Eerste Blad
FEMITAr=
S. D. LANKHUYZEN Co's BANK
C. DE KEMP
Nieuwjaarsgroet
fllzoo lief heef! God
Wereld aehad!
de
Raamsdonksveer.
Uitgave: Firma L J. VEERMAN, Heusden*
Ne* 4564 Woemdag 23 December 1925,
H.H. Correspondenten en
Adverteerders.
FEUILLETON.
„Het Kasteel van Kerlor".
A. VERSCHUUR-B.4BRT
Biiiteiilandscli Overzicht.
^and van altena
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
V
agentschap van de amsterdamsche bank a'dam
T. BOONSTRA.
Engstraat HEUSDEN.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f i .25, en
franco per post beschikt f 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 1 6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
In het nummer van 1 JANUARI
wordt weder, evenals andere jaren,
de gelegenheid geboden voor het
plaatsen van een
aan Familie, Vrienden, Kennissen en
Cliëntèle.
Tijdige opgave wordt verzocht.
De Administratie.
Met het oog op Nieuwjaarsdag zal
ons nummer van Vrijdag 1 Januari
niet verschijnen en zal het nummer
van Woensdag 30 December niet
des morgens, doch des namiddags
verschijnen.
Heeren Adverteerders en Corres
pondenten gelieve hiermede rekening
te houden.
DE REDACTIE.
Dit is de gedachte die zich van ons
meester maakt telken jare wanneer
het Kerstfeest nadert, telkens wan
neer wij de eeuwige nieuwe Kerstge
schiedenis overdenken.
Telkens weer treft het ons hoe
geheel apart liet geheele Evangelie
verhaal staat temidden van de ge
schiedenis dier dagen. Met de be
roeringen van den tijd komt het niet
in aanraking; personen die wij uit
de geschiedenis der volken kennen,
komen er niet in voor of alleen aan
den verren buitenkant, en de rol die
zij ie.r in speelden is voor den ge
wonen geschiedschrijver niet het ver
melden waard. Volken, staten,over
heden, volksleiders staan er buiten,
zij hebben de wereld het heil niet ge
bracht.
Ook de geestelijke leiders hebben
de verlossing niet nader gebracht.
Toch was het een tijd vervuld van
groote bewegingen op geestelijk ge
bied. Het Westersche heidendom had
zijn groote periode achter den rug,
190
Meteen stopte hij hem het goud
stuk van llélène in de hand.
Denk er om, eiken dag levertraan
nemen hoor. Niet vergeten. Zul je
er werkelijk om denken.
Neen, neen antwoordde Claudinel
snikkend. Maar ga nu weg, ga gauw,
want ik geloof, dat ik tante hoor
aankomen.
De kinderen kusten elkaar. Fanfan
snelde daarop weg, telkens weer om
kijkend en Claudinet een groet toe
roepend of een kushand toewer
pend.
Maar toen hij bij een draai van
den weg kwam, die hem zou ver
hinderen zijn vriendje nog langer
te zien, keerde hij plotseling om,
liep terug naar Claudinet en sloeg
beide armen om hem heen.
In al die jaren hadden zij elkaar
geen dag verlaten en nu zouden zij
elkaar misschien nooit weerzien.
Fanf an ging zulk een onzekere toe
komst tegemoet en Claudinet was zoo
ziek en zou nu nog meer worden ge
plaagd.
Dag, oude jongen, zeide Fanf an
terwijl de tranen over zijn wangen
stroomden.
Dag Fanfan, dag beste vent, hou
maar in het Oosten was een groote
opbloei, daar hingen allerlei vragen
in !de lucht die zelfs in Rome de
geesten bezig hielden, vragen die de
zielen verontrustten, de groote vra
gen betreffende het geestelijk en het
eeuwig heil. Talloos vele waren de
antwoorden, ontelbaar waren de
stelsels die werden aanbevolen om
het geluk te verzekeren en de zielen
te redden. De dichters, de wijzen,
de mystieken hebben het uiterste ge
wrocht wat men van den mensch
verwachten kon, en wat zij schiepen
doet menigmaal denken aan een
bouwwerk grootsch van opvatting,
hecht van samenstelling, machtig van
denkkracht, ontroerend door het ver
langen naar innerlijken vrede. En
toch, de leene schepping na deandere
kwam op, bloeide voor een oogenblik,
en verzonk dan weer in de vergetel
heid. Telkens weer zag de teleur
gestelde wereld dat ook hier de ver
lossing niet te vinden was. In al de
ze ischeppingen van den geest trachtte
de mensch op te stijgen tot God,
maar God bleef voor het mensche-
lijk verstand de Onbereikbare.
En toch was God in die dagen
vlak bij. De wereld wist Hem uit
eigen kracht niet te bereiken, maar
Hij gaf Zich aan de wereld. Terwijl
de menschheid worstelde om de aar
de te ontstijgen en door te dringen
in kte sfeer van het eeuwige licht,
was God bezig gedachten te denken
tot behoudenis der wereld. En ter
wijl de wijzen zich aftobden in ver
geef sche pogingen om den vrede der
zielen te bewerken, lag in een ver
geten stadje in den stal van de her
berg: de Middelaar Gods en dermen-
schen: met Zijn geboorte was hel
werk der vernedering begonnen
waardoor Hij de wereld zou rijk ma
ken. Want alzoo. lief heeft God de
wereld gehad, dat Hij Zijn eenigge-
boren Zoon gegeven heeft opdat een
iegelijk die in Hem gelooft, niet ver
der ve, maar het eeuwige leven hebbc.
Niet uit de wereld k'wam het heil,
de wereld had er niet het geringste
aandeel aan. Dit is een groote troost,
ook voor latere tijden en voor andere
volken. Moest het uit de wereld of
uit den afzonderlijken mjensch ko
men ,dan was er geen hoop, nu zoo
zoo min als toen. Maar God is de
zelfde als toen, Zijn liefdie is niet
verminderd en Zijn Zoon blijft ge
geven tot verlossing. De gift van den
Zoon is voor de eeuwigheid, voor
alle tijden gelijk.
Daarom moeten wij ons niet laten
je goed.
Nog één kus, nog eenmaal sloe
gen zij de armen om elkaar heen,
alsof zij elkaar nooit zouden verla
ten, toen snelde Fanfan weg, loo-
pende zoo hard hij kon.
I Claudinet zag hem na, zoolang hij
vermocht.
Toen hij uit zijn oog was verdwe
nen, viel de achtergebleven knaap
neer op den drempel van de kerk,
en tusschen zijn tranen door klonk
.het:
Als ik maar niet zoo hoestte, dan
was ik hiet hem meegegaan.
KCVIII.
Hét verloren kind.
De Slak en Zéphyrine waren dien
dag beiden uit gejweest, maar niet
samen. De eerste was eens weer met
zijn slijperskar op het pad gegaan,
Zéphyrine had een tochtje gemaakt
naar het naburig dorp om te trach
ten ,daar met bedelen of waarzeg
gen uit de kaarten een paar francs
op te halen.
De vrouw was het eerst thuis.
Heel veel had zij zich niet verwor
ven, maar toch genoeg, om zich ster
ken drank te verschaffen, zoodat zij
in vrij kennelijken staat van dron
kenschap verkeerde.
Toen zij dan ook tegen den avond
thuis kwam, lette zij er niet op, dat
ontmoedigen door een blik om ons
heen. Zulk een rondblik is niet be
moedigend. Veel wat waarde heeft,
zien wij achteruit gaan of verzinken,
en sterke krachten zien wij bezig
om de wereld neer te trekken in
een poel van ellende en boosheid.
Wie het heil uit den menscli ver
wacht, moet meer en meer tot ver
twijfeling komen. Maar gelukkig, wij
behoeven niet te wanhopen, want
wij weten dat God de wereld lief
heeft, zóó lief dat Hij Zijn Zoon ge
geven heeft.
Dit is de boodschap die den
mensch en de wereld troosten en
verlossen kan, en het is de taak der
Christenheid die liefde aan de we
reld bekend te maken. Zij behoeft
de wereld niet te veroveren, niet te
onderwerpen, want Jezus is niet ge
komen om te heerschen, niet om een
nieuw rijk naast de oude te stich
ten, niet om nieuwe wetten te geven
naast de oude. Hij is gekomen om
de wereld te verlossen, om haar de
liefde des Vaders te openbaren. Hij
vraagt niets dat in den mensch is,
Hij geeft wat uit God is, in Hem
wordt ons geschonken wat in het
hart des Vaders is.
Daarom, hoe donker ook het uit
zicht moge wezen, de hoop mag ons
niet ontzinken. God is dezelfde van ne
gentien eeuwen geleden, Zijn liefde
is onveranderd. Hij heeft ons lief, Hij
heeft de wereld lief en Hij heeft
Zijn Zoon gegeven opdat wij zouden
behouden worden. Laat dit voor ons
de Kerstboodschap zijn, en moge Zijn
liefde in ons openhaar worden.
WOKJIPOEDEitS
werken absoluut zeker en voeren de
wormen, zooals spoel-, made-, maag-
en andere ingewandswormen, langs
den natuurlijken weg uit het lichaam
PRIJS 85 Ct. PER DOOS.
Verkrijgbaar bij
DROGISTERIJ HEUSDEN.
De moeilijke taak van het herstel
van Frankrijks fiïfÜfriciëelen toestand
is thans opgedragen aan Doumer, de
opvolger van Loucbeur, die het om-
Claudinet alleen bij den kermiswa
gen zat. Zij klom zoo goed; dat ging
het oude rijtuig binnen en legde
zich te slapen.
De Slak had ondertusschen de na-
bijzijnde dorpen afgereisd. Zijn dag
was slecht geweest en toen hij ein
delijk naar huis, d.w.z. naar zijn
wagen terugkeerde, was hij niet in
een heel goede stemming.
Intusschen bplette dit hem niet,
om overal bespiedend rond te zien.
of Cr niet weer een slag' viel te slaan.
In het naastbijzijnde dorp zag hij
een heer het huis van deny burge
meester binnengaan, welke heer hem
zeer bekend voorkwam.
Hij zette zijn kar even neer, ging
er op zitten en dacht na. Waarach
tig, hij was het, niemand anders.
Het was de heer die hem! in dien
nacht het kind had gegeven, Fanfan
en de 20.000 francs. Dat geld was
nu al op, en toch meende hij zuinig
te zijn geweest.
Doch jaren lang hadden Mulot en
Fadart met hem geteerd van den
schat en Zéphyrine vooral was een
dure kostganger geweest.
De Slak dacht nu na, welke par
tij hij zou kunnen trekken van de
plotselinge ontmoeting van den heer
uit Parijs. Hij giste natuurlijk niet
jin de verste verte, wat deze hier
kwam doen, maar misschien was er
nog wel iets van hem te halen voor
zijn pleegkind.
Ik moet hem in elk geval spre-
fken. dacht de Slak en schoof zijn
TELEFOON No. 15. Kantooruren van 9-4. Zaterdags van 9—12.
Verstrekt Handelscredieten tegen nader overeen te komen voorwaarden.
Opent rekening-courant met rentevergoeding.
Incasseert Binnen- en Buitenlandsche Wissels.
Belast zich met den aan- efi verkoop van Effecten en nazien van Uitlotingen.
Koopt en verkoopt vreemd Bankpapier.
Verzilvert Coupons en bezorgt alle Assurantiën.
Neemt gelden Deposito, rentevergoeding volgens overeenkomst.
Verhuurt Safe-Loketten. (Prijzen naar grootte der kastjes).
SPAARBANK, aar Spaarboekjes gratis bij eerste storting.
Nadere inlichtingen verstrekt gaarne de Directie
dat zijn voorstellen niet bevredi
gend werden gedekt, het niet kon
bolwerken.
Zal Doumer gelukkiger zijn dan
zijn voorganger en zal hij liet middel
weten te vinden voor de ziekte waar
aan ide Fransche financiën lijden?
Zeker is het dat de omstandighe
den voor hem gunstiger zijn, daar
hem plotseling de steun wordt aan
geboden van de Fransche industri-
eelen, met name van die uit Noord-
Frankrijk. Wat deze laatsten aan dc
hand doen komt neer op het volgen
de: Teneinde klaarheid te brengen
in den toestand der Fransche geld
middelen en voorts om den franc
weer op de been te helpen, hebben
de industr. van naam uit Noord-
Frankrijk aan den president der re
publiek, den premier en den minister
van financiën, Doumer, aangeboden
financieele hulp aan den staat te
bieden. Zij zijn bereid hun fabrieken
als pand voor een groote binnen-
of buitenlandsche leening van 10 mil
liard of meer francs ter beschikking
van de republiek te stellen. De lec-
ningsopbrengst zou dan moeten die
nen voor het financiered van een
autonome, door den staat gecontro
leerde, amortisatiekas. Het uitvloei
sel hiervan zou kunnen zijn, dat het
buitenland weer een beetje meer ver
trouwen begint te stellen in het Fran
sche betaalmiddel en geleidelijk weg
dc 'wisselkoers zou worden gesta
biliseerd. De N oord-Fransche indu
striëelen en andere personen uit het
Noorden ,die bij den handel zijn
betrokken zouden wenschen, dat alle
Fransche industrieelen zich verec-
nigden, teneinde het beoogde doel
kar onder een boom naast den tuin
muur van den burgemeester, daar
zou hij afwachten, totdat die Pa- j
rij sche heer weer te voorschijn
kwam.
Het wachten duurde vrij lang.
Meer dan een uur bleef Georges de
Kerlor bij den burgemeester, en toen
hij diens woning verliet, zag hij er
volstrekt niet opgewekt uit, weer had
hij een vergeef sche poging gedaan
om iets van zijn zoon te ontdekken.
Terwijl Georges de Kerlor in ge
dachten verzonken langs de dorp
straat liep, trad hem opeens de Slak
in den weg.
Hij had zijn pet afgenomen en
draaide die nu in de handen.
Meneer, zeide hij, neemt u me niet
kwalijk.
De Kerlor bleef staan en zag den
vreemden man aan. Hij meende hem
eerder gezien te hebben, maar her
kende hem toch niet.
fWat wou je man, vroeg hij op
barschen toon.
U herkent mij natuurlijk niet, her
nam de Slak, toch ben ik u nonit
vergeten, al zijn er ook jaren voor
bijgegaan. Ik vergeet een weldoeher
zooals u voor mij waart, niet. Het
was de eerste maal, dat ik toen stal.
en u hebt mij edelmoedig vergeven,
meer zelfs, u hebt vertrouwen in
mij igesteld en mij u kind toever
trouwd.
Georges de Kerlor maakte een wil
de beweging van groote verrassing.
Het was of hij den haveloozen scha-
i te bereiken. Tot dusver is aan hun
voorstellen een gunstig onthaal te
I beurt gevallen, verschillende belang-
rijke economische organisaties heli-
j ben zich reeds ten gunste van de
j plannen uitgesproken.
Men vraagt zich inmiddels af, of
de industriëelen, die met zoo'n royaal
gebaar de regeering hun diensten
aanbieden zich louter laten leiden
door patriottische overwegingen.
Dadelijk kan worden gezegd, dat
hit geenszins het geval is en de eer-
lijkheid gebiedt vast te stellen, dat zij
ook niet de idee willen wekken, dat
zij filantropen zijn. De zaak zit zoo:
de franc daalt voortdurend en dit
j beteekent een groote schadepost voor
de N oord-F ran sche industriëelen, die
1 bijv. de grondstoffen voor de tex
tielnijverheid moeten betalen in dol
lars en ponden. Hier komt nog bij,
dat de N.-Fransche fabrieken veel
Belgisch personeel in dienst hebben.
I Het koersverschil tusschen den Fran-
schen en Belgischen franc is aan
merkelijk en wanneer de Fransche
industriëelen de Belgische werklie
den zouden willen betalen, in Fran
sche papierfrancs, zouden zij hun
personeel spoedig kwijt raken.
De N oord-Fransche industriëelen
GOUD, ZILVER, UURWERKEN.
Rnime keuze in
FANTASIE- en TROUWRINGEN.
Eigen Reparatie-inrichting.
renslijper bij de schouders wilde vat
ten.
Dat kind, dat kind, stamelde hij.
Waar is het?
Natuurlijk bij mij, meneer. Waar
zou het anders zijn, u hebt mij opge
dragen het op te voeden als mijn
eigen kind en ik heb dat gedaan.
Maar waar is het kind dan, kerel
zeg het mij.
De Slak week een schrede ach
teruit, hij werd inderdaad bang voor
den graaf.
In mijn kermiswagen, onder de
hoede mijner vrouw, o zoo goedver
zorgd meneer.
Ik ga met u mee. Kom gauw.
Doch de Slak voldeed niet aan de
uitnoodiging, maar bleef stil staan.
Jawel, meneer, maar als ik u goed
begrijp, wil u het kind terughebben.
Ja, natuurlijk kerel, geen oogen
blik blijft het langer bij u. Mijn Jean
bij zulk een man.
Zoo, zoo. Maar meneer vergeet,
dat ik nu jarenlang voor het kind
heb gezorgd, dat wij, mijn vrouw en
ik, het hebben liefgekregen. O, mijn
vrouw, mijn Fifi, zal nooit er van
willen scheiden.
De heer de Kerlor maakte een be
weging van ongeduld.
Kom, kom, maak nu geen tegen
werpingen.
Ik zal je tienduizend francs ge
ven, alls je het kind hier brengt.
Tien duizend francs, meneer, na
al wat ik voor liet kind heb gedaan.
Neen, meneer, dat meent n niet. Bo-
NIEUWSBLAD
voor het Laoti van Heysneo or AiienaJe Langstraat en de Esnunelerwaaril