J. ELEKAN
'S-HERTOGENBOSCH,
„LEONARDO".
J. Lambooy,
Berewoutstr. 36. 's BOSCH
DD£Q
Ilurgerlijke Stand.
Sigarenfabriek
Land- en Tuinbouwwereld
a 4
a
^DD
UW ANTENNE
Kiest den zekersten weg!
PHILIPS LUIDSPREKER
Zorg voor Nestkasten
Er is in de laatste kwarteeuw gaandeweg
voor de vogelwereld een geduchte woning
nood ontstaan. De holle boomen verdwenen
by den dag en daarmee verbazend veel
nestgelegenheden. De ontginning van den
grond was mede daarvan oorzaak door uit
roeiing van struikgewas, waar vogels een
geliefkoosde woonplaats bij uitnemendheid
vonden. En dan door het droogleggen
van plassen konden duizenden watervogels
geen broedplaatsen meer vinden. Telegraaf
en telefoon droegen door hua palen en draden
het hunne by om de vogels af te schrikken
en te doen verhuizeD.
Wij dienen onze vogels te helpen we
moeten er niet alleen toe meewerken, overal
waar dit roogelyk is, dat een eind korre
aan het doelloos dooden van vogels, maar
voorts moeten we er voor zorgen, dat zij
geschikte en goede woonplaatsen
krygen, en dan nogmaatregelen nemen
om ze in den slechten tijd doelmatig van
eten en drinken te voorzien. Elke vogel
soort heeft, de eene meer, de andere minder,
een bepaalde economische beteekenis. Maar
afgescheiden hiervanboe doodsch is een
streek zonder vogels, en we'k een blijden
indruk daarentegen maakt een bosch, een
landschap, dat bevolkt is door vroolijk flui
tende en kwinkeleerende vogels 1
De heer G. Wolda te Wageningen, die
al jaren ijvert voor de instandhouding der
vogelsoorten, dus ook voor het bevestigen
van nestkasijes, wekt hiertoe andermaal op
in het Orgaan van de Heide-Mij. Hij
schrijft o m. Vele vogels hebben een holte
noodig, waarin ze hun jongen kunnen groot
brengen. Het zijn de stumperds, die het
bouwen van een nest op, in en tusschen
de takken by lange niet verstaan. Zy
brengen wat nestmateriaal in de holte,
draaien er hun lyfje eenige kaeren in rond
en klaar is Kees. Waar de holten ontbreken,
moet menige vogelsoort, (meezen, rood-
staartje, specht, drasihals, boomklever, boom
kruiper, spreeuw, e.d.) afwezig zyn. Waar
we de holen aanbrengen in den vorm van
nestkasten, daar ontstaat in vele gevallen
een buitengewone opleving van het vogel
leven. Vaak is dat verrassend, vooral waar
de plantengroei gemengd is. In zuiver
naaldhout blyft het succes wel eens gedu
rende eenige jaren uit, maar dat is meestal
tydelyk. Het uitblyven mag nergens een
reden zyn, de nestkasten niet aan te brengen.
Deze kastjes zijn, volgens de tegenwoordige
inzichten, geen weelde-objacten meer, maar
noodzakelijke hulpmiddelen voor eiken vorm
van bosch- en parkbouw, voor tuinarchitectur
en voor den aanleg van gemeenteplantsoen.
By den Inspecteur van den Plantenziekten-
kundigen Dienst te Wageningen is een
bandleiding (Mededeeling No i 7) te bekomen
a 30 ets., waar omtrent het gebruik van
nestkasten, haar onderhoud, constructie ea
conttóle alle mogelijke aanwyzingen te vinden
zyn. Voor den gebruiker van nestkastjes
is dit boekje onmisbaar.
WIJK c. a.
Geboren:
Paulina, d. v. F. Arendse en G. Versteeg
Wouter, z. v. C. Bouman en A. v. Heystek
Anton Jacobus, z. v. A. v. Veen en M. J.
van Dijk Machiel Bsrtus. z. v. P. Poorter
en G v. Helden Dirk z. v. G. C. Verbeek
en H. Mans; Roelofje d. v. C. v.Rijswijk
en W. J. J. Schipper Johanna d. v. D.
Lakerveld en T. LakerveldPieter z. v.
H. A. Bouman en A. Garstman.
Ondertrouwd; A. Buit, 26 j. en
J. de Waal 25 j.
Getrouwd: F. Nieuwkoop 21 j.
en C. H. van Tilburg 20 j. W. v. Kuijk
23 j. en H. W. Verduijn 32 j.
Overleden: L. Boaman 64 j.A.
Bouman 3 mad. H. Poorter 86 j. wed.
van J. Bouman J. v. Bergeijk 87 j. weduwn.
van G. v. Doveren.
ANDEL.
Geboren: Maria Willemina d. v.
H. Vogelaar en M. M. v. d. Stelt.
Getronwd: H. Vos 26 j. en A.
Verwys 24 j.
Overledn: O. R. van Turnhout 77
j. wed. van A. van Andel.
VEEN over December 1927.
Geboren: Johanna, d. v. G. Volk
en M. C. Timmermans Gerrit z. v. G.
Volk en M. C. Timmermans.
Getrouwd: A. de Lange 28 j. en
IIVerbeek 27 j.
Overleden: J. van Ballegooyen 70 j.
Rechtskundig Adviseur,
Havenstraat 5
Behandeling van
PROCEDURES bij RECHT
BANK en KANTONGERECHT
ERFENIS- en HUURaange,
legenheden.
CONTRACTEN, REQUESTEN
enz. enz.
Billijke Condltién.
V. «IV
''-A-..: -;
CQ
0
e
cö
00
b-J
c
<L>
z
£U
CQ
Ou
:Q
O
O
O
3
H
8
X
3
Rookt bet SERIEMERK
De allerfijnste Sumatra Zand-
blad Sigaar, of Vorstenlanden
Zandblad Sigaar.
bouwen,
verbouwen,
plannen,
bestekken, teekeningen,
toezicht, billijk tarief.
Aanbevelend
A. MICHAËL, AALBURG
PHIUP5 TRANSFORMATOR.
vangt de muziek op, zooals zïj
door het zendstation den aether
ingezonden wordt, maar dan
is het de taak van de voor*
naamste onderdeelen Uwer
radioinstallatie (lampen,trans
formatoren en luidspreker)
er voor te zorgen, dat de
melodie weer even zuiver
ten gehoore wordt gebracht.
Werkelijk natuurgetrouwe weer*
gave van muziek en spraak be*
reikt Ge slechts, indien al deze
belangrijke onderdeelen den
naara PHILIPS dragen.
zelfs zoo, dat als van zelf een. goed ge
was v oor den dag kwam, waar vroeger
weinig of niets groeide.
Waar in de eigen omgeving het peilver-
schil vergelijking op eenzelfde perceel
mogelijk maakt, vertoonen de akkers gren
zende aan het lage peil, steeds een weel
deriger gras groei.
De gunstige ervaringen met peilver-
laging verkregen op gronden in de Ho-
brederkoog. Kwadykerkoog en de Scliaas-
meer, meegedeeld door den heer J. Ko
ning Wz., te Purmerend, werden reeds
vermeld in het in den aanhef door ons
genoemde rapport van 1921. De heer
Koning voegt hieraan thans nog toe,
dat de nadeelige gevolgen van hoog water
wel te ziend zijn in de Schermer, door
bet ^hooghouden van het water in de
dijksloot, waaronder de aangrenzende lan
der gen steeds moeten lijden, wat even
eens in de Wijde Wormer het geval is.
Ook toont naar zijne meening hdt hooge
en 1 aag gelegen land in de Beemster
duidelijk aan hoe nadeelig het hooge wa
ter is. Hij besluit met de opmerking, dat
de voordeelen van een goede ontwatering
duidelijk zichtbaar zijn bij de dijken en
wegen, die in gewas altijd voor zijn bij
vele landerijen, niettegenstaande ze twee
maal in het jaar gemaaid en nooit be
mest worden.
De Dijkgraaf van den Eilandspolder,
de heer C. de Boer, te Heiloo, deelt
mede, dat door heb Bestuur vaa dezen
polder peilverlaging, ook voor de veen
gronden, vrij algemeen nuttig wordt ge
acht. Hij voegt hieraan de opmerking toe,
dat bij de droogmaking der nieuwe me
ren in Noord-Holland, op sommige plaat
sen de dijk op de aangrenzende oude
landen werd gelegd, welke door den dik
wijls aanzienlijk verlaagden waterstand
hoogst gunstig afsteken bij de oude lan
den, waartoe zij oorspronkelijk behoort
den.
Waar sinds jaar en dag in besturende
colleges en in vergaderingen, waar peil
verlaging t er sprake wordt gebracht, in
het algemeen een groot verschil van
meening tot uiting komt in zake het
meest gewenschte peil voor grasland, be
hoeft het niet te verwonderen, dat in de
bij onze Commissie ingezonden vragen
lijsten ook andere opvattingen kenbaar
zijn gemaakt.
Zoo wordt door den Secretaris van de
Banne Jisp meegedeeld, dat sommigen
de meening zijn toegedaan, dat de gras-
groei na de peilverlaging wel bevredi
gend is geweest, doch dat het gras er
minderwaardig door is geworden en dat
vooral het z.g. Witbol (wollig zorggras)
zich nadien sterker heeft ontwikkeld. In
tegenspraak hiermee wordt evenwel ver
der opgemerkt, dat de in deBaone Jisp
gelegen poldert jes met een eigen bema
ling in doorsnee vruchtbaarder zijn dan
de op polderboezem ontwaterende per-
ceelen, waarbij het peil verschil ongeveer
60 c.M. is.
De voorzitter van de Banne Wormer, de
heer A. Meijer, aldaar, bericht, dat lan
derijen, welke voorheen onvoldoende ont
waterd waren en nu tot 40 c.M. boven
water liggen, wel sneller groeien en een
hoogere opbrengst geven, doch een min
der voedzaam gewas leveren, met veel
Witbol. Toch wordt meer en meer over
gegaan tot perceelsgewijze bemaling met
windmolentjes. Men meent evenwel, dat
het aan de peilverlaging »ioet worden
toegeschreven, dat nadien zooveel meer
last wordt ondervonden van ongezonde
schapen door de leverbotziekte.
De Secretaris der Banne Buiksloot
schrijft, dat er daar in zake het meest
gewenschte peil veel verschil van mee
ning bestaat. De een zegt, dat bij hoo-
ger peil meer en beter gras groeit, een
ander beweert het tegendeel. Hij acht
het evenwel bewezen, dat in de zomer
maanden bij hoog peil, vanaf April tot
September, meer gras groeit en dat vanaf
September laag peil voor dit land het
beste is.
Onzes inziens is het aan twijfel on
derhevig of bij de klei- en veengron
den het water uit de slooten 's zomers
in staat zal zijn tot de graswortels door
fce dringen en kan hiertegenover dan ook
de opvatting van een andere inzender
worden gesteld, die van meening is, ,,da.t
het peil laag gehouden dient te worden
en dat verder alle goeds van boven moet
komen."
Dat op laagveengrond peilverlaging een
snellere groei met grootere opbrengst,
doch van aanvankelijk slechter gehalte
ten gevolge zou hebben, laat zich naar
onzei meening zeer wel verklaren. De
diepere ontwatering is oorzaak van een
betere luchttoetreding in. den grond, ten
gevolge waarvan de omzettingen in de
veel humus bevattende bovenlaag wor
den bevorderd en de hoeveelheid op
neembaar planten voedsel, vooral van de
stikstof, een zoodanige vermeerdering kan
ondergaan, dat het groeiproces er door
wordt versneld. Door rationeel© bemes
ting, waarbij vooral aan slakkenmeel,
misschien ook aan kalizout dient te wor
den gedacht, is dit proces evenwel in
goede banen te leiden en is het niet aan
twijfel onderhevig, of met de hoeveel
heid zal ook weldra de kwaliteit ge
heel aan de gestelde verwachting be
antwoorden.
Tot slot dient nog te worden vermeld,
dat men blijkens mededeeling van den
heer K. Kool, te Lutjebroek, m de om
geving van Westwoud over de* verhoo
ging van den waterstand bij grasland
op zwaardere gronden voorloopig tevre
den is. Ook door den heer J. J. Oost
woud Wijdenes, te Abbekerk, wordt een
overeenkomstige mededeeling gedaan, in
welk geval het evenwel de bedoeling
blijkt te zijn, hierdoor een betere vee-
keering te verkrijgen. Een poging, om
door middel van peilverhooging op de-.
zen zwaren grond een beteren gras-
groei te verkrijgen, dient hierin dus ook
geenszins te worden gezien.
Met deze aanhalingen uit de vele*, bij
haar ingekomen vragenlijsten, meent de
Commissie te kunnen volstaan, aange
zien de verschillende ervaringen en ge
maakte opmerkingen hiermede wel vol
doende zijn weergegeven. Bij de keuze
van de voor vermelding in aanmerking
komende rapporten is getracht een zoo
volledig mogelijk beeld te geven van
wat aan ons ter kennis is gebracht,
zonder evenwel opnieuw de meening te
vermelden van hen, wier namen reeds
in het in 1921 gepubliceerde rapport
wordt genoemd. Wij meenen dan ook $e
kunnen volstaan met de mededeeling, dat
vele rapporteurs van 1921 ook thans
weer blijken hebben gegeven overtuigde
voorstanders van peilverlaging te zijn
gebleven.
Bestudeeiing van deze aangelegenheid,
aan de hand van wat de practijk te
zien geeft en van wat door de practici
in de vragenlijsten is neergelegd, heeft
de Commissie de overtuiging gegeven,
dat de in 1921 gepubliceerde conclusies
door de sindsdien op de meest uiteen-
loopende gronden met peilverlaging ver
kregen ervarign, in elk opzicht worden
ondersteund en bevestigd.
Het thans verrichte aanvullend onder
zoek heeft ons opnieuw ten volle over
tuigd, „dat een hooge waterstand voor
den grasgroei op de zwaardere gronden
geen voordeel geeft en dat het aan
beveling verdient het water vanaf begin
September tot Mei zoo laag te houden als
met bet oog op de behoefte aan vaar
water veescheiding en drinkwater voor
het vee toelaatbaar is". Dat ook op tal
van veengronden de gunstige gevolgen
van peilverlaging niet zijn uitgebleven,
doet ons hopen, dat deze goede voor
beelden in de verschillende laagveenge
bieden om deze provincie spoedig navol*
ging mogen vinden.
Onze Commissie meent met het thans
meegedeelde te kunnen volstaan. Aan
de hand van theoretische beschouwingen
is in het rapport van. 1921 zoo duidelijk
uiteengezet, welke de voordeelen zijn van
een diepe ontwatering op die gronden,
waar de horizontale water verplaat sing
door de n ondergrond voor de plantenvoe
ding pratisch van geen beteekenis kan
zijn. De daartoe verzamelde gegevens wet
tigden volkomen de toen getrokken con
clusies. In de daarna verstreken jaren, zijn
de gunstige ervaringen, met peilverla
ging verkregen, opnieuw met tallo ze ver
meerderd, waarvan een staalkaart zooeven
aan U is voorgelegd. Het is thans dus de
practijk die tot de praktijk spreektwij
meenen aan te mogen nemen, dat haar
taal zal worden verstaan.
De Commissie
Ir. C. Nobel, Haarlem, Voorzitter.
C. CramerGlynis, Stompe tor jn.
K. Koster, Midwoud.
K. Kuiper, Oostwoud.
D. Pijper, Spanbroek.
P. Visscher, Wieringcrwaard.
Ir. S. Smeding, Scbagen, Rapportsur.
30 November 1927.
Cd
f**)
U
1
1.1 r