Eerste Blad
S. D. LANKBUYZEN Go's BANK
Uitgave: Firma L. J* TEEKMAN, Heugden.
Jfo* 4547. Vrijdag 23 October 1925.
FEUILLETON.
„Het Kasteel van Kerlor".
Kinderen
Kloosterbaljsem
iiiiiteiilaiidscli Overzicht
land van altenA
Int- Telefoon no. 19. Postrekening no. 61535.
T. BOONSTRA.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt 1.40. Afzonderlijke
oammers 6 cent.
Advertentiën van 4 6 regels 90 cent. Elke regel
meer 45 cent. Groote lett^a naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 4 uur cn
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
Gemeentelijk toezicht op
tooneelvertooningen.
Nu we ook in onze omgeving Burge
meesters hebben, die met betrekking tot
het weigeren van vergunning tot het
geven van tooneelvertooningen, ons ins-
ziens niet steeds den juisten weg be
wandelen, en de tijd van het jaar voor
het opvoeren van tooneelstukken weer
is aangebroken, willen we over het aan
het hoofd van dit artikel geplaatste
onderwerp eens 't een en ander zeggen.
Art. 188 der Gemeentewet luidt aldus
„De politie over de schouwburgen,
herbergen, tapperijen en alle voor het
publiek openstaande gebouwen en samen
komsten, openbare vermakelijkheden en
openlijke huizen van ontucht, behoort
aan den Burgemeester.
Hij waakt tegen het doen van met
de openbare orde of zedelijkheid strijdige
vertooningen".
Er zijn weinig voorschriften in de Ge
meentewet, die in den loop der jaren
zooveel stof hebben doen opwaaien als
dat van het tweede lid van genoemd
artikel. En geen wonder, want het is
verre van duidelijk hoever 's Burge
meesters bevoegdheid ten deze gaat.
Telken male wanneer de een of andere
Burgervader de opvoering van een too-
neelstuk heeft verboden steekt er in vele
couranten een storm van verontwaar
diging op, die pas na heel wat geschrijf
en gewrijf tot bedaren is te brengen.
Wij denken hierbij aan de gemeenten
Apeldoorn, Dellt en Leiden, wier Bur
gemeesters opvoering van Heyerman's
„Aller zielen" verboden, omdat zij er in
meenden te zien aanstootelij kheden voor
de Katholieken.
Genoemd voorschrift is eenige jaren
geleden aanleiding geweest tot een twist
geschrijf tusschen den bekenden Leid-
schen Hoogleeraar Professor H. Krabbe
en Mr. D. Fock te Rotterdam, hetwelk
alleszins verdient om er kennis van te
nemen. Professor Krabbe verdedigt de
meening dat de Burgemeester niet be
voegd is om zelfstandig, alléén uit kracht
van het aangehaalde artikel der Ge
meentewet, de opvoering van een tooneel-
stuk te verbieden, terwijl Mr. Fock meent
dat de Burgemeester daartoe wel be
voegd is.
De praktijk schaart zich aan de zijde
van Mr. Fock en wij voor ons meenen
173
Opeens kwam er een gestalte naar
voren, het was de officier, die nu zijn
mantel had afgelegd. Hij stond met den
rug naar het raam, zoodat de Kerlor
hem niet herkende.
Op hetzelfde oogenblik echter keek hij
ook niet meer naar den officier.
Er kwam opeens een vrouwelijke ge
stalte te voorschijn zij sprak geen enkel
woord tot den officier, en viel daarna op
de knieën, terwijl zij smeekend de han
den uitstak*
Georges de Kerlor geraakte in groote
ontroering, want hij herkende in het
licht van de lamp zijne vrouw.
Er was geen twijfel meer aan. Zij had
haar sluier teruggeslagen, hij kon duide
lijk haar gelaat zien, waarop een smee-
kende uitdrukkiug lag, terwijl zij blijk
baar snel eenige woorden sprak tot den
officier.
De officier stak zijn beide handen naar
haar uit en hief Hélène op. Hij hield
daarna haar hand vast, en trok haar
met zich mee naar een anderen hoek
der kamer, waar de Kerlor hem niet
zien kon.
Eén oogenblik stond deze op het punt
om het venster te verbrijzelen en naar
binnen te springen*
Maar hij bedacht zich, ofschoon hij
zijn vuist reeds had uitgestoken. Wat mag
dat dit het juiste standpunt is. Uit
juridisch oogpunt beschouwd, is zoowel
voor de meening van Prof. Krabbe als
voor die van Mr. Fock heel wat materiaal
bij te brengen.
Zij die met Professor Krabbe in één
schuitje varen, brengen steeds naar voren
dat gebods- pf verbodsbepalingen, waar
door de vrijhêid wordt belemmerd, steeds
afkomstig moeten zijn van organen met
volksvertegenwoordiging.
En voorts heet het bij hen dat de
uitgebreide bevoegdheid, welke men uit
de bepaling van art. 188 wil halen, slechts
afgeleid wordt uit het woord'„waken",
dat echter volstrekt niet die uitgebreide
beteekenis heeft, dewijl uit dat woord
geenszins volgt, dat de Burgemeester alle
mogelijke middelen mag bezigen, doch
dat hij zich bij het verbieden van ver
tooningen alleen mag beroepen op de
wet (opruiing, openbare schennis der
eerbaarheid) of op eene plaatselijke ver
ordening.
Tereent vraagt Prof. Oppenheim naar
aanleiding hiervan, hoe de Burgemeester
dan waken kan tegen het doen van on
zedelijke vertooningen of van zulke, die
met de openbare orde strijden, als hij
zo stilletjes moet laten doorgaan. Zijn
Hooggeleerde is dan ook van meening,
dat de praktijk die beteekenis aan het
voorschrift geeft, welke de wetgever er
in heeft willen leggen. Een en ander
neemt echter niet weg, aldus de Hoog
leeraar, dat de wetgever volkomen be
voegd is, om in bijzonderheden te regelen
welke vertooningen hij wil aangemerkt
hebben als onzedelijk of gevaarlijk voor
de openbare orde en dat de Raad tevens
geheel bevoegd is om aanvullend zekere
vertooningen bij strafverordening te ver
bieden.
Dat de Burgemeester niet bevoegd is,
de vrijheid der ingezetenen door gebods-
of verbodsbepalingen, tenzij uit kracht
van eene opdracht daartoe, van den
Rijks-, Provincialen- ot Gemeentewetgever
ontleend, geven wij Professor Krabbe
gaarne toe. Maar in casu hebben we
eene uitdrukkelijke opdracht van den
Rijkswetgever, n, 1. de gemeentewet
draagt den Burgemeester de zorg op,
dat er geen met de zedelijkheid of
openbare orde strijdige stukken worden
vertoond en de Burgemeester moet daar
voor waken. Deze opdracht geeft het
tweede lid van 188 geheel onbeperkt,
zonder den Burgemeester daarbij aan
voorwaarden of bepalingen te binden.
Het woord „waken" is in onze wets
taal een zeldzame vogel. Het doet
denken aan een huisvader, die overdre
ven zorg koestert voor zijn kinderen en
het hem baten Hij zou niets anders
kunnen doen dan een moord, of een
dubbelen moord begaan.
Voor hem zelf was dat niets.Wat
kon hem het leven ook verder schelen
Maar op dat oogenblik kwam opeens de
gedachte in hem op aan zijn moedor,
die hij in zoolang niet had gezien, hij
dacht aan zijn zuster, en hij moest
zich zelf beheerschen.
Zonder eigenlijk te weten wat hij deed,
ging hij heen, plassend door de modder
poelen, zonder dat hij zelf 't bemerkte.
Aan het einde der straat riep hij een
huurrijtuig aan.
Naar het Parc-aux-Princes 1 riep hij
met heesche stem.
Hij leunde achterover in het rijtuig.
Het was hem, alsof alles in hem giste
en kookte en toch voelde hij zich zwak,
alsof hij zou neervallen om nooit weer
op te stuan.
Indien hem, ook het allerergste was
voorspeld in zijn leven, dan zou hij nog
nooit daaraan hebben gedachtde dood
zijner moeder, zijner zuster, de dood van
Hélène zelf of van haar kind, kon hem
niet meer hebben, dan nu haar ontrouw
te zien worden aan haar liefde.
Want, dat zij hem bedroog, al de jaren
dat hij weg was had bedrogen, daaraan
twijfelde hij geen oogenblik.
Toen hij aan het huis in het Parc-
aux-Princes kwam, betaalde hij haastig
het rijtuig, trad het huis en daarna de
kamer zijner vrouw binnen. Daar wilde
hij Hélène opwachten, opheldering
vragen
Daar liep hij op en neer, met woede
hen geheel naar eigen inzicht leidt. In
ods publiek recht is geen plaats voor
eene dergelijke verhouding van het pu
bliekrechtelijke lichaam tot de burgerij.
Immers handelt een overheidspersoon
tegen de ingezetenen niet volgens eigen
inzicht, maar volgens wettelijk voor
schrift. Nu doet zich in casu het geval
voor, dat het voorschrift van art. 188
al. 2- der gemeentewet, waarnaar de
Burgemeester te handelen heeft, zoo
weinig richtsnoer geeft, dat den ambte
naar feitelijk geheel op eigen inzicht
moet afgaan.
(Wordt vervolgd)
Kehhen altijdjw&t
heelt alle wonden
Uit den Balkan komen ernstige be
richten, die als zij waarheid bevat
ten de ernstige verwikkelingen doen
vreezen. Uit Salonika wordt n.l. d.d.
20 October gemeld:
De staf van het. derde armee-corps
meldt, dat georganiseerde Bulgaar-,
sclie troepen een Griekschen grens
post hebben aangevallen. Een Griek-
sche officier werd gedood.
De Bulgaarsche aanvallen werden
den anderen dag hervat.
Maatregelen zijn thans van Griek-
sclie zijde genomen, om aan dezen
toestand een einde te maken.
De berichten omtrent een zeer
ernstige Grieksch-Bulgaarsche bot
sing in Macedonië hebben te Parijs
een diepen indruk gemaakt, schrijfl
men van daar aan de „Msb."
Men beschikt op het oogenblik
nog over onvoldoende gegevens om
den omvang van het conflict te kun
nen meten en moet uitsluitend af
gaan op de berichten uit Athene af
komstig. Volgens deze -berichten,
heeft een Bulgaarsche patrouille in
de nabijheid van Demir Hissar de
grens overschreden en is thans op
Grieksch grondgebied binnengedron
gen en heeft daar een Grieksche,
in het hart.
Opeens kwam de kleine Jean binnen.
O, papa is u er alweer, hoe geluk
kig,—
Het kind vloog op zijn vader toe.
Georges de Kerlor stak reeds zijn armen
uit om den knaap te omhelzen.
Maar opeens kwam een vreeselijke
gedachte in hem op.
Hij duwde den jongen van zich af.
Jean bleef midden in de kamer staan
en keek zijn vader verbluft aan.
Maar, papaatje zeide hij op vragenden
en bijna smeekenden toon.
Daarna waagde hij het zijn vader weer
te naderen.
Deze echter nam den knaap ruw bij
den arm, wierp hem op een sofa in den
hoek en zeide
Je bent mijn kind, niet I
Jean bleef liggen als versuft, terwijl
zijn vader de kamer op en neer liep,
naar het kind niet meer omkijkend.
Ineens hoorde men een gedruisch in
de kamer daarnaast.
Raamsdonksvee-
AGENTSCHAP VAN DE AMSTERDAMSpHÈ BANK A'DAM
TELEFOON No. 15. Kantooruren van 9-4. Zaterdags van 9—12.
Verstrekt Handelscredieten tegen nader overeen te komen voorwaarden.
Opent rekening-courant njet rentevergoeding.
Incasseert Binnen- en JjQitenlandsche Wissels.
Belast zich met den aan- en verkoop van Effecten en nazien van Uitlotingen.
Koopt en verkoopt vreemd Bankpapier.
Verzilvert Coupprdf en bezorgt alle Assurantiën.
Neemt gelden A Deposifo, rentevergoeding volgens overeenkomst.
Verhuurt Safe-Loketten. (Prijzen naar grootte der kastjes).
SPAARBANK, Spaarboekjes gratis bij eerste storting.
Nadere inlichtingen verstrekt gaarne de Directie
^gmiswacht gedood. Een Grieksche
kapitein, die, met de witte vlag ge
dekt, om uitlegging vroeg op Bul-
gaarsch gebied, werd eveneens dood
geschoten.
Hierop volgde een gevecht tus
schen de grensposten, hetwelk den
heelen dag voortduurde en waar
aan later ook dekkingstroepen deel
namen.
Het aantal dooden en gewonden
schijnt zeer groot te zijn.
Volgens de laatste berichten heb
ben de Buig. troepen de hoogten
rondom Demir Hissar bezet en zendt
Griekenland versterkingen.
Men hoopt te Parijs, dat, gezien
dé troebele toestanden op den Bal
kan, (d e berichten zeer overdreven
zijn, daar anders zeer ernstige ver
wikkelingen gevreesd zullen moeten
worden.
Van Fransche zijde wordt d.d. 20
Oct. uit Beiroet bericht, dat de ben
den Drusen, die de zuidelijke voor
stad van Damascus waren binnen
gedrongen, tezamen met de bevol
king barricaden in de Mohamme-
daansche wijken opwierpen en ee
nige magazijnen en huizen in brand
staken. De troepen bleven meester
van de openbare en militaire gebou
wen, die door de opstandelingen wer
den beschoten. De pantserauto's, wel
ker uitwerking aanzienlijk was, kal
meerden de opstandelingen. De Fran
sche verliezen zijn gering.
Volgens de laatste berichten heb
ben de voornaamste notabelen inde
wijken der opstandelingen zich bij
den gedelegeerden van den hoogen
XC.
In een aanval van woede.
Terwijl de kleine Jean angstig in den
hoek van de sofa zat gestoken en zijn
vader met de oogen volgde, verschrikt,
bevreesd voor zijn toornig gelaat, stond
Georges de Kerlor eensklaps stil.
Hij had ondanks al zijn ontroering
toch het gedruisch gehoord in de kamer
daarnaast. Een oogenblik bleef hij on
beweeglijk staan, daarna liep hij met
onhoorbare schreden over het dikke ta
pijt, luisterde een enkele seconde aan
de deur en wierp die toen open.
In de kamer naast die van de jonge
gravin de Kerlor was het donker. Toen
de deur echter geopend werd, viel er
zooveel licht naar binnen, dat hij er een
donkere gestalte zag, die haastig naar
het raam wilde vluchten.
Georges de Kerlor echter voorkwam
hem. In een oogwer.k had hij hem bij
den kraag gepakt en schudde hem heen
en weer.
Dief, ellendige dief I zeide hij met
heesche stem, eigenlijk blijde zijn woede
in woorden te kunnen uiten.
Genade, meneer, jammerde Eusèbe
Rouillard want hij was het op de
knieën vallend.
Wat moet je hier? vroeg de graaf de
Kerlor.
Ik ik ik kwam hier om te be
delen.Ik ben zoo arm, en ik heb zoo'n
honger.Een jaar lang heb ik in het
hospitaal gelegen met een gebroken been.
Heb genade.
Dacht je misschien, dat ik je gelooven
zou Je kwaamt hier om te stelen,
je bent een echte gauwdief, anders niet.
Neen, waarlijk niet, geloof mij, zeide
de Slak, maar eensklaps hield hij zich
verder stil, want hij bemerkte, dat de
greep van den heer de Kerlor losser werd,
hoe deze daarop als in diep gepeins zijn
hand naar het voorhoofd bracht.
In het schemerdonker van de kamer
zag hij daarna op het gelaat van Georges
de Kerlor een uitdrukking verschynen
commissaris ter onderwerping aan
gemeld, die hun de voorwaarden
hunner onderwerping mededeelde.
Nader wordt bericht uit Parijs,
dat de opstand in de voorsteden van
Damaskus is geëindigd. De notabelen
hebben de voorwaarde tot het beta
len ©ener hooge boete en het uitle
veren van enkele duizenden gewe
ren aanvaard. In het gebied der Dje-
bel Drusen heeft een Fransch deta
chement, dat in Zuid-Libanon bewa
kingsdiensten verricht, een bende
Drusen, die vee stalen, in de bergen
teruggedreven.
Berichten uit Peking behelzen, dal
een nieuwe burgeroorlog in China is
begonnen, waarbij groote strijd
krachten zijn in beweging gekomen.
Het schijnt bewezen te zijn, dat er
een plan bestaat om te Nanking of
te llankou ©en regeering in te stel
len, die in oppositie zal zijn tegen
de bestaande regeering te Peking. De
troepen uit Moekden verwijderen
zich in de richting Nanking. Voor-
loopig komen nog slechts berichten
omtrent kleine gevechten. Zeer uit
voerige berichten ontvangt de „Ti
mes" uit Peking. Tengevolge van diet
troepenvervoer is het spoorwegver
keer tusschen Sjanghai, Nanking en
de grens van Tsjikiang gedeeltelijk
stopgezet.
Klaarblijkelijk zal de militaire
gouverneur van Tsekiang een mili
taire betooging houden in de streek
ten Westen van het meer Taihoe en
Nanking bedreigen. Bij wijze van
voorzorg heeft de militaire gouver
neur van Kiantsoe zijn troepen uit
van zoo onmeedoogende hardheid, dat
zelfs de bandiet er van ontzette.
Wat ben jij voor een man? vroeg de
graaf.
Een arme scharenslijper, meneer, die
met hard werken, met eindelooze tochten
door de provincie nog geen hard brood
heeft kunnen verdienen.
En waar hoor je meestal thuis.
Overal, meneer, dan hier, dan daar.
Meestal in de provincie, waar ik met
mijn slijperskar de dorpen rondries.
Heb je een vrouw
Ja, maneer, een vrouw en een kind.
En waar blijven die, terwijl je rond
trekt? vervolgde de graaf, zijn onder
vraging, waarbij zijn gelaat steeds even
hardvochtig stond.
Die gaan met mij mee; zij reizen in
een woonwagen met een oud paard. Een
gemakkelijk leventje is het wel niet,
maar we zijn ook geen millionnairs, we
zijn al blij, als we wat te eten hebben.
Zoo 1Nu, daarvoor zal ik zorgen.
Ik heb je een voorstel te doen, man.
Zou je nog een kind als het jouwe willen
aannemen, een jongetje van een jaar of
vijf?
Maar, meneer.
Luister I Ik zal je er natuurlijk voor
betalen, ik zal je 20.000 francs geven,
onder voorwaarde, dat je het kind op-
I voedt geheel als je eigenmaak er een
werkman van, of wat je wilt 't kan
mij niet schelen. Je moet me echter vast
beloven om de provincie in te trekken
en, in de eerste jaren niet in Parijs terug
te keeren.
De Slak was opgestaan. Men kon zijn
\IE( ftSBLAB
voor kit Laid m Heusdei en AltenajeLanistraa! ti U Buitlerwnro
Zorg daarom altijd/nkker's Klooster
balsem in huis te/nebben om dadelijk
te kunnen helpenroijbuilen, schrammen,
ontvellingeiykneuzingen, brand-, snij-
en stootwoffden, spierpijn, wintervoetcaU
■nrtitkgmcii iimi w ii tiiv3caaiwumz.'haain!kvxft?3onecgmtccta*g3i
i