Eerste Blad
Waterrampen
1 Vcrsduw-Batrt
S. D. LANKRUYZEN (Jo's BANK
DE KEMP
Watersnood
van alten*
i «r/»A
Vrijdag 15 Januari 1926
„Het Kasteel van Kerlor".
Raamsdonksveer.
no, 19. Postrekening no. 61535.
T. BOONSTRA.
Engstraat HEÏJSDEN.
Dit blad verschynt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt f 1.40. A.
nummers 6 cent.
•ay
UitgaY8: Firma L. J„ VEESMAN, Heusden,
Advertentiën van 4 6 regels 90 cent. Elke regel
meer 45 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 4 ujar «n
Vrydagmorgen 9 uur ingewacht,
Wie de Amsterdamsche Courant
van den 5en Februari 1861 opslaat,
leest het volgende:
„Men schrijft ons van het Loo den
3en dezer. Nadat Z. jVI. den Koning
maatregelen had doen nemen om
onverwijld naar de dijkbreuk bij
Leeuwen op reis te gaan, zoodra
het bericht alhier was ontvangen
dat de tocht derwaarts te onderne
men was, is H. D. met H. II. K. K.
H. H. den Prins van Oranje en
Prins Hendrik benevens gevolg,
heden morgen ten half acht ure
naar die plaats vertrokken; waar
schijnlijk zal Z. M. te Tiet kunnen
overnachten en Maandag of Dins
dag hier terugkeeren. Vóór Z. M.
vertrek heden morgen heeft
Hoogstdeszelve bij zich verzocht
den burgemeester dezer gemeen
te, en dezen het verrassend bericht
medegedeeld, dat twee bruggen
over het nieuwe kanaal van Apel
doorn naar Dieren, in de nabij
heid van het eerstgenoemde dorp,
door Z. M. uit H. D. bijzondere
fondsen zullen worden gemaakt.
De gemeenteraad had het maken
van die bruggen als onmisbaar
voor den landbouw van het Rijk
verlangd, doch hierop was afwij
zend beschikt. :sKonings belang
stelling in deze gemeente en den
bloei van den landbouwstand is
hierdoor bij vernieuwing gebleken
en dankbaar maken wij melding
van deze koninklijke gunst, te
meer te waardeeren, nu in de laat
ste dagen de tooneelen van ramp
spoed en jammer het hart des
Konings ernstig hebben getroffen
en bezig gehouden.
Van een andere zijde niet min
der goed geïnformeerd, kunnen wij
nog mededeelen dat toen na 's Ko
nings komst op het Loo de latere
onheilen bekend werden, Z. M.
zich oogenblikkelijk gereedmaak
te om naar de nieuwe ramptoo-
neelen te vertrekken. Men gaf den
Koning in overweging, dat er,
naar een verkregen wenk, geen ge
legenheid was tot voegzaam nacht
verblijf. Dan ben ik nog sterk ge
noeg (was het antwoord) om cles
noods een nacht op den dijk door
te brengen.
iioLtlim™™"
194
Toen de naam Claude werd afge
roepen, stond Fanfan op.
Hoe heet je, werd hem gevraagd.
Claude.
Geen andere naam?
Neen meneer.
Hoe oud ben je?
Dat weet ik niet meneer.
AVaar woon je, waar wonen je
ouders
Ik weet het niet, meneer.
En toen begon het kind bitter te
schreien.
Toch was hij niet bang, hij had
immers niets kwaads gedaan?
Hij wilde eerlijk zijn, een ambacht
leeren om te werken, zooals iedereen.
,HiJ wilde het afschuwelijke leven
öntvluchten, dat hij totnogtoe had
geleid, het leven bij die menschen,
die hem dikwijls mishandelden,en
wier laagheid hem tegenstond. Hij
wilde niet stelen niet bedelen, zeifis-,
hij wilde werken.
Daarom zou men hem toch niet
in die gevangenis brengen. Die man
nen zagen er wel wat ruw uit, maar
hi) was er toch van overtuigd, dat
zij niet slecht waren. Dien morgen
hadden de agenten hem immers te
eten gegeven. En die inspecteur had
hem zoo medelijdend aangezien, en
s-
waard, terwijl zijne Majesteit te
Hertogenbosch en te Heusden de der
waarts gevluchten moed kwam in
spreken. En toen de Februari-ramp
het land van Maas en Waal trof,
trok de Koning naar de ver ontred
derde streken, waarvoor hem later
te Amsterdam een nimmer gekende
hulde werd gebracht. Bij deze hulde
zoo vriendelijk toegesproken, toen hij
probeerde achter zijn geheim te ko
men. En toch kon hij het niet ver
tellen. Ze zouden hem dan immers
terugbrengen. Neen, die menschen
zouden hem niet straffen, daar was
hij zeker van.
Het eenige wat hij te doen had,
was hun te zeggen ,wat hij wilde,
dat was toch immers! jniets verkeerds
en dat konden zij hem niet weigeren.
De inspecteur ging voort.
Huilen komt hier niet te pas.
Kom je weet toch den naam wel
van de straat, waarin je ouders' \vo-
nen, of je baas. Wat ist je ambacht?
Ik heb geen ambacht, antwoordde
Fanfan snikkend, maar ik zou gaar
ne willen werken. Zegt u me maar,
wat ik doen moet, meneer, ik zal
heel gehoorzaam zijn en mijn best
doen.
Zeg me dan waar je ouders wo
nen.
Fanfan boog het hoofd, klemde
zijn tanden op elkaar en begon op
nieuw te snikken.
De inspecteur gaf een teekenaan
een der agenten, deze nam het kind
bij den arm en bracht het, zonder
een woord te zeggen in het aangren
zende vertrek. Daar kwam een man
naar hem toe, die met ongelooflijke
handigheid zijn zakken doorzochten
er eenige kleinigheden uit te voor
schijn naaide, een tol en een touw,
een zakdoek, een klein mesje, en
eenige centimes.
Die jongen is hier in elk geval
voegde het Nederiandsche volk de
daad door zijn gaven mild te offeren
bij de algemeene collecte, die bij Ko
ninklijk Besluit van den 19en Fe
bruari ('s Konings verjaardag) was
uitgeschreven.
Het jaar 1861 zag de laatste, zeer
grimmige pogingen van het water
om het oude riviergebied te herwin
nen; sedert mochten wij van betrek
kelijke rust genieten en bleven ver
schoond van rampen als in de 17e
en 18e eeuw telkens twe^en twintig
malen en in de 19e eeuw nog tien
maal voor kwamen. Gerust mag wor
den verklaard dat lot het zeldzamer
worden van dijkbreuken des men
schen hand heeft bijgedragen, zoo
veel zij vermocht, maar tevens dat
ook door het verbeteren der water-
keeringen en bovenal door het weg
nemen van hinderpalen in den
stroombaan nl. door het effenen en
beperken van het zomerbed der ri
vieren, veel ten goede is tot stand
gebracht.
De rampen van 1855 en 1861, als
mede de hooge vloeden van 1876 en
1880/81 hebben in hooge mate tol
werken aangespoord, maar deze wer
ken zouden toch zeker wenschenzijn
gebleven, indien niet de stijging in
waarde van de landerijen nieuwe
lasten lichter had doen dragen en
de overvloed van geld in den lande
het sluiten van leeningen mogelijk
had gemaakt. Doch alle in de twee
de helft der vorige eeuw uitgevoer
de werken zouden («evergeefsch zijn
geweest, indien niet de dragers van
hel onhe.il t.w. ../fr^-iyieren tevens
tot plicht waren gebracht. De vor
ming van een nieuwe rivier, de Mer-
wede, welke beter dani dfe IKillen
van den Biesbosch, het Waal-ijs kan
afvoeren, werd ondernomen en aan
dit werk sloot zich aan de verleg
ging van de uitmonding der Boven-
Maas het graven der Bergsche
Maas, die langs den Amer liet ge
heel van het Waahvater afgeschei
den Maaswater zeewaarts voert.
(Wordt vervolgd.)
~^DROGISTERÏF
Hoek-Wittebroodstraat, HEUSDEN.
Dft). D. Sloans's Limiment
Levertraan Dr. Lamers en
Dr. Indemans Ingenverf
Foster s Maagpillen Laxeer-
pillen Apoth, Boom.
niet heen gebracht, omdat hij de
Bank bestolen heeft, zeide hij, terwijl
hij het kind weer aan een ander
overgaf, die een bos siLeutels in de
hand Had.
Vooruit maar, zeide deze.
Fanfan gehoorzaamde, zijn gelei
der bracht hem over een groote bin
nenplaats naar een ijzeren deur, die
met zware grendels gestoten was;
daar werd hij weer in andere han
den overgegeven, totdat hij tenslotte
op een groote overdekte plaats kwam
waar, onder bewaking van een op
zichter een dertigtal jongens van zes
a zeven tot zestien jaar rondliepen.
Fanfan was in de gevangenis,.
Alles wat die afschuwelijke Mulol
hem dikwijls over de gevangenis
verteld had schoot hem nu weer te
binnen. Daar maakte men kennis
met dieven, met moordenaars, daar
smeedde men complotten, die men
ten uitvoer zou brengen, zoodra men
weer in vrijheid was gesteld,daar
hoorde men allerlei listen, die in
het vak te pas kwamen:.
En nu was hij in de gevangenis,
hij, die beloofd had, eerlijk te wezen.
Een groote schaamte en woede,
maakte zich van hem meester.
Hij begon te schreien, maar dat
duurde maar een korte poos. Toen
kwam de moed van den Bretagner
weer in hem op.
Vastberaden verhief hij het hoofd.
Ik heb niet verdiend, dat ik opge
sloten word, zeide hij tot zichzelf,
maar als ik hier een paar dagen
AGENTSCHAP VAN DE AMSTERJJAMSCHE BANK A'DAM
TELEFOON No. 15. Kantooruren van 9 4. Zaterdags van 9—12.
Verstrekt Handelscredieten tegen nader overeen te komen voorwaarden.
Opent rekening-courant met rentevergoeding.
Incasseert Binnen' en Buitenlandsche Wissels.
Belast zich met deD aan- en^vérkoop van Effecten en nazien van Uitlotingen.
Koopt ea^ verkoopt vreemd Bankpapier.
Verzilvert Coupons en bezorgt alle Assurantiën.
Neemt gelden Deposito, rentevergoeding volgens overeenkomst.
Verhuurt Safe-Loketten. (Prijzen naar grootte der kastjes).
SPAARBANK.
Spaarboekjes gratis bij eerste storting.
Nadere inlichtingen verstrekt gaarne de Directie
Koninklijke belangstelling.
Voor de vierde maal is H. M. de
Koningin naar de overstroomde ge
bieden vertrokken. Het is wel een
ontroerend blijk van medeleven en
belangstelling. Uit den Haag liet II.
M. telkens per telefoon intormeeren
wanneer Zij naar de bedreigde stre
ken kon vertrekken Maar men was
zeer bezorgd Haar uit te noodigen,
omdat (men de dijken niet vertrouw
de en niemand de verantwoordelijk
heid wilde aanvaarden om Haar in
gevaar te brengen. H. M moet toen
op eigen verantwoording doorgezel
h«bfoen.
o
B ommeler waard.
De dijkgraaf van de Bommeler
waard, de heer H C. de Jongh, heeft
den volgenden brief gezonden aan de
predikanten en kerkeraden der ver
schillende kerken, de pastoors en
aan den voorganger der Israëlitische
gemeente in de Bommelerwaard:
De dijkgraaf van Bommelerwaard
boven den Meidijk heeft de eer U
mede te deelen, dat cle Bommeler
waard, onvoorziene omstandigheden
voorbehouden, bewaard is gebleven
voor de ramp van een watersnood,
die in andere districten de menschen
verdreven heefl uit huis en hof, be
roofd van have en goed.
Met bijna bovenmenschelijke krach
ten is dag en nacht gewerkt om het
dreigend gevaar af te wenden.
Maar alle inspanning en toewij
ding zou vruchteloos geweest zijn.
wanneer de Allerhoogste Zijn be-
schermende hand niet over ons had
uitgestrekt.
Daarom wendt de dijkgraaf zich
tot u met het vriendelijk verzoek in
de godsdienstoefening op aanstaan-
den Zondag met de opgekomen scha-
re God te danken voor Zijne gena
dige (bescherming, opdat de gansche
bevolking van de Bommelerwaard
hare gemeenschappelijke dankzeg
ging -op denzelfden dag naar den
Hem'
lemel opzendt.
De toestand te Dreumel.
Onderhoud met den burgemeester.
Maandagmiddag had de „Tel." een
onderhoud met den heer v. Erp,
den burgemeester van Dreumel, het
plaatsje, dat door den doorbraak van
den N eer - A s s e 11 s c.he n dijk wel hei
meest getroffen is.
Van de 2600 inwoners zijn er ruim
2000 jnaar andere plaatsen, meest in
Brabant overgebracht.
Een 500-tal inwoners verblijft nog
steeds op den dijk, waar op een
drietal plaatsen groote noodstallen
voor het vee zijn opgericht. Hel
melkvee is grootendeels achterge
bleven, doch door de doorgestane
vermoeienissen en angst geven de
koeien weinig melk meer.
GOUD, ZILVER, UURWERKEN.
Euime keuze in
FANTASIE- en TROUWRINGEN.
Eigen Reparatie-inrichting.
moet blijven, zal ik met niemand
een woord spreken, dan kunnen die
slechte wezens, mij ook geen kwaad
doen met hun praatjes. En ik heb
immers niets misdreven, dus is mén
verplicht mij weer vrij te laten.
Zijn metgezellen in de gevangenis
meestal jongens ouder dan hij, vond
hij afschuwelijk. Hij had zijn leven
doorgebracht bij de Slak en anderen,
allen booswichten, maar hij hoorde
hier nog veel leelijker praatjes.
Ook beproefde men in den beginne
hem te plagen, maai' dat gelukte niet
heel best, want Fanfan had een paar
stevige vuisten aan liet lichaam, hij
was bovendien handig en vlug.
Na verloop van enkele uren, had
den al zijn makkers begrepen, dat
zij niet met hem konden spotten.
Zelfs de grootste jongens beproefden
niet hem voor den gek te houden.
Des avonds kreeg hij zijn eten,
tnaar 'twas hem niet mogelijk er
een brok van naar binnen te werken.
Eindelijk brak het uur aan, waar
op hij met de andere jongens naar
de slaapzaal ging.
Volgens de wet moet elke gevan
gene binnen 24 uur verhoord wor-
door den rechter van instructie, die
hem in vrijheid stelt, als hij onschul
dig is, maar hem anders naar een
gevangenis laat overbrengen.
Het verhoor van Fanfan leverde
echter niets op. De knaap bleef in
zijn stilzwijgen volharden. Toch be
greep de rechter dat die knaap met
die mooie bruine oogen, mej dien
vrij moedigen blik zonder brutaliteit,
met dat open voorhoofd, noch een
huichelaar, noch een vagebond kon
kon zijn.
Het kind wekte zijn belangstelling,
zijn sympathie en hij besloot ervoor
te d'oen, wat hij maar kon.
Luister eens goed mijn jongen, zei
de hij. Ik begrijp je toestand volko
men. Je hebt een vader, die slecht
voor je is iein je slaat, of misschien
heb je heeleniaal geen vader of geen
moeder meer, te;n dat leven kun je
niet langer verdragen. Daarom ben
je hun ontloopen, en nu wil je zelf
eerlijk bestaan zien te krijgen. Ishet
niet zoo. Ik zie het aan je gezicht:,
en ik geloof, dat je een best kereltje
bent. Nu, ik beloof je, dat ik zal
zoggen, dat je buiten hun bereik
komt. Maar je begrijpt, we moeten
eerst met zekerheid weten, of je ou
ders het verdienen, dat wij je aan
hun gezag onttrekken. Ik twijfel er
niet aan, maar we moeten een be
wijs hebben. En dat bewijs kunnen
we krijgen, zoodra je ons hun naam
en hun adres op geeft.
Fanfan leed zeer onder die vrien
delijke toespraak. Hij vertrouwde
den rechter volkomen, en hij was
er van overtuigd, dat hij nooit meer
iets van den Slak en Zéphyrine te
vreezen zou hebben, als hij inlich
tingen gaf, die men van hem ver
langde. \Vel twintigmaal deed hij den
mond open, maar steeds hield een
eigenaardig gevoel hem terug.
Als ik zeg, wie ze zijn, zal de
lesr 1st LasOn Heisiea ca Alteia,ioLiBgstraat e
goinmeierwaar
-o-