Huwelijk.
HEUSDEN
S. D. LANRHUYZEN Co's BANK
Enorm m
Parlementair Overzicht.
Huwelijks-uitzetten.
T. BOONSTRA
Toen de Kamer op recès ging.
Om de belastingontwerpen.
De Eerste Kamer roert zich.
Den Haag 30 December.
De Tweede Kamer heeft haar plicht ge
daan. De verschillende begrootingen zijn
er gekomen. Met een zucht van verlich
ting konden de heeren vertegenwoordigers
de zaal verlaten. De meesten zluchtten
nogal luidruchtig, want het einde van
de kamer was nog vrij rumoerig. Er werd
zelfs geapplaudiseerd. Wel vielen er af
en toe nog wat scherpe woorden. Soit. De
begrooting kwam er.
Maar de Eerste Kamer, die nu dit
seizoen iniet zoo heel druk bijeenkwam,
roerde zich geducht. Zij wilde blijkbaar
in de laatste dagen des jaars nog even op
ostentatieve wijze vian haar bestaan blijk
geven. Het ging dan om de bekende be
lastingontwerpen, betreffende verlaging
van successierechten, personeele belasting,
afschafing van de 25 opcenten op de in-
komstenbel. voor het leeningfonds enz.
En de hoofdrolspelers waren de heeren
Wibout, de Geer en van Golijn. Nu, htet
ging Jhet er af en toe heftig toe. Daar was
dan de heer Wibaut, die om den drommel
niet tevreden was met de verlaging der
personeele belasting.
Want dat beteekende een verzwaring van
de gemeentelijke belastingen en de financi-
eele verhouding tusschen gemeente en rijk
werd er door vertroebeld. En dan d(ie
successie-belastingverlaging. Die was hee-
lemaal niet noodig, neen, liever de rijwiel
belasting er af. En het was de plicht van
deze regeering, nu er geld beschikbaar
is, de financiëele verhouding tusschen ge
meente en rijk behoorlijk te regelen. Het
ging niet aan, zooals minister de Geer
wilde, eerst het rapport der staatscom
missie af te wachten. De gemeenten wer
den door de belastingverlaging voor een
verlies van inkomsten gezet, zonder dat
de regeering de consequenties ervan aan
vaardde. Daar moest een eind aan komen,
bezwoer de s.d. Amsterdamsche wethou
der. Ten slotte was daar nog 's ministers
dreigement, dat hij de uitvoering der suc
cessiewetten opzettelijk zou vertragen, als
het ©ntwerp-personeele belasting door de
Kamer uitgesteld werd. Daat was een mon
strum op staatsrechterlijk gebied.
Behalve de zooeven genoemde „hoofd
rolspelers" waren er ook natuurlijk andere
leden, die hun stem lieten hooren, zooals
bijv. de heer Jansen r.k.,*iie voor een be
tere verhouding tusschen rijk en gemeen
ten pleitte, maar voor de rest best inge
nomen was met de belastingontwerpen.
Maar dan was de heer Colijn aan het
woord, die zich in zijn wiek geschoten
voelde. O, niet dat hij aanmerking had
op het beleid van zijn opvolger, den
nieuwen minister van Financiën.
Geenszins. Maar de opmerking was ge
maakt, dat het met de landfinanciën even
goed in orde was gekomen, zonder de
door Colijn genomen maatregelen. Dal
wilde hij toch niet op zich laten zitten.
Toen hij in 1923 optrad, vond hij een te
kort v,an 105 millioen, waaar nog wel een
40 milliöen bijkwam. Al zijn maatrege
len w,aren dus onvermijdelijk, om tot een
sluitend budget te komen. Voor 1927 was
er een batig saldo van 12 millioen, maar
dat is geen saldo, omdat er nog 21 millir
oen aan uitgaven van pensioen- en inva-
liditetisfonds gedaan moeten worden. En
een andere financiëele regeling tusschen
Rijk en gemeenten zou noodig zijn en,
geld kosten. Ja, en nog al veel, interrum
peerde meneer Wibaut. Ten slotte noemde
de heer Colijn de belastingverlaging de
grootste zegen voor de bevolking.
Nu, en toen kwam de heer de Geer zijn
beleid verdedigen. Zeker, het was redelijk,
nu met belastingverlaging te komen. In
1921 moest er naast versobering, belasting-
verhooging ingevoerd worden. Het lag dus
in de lijn, de nu beschikbare mijddelen
voor belastingverlaging aan te wenden.
Wat nu de financiëele verhouding tot de
gemeenten betreft, het ging hier om een
doelmatigheidskwestie, niet om een mo-
reele. Voor een nooduitkeering als i!n
1922, wat jhr. de Gijselaar voorstelde,
was geen aanleiding. Maar hij wijlde het
rapport van de staatscommissie afwach
ten dat nog wel voor het einde van 1926
zou afkomen. De verlaging der personeele
belasting was in hoofdzaak voorgesteld
ter ontlasting der groote gezinnen.
Successie-rechtenverlaging en belasting
verlaging liet hij samengaan, omdat hij
meende, dat kapitaalvorming en ontlasting
der groote gezinnen hand aan hand moes
ten gaan.
Het zag er één moment heel raar uit,
in de Eerbiedwaardige Eerste Kamer. Dat
dreigement van minister de Geer, om de
uitvoering der successiewet te vertragen,
werd een struikelblok, zelfs de heer Jhr.
de Savornin Lohman c.h., was het met
meneer Wibaut eens, dat was een staats
rechtelijk monstrum. En meneer Colijn
voelde ook wel voor uitstel. Maar minis
ter de Geer redde zich en de anderen uit
de perikelen door te verklaren, dat hij
geen ©ogenblik bedoeld had, een wet die
gecontrasigneerd was, niet uit te voeren.
Was het niet veel eenvoudiger, als, bijv.
de motie Wibaut, tot opschorting van de
behandeling van de personeele belasting
verlaging, werd aangenomen, de Kamer te
verzoeken, ook de verdere behandeling
van de successiebelasting op te schorten?
Maar zoover kwam het niet. De motie-
Wibaut werd met 11 stemmen voor en
29 tegen verworpen. V^por stemden s.d.,
2 v.d. en de Amsterdamsche burgemeester
de Vlugt a.r. En zoo werd de personeele
belastingverlaging aangenomen met op één
na algemeene stemmen (Jhr. de Gijselaar
c.h.) En met de s.d. en vjd. tegen, werd
de successiebelasting met 27 tegen 11
stemmen aangenomen.
Zooals in den aanvang reeds is gezegd,
De Tweede Kamer deed het laatste restje
begrooting af. Over „Oorlog werd ge
stemd. Met 51 tegen 27 s.d. en v.di5 werd
deze aangenomen, nadat drie moties-Ter
Laan, lichting 1927 niet hooger dan 13
duizend man, en 2 moties van geringe
beteekenis, verworpen waren. Wjellicht
werd de heer Albarda, voorzitter s.d.a.p.,
door deze feiten geinspireerd, toen hij in
zijn Kerstrede zeide te gelfooven, dat het
s.d.a.p.-voorstel tot ontwapening, dat in
Februari in behandeling zou komen, wel
zou worden verworpen.
Komende gebeurtenissen
POLITICUS.
Wij leveren onder speciaal
gemakkelijke condities
Vraag onze voorwaarden,
op aanvraag worden U deze
gaarne toegezonden.
Concnrreerende prijzen.
Vergadering van den raad der gemeente
DE WERKEN EN SLEEUWIJK op
Vrijdag 24 December des nam. 2 u.
Voorzitter: Ed.Achtb. heer W- Beuken
kamp.
Secretaris: WelEd. Heer G. Vos.
(Vervolg en Slot.)
De heer van 'tSant zou nog iets willen
vragen niet over overgave doch over de
verlichtingsoelasting. Er zijn zooveel inge
zetenen die niet in het genot van h|et licht
kunnen deelen en toch mede aan deze
belasting moeten betalen, schuilt daar geen
onbillijkheid.
De Voorzitter wil, hoewel de verlich
tingsbelasting thans niet aan de orde is,
toch wel zeggen, dat de wet geen andere
regeling toelaat.
Aangezien de raad er naar aanleiding
der mededeelingen door den Voorzitter
niets voor voelt opnieuw onderhandelingen
met de PNEM te gaan voeren over over
name van het bedrijf, zal de Voorzitter de
nieuwe overeenkomst inzake stroomlevering
door de PNEM in omvraag brengen.
Mocht de Minister de bepaling der
stroomgarantie 'niet goedkeuren dan wordt
deze geschrapt, terwijl de prijs die van
3 ©p 4 cent is gebracht in di|t nieuwe
contract, ook geen verschil uitmaakt met
het oog op de kolenclausule, bovendien be
hoeft de bepaling dat de PNEM stroom
afnemers met een grootere afnam|e dan
20 KWU rechtstreeks mag leve/en, geen
bezwaar op te leveren, de PNEM gaat
hiertoe eerst over, als de gemeente door
de een of andere omstandigheid niet recht
streeks wil of kan leveren.
De heer Gulden zegt dat het garantie-
bedrag steeds terecht als zeer onbillijk
is gekwalificeerd. Als de minister deze
bepaling sanctionneert zit de gemeente er
aan vast, er bestaat evenwel nog hoop;,
dat de minister dit niet zal doen, daar
om is het goed, dat de Voorz. persoon
lijk de bezwaren der gemeente nog eens
aan den minister gaat mededeelen, telkens
dient men hierop terug te komen en a,l
moet men deze clausule aanvaarden, dit
mag slechts gebeuren onder protest.
De Voorzitter merkt op dat de gemeente
niet anders kan doen dan de overeenkomst
teekenen, doet men het niet, dan krijgt
men geen licht meer.
De heer Gulden blijft er bij dat het
onbillijk is en het naar zijne meening over
weging verdient actie hiertegen te voeren
en stappen bij den minister te doen, wie
weet welke invloed de PNEM op den mi
nister tracht uit te oefenen.
De Voorzitter antwoordt dat B. en W.
reeds over deze kwestie een schrijven heb
ben gericht tot den Minister, waaraan de
raad in zijn jongste vergadering adhaesie
heeft betuigd, welke adhaesiebetuiging
eveneens is doorgezonden naar den Minis
ter. Wenscht de raad dat spreker ook
nog eens meet den Minister gaat spreken,
dan is hij daartoe wel bereid, hoewel hij
daarvan niet veel verwachting heeft, doch
het kan niettemin zijn nut hebben^
De heer Kom an vraagt of de gemeente
niet evenals Gorinchem zijn licht van Dordt
kan betrekken.
De Voorzitter antwoordt dat hieraan
niet is te denken, het zou in de duizendjen
loopen om den kabel te leggen.
De heer Gulden vindt het onnoozel,
dat de heer Koman eerst in laatste instan
tie met een geheel nieuw dankbeeld komt.
Hierover is maar niet zoo te beslissen,
men dient een dergelijk denkbeeld goed te
bestudeeren en hoewel spreker met den
Voorzitter meent dat de kosten te hoog
zullen zijn, had men toch de mogelijkheid
eerst kunnen onderzoeken.
De Voorzitter zegt dat dit denkbeeld
reeds 'meermalen is besproken, ook te Wer
kendam, doch steeds heeft men gezegd:
het is veel te duur.
De heer Gulden meent dat dit denk
beeld, als er vroeger over was gesproken
als een stok mchter de deur bij de on
derhandelingen met de PNEM had kunnen
dienst doen.
De Voorz. merkt op, dat het denkbeeld
ook reeds met de PNEM is besproken
doch deze zeide zelf dat dit een onmoge
lijkheid is, ook in de gecombineerde verga
dering van de gemeentebesturen in helt
Land van Heusden en Altena is hetzelfde
denkbeeld besproken, doch ook daar acht
te men verwezelijking niet mogelijk. Als
stok achter de deur kan het denkbeeld
dus geen dienst doen.
De heer Gulden zegt dat liet groote be
zwaar niet loopt over te duren stroom,
doch meer over het duur net dat men hier
heeft, de stroomprijs van Dordt en die
PNEM zal niet zooveel verschil uitmaken.
De heer Walraven merkt nog op, öat
de gemeentenaren de kwestie niet goed
begrijpen, omdat zij er niet in zitten, en
zij het daarom ook niet jgioed begrijpen kun
nen, daarom wordt het gemeentebestuur
zoo licht het verwijt gemaakt niet uit de
oogen te zien. Naast den lageren stroom
prijs moet men de groote schuld stellen,
wanneer 61/4 pCt. rente betaald moet
worden. Deze rente moet men blijven be
talen van een 50 a f 60,000, terwijl van
f 25,000, die de gemeente van de PNEM
zou ontvangen, ook altijd nog l3/4 rlen-
te moet betaald, omdat de PNEM slechts
41/2 pCt. vergoedt.
De heer v. Arkel zou, als in andere
gemeenten het licht voor 40 ets. per'
KWU wordt gegeven, dit hier ook doen
door de stroomgarantie blijft het toch het
zelfde.
De Voorzitter zegt dat dit op het oo-
genblik zoo is, de raad zou zelfs nog
een stap verder kunnen gaan, om het ge
bruik te doen toenemen, dat komt ten
goede aan de aangesloten gemeentenaren.
De heer Gulden voelt hier ook veel
voor, de menschen die reeds aangesloten
zijn, moeten beschouwd worden, als de
welwillenden, laat dezen dus zooveel (mo
gelijk van het licht profiteeren, door de
stroom zoo goedkoop mogelijk te leveren.
De niet-aangeslotene bezorgen juist het
groote tekort, door mede te helpen dat
dit te kort wordt weggewerkt*, dienen
zij het gemeentebelang en daardoor tevens
het belang van zichzelf. Dit moet die men
schen worden bijgebracht, hen moet tevens
op het gemak en het aangename dat in
het licht zit, worden gewezen, er ach
terheen te zitten, dat is de rol van het ge
meentebestuur, zoodat ze ten slotte gaan
begrijpen, dat ze door niet aan te sluiten,
schuldig zijn aan het te kort, het tekort dat
ten slotte wordt gedekt uit de belastnig.
De heer v. 't Sant vindt het wel jam
mer dat er altijd een gedeelte der inge
zetenen is dat nooit kan aansluipen en
door de belasting toch mede het tekort»
moet dekken.
De Voorzitter merkt op dat ook dit de
schuld is van hen, die, hoewel zij i'n de
gelegenheid zijn om aan te sluiten, dit
niet doen, hier is nog slechts de helft
der huizen aangesloten.
De heer Walraven vraagt, of de ingeze
tenen niet verplicht kan worden om aan
te sluiten.
De Voorzitter antwoordt ontkennend, dit
kan alleen bij waterleiding.
Met algemeene stemmen wordt hierop
de nieuwe overeenkomst, onder protest
voor wat het garantiebedrag betreft, aan
genomen. Tevens wordt besloten dat de
Voorzitter zoo spoedig mogelijk een au
diëntie 'bij den betrokken Minister zal aan
vragen, om de bezwaren tegen het ga
rantieverdrag nog eens mondeling uiteen
te zetten.
Benoeming van een licl van het Burg.
Arm'best. De aftredende leden de heeren
H. Verhagen te Sleeuwijk en J. v. d. Stelt
te de Werken worden met algemtpene stem
men herbenoemd.
Benoeming van een lid der Commissie
van Toezicht oip het Lager Onderwijs.
De aftredende de heer C. Godschalk,
wordt met op één na algemeene stemmen
herbenoemd, één stem was op den heer
Gulden uitgebracht.
Vaststelling vergoeding bedoeld in art.
101 der L. O.-wet 1920 over 1924. Uit
de goedgekeurde gemeenterekening blijkt,
dat de kosten van de openbalre school
te Sleeuwijk, waarop 77 leerlingen school
gaan f 782,705 dus f 10,16 per leerling
heeft gekost. B. en W. stellen derhalve
voor ditzelfde bedrag vast te stellen voor
de Bijzondere Lagere Scholen. Zonder dis
cussie wordt overeenkomstig dit voorstel
besloten.
Af- en overschrijving begrooting T926.
ï'elef. No. is Raamsdonksveer.
AGENTSCHAP YAN DE AMSTERDAMSCHE BANK A'DAM
(verstrekt Handelscredieten tegen nader overeen te komen voorwaarden.
Opent rekening-courant met rentevergoeding.
Incasseert Binnen- en Buitenlandsche Wissels.
Belast zich met den aan- en verkoop van Effecten en nazien van Uitlotingen
Koopt en verkoopt vreemd Bankpapier.
Verzilvert Coupons en bezorgt alle Assurantiën.
Neemt gelden Deposito, rentevergoeding volgens overeenkomst.
Verhuurt Safe-Loketten. (Prijzen naar grootte der kastjes).
SPAARBANK. OflT Spaarboekjes gratis bij eerste storting.
Nadere inlichtingen verstrekt gaarne de Directie
Een paar postjes zijn met een klein be
drag overschreden, waaarvoor de gewone
begrootingswijziging moet plaats hebben,
waartoe met algemeene stemmen wordt
besloten.
Bij de rondvraag merkt de (heter Koman
op, dat die Puttengriend al bijna onder
water staat, spreker wijt dit hier aan, dat
de duiker wordt opengelaten.
Wethouder Verhagen zegt dat de duiker
niet open staat, spreker wijt het aan een
hit die den sloot dicht trapt.
De Voorzitter zegt toe een onderzoek
in te stellen.
De heer Gulden zegt, dat hij twee jaar
geleden reeds gewezjen heeft op een ka
potte vloer in de openbare school en
toen is hem toegezegd dat deze zou wor
den gerepareerd, zooals hij echter kort
geleden heeft gezien is daaraan tot heden
geen gevolg gegeven, het gat is thans al
leen grooter geworden.
De Voorzitter zegt dat het vorige jaar
reeds opdracht is gegeven tot herstelling
spreker dacht niet anders of hieraan was
gevolg gegeven.
De Secretaris weet ook zeker, dat op
dracht tot herstelling is gegeven.
De Voorzitter belooft nogmaals opdracht
te zullen geven om de vloer te reparee-
ren.
Hierop wordt de openbare vergadering
gesloten en gaat de raad over in geheim
comité ter behandeling bezwaarschriften
schoolgeld.
eucces hebben de ljjders aan snij-,
brand-, open wonden, zwerende
borsten, aangezichtspuistjes met de
wereldberoemde Oprechte Win-
snmer Zalf, alsook steenpuisten,
bloedvinnen, negenoogen, fijt, lik
doorns, wratten, winterhanden en
voeten, oude en verwaarloosde won
den en alle mogelijke wonden ten
gevolge van doorliggen, smetten,
kloven, barsten en huidverschilvering.
Prjjs per bus f 0.75.
Verkrijgbaar by Apoth. en Drog,
Vergadering van den raad der gemeente
WOUDRICHEM op 23 December j.l.
des nam. half zeven.
Voorzitter de heer Jac. v. d. Lely.
Secretaris de heer Chc. v. Rijswijk.
Tegenwoordig alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering met
het uitspreken van het formuliergebed,
waarna de notulen der vorige vergadering-
worden gelezen en onveranderd goedge
keurd.
Voor kennisgeving worden aangenomen
de volgende ingekomen stukken:
a. besluit van Ged. Staten, dezer pro
vincie, houdende goedkeuring van het
raadsbesluit tot wijziging der begrooting
1926.
b. Besluit van idem d.d. 15 Dec. j.l.
houdende goedkeuring van het raadsbesluit
tot het in eigendom overdragen van het
GEB aan de PNEM.
c. Schrijven van J. Spoor Pzn. dat
hij zijne herbenoeming tot lid van het
Burgerl. Armbestuur aanneemt.
d. Pfoces-verbaal van kasopneming bij
den gemeente-ontvanger d.d. 15 Dec. j.l.,
aangevende in ontvangsten f 92965,365, in
uitgaven f 90940,815, zoodat in k«s was
een bedrag van f 2024,55.
e. Prov. Bijblad van Noordbrabant d.d.
6 Dec. j.l.houdende medeeling van
de instelling eener provinciale commis
sie ter bewaring en bescherming van na
tuurschoon.
Op een ingekomen verzoek van de Di
ocesane Federatie van het Wit-Gelie Kruis
te Eindhoven om een jaarlijksche subsidie
te willen verkenen wordt op voorstel van
den Voorzitter in verband met den minder
gunstigen toestand der gemeente financiën,
afwijzend beschikt.
De ingekomen nota's van aanmerkingen
van Ged. St. betreffende de gemeente-re
kening 1925 en de geineente-biegrooting
1927 worden, aangezien de bemerkingen
van administratieven aard zijn, gesteld in
handen van B. en W. ter afdoening.
Op voorstel van B. en W. wordt met
algem. stemmen besloten electrische straat
verlichting aan te brengen in een zijstraat
je der Molenstraat in verband niet een
door de bewoners daarvan ingediend ver
zoek.
Daarn a'komt aan de orde een verzoek
van het Waterschap „De Nieuwe Ban"
om een subsidie te mogen ontvangen in
de kosten van herstelling van den weg
over den Oudendijk, welke op plm. f1500
zijn geraamd.
De Voorzitter deelt mee dat de meerder
heid vaan B. en W. voorstellen in djeze
kosten een suosidie te verkenen van 15
pCt. tot een maximum van f 225, benevens
gedurencie 5 jaren 15 pCt. in de onder
houdskosten tot een maximumbedrag van
f 50 en onder voorwaarde, dat de weg ten
genoege van B. en W. zal worden onder
houden.
Het lid Holster deelt mede, dat hij zich
niet met de meerderheid van het College
van B. en W. heeft kunnen vereenigen en
hij meent dat het voorgestelde bedrag te
laag is, aangezien er een gróót aantal in
woners dezer gemeente dagielijks van
den weg gebruik moeten maken. Hoewiel
de gemeente geen eigenaar van den weg
is en de Nieuwe Ban verplicht is tot on
derhoud stelt hij voor, aangezien deze
ook in slechte financieele omstandighe
den verkeert en in verband met het fe,it,
dat een gedeelte der inwoners dagelijks
van den weg gebruik moeten maken, de
bijdrage te bepalen op 20 pCt. der kosten.
Het lid van der Wiel zegt in de eerste
plaats een woord van kritiek te moeten
laten hooren betreffende het bestuur van
het waterschap „De Nieuwe Ban". Hij is
er van overtuigd dat de weg dringend
verbetering behoeft, doch als hij zich de
vraag stelt hoe het komt dat de weg in
zoodanigen slechten toestand verkeert,
moet daarop geantwoord worden dat dit
het gevolg is van zeer onkundige behan
deling. Hij vindt het jammer dat dergelijke
werkzaamheden in handen zijn van boeren,
die daarmede niet vertrouwd zijn. Hij
geeft toe ,dat de gemeente niet verplicht
is eenige tegemoetkoming te verleenen,
doch in verband met de inwoners die
van den weg gebruik maken, is hij voor
het verkenen van een bijdrage.
De begrooting is echter, gezien de aan
nemingen van den laatsten tijd veel te hoog.
Hij kan zich met het voorstel van den
heer Holster vereenigen.
Het lid van Wendel de Joode zegt, dat
het adres in het College van B|. en W.
is besproken en zooals dit opgesteld is,
de gemeente er feitelijk niets mede te
maken heeft. In verband met de inwoners
die aan dien weg wonen, is hij vootr het
verkenen eener bijdrage, welke door hem
in de vergadering van B. en W. eerst was
voorgesteld op 25 pCt., doch later, in
verband met de toevoeging van een bij
drage in de onderhoudskosten gedurende
vijf jaren, is teruggebracht op 15 pCt.
Nu het lid van der Wiel evenwel medje-
deelt, dat de herstelling geen f 1500 zal
kosten, zou hij 20 pCt. willen geven, in
dien de kosten minder dan f 1500, en
15 pCt. indien deze f 1500 zullen beko
pen.
Het lid Viveen zegt, dat de raadsle
den in wijk B. steeds hebben medege
werkt aan besluiten in het belang van
wijk A., o. a. indien het de vfcsCheriji
bij machte is de herstelling geheet zelf te
dragen' is hij voor het verkenen eener bij
drage.
Het lid Schaap zegt ook reeds op
andere plaatsen naar voren te heoben
gebracht, dat de werkwijze van den pol
der overbodig is. Het plan bestaat nl. de
hooge plaatsen in den weg te verlagen,
hetgeen z. i. met een goed ondprhoud
gedurende eenige jaaren ook wel mogelijk
is terwijl dit dan niet zooveel behoeft
te kosten. Hij zou elk jaar de modder van
den weg willen verwijderen en zoo doende
tot verbetering komen, daar er verschil
lende plaatsen zijn, die geen verlaging
kunnen velen. Hij merkt op, dat de ge
meente zelf ook al verschillende wegen
heeft te onderhouden ,die veel geld kos
ten. Hij wil echter niet alk hulp afwe
zen ,doch is er ten zeerste tegjen, dat de
gemeente ook nog 5 jaren in het onder
houd van den weg bijdraagt.
Het lid van Straten had liever gezien
dat het adres van de gemeentenarjen was
gekomen. Hij zegt dat de gemeente haar
eigen wegen niet voldoende kan onderhou
den, doch terwille van de ingezetenen
niet tegen een bijdrage te zijn. Voor hjet
verkenen eener bijdrage in de herstellitigs-