^nd van altenA
Uitgave: Firma L, J. VEERMAN, Heusden.
4580. Woensdag 24 Februari 1926
iiuiteiiliiiidscli Overzicht.
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25, en
franco per post beschikt f 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Advertentiën van 1—6 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
Zooals bekend, doet Frankrijk zijn
best om als tegenwicht tegenover
den invloed, die Duitschland tenge
volge van zijn toetreding tot den Vol
kenbond in den Raad van dien bond
zal verkrijgen, Fransch gezinde Sta
ten eveneens een vaste plaats indien
raad te bezorgen. Vooral ijvert dit
land voor een vaste plaats voor Po
len. De Engelschen, naar duidelijk
uit de Britsche pers blijkt, kanten
zich ten krachtigste tegen de voor
nemens tot uitbreiding van liet aan
tal raadszetels. Deze vermeerdering
wordt door de Engelsche couranten
bijna unaniem veroordeeld en de
politieke weekbladen trekken met de
dagbladpers nagenoeg één lijn.
Zoo zegt de New Leader, die de
uiterst linksche richting is toegedaan
dat, wanneer Duitschland zijn ver
zoek om toelating tot den Volken
bond mocht intrekken als gevolg van
de manoevres der Franschen, het in
moreel opzicht niet den Volkenbond
zou zijn gedaan en de episode van
Locarno zou zijn afgeloopen.
Wanner Duitschland echter, aldus
de opvatting van de New Leader,
zich door de Engelsche regeering
zou laten overreden om aan het ver
langen der Franschen toe te geven,
dan zou de Bond in leven kunnen
blijven, maar men zou dan met niets
anders hebben te doen dan met een
voorspiegeling van onjuiste feiten.
Het ergste wat de Fransche manoe-
vre betreft, is evenwel, naar de New
I Leader meent, dat het een oneervolle
stap is, waardoor Duitschland weer
zal worden beroofd van de positie,
die men het te Locarno heeft aange
boden.
Van de bladen van het midden
oordeelt de gematigde, conservatief
zich oriënteerende, Outlook, dat van
de drie aanspraken op vaste raads
zetels die van Polen vooral schaam
teloos is; er is volgens laatstgenoemd
blad igeen staat, het fascistische Italië
niet eens uitgezonderd, die een na
tionale politiek met zoo'n tekort aan
eerbied voor de algemeene belangen
heeft gevolgd als Polen; men voelt
in Engeland, dat heel de toekomst
van den Volkenbond op liet spel
staat, wanneer Duitschland tot den
Bond moet toetreden in een atmos
feer, die verhit zou zijn door de ge
lijktijdige toewijzing van een raads-
zetel aan Polen.
Een uiterst rechts weekblad als
de Spectator is vooral verontwaar
digd over den steun, dien Frankrijk
verleent aan de Poolsche verlangen.
In een hoofdartikel getiteld: „The
threat of the League' („De bedrei
ging tegen den Volkenbond"), merkt
het blad o.m. op, dat men voor het
gevaar staat, dat de Volkenbonds
raad óf verandert in een syndicaal
van bevoorrechte staten, waardoor
de Bond vernietigd dreigt te worden,
of een omvang zal krijgen, waardoor
hij niet in staat is te handelen.
Wat de Spectator in het Fransche
plan vooral betreurt, is de erkenning
dat Duitschland niet op een vriend
schappelijk vergelijk met Frankrijk
in den Volkenbond kan rekenen,
daar Frankrijk klaarblijkelijk beslo
ten is zijn houding ten opzichte van
0 Duitschland te bepalen naar de wen-
schen en aanspraken van Polen. Men
moet bedenken, aldus de Spectator,
dat Duitschland openlijk ter kennis
heeft gebracht, dat het zijn grens
met Polen niet als definitief kan
beschouwen en dat de VVestersche
mogendheden deze verklaring heb
ben aanvaard. Een. duidelijk onder
scheid tusschen Duitschlands West
en Oostgrenzen lag aan de overeen
komst van Locarno ten grondslag.
Wanneer men thans Polen, naast
Duitschland, wilde promoveeren tot
een permanent lid van den Volken
bondsraad, dan zou mjén deze voor
waarde voor het werk van Locarno
vernietigen en feitelijk een verdrags
breuk ten opzichte van Duitschland
begaan.
Vergadering van den Raad der ge
meente HEUSDEN op Vrijdag 19
Februari n.m. half acht.
Voorzitter: Ed.Achtb. Heer H.J.
v. Eggelen.
Aanwezig alle leden.
Nadat de Voorz. de vergadering
heeft geopend wordt allereerst over
gegaan tot het beëedigen van het
nieuw gekozen raadslid de heer Mr.
W. Ruitinga.
Deze legt in handen van den Voor
zitter de vereischte eeden af.
De Voorzitter wenscht den heer
Ruitinga geluk met zijne benoeming
en zegt, niet de hoop te zullen uit
spreken dat deze zijn lidmaatschap
lange jaren zal vervullen want dit
komt zeer waarschijnlijk niet over
een met zijne wenschen.
Spreker gelooft evenwel dat het
het zeker de bedoeling van den heer
Ruitinga is, om gedurende den tijd
dat hij in Heusden woont, de belan
gen van de gemeente te zullen waar
nemen naar zijn beste vermogen.
De heer Ruitinga dank den Voor
zitter voor zijn woorden.
Hierop leest de ambtenaar ter sec
retarie, de notulen der vorige ver
gadering, die zonder op- of aanmer
kingen wórden goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
De Voorzitter deelt mede, in de
allereerste plaats een schrijven te
hebben, dat eigenlijk niet bij den
raad thuis behoort. Aangezien het
echter aan dit college is gericht, wil
hij dit er mede in kennis stellen.
Het is van den heer Janssens-van
Macklenberg te s Bosch een getrou
we bezoeker van de kermis, die per
missie verzoekt om tijdens de ker
mis een vroolijk koekrad te mogen
hebben. Adressant zal dan 50 pCt.
afstaan voor de slachtoffers van de
watersnood. Volgens spr. ligt het
van zelf voor de hand dat B. en W.,
bij wien dit schrijven eigenlijk thuis
behoort, afwijzend op het verzoek
zullen beschikken, omdat hierbij
sprake van een verloting is.
Nog is ingekomen:
a. een rapport van den vleesch-
keuringsdicnst, samengesteld door
liet hoofd van dezen dienst. Als ge
bruikelijk wordt het rapport voor
de raadsleden ter inzage gelegd. Het
zelfde geschiedt met het verslag van
dein Correspondent der Arbeidsbe
middeling en liet verslag van de
V olkshuisvesting.
b. Besluit van Ged. Staten tot
goedkeuring van het raadsbesluit tot
wijziging der gem.-begrooting 1925.
c. Procesverbaal van kasopne-
ming bij den gemeente-ontvanger op
21 Dec. jl.idem bij den administra
teur van het Gem. Vleeschkeurings-
bedrijf.
d. Kennisgeving van de heeren G.
G. Carpay en A. J. Leenhouts, dat
zij hunne benoeming tot lid der com
missie voor het Lager Onderwijs
aannemen.
e. Brief van den heer J. van
Laarhoven, dat hij zijne benoeming
tot regent der Godshuizen aanneemt.
Al deze stukken worden voor ken
nisgeving aangenomen.
Verzoek van vergunninghouders
om opheffing van het tapverbod tij
dens de kermis. Adressanten betoo-
gen dat het tapverbod voor de ca
féhouders en bezoekers zeer lastig
is en verzoeken dit verbod voor de
kermisdagen Maandag, Dinsdag en
Woensdag te willen intrekken.
De Voorzitter zegt, dat B. en W.
dit verzoek in overweging hebben
genomen en zij den raad voordel
len te besluiten overeenkomstig de
aanvrage. Het tapverbod gedurende
den Zondag en Hemelvaartsdag dus
te handhaven en het de overige da
gen in te trekken.
B. en W. zouden het verzoek bij
wijze van proef voor 1926 willen toe
staan. Op de gewone werkdagen is
het bezoek van buitenmenschen toch
niet zoo groot en zij rekenen er ook
op, dat de caféhouders zullen mee
werken, en zij niet zullen tappen aan
hen, die reeds te veel op hebben.
Als dat gebeurt dan zal de intrekking
zeer waarschijnlijk onaangename
gevolgen hebben. Mochten zij echter
zooals vele malen gebeurt, drank
schenken aan personen, die in ken-
nelijken staat van dronkenschap ver-
keeren, dan zullen er zeker moeilijk
heden uit voort komen en dan zou
den B. en W. ook zeker voorstet
ien het tapverbod in volgende jaren
te handhaven.
De heer De Haan zou er de bepa
ling aan willen verbinden, dat als
men van de intrekking hinder zou
ondervinden, B. en W. dan de ver
gunning direct zullen intrekken.
De \roorz. zegt naar aanleiding
van deze opmerking, dat liet tap
verbod slechts bij wijze van proef
wordt ingetrokken, zonder dat daar
voor de betreffende verordening ge
wijzigd wordt, zoodat het aan de
pretentie van den Burgemeester
blijft, ze direct weer van kracht te
doen zijn.
De heer Schmiehausen zegt, dat
zoo vaak ten onrechte, het in
kennelijken staat van dronkenschap
verkeeren van personen op de kas
teleins wordt geschoven. Dit is niet
altijd waar, vaak wordt drank in
particuliere woningen geschonken en
vaak trekt men buiten de gemeente,
bijv. naar Herpt. Als men weieens
in een café komt, dan doet men de
ervaring op, dat men om kwart voor
zes hoort, geef mij er nog maar gauw
een paar, want om zes uur is het
afgeloopen. In dat oogenblik gebrui
ken zij dan meer jenever, als zij an
ders in den geheelen avond zouden
gebruiken.
De Voorz. noemt dit zeer slecht
voor de menschen. Hij gelooft ech
ter van de bewering, dat men buiten
de gemeente gaat om drank te ge
bruiken niet veel, nog nooit zijn
hem daarvan door de politie klach
ten gebracht. Het is gebleken dat
het tapverbod het vorig jaar goed
heeft gewerkt, er is toen heel wei
nig misbruik gemaakt. Het staat bij
spreker vast, dat al is men après
boire, men toch nog wel een borrel
kan krijgen.
Met algem. stemmen wordt hierop
overeenkomstig het voorstel van B.
en W. besloten.
Verzoek van de Directie der H oil.
Buurtspoorwegen om eene bijdrage
in het exploitatietekort der lijnDru-
nen-IIeusden. Uit de voorlezing van
het adres blijkt, dat het exploitatie
tekort 1924, f 7336.76 bedraagt, dat
de Directie de gemeente verzoekt in
dit tekort eene bijdrage te willen
verleenen en deze bijdrage zoo hoog
mogelijk te willen stellen.
B. en 'W. stellen voor, afwijzend
op het verzoek te beschikken. Nude
provincie onlangs besloten heeft, om
voor dit gedeelte der tramlijn voor
het laatst subsidie te verleenen mee-
nen B. en W. dat er ook voor de
gemeente geen aanleiding meer be
staat in het exploitatietekort bij te
dragen.
De Voorzitter merkt op dat over
de exploitatie rekening niet gediscus
sieerd behoeft te worden, bovendien
is deze voor een leek ook een geslo
ten boek, hij meent echter de op
merking niet achterwege te mogen
laten dat het wel eenige bevreem
ding verwekt, dat na de opmerking
in de vergadering van de Prov. St.
dat een tramlijn met een^tekort van
f12000 geen levensvatbaarheid meer
bezit en dus maar beter kan ver
dwijnen, het tekort op f7000 is ge
komen.
De heer De Haan is het er mee
eens, dat een exploitatietekort van
f20 per dag hoog is te noemen. Men
moet echter niet vergeten dat het
hier de exploitatie van 1924 betreft
en om de Directie heelemaal met
niets naar huis te sturen, vindt spr.
doch wel wat heel erg, de tram
voorziet toch zeer zeker ia eene
behoefte. Verleent de gemeente geen
subsidie dan verbeurt de tram ook
de subsidie van het Rijk en de Pro
vincie. Komt er later een autobus
dienst tot stand, dan zou de gemeen
te met een subsidie altijd voor moe-
'ten gaan en was van Rijk en Pro
vincie waarschijnlijk een schitteren
de subsidie te verkrijgen. Een f 200
kan naar spr. meent, de gemeente
best dragen. Het is heel makkelijk
afwijzend te beschikken, doch niets
te geven acht spreker wel wat erg.
Is er eenmaal een autodienst, dan
kan de tram wat hem betreft ook
wel verdwijnen.
De.Voorzitter zegt, dat men daar
over "thans niet behoeft te praten,
het gaat nu over het al of niet toe
kennen eener subsidie.
De heer De Haan merkt op, dat
de Provincie toch ook nog subsidie
verleent.
De Voorzitter antwoordt hierop
dat de aanvraag aan de gemeente
geldt voor het exploitatietekort 1924
en de Provincie voor het laatst sub
sidie heeft verleend in het tekort
van 1923..
De heer De Moll meent, dat de
m©en te dwaas is geweest met toe
kennen van subsidie.
De Voorzitter brengt hier tegen
in, dat er toen nog uitzicht bestond
dat de Provincie en het Rijk ook
subsidie zouden toekennen, voor '24
bestaat dit uitzicht niet meer.
De heer De Haan zegt, dat er toch
altijd uitzicht bestaat dat er een auto-
dienst komt, kan nu geen subsidie
worden toegekend onder voorbe
houd, dat deze zal worden verleend,
als Rijk en Provincie deze ook toe
staan?
De Voorzitter is van oordeel dat
de gemeente maar moet afwachten
of er een autodienst tot stand zal
komen, over een eventueele subsi
die aanvrage van een dergelijk en
dienst kan dan later worden beslist;
dit is thans niet aan de orde.
De heer De Haan merkt op, dat
men het een niet van het ander
kan losmaken.
De Voorzitter meent, dat men dit
wel van elkaar moet scheiden, het
gaat thans over een subsidie aan
vraag in het exploitatietekort van de
tramwegen.
De heer De Haan vreest, dat als
nu afwijzend wordt beschikt een
eventueele aanvraag om subsidie van
een autodienst niet zal worden ver
leend.
De Voorzitter zegt, dat afwijzende
beschikking van deze subsidie aan
vraag volstrekt niet uitsluit subsidie-
verleening aan een autodienst die
uitsluitend op treinen te Drunen
rijdt. Het is zeker een gemeentebe
lang een dienst op de treinen te heb
ben. Spreker heeft bij gerucht ver
nomen, dat de subsidieaanvraag bij
de Provincie door de Directie van
den tram zoo laat is aangevraagd,
dat zij er van de zijde van de griffie
op attent is. gemaakt. Spreker kan
niet voor de waarheid van deze be
wering instaan, is zij echter waar,
dan is het wel wat gek.
De heer De Haan trekt hierop
zijn voorstel om nog subsidie te ver
leenen in.
Met algem. stemmen wordt beslo
ten afwijzend op het verzoek te be
schikken.
Verzoek van liet Bestuur derR.Iv.
Bijz. School om een voorschot op
de gemeentelijke vergoeding bedoeld
in art. 101 der L. O. wet.
Op voorstel van B. en W. wordt
met algemeene stemmen besloten een
voorschot te verleenen van 80 pCt.
De rekening is dat de vergoeding
ongeveer f 6 per leerling zal bedra
gen, zoodat een voorschot van f 4.80
per leerling wordt toegestaan.
Vaststelling kohier rioolbelasting.
Met algemeene stemmen wordt dit
kohier vastgesteld op een bedrag van
f964.
Verzoekschriften ontheffing riool
belasting 1925.
De heeren G. v. Everdingen en
v. d. Pol wordt ontheffing van deze
belasting verleend, omdat hunne pan
den over 1925 niet bewoond zijn ge
weest.
Wijziging gemeente begrootingen
1925 en '26.
B. en W. stellen voor, een paar
posten dezer begrootingen te wijzi
gen, o.a. moet de post brandassuran-
tie verhoogd worden, De eigendom
men der gemeente zijn nu verzekerd
voor een tijdvak van vijf jaren, wat
een aanmerkelijke besparing geeft
aan premie, aangezien deze nu ech
ter voor vijf jaar tegelijk moet wor
den betaald, moet de betreffende
post met f155 worden verhoogd.
Op de begrooting 1926 staat een
post groot f2000 voor onderhoud
straten en pleinen. R. en W. stellen
voor f 500 van dezen post af te voe
ren en te brengen op onderhoud we
gen, omdat Ged. St. aanmerking ma
ken dat f 500 voor grint op den post
onderhoud straten voorkomt, terwijl
grint bestemd is voor de wegen. Bo
vendien moeten een paar postjes met
een kleinigheid verhoogd worden. De
raad hecht met algemeene stemmen
zijn goedkeuring aan de wijziging
dezer begrootingen.
B. en W; vragen den raad machti
ging voor de gewone jaarlijksche
openbare verpachtingen en verhu
ringen, welke machtiging met alge
meene stemmen wordt verleend.
De Voorz. kan den raad nog ver
der mededeelen dat de aanbesteding
der te bouwen openbare lagere
school plaats zal hebben op 9 Maart
a.s. Spreker geeft den raad in over
weging de gunning dezer aanbeste
ding aan zich te houden, om even
tueel het werk niet aan den laagsten
inschrijver te .gunnen.
De heer De liaan vraagt wanneer
de school gereed moet zijn, waarop
de Voorz. antwoordt, dat hij hoopt
dat ze op 1 Oct. gereed zal zijn.
De heer De Haan vindt het jam
mer dat dit pas 1 Oct. zal zijn. Kan
dit niet 1 Sept. zijn als de vacantie
voorbij is en de school weer begint?
De Voorzitter zegt dat dit niet
gaat, alle mogelijke haast is er ge
maakt en men mag van geluk spre
ken, dat de aanbesteding reeds kan
plaats hebben. De plannen moeten
eerst gezonden worden aan den In
specteur op hel L. O. te 's Bosch.
Deze moet ze weer laten onderzoe
ken door een door den Minister
aan te wijzen deskundige uit Den
Haag. Het is spreker s vaste overtui
ging dat als de gemeente een ande
ren architect had gehad, dat liet dan
nog wel eenige maanden zou hebben
geduurd voor men tot de aanbeste
ding kon overgaan. Uit de omgeving
is het bekend dat men over een ge
bouw allang aan het onderhandelen
is, er worden telkens zooveel aan
merkingen gemaakt, dat de architect
daar zegt, dat hij er zich van terug
trekt. Het is wel jammer, dat de
school niet eerder gereed kan zijn,
ook met liet oog op de teekenschool.
De heer De Haan meent dat dit
ook een nadeel is dat meetelt.
De Voorzitter merkt op, dat men
een mooien tijd, n.l. den zomertijd
heeft om te bouwen.
De heer Schmiehausen vraagt, of
er ook gerekend is op regendagen,
De Voorzitter antwoordt hierop
dat men den regen die men nu heeft
gehad niet meer krijgt, het is zomer
waarin wordt gebouwd en op re
gendagen is gerekend.
De heer De Haan zag de opleve
ringstij d toch gaarne met een maand
vervroegd. Zes maanden is nog al
een langen tijd.
De Voorzitter zegt, dat de bouw
moet geschieden in den druksten tijd
en men ook de kleinere aannemers
in de gelegenheid moet stellen het
werk aan te nemen; met het oog op
personeel is de termijn niet korter
te stellen.
Rondvraag.
De heer De Moll zou iets willen
zeggen, naar aanleiding van de door
hem in de vorige vergadering voor
gestelde maximum-snelheid voor au
to's. Nu men niet genegen is een
max.-snelheid vast te stellen zag spr.
gaarne aan elk der drie poorten een
bord geplaatst, zooals hij dit in Gel
derland wel eens gezien heeft, waar
op: „Beleefd verzocht langzaam te
rijden". Hij gelooft wel, dat dit ee-
voor liet Land van Heusden en AltenajeLangstraat en de Bommelerwaard