de heer Rulkens dat de kosten door het Waterschapsbe stuur van Genderen zelf, geraamd zijn op f 4000 Rekent men daarvan de rente plus de bediening en het onderhoud tot een bedrag van f 584, dan kan men toch op zijn vingers uitrekenen, dat loozing langs natuur lijken weg toch altijd belangrijk goedkooper zal zijn. De heer G. v. d. Beek geeft dit laatste toe, doch de polder van Gen deren raakt hierdoor 124 maal f 5 aan waterschapslasten kwijt. De heer H. v. d. Heuvel zegt, met vele anderen met spanning de laatste zitting van de Prov. Staten te hebben gevolgd en dat het hem heeft verwonderd, dat de Staten niet vast hebben gehouden aanhetrap- port, waarin de wantoestand die hier heerscht, zoo duidelijk is aange toond, Spreker had verwacht dat de Staten zich niet door de politiek van Mr. v. Ommeren zouden hebben laten beïnvloeden. Hadden de Sta tenleden een wandeling gemaakt van hier uit naar Wijk dan zouden zij dat zeker niet hebben gedaan, en zouden zij hebben gezegd, het moet er komen. Spreker kan niet begrij pen dat men durft beweren, dat de toestand goed is. De heer J. v. d. Heuvel voegt hieraan toe, dat hij in dit lage ge deelte koolzaad heeft verbouwd en dit door den hoogen stand in het water kwam te liggen. De heer H. v. d. Heuvel vraagt, wat het polderbestuur van Gende ren voor die 124 maal f 5 heeft ge daan voor dat gedeelte. Het bestuur moest zich schamen om dat geld in den zak te steken en niets voor ver betering uit te geven. Er is gevraagd om verharding van den weg op den Genderschen dijk, doch zoolang spr. heugt, is daaraan slechts f 25 ten koste gelegd. Wel had het bestuur de brutaliteit een verharding van den weg voor te stellen tot vaan den Biesheuvel, die zeker f 25.000 zou hebben gekost en welk voorstel slechts met 63 tegen 58 stemmen werd verworpen. De heer G. Branderhorst heeft van den heer E. v. d. Beek zelf vernomen dat polder Genderen door verlegging van den Maasmond er veel op was achteruitgegaan. Toen werd er ook beweerd, dat het Hakkeveld er af moest en nu moet het er weer niet af. En waarom, men was dan toch van de kosten af en behoefde geen gemaal te bouwen, en tevens kwam er aan de twist tusschen polder Gen deren en 'Hakkeveld een einde. De heer v. d. Schans wil even opmerken, dat het afnemen en bij een anderen polder voegen van een gedeelte op het oogenblik niet ter sprake is. Spreker stelt zich voor, dat zoo iets in gemoedelijke bespre king en in overleg met elkander zal geschieden, men moet de tech nische vraag van de fornieele schei den. De heer E. v. d. Beek merkt op, dat de verharding van den weg, die zooals de heer H. v. d. Heuvel heeft gezegd f 25000 zou kosten niet is uit gegaan op voorstel van den polder van Genderen. De heer de Jongh vindt het prij zenswaardig in het polderbestuur van Genderen, dat het werkt omzijn polder in zijn geheel te behouden. Aan den anderen kant echter is er al dikwijls over gesproken om dat lage gedeelte te verbeteren en is er den "Voorzitter vaak op gewezen, dat het waterpeil veel te hoog was. Er gaat een gerucht onder de boe ren dat het groot waterschap veel te veel geld zal kosten. Spreker hoort hier nu het tegendeel getuigen. In de poldervergadering was men al gemeen van gedachte, dat met een gemaa 1de polder van Genderen veel goedkooper geholpen zou zijn, dan door oprichting van het groot wa terschap. Dat er verbetering moest komen, daarover was men het eens en dit werd ook door den Voorzitter erkend. Nu blijkt, dat men door de oprichting veel goedkooper geholpen wordt, moet meent spreker ieder in geland voor de oprichting zijn. Wij weten allen zegt hij, dat de boeren conservatief en vasthoudend zijn, daarom had hij het mooier gevon den, als bij het rapport een begroo ting voor alle polders was gevoegd. Was deze er geweest, dan zouden vele boeren naar zijne meening an ders hebben gestemd als zij thans doen. Voor het lage gedeelte van den polder wordt naar de meening van spreker veel te weinig gedaan. Reeds 4 jaar geleden is er door polder Genderen een besluit geno men om in het lage deel den stand 20 cM. te verlagen, wat z. i. 40 cM. had moeten zijn, en tot heden is aan dat besluit geen uitvoering gegeven. De heer H. v. d. Heuvel is het hiermede eens, en was er in die ver gadering van ingelanden waar er 80 tegen en 3 voor de oprichting van het waterschap waren, medegedeeld, dat waarschijnlijk 80 a 90 pCt. sub sidie zou worden gegeven, inplaats van zooals is beweerd, dat het f 250.000 zou kosten, dan zou de stemming zoo niet zijn geweest. De heer G. v. d. Beek betoogt nog dat men den 'h(eer G. Branderhorst met zijn plan niet vertrouwt en het dezen alleen te doen is, verbetering van zijn landerijen te verkrijgen ten koste van een ander. De Voorzitter verzoekt de discus- sie's niet in dezen geest te voeren. De heer E. v. d. Beek zegt dat het verdronken land in polder Gen deren een waarde heeft van 1700 tot 2000 gulden, terwijl het in Eethen slechts 1000 gulden geldt, wel een bewijs dat de toestand tp polder Genderen niet zoo slecht is. Hierop wordt tot stemming over gegaan met uitslag, dat het grootste gedeelte van dezen polder zich te gen oprichting verklaarde. 1 Polder Hakkeveld. De heer J. v. d- Heuvel voorzitter van dezen polder verklaart, dat hjij het zeer op prijs 5|ou stellen als het groot waterschap tot stand kwam, omdat behalve de groote verbetering die er voor dezen polder mede door verkregen zou worden ook een eind zou komen aan het geschil met pol der Genderen, over waterlossing, waarvoor 60 gulden is geboden, doch waarvoor 100 gulden werd gevraagd en waarmede men thans op f 75 is teruggekomen, doch op dit bedrag zijn de onderhandelingen vast geloo- pen. De heer C. v. Helden verklaart eveneens dat de toestand van pol der Hakkeveld slecht is. Hierop ver klaarden zich alle ingelanden Voor oprichting. i Polder Beemden. De Voorzitter van dezen polder verklaarde dat de toestand van de zen polder over het algemeen goed is. Bij dezen polder verklaarde zich de meerderheid tegen oprichting. Hierop sloot de Voorzitter met een woord van dank de vergadering. Ia verslag polder Aalburg is foutief op genomen dat deze loost op de Alm, dit moet zjjn »Het Noorder afwateringskanaal De Verslaggever. Aardbeving Een hevige aardbeving, gepaard gaande met krachtige schokken, is in Armenië waargenomen. De nomadische bevolking vlucht in paniek. Er zyn geen slacht offers. o— Drcerig Uit Bordeaux wordt gemeld, dat een auto van een geneesheer by een spoorweg overgang tegen een juist passeerenden sneltrein is gereden. De dokter wist zich op het laatste oogenblik nog te bergen, doch een vrouw, die ooggetuige van het geval was, bleef van sehrik dood. o— Deer het brutale heen Te Berlijn heeft zich een allerbrutaalst stukje van berooving voorgedaan. Een groote Berlijnsche firma had twee loopers naar haar bank gezonden om loon- jgelden te halen. Toen de beide mannen het bankgebouw verlieten, traden twee personen op hen toe, die zich met (valsche) papieren legitimeerden als rechercheurs, n een eveneens valsch bevel tot arre toonden en dë beide loopers dwonger, hen naar het hoofdbureau van politie gaan. Daar werden de boide mannen in een leege kamer gebracht op de eerstel verdieping, waar de twee rechercheurs,) hun de gelden afnamen (veie duizenden Marken) en vervolgens in een zjjkaraer verdwenen na bevel te hebben gegeven te, wachten. De arrestanten wachten rustig eenige uren, maar toen niemand verscheen,» maakten zy alarm en kwamen tot de ont-| dekking, dat zij in het hoofdbureau van politie slachtoffer waren geworden van brutale dieven. De recherche staat voor een raadsel. De daders moeten uitstekend op de hoogte f zijn geweest van de toestandfn en 't wendige van het bureau, omdat eenige leegstaande vertrek in fiet gebouw hebben uitgezocht. Tot dusver is elk onderzoek r spoor van deze twee kapiteins van F. vruchteloos gebleven. o— Ontzettend drama te Brussel De Markiesstraat te Bruseel is Vr morgen het tooneel van een afschu drama geweest. Zekere Palmyre van de Kerkhove, wed. zonder kinderen wonende aldaar in Dupontstraat heeft met een revolverschot den 25 jarigen Ferdinand V. gedood. Reeds eenige maanden verkeerde Ferdi nand V. met de weduwe. Vrijdagmorgen even voor 8 uur had de moeder van V. het huis verlaten om naar de markt te gaan. Haar man had zich tegelijkertijd met haar verwijderd. Toen ze een uur later terug kwam wachtte haar een vreese- Ijjk schouwspel. In de gelijkvloers gelegen keuken vond zy haar zoon dood op den vloer. Hjj was achter het oor, door een revolverkogel getroffen. De trappen die naar de vf dieping leiden waren met bloed besmeerd. Op de hart verscheurende kreten van de moeder kwa men de buren toegesneld. Zij volgden de bloedsporen en vonden op den zolder het lyk van Palmyre van de Kerkhove, die zich daar verhangen had, De politie werd yling3 gewaarschuwd, en was spoedig ter plaatse. Uit het onderzoek is gebleken dat de misdaad onder de navolgende omstandig heden is gebeurd. Na het vertrek van het echtpaar V., is Palmyre van de Kerkhove die waarschijn lijk op de loer. iiheft gestaan, het huis binnengetreden. De zoon was op dat oogen blik bezig met zich te scheren. Of er toen ruzie is ontstaan weet men niet. Maar 't lijdt geen twjjfel dat de weduwe op haar! minnaar is toegeslopen terwijl hjj nog steeds aan zijn toilet bezig was, en dat zij hem een kogel achter het oor heeft geschoten. De dood moet onmiddelijk ingetreden zijn. De schuldige heeft toen geprobeerd zelf moord te plegen, door zich eerst drie kogels in het lichaam en 't hoofd te schieten/ maar de dood kwam niet gauw genoeg waarna zy zich naar de zolder sleepte en zich daar ophing. De droefheid der ouders is verschrikke lijk. —o— Uitspraken van de Arr.-Rechtbank te 's Her togen bosch. L. M. v. d. Z., Oudheusden, overtr. Vleeschkeuringswet, appèl Kgt. Heusden. Vonnis vernietigd. Vrjj. J. v. L., Alrokerk, overtr., Vleeschkeuringswet, appèl Kgt. Heusden. Hooger beroep niet-ontvankeljjk verklaard. A. L., Kaatsheuvel, mot. rijw. wet, vonn. Kant. "Waalwyk bevest.H. de H., Wijk, id., vrjj. Uitspraken van den Politierechter. A. D., Kaatsheuvel, wederspanningheid, f 20 sub. 20 dg. h.B. W. B., Almkerk, weig. van visitatie f 25 subs. 25 d. K Ch. v. d. S., Aalburg, verduist., vrij. Kinderrechter J, J. N. Kaatsheuvel, diefstal 8 gev. met aftr.0. v. D. Sprang-C mish., teruggave aan ouders zonder Vonnis uitgesproken door den K rechter by de Arr.-Rechtbank te Ti' 24 Sept 1925. M. v. D. te Poederojjen, mishar f5 of 1 wk. tuchtsch. Vonnissen uitgesproken door Rechtbank te Tiel den 24 Septeml A. J. Z. te Ammerzoden, ontucht. plegen, 1 j. gev. m. a. p.; J. h. Nieuwaal, aanr. v. d. eerbaarheid, 5 mi. gev. ff!

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1925 | | pagina 6