Tweede Blad is.Mi mmmu voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. Ingezonden Burgerlijke Stand. BEHOORENDE BIJ HET Wees liever verstandig dan spijtig waarom niet heden een flacon Fostei's Maagpillen gekocht? Dit geneesmiddel wekt de lever op, regelt de vloeiing der gal, draagt zorg voor goede spijsvertering en houdt de ingewanden werkzaam Dit beduidt reiner bloed, betere zenuwen en een helderder hoofd. Prys per flacon van vijftig versuikerde pillen f 0.65; in apotheken en drogistzaken. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie) Een en ander over het nut van eene goede ontwatering. Wanneer we de toestanden op landbouwgebied, zooals die op 't oogenblik in Noord-Brabant zijn, eens vergelijken met die van voor een 25 jaren, dan bespeurt men in bijna alle opzichten eene groote ver andering en een belangrijken voor uitgang tevens. In de eerste plaats beeft zich ont zettend uitgebreid bet lager land bouwonderwijs. De tijd ligt nog niet ver achter ons, dat er hoogstens 'n tiental landbouwcursusen in deze provincie gegeven werden en thans is dit aantal jaarlijks meer (dan 150. Dank zij o.a. de ijver en toewijding van de heeren landbouwonderwij- zers, is er in de laatste jaren door middel van al deze cursussen eene zeer groote hoeveelheid theoretische kennis van hun bedrijf den land bouwers bijgebracht. En deze meer dere ontwikkeling beeft er op een krachtige wijze toe meegewerkt, dat de praktijk thans over het algemeen op een geheel andere en betere wij ze beoefend wordt dan in vroegere jaren. Ondanks dit feit dat we ongetwij feld met vreugde kunnen constatee- ren, moet tevens ook gezegd worden, dat er nog veel te doen over is. Een punt, waaraan men m.i. in de toe komst nog meer aandacht moet schenken, is o.a. eene betere afwate ring van de landerijen. Laten wij in 'tkort eens nagaan welke nadeden er aan verbonden zijn als ier aan een jgoede ontwatering niet de noodige zorgen zijn besteed. We kunnen over deze aangelegen heid dan liet volgende opmerken: a. Overmaat van water verhin dert eene goede bodemventilatie, d. w. z. wanneer de waterafvoer niet goed geregeld is, dan bestaat de kans dat de grond gedurende een zeker gedeelte van den groeitijd te veel water bevat en dat in verband hier mee, te weinig lucht in kan komen en dus ook geen voldoende luchtver- versching er in plaats heeft. Ge volgen hiervan zijn: 1. Gebrekkige ademhaling der planten. Deze moeten met hun wor- tels evengoed ademhalen als met de bovenaardsche deelen. Als ze, door dat er te veel water in den grond zit, niet in de gelegenheid zijn met haar wortels lucht in zich op te nemen, dan zal dit een onvoldoende ontwikkeling tengevolge hebben en de planten, die wij telen, zullen den strijd tegen verschillende onkruiden die in dit opzicht minder hooge ei- schen stellen, niet gemakkelijk kun nen volhouden en dus een minder grooten oogst geven. 2. Onvoldoende voeding. De hoo ge waterstand zal een ondiepe be- worteling voor de cultuurgewassen tengevolge hebben. Deze moeten zich dus vergenoegen met het voedsel, dat in de bovenste lagen van den bouwvoor aanwezig is en lager ge legen voedende stoffen ongebruikt la ten. De gewassen kunnen ook hier door verschillende schadelijke in vloeden minder goed weerstaan;het opvriezen, het uitwin teren, ja zelfs het verdrogen (doordat de wortels kort zijn gebleven) kan er het ge volg van wezen. Dit laatste, het ver drogen, zal natuurlijk alleen dan licht gebeuren ;als er na een natte pe riode een vrij langdurige droogte in treedt. 3. Geringe oï verkeerde scheikun dige werking in den bouwvoor. Ver schillende bestanddeelen van den grond moeten in den regel nog ge durende den groeitijd der gewassen een zekere verandering ondergaan voor ze door de planten opgenomen kunnen worden. Om deze verande ring teweeg te brengen is er lucht noodig. Ook zitten er kleine levende wezentjes in den grond, d.w.z. bac teriën die bij de verandering der be standdeelen v. d. grond behulpzaam zijn en die voor hun leven ook luchl noodig hebben. Is er dus, tengevolge van eien te groote vochtigheid van den grond te weinig lucht in aan wezig, dan zal een verzuring van den bodem en het ontstaan van voor de planten giftige stoffen daarvan het gevolg wezen. Omdat bovendien de omzettingen onvoldoende plaatsvin den, zal de voedselvoorraad in den grond onder dergelijke omstandig heden ook licht te klein, dus de voeding en derhalve ook de ontwik keling gebrekkig wezen. Onkruiden zijn tegen dergelijke ongunstige om standigheden dikwijls beter bestand dan onze cultuurgewassen en zul len ze dus ook om deze reden bij overmaat van water in den grond eerder overwoekeren. b. Overmaat van water veroor zaakt een lage bodemtemperatuur. Dit komt o.a. omdat water minder gemakkelijk te verwarmen is dan de grond zelf en de gevolgen ervan zijn: 1. Verminderde scheikundige wer king in de bouwvoor, omdat het le ven der bacteriën, waarvan boven gesproken werd, ook van de tempe ratuur van den bodem afhankelijk is, m.a.w. de bacteriën, die aan de omzetting van de bodembestanddee- len moeten meewerken, kunnen dit door lage temperatuur minder goed doen en een onvoldoende voeding der cultuurgewassen staat hiermee in verband. 2. Verkorting van den groeitijd. Door de langzame verwarming is de grond eerst laat geschikt om het zaaizaad te ontvangen, terwijl het tijdstip waarop de planten rijp moe ten worden dikwijls niet later zijn kan. Dit laatste staat n.l. in verband met de daling van de luchttempera tuur. In verband hiermee is duidelijk dat bij eenigszins langdurige over maat van water in den grond, de groeitijd korter moet worden. c. Overmaat van water maakt den bodem week, soms zelfs drassig, zoo dat de menschen of werkpaarden er niet of moeilijk op kunnen ver- keeren. Gevolgen hiervan zijn: 1. Ophooping van werkzaamheden zoodat veel werk in een te korten tijd moet gebeuren. 2. Onder dergelijke omstandighe den wordt liet werk ook slecht ge daan en omdat er dan in een korten tijd ook veel vraag naar arbeids krachten is wordt het werk ook duur. d. Overmaat van water heeft ver vuiling van het land tengevolge. Verschillende keeren heb ik er al op gewezen, dat de cultuurgewassen op den natten grond in den strijd om 't bestaan voor de onkruiden moeten onderdoen. Daar komt nog bij, dat de landbouwer door ophoo ping van werkzaamheden dikwijls te weinig tijd voor onkruidenvernie tiging vinden kan. Uit het bovenstaande blijkt dus, dat een te groote vochtigheid van den bodem om verschillende redenen een vermindering van den oogst ten gevolge heeft. Dit alles geldt zoowel voor het grasland als ook voor het bouwland. Wanneer men nu op een gegeven oogenblik voor eene betere regeling van den waterafvoer begint te zor gen, dan komt men op het bouw land de nadeelige gevolgen misschien dikwijls vrij gemakkelijk te boven, door den grond flink te bewerken en wellicht ook van een kalkbemes- ting gebruik te maken. Soms zal het echter ook minder gemakkelijk gaan, of wel wat langer duren. Op het grasland zijn de nadeelige gevolgen als regel van dien aard, dat zij nog vele jaren kunnen na werken en er is heel wat noodig voor men zulk land weer in goeden staat heeft. Door overmaat van water en alles wat daarvan het gevolg is, verdwij nen de goede gras- en klaverplanten betrekkelijk gemakkelijk en maken plaats voor velerlei onkruiden, bie zen en vooral mos. Wanneer men zulk land, nadat de waterafvoer be ter geregeld is, weer in een goeden toestand hebben wil, dan dloet men soms zelfs 't verstandigst als men het omploegt, flink bemest, o.a. ook met kalk, en opnieuw bezaait met gras en klaverzaden. Uit al het bovenstaande zien we dus van hoeveel belang het is voor eene goede regeling van den water afvoer te zorgen en we kunnen er nog aan toevoegen, dat veel geld, ,twelk uitgegeven wordt voor mest, goed zaaizaad en arbeidskosten, ver loren zal zijn als men niet in de allereerste plaats zorgt de regeling van den waterstand in zijn macht te hebben. Het bovenstaande artikel schreef ik reeds in het jaar 1917 in de alma nak van de N. Br. Mij. v. L. en wan neer men op 't oogenblik de toe standen op 't gebied van de ontwate ring en de uitzichten met betrekking tot het nut van een goede ontwate ring in eigen ambtsgebied nagaat, dan krijgt men den indruk, "dat zoo wel de eerste als ook de laatste nog zeer veel te wenschen over laten, lezen wordt, wonen ongetwijfeld ve- lezen wordt, waren ongetwijfeld ve len die nog niet goed overtuigd zijn van het nut dat in een goede afwa tering gelegen is. Ik wil hopen, dat het bovenstaande hen tot betere in zichten heeft gebracht en dat ze daardoor meer dan tot dusverre overtuigd zijn geworden van het groote nut, dat een Waterschap, dat o.a. de zorgen voor eene goede ont watering op zich neemt, voor den practischen landbouwer zijn kan. De Rijkslandbouwconsulent, H. E. HUIZENGA. Breda, 6/10 1925. Emigratie naar Canada. Voor degenen welke er overden ken het volgend jaar naar Canada te emigreeren, is thanst die tijd aan gebroken om voorbereidingen tema ken, teneinde in de maand April '26 daarheen te kunnen vertrekken. Voor emigratie naar dit land ko men 'alleen zij in aa.'nmerking, die op de hoogte zijn van landbouw- werkzaamheden, in het bijzonder die goed kunnen melken en met paar den en landbouwmachines kunnen omgaan. Zij moeten een goede ge zondheid genieten en bereid en in staat zijn hard te werken en vaak lange dagen te maken. De Emigratie Centrale Holland te 's Gravenhage, een instelling, welke onder toezicht staat van de Neder- landsche Regeering, helpt bij alle voorbereidende maatregelen, regelt de passage tot de plaats van bestem ming en zorgt voor de plaatsing op een boerderij door eigen inspec teurs. Zij werkt samen met de Ned. Vereeniging „Landverhuizing" die de geschiktheid van hen, die wenschen te emigreeren overweegt. Alleen' zij, die door de Nederlandsche Veree niging „Landverhuizing" voor emi gratie geschikt zijn bevonden, ko men voor plaatsing door de Emigra tie Centrale Holland in aanmerking. Voor de reis met inbegrip van I 25 landingsgeld, dat het eigendom van den emigrant blijft, benevens voeding gedurende de 'spoorreis in Canada en diverse kleine kosten on derweg, is per volwassen persoon c.a. f 450 noodig. Bij gehuwden is hel noodig, dat de man eerst eenigen tijd, in den regel een jaar, alleen vooruit gaat, teneinde met de werk wijze en toestanden op de hoogte te komen. Is men ingeburgerd en heeft men een goede plaats gekregen, of begint men een eigen bedrijf, dan is het tijd vrouw en kinderen over te laten komen. Het aanvangsloon bedraagt 20 tot I 30 per maand, boven kost en inwoning. Vóór alles is het noodig, dat men zooveel mogelijk op de hoogte is van de Engelsche taal. Bij aankomst in het nieuwe land staat men dan niet zoo hulpeloos en de loonen zijn dan tevens hooger, daar men ook voor den patroon meer waard is. Dit geldt in even sterke mate voor de vrou wen en ook voor de kinderen, welke den leeftijd bereikt hebben, waarop zij meeverdienen. Vergadering van den raad der ge meente WOUDRICHEM *>p' 7 Oct. 1925 des namiddagjs 7 uur. Voorzitter de heer Jac. v. d. Lely. Secretaris de heer Chr. v.Rijswijk. Tegenwoordig alle leden. De vergadering wordt door den voorzitter geopend met het uitspre ken van liet formulier-gebed, waar na de notulen der vorige vergadering door den secretaris worden gelezen en onveranderd goedgekeurd. Mededeeling wordt gedaan van de volgende ingekomen stukken: a. Goedkeuring van Ged. Staten dezer provincie tot wijziging der ge- gemeente begrooting voor het jaar 1925 en van liet besluit tot liet aan gaan van een rekening courant- overeenkomst met de bank voor Ne derlandsche gemeenten te 's Graven hage. b. Proces verbaal van kasopne- ming bij den gemeente ontvanger dd. 24 September jl". waaruit blijkt dat de inkomsten hebben bedragen f44239.82, de uitgaven f 39422.14; zoo dat in kas was een bedrag vagi f4817.67. Deze stukken worden voor ken nisgeving aangenomen. Ingevolge ingekomen verzoeken, krachtens art. 150, le lid der Pen sioenwet 1922 van Jac. v. d. Lely, H. P. Vos en J. Werther alhier worden hunne pensioen grondslagen vastgesteld op de bedragen van 30 Juni 1922. Voorlezing wordt gedaan van een ontwerp-contract met het Departe ment van Oorlog, betreffende het drogen van vischwant en vastleggen van visschersbooten op militairen landsgrond. Aangezien de daarin op genomen voorwaarden door de coop. Yisscherijvereen. „De Hoop" alhier worden overgenomen, stellen B. en W. voor het contract af te sluiten, waartoe met algem. stemmen won^t besloten. Op voorstel van B. en W. wordt m. a. s. besloten adhaesie te betuigen aan een door den raad der gem. Zoeterwoude aan de Tweede Kamer der St. Gen. gericht adres betref fende afschaffing van den zomerlijd. Op een ingekomen verzoek van den veldwachter J. Werther om met ingang van 1926 een vergoeding voor het gebruik van zijn rijwiel te mogen ontvangen wordt op voorstel van B. en W. besloten aan adressant jaar lijks een bedrag van f 25 toe te ken nen. De Voorzitter deelt mede, dat nog 500 gulden zal moeten worden geleend voor het maken' van ie»en zandophooging in de Merwede bij Werkendam. Aangezien de gemeente tevens nog eenige leeningen loopende heeft tegen een rente van.* 6 p Ct hebben B. en W. op verschillende plaatsen geïnformeerd, met het re sultaat, dat een aaanbieding is in gekomen van de Maatsch. voor Ge- meente-Crediet te Amsterdam, die genegen is de leeningen aan te gaan tegen 5 pCt. rente, met een provisie vart 1 pCt. B. en W. zijn van oordeel dat het in het belang der gemeente is tot conversie over te gaan en stel len voor de leeningen ad. f 8000.—, f 2500.— en f 7000.te converteeren en een nieuwe leening aan te gaan ten bedrage van f 18000. Met algem. stemmen wordt daartoe besloten. Ingekomen is een verzoek van het Burgerl. Armhest. om over 1925 een extra subsidie te mogen ontvangen wegens meerdere uitgaven over dat jaar In verband met een overge legde specificatie van uitgaven stel len B. en W voor het tekort ad. f 200 alsnog door een buitengewone subsidie te dekken. Weth. Holster merkt op, dat van de f 1000 subsidie verschillende vaste posten moeten worden betaald, o.a. verpleging van kinderen in de Wees- inrichting te Neerbosch enz. zoo dat voor •eigenlijke bedeeling sleclils weinig overschiet. Het lid Schaap is van oordeel dat het voor het Burgerl. Armbest. wel moelijk is een grens voor ondersteu ning te trekken, doch meent dat men rekening dient te houden: dat met de eenmaal toegekende subsidie van f 1000 moet worden rondgesprongen. Het lid v. Straten deelt mede, dat wegens de hooge belasting op alle uitgaven der gemeente moet worden bezuinigd. De Voorzitter zegt, dat B. en W. de overtuiging hebben gekregen dat door het Burgerl. Armbest. zoo zui nig mogelijk is gehandeld. Het lid v. d. Wiel is van meening dat wanneer door B. en W. de re kening is nagegaan elri gebleken is dat slechts uitgaven zijn gedaan, die beslist noodzakelijk waren, men hier voor een voldongen feit staat en dat de extra-subsidie moet worden toe gekend. Als is de belasting hoog kan men echter geen noodzakelijke din gen uitstellen. Het lid Schaap wil bet bedrag toestaan, doch zou bij de behan deling van de begrooting hierop na der willen terugkomen. Het voorstel van B. en W. wordt daarna m. a. s. aangenoimen. Tevens wordt goedk. verleend aan de ingekomen rekening van het Bur gerlijk Armbestuur over 1924. Daarna komt aan de orde devoor- loopige vaststelling der gemeente-re- kening over 1924. Voorlezing wordt gedaan van het rapport van de com missie, belast met het onderzoek dier rekening, waaruit blijkt dat alles in orde is bevonden. De rekening wordt voorloopig vastgesteld, wat den ge wonen dienst betreft ontvangst op een bedrag van f 53694.28, in uitgaaf f 58313.475, alzoo met een nadeelig slot van f 4619.195, en in den kapi- taaldienst in ontvangst op een bedrag van f605.19, in uitgaaf f591.87, alzoo met een batig slot van f 13.32. Tevens wordt voorloopig vastge steld de rekening ivan het G.E.B. over 1924, welke een nadeelig slot oplevert van f 2838.92. Op voorstel van B. en W. wordt daarna besloten over te gaan tot onderhandsche aanbesteding van het niaken van en zandophooging in de Merwede bij Werkendam aan de fa. Joh. Kraaijeveld te Sliedrecht voor de som van f 3000. Het lid Schaap vraagt of volgens deskundiger!' het zand niet zal weg spoelen, waarop de Voorz. te kennen geeft, dat de visschers van meening zijn dat dit niet het geval is. Het lid Viveen deelt nog mede, dat hij niet pessimistisch is op dit gebied en van meening is, dat het zand bij gewonen waterstand niet wegspoelt. Aangeboden wordt daar na de begrooting der gemeente voor het dienstjaar 1926 en die van het G.E.B.eveneens voor dat jaar. De Voorzitter stélt voor deze door een Commissie te doen onderzoeken en zou daarvoor willen aanwijzen de leden Spoor, Schaap en v. d. Wiel, waarmede de raad accoord gaat. Door den Voorzitter wordt mee gedeeld, dat door B. en W. is aan besteed het plaatsen (van, een h«ei- ning langs liet terrein der mestvaalt, waarbij het hoogst werd ingeschre ven voor f 480, en het laagst voor f376, terwijl de begrooting slechts f 225 bedraagt. In verband hiermede stellen B. en W. voor niet over te gaan tot het plaatsen der heining, hetgeen toch niet afdoende zou zijn, doch het vuil te laten wegrijden naar de Vaartsche steeg, hetwelk volgens hedenmiddag ingekomen prijsaan- biedingen een bedrag van/ f 99 zou kosten. Wethouder Holster licht een en ander toe en zegt dat voor de kosten der muur het vuil een jaar of vier geregeld kan worden wegge- redn, waardoor de toestand op de verzamelplaats beter zal worden. Nadat nog door het lid Schaap wordt gewezen op het plaatsen van een heg en door het lid Viveen de vraag wordt gesteld of niet een an dere plaats voor het straatvuil zou zijn te vinden, wordt overeenkomstig het voorstel van B. en W. besloten. Goedgevonden wordt dat door M. Kentie een kar in den toren kan worden geplaatst tegen een jaarl. vergoeding van f 10, en door de Wed. D. Ottevanger een ladder tegen eene vergoeding van f 1. Gewijzigd wordt de begr. voor het dienstjaar 1925 overeenkomstig het door B. en W. ingediende ontwerp besluit. Bij de rondvraag brengt Weth. v. Wend el de Joode verslag uit be treffende de door hem met de ge meente-secretaris op 10 Augustus jl. bijgewoonde vergadering te Dussen van de electriciteits commissie in het land van Heusden fetn Altena, wel- Jke vergadering was belegd met de bedoeling de tusschen de door de versch. gemeenten met de Rijksver- zekeringhank gesloten leeningen te trachten te converteeren. Gebleken is evenwel, dat hiertoe geen moge lijkheid bestaat en dat iedere ge meente in het vervolg voor zichzelf zal moeten opkomen. Daarna wordt de openbare verga dering gesloten en gaat de raad over in geheime zitting. HEUSDEN. Geboren: Antoniu3 Barnardus Maria 7. v. Johari de Mol en Maria Theodora Mulder. Ondertrouwd: Gerardus Marinus Baayens 27 j. en Anna Wilhelmina Maria Erna Beotlager. Getrouwd: Cornelia Blanker, we duwnaar van Theodora Vermeulen 46 j. en Barbara Kramer 45 j. Overleden: Franciscus Andreas van Helvort 88 j., weduwenaar van Christina van Peil. ALMKERK, over Sept, Geboren: Jacob z. v. J. Heijstek en G. v. BreugelHelena Maria d. v. C. Biesheuvel en A. Hak; Maarten z. v. C. P. v. Noor loos en A. v. Helden Wille- mina d. v. P. v. Burg ei en C. Braun Hendrik z. v. P. v. Burgel en C. Braun Aart z. v. M. v. Vuuren en J. Spiering; Cornelis z. v. W. Duijzer en M. Schoen makers Jenneke d. v. P. J. Fasen en J. SchildersJacoba d. v. J. J. Kant en A. de GraaffBastiaan z, v. P. v. Vugt en H. de RuiterPietje d. v. L v. Wyk en P. Sterkenburg Antony z. v. C. de Later en H. M. Visser, Getrouwd: D. v. Herwynen 24 j. met A. v, d. Wiel 22 j. Overleden: H. Romyn 13 m.G. v. Andel 61 j.J. Schermers 32 j.D. de Graaf 58 j.C. Straver 82 j. WOUDRICHEM. Geboren: Cornelis, z. van A. Vink en H. van Wyk. Nieuwsblad

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1925 | | pagina 5