Tweede Blad
10.4954
DE LENTEFEE
Het Wu
PU ROL
voor het Land
van Heusden en Aitena,
de Langstraat
en de Bommelerwaard.
Kinderrubriek.
FEUILLETON
BEHOORENDE BIJ HET
kalmec'ren en worden
gesterkt door
yvjma/iclis
•immtaMdim
Buisje 75ct Bij Apoth en Drogisten
Ter gelegenheid van het 25-
jarig bestaan der Coöp. Roer-
mondsche eiermijn, de grootste
van Europa, is te Roermond een
tentoonstelling georganiseerd op
het gebied van pluimveeteelt,
zuivelproducten, en fruitteelt.
Een der aardigste inzendingen.
JULES MARY.
Moédes nemen voor de
rood«£ gesmette of ont
stoken huid van de
kleine, uitsluitend 't
allerbeste, en dat is
130 en 60 cL Tubc 80 cl. Bij Apoth. en Drogisten
smaakt als room
jtosblad
vel. Ze houden groote schoonmaak en
le Elfjes leeren nieuwe dansen. Ja, er
is zeker iets aan de hand."
Toen kwam er een derde hagedis aan,
die zeiJa. ik heb het ook gehoord eu
ik heb er met een .regenworm, die ik
goed ken, over gesproken. Hij kwam r>
gelrecht uit den heuvel, waar hij dagen
en nachten In heef: rondgezworven. Hij
heeft een heeleboel gehoord, want zoo
als je weet, kan hij niet zien. Hij ver
telde me, dat ze gasten verwachten in
den Elfenheuvel, hcoge gasten. Maar wie
j -cc
het zijn, wilde de regenworm niet zeg
gen. Of hij wist het izeif niet, één van
tweeën. Maar al de glimwormpjes moe
ten kcmen voer een fakkeloptocht en
al het zilver en gouden vaatwerk wordt
opgi"poetst en 's nachts in het maanlicht
gezet, om het mooier te doen glim
men."
„Wie zouden die vreemde gasten dan
wel zijn?", vroeg de eerste hagedis weer.
Beste jongens en meisjes.
De oplossingen van de vorige raad
sels zijn
1. Brood rood.
2. een ei.
3. de letter M.
4. Rcokvleesch ookvleesch vleescli.
En de nieuwe raadsels zijn:
1. Ik heb geen hoofd, ik heb geen
staart
'k Heb ook geen beendat is maijn
aard.
Ik heb alleen vel, vleesch en bloed,
Tcch smaak ik bijna ieder goed.
Bara, wat is dat?
2. Wie weet wat het verschil is tus-
schen een gulden van Koningin
Wilhelmina en een kwartje van
Kening Willem Drie?
3. Ik kon nooit verder dan de deur,
dat is nu eenmaal mijn aard.
Neemt men van mij een el slechts
af, dan word ik veel 'meer ineens
waard.
Want dan heb ik huizen, al hen ik
geen stad,
En ontneemt ge mij nu nog een R
dan ben 'k wat
Ge kreegt toen ge een heerlijk
versch eitje at.
Rara wie weet wat 'k bedoel met
dat?
OOM KAREL.
HET FEEST VAN ELFENHEUVEL.
I.
'Aan. den voet van een oude eikenboom
Zaten twee hagedissen, die een beet jé
boos in liet rond keken. Ze kenden elkaar
nyituurlijk goed verstaan, want ze spra-
m a lletwee hagedissentaal.
kWat een lawaai is er toch binnen
den Elfenheuvel", mopperde de ee-
hagedis. „Ik heb den iheelen nacht
géén oog dicht gedaan. Als het onweert,
(k|an het niet erger zijn. Heit is een
Schandaal."
,,Ja", zei de andere hagedis, ,:,er is
iéts op- til, binnen in den Elfenlieu-
heelemaal opgepoetst. De grond was ge
boend met maneschijn en de muren met
tooverhèksenvet, zcodat ze schitterden
met prachtige kleuren. En in de keuken
waren allerlei heerlijke gerechten klaar
gemaakt voor de gasten.
(Wordt vervolgd..
Vergadering van den Raa i der gemeente
IIEDIKHUIZEN, rp Dinsdag 24 Sep
tember n.in. 6 aur.
Voorzitter Edeiachtb. Heer v. Bokhoven.
-eoretnris V.'elEd. Heer Cnuwenberg.
Aanwezig olie teilen.
De Voorzit! ei opent de vergadering, de
Secretaris teest de notulen der vorige ver-
oadering' die onveranderd worden vast
gesteld.
Ingekomen stukken:
Goedkeuring doer Ged. St. .van het
raadsbesluit tot het aangaan eener geld
leening ten behoeve van den bouw der
Dobbelsteen. Ik ben bang als men dien
kring te klein neemt, -dat dan de kosten
te hoog zullen worden.
Voorzitter. Wij kunnen daarom het best
in beginsel tot toetreding besluiten dan
kunnen we later toch 'altijd nog zien,
wat we zuilen doen. De raad gaat ook
met dit voorstel accocrd.
V'irloopige vaststelling gemeentereke
ning en die van het G.E.B. 1928. Deze
rekening is door een commissie onder
zocht, die bij monde van den heer. D<yb-
belstcen rapport uitbrengt.
De heer Dobbelsteen zegt dat de re
kening goed in orde is bevonden, het
nadeel.'g slot is hoofdzakelijk te wijten,
aan de terugbetaalde belasting. Ook de
rekening van het G.E.B. is in orde be
vonden. Met eenparige stemmen wor
den de rekeningen hierop voorloopig vast
gesteld zooals zij door B. en W. zijn aan
geboden. De gemeenterekening met één
nadeelig saldo voor den gewonen dienst
DOOR
CN
Dien heeft zij lief, mompelde hij.
't Werd hem als door zijn jalouzie, zijn
toorn, zijn smart ingegeven. En hij ver
giste zich niet.
't Was werkelijk Laurens, dien zij zóó
aanzag.
Zijn breeder vergezelde hem.
Rii had Bertignolles beloofd, hem op
dit feest bij te staan. Bovendien zou-
iden er belangrijke beslissingen geno
men worden voor de toekomst.
Den vorigen dag had hij met Laurens
een laatst onderhoud gehad.
Broeder, wat staat ge mij toe, aan
{mijnheer Bertignolles te zeggen?
Gii kent mijn innigste gedachten en
wenschen, ge weet, dat ik Jenny niet
bemin, hoewel ik haar schoonheid be
wonder. Daar dit huwelijk ons allen ech
ter moet redden, en omdat van de andere
zijde voegde hij er jzachter bij
Marie mij verstooten heeft, zal .ik de
echtgenoot van dat jonge meisje worden.
Heb dank Laurens, zeide Michel ont
beerd. Zult ge niet van uw besluit terug
komen.
p» Neen, omdat ik er jou en onze moeder
door red.
En enze eer, Laurens.
Ga dus en doe wat ge wenscht.
Beitignolles was een oogenblik ge
„Hoor ze toch eens te ikeer gaan in den
Elfenheuvel, wat een rumoer. Ze schij
nen a'lemaal aan het werk te zijn."
Nauwelijks had hij dat gezegd, of de
Elfenheuvel ging open en er kwam een
Elfje in een gouden kleedje te voorschijn.
Zij wn0 de huishoudster van den ouden
Elfenkoning en ze droeg een izilveren
kroontje op haar hoofd. Ze trippelde
regelrecht naar den grooten eik en sprak
de nachtuil aan, zeggende: „U .wordt
uitgenoodigd vo.or het feest in den El
fenheuvel vannacht. Maar wil U asjeblief
alle anderen uitnoodigen? We krijgen hoo-
ge gasten, namelijk kabouters, en die
zijn erg lastig en hebben fa 1 tijd wat aan
te merken. En daarom wil de Elfen
koning laten zien wat we kunnen".
„Wie moet ik uitnoodigen?", vroeg de
nachtuil en schudde zijn wijze kop.
„Och, iedereen desnoods, als ze maar
in hun slaap kunnen pmten, net als de
elfjes, of iets anders kunnen, wat wij
kunnen. Maar denk er wel om, dat ze
allemaal deftig moeten zijn, want her
is een groot feest. De zeemeermin met
haar dochters moeten vooral komen.
Vraag die dus het eerste. Ze zullen het
wel niet erg prettig vinden, om op het
dreoge te komen, maar je kunt ze ver
tellen, dat ze elk een natte steen zullen
krijgen om op te zitten, zoodat ze zich
heelemaal thuis zullen voelen."
„Goed", zei de nachtuil, en vloog heen,
om de gasten te gaan uitnoodigen voor
het feest in den Elfenheuvel.
Ondertusschen waren de elfjes in den
Elfenheuvel al begonnen met hun nieuwe
dansen te dansen, terwijl ze met slui
ers zwaaiden, die van mist en maan
licht geweven waren. De groote zaal in
den heuvel was voor deze gelegenheid
schrokken, toen hij ook den markies op
't feest verschijnen zag. Wat zou hij
hem mededeelen Was 't zijn overwin
ning? Of was de familie de Soulaimes
van den slag bekomen, had zij zich kun
nen herstellen Hij vatte echter weer
moed, toen hij bedacht, dat Michel niet
zou gekomen zijn, om zijn voorstel af
te wijzen.
Dan zou hij slechts geschreven hebben.
Toch verwachtte hij angstig 't ant
woord.
Diep' ontroerd was hij, toen de mar
kies midden onder 't fêest op hem toe
trad en hem familiaar1 onder den arm
nam.
Mijnheer Bertignolles, zeide Michel zon
der verdere inleiding, ik heb u iets ern
stigs mede te deelen.
Nu was 't de rol ivan Bertignolles,
verwonderd te schijnen. En hij .speelde
zijn rol goed.
Wat dan? vroeg hij, alsof hij zich
niets herinnerde.
't Is over Laurens en juffrouw Jenny.
O, zoo, maar mijn lieve mijnheer, wat
ik; m toen gezegd heb, (waren slechts
eenige woorden, los in de lucht gewor
pen.
Eenigszins gekrenkt vroeg hij
Ge hebt toch, hoop ik, niet veronder
steld, dat 't in mijn hoofd kon opkomen,
u eenige voorwaarden te stellen.... Dat
zou een leelijke streek wezen, en geen goe
de daad van u zijn, zoo iets van rnij te
denken en bovendien.... en dan mijn
dochterdiehm... Spreek dus zon
der vrees, mijn waarde heerUw broe
der bemint mijn dochter nietDat wilt
ge mij mededeelen, niet waar In orde,
hoorLaten we er dus niet meer over
sprekenLaurens is moeieiijk in zijn
keuze... maar ik hoop, dat Jenny er zich
school te Hedikhuizeu.
Idem tot afschaffing van de hondenbe
lasting.
Schrijven van de vereeniging voor on
volwaardige Arbeidskrachten.
De heer Dobbelsteen zou dit schrijven
maar voor kennisgeving aannemen.
De Voorzitter stelt voor het aan te
houden tot de volgende vergadering, waar
schijnlijk zijn dan nadere gegevens be
kend. De rapd. gaat met dit voorstel a,c-
ooord.
Verder zijn ingekomen verschillende
aanvragen om subsidie. Deze zullen bij
de tegrooting worden behandeld.
Schrijven van de Gezondheidscommissie,
over de oprichting van een schoolart-
sendienst.
De Voorzitter verwacht over deze kwes
tie ook nog een schrijven van de Ver
eeniging van Nederl. Gemeenten.
Dobbelsteen. De kosten hiervan zijn
zeker ook nog niet bekend?
Voorzitter. Neen, wij zouden in begin
sel kunnen besluiten om toe te treden.
Ik geioof dat het de bedoeling is, een
arts aan te stellen, voor een grooten
kring, die dan geregeld de scholen zal
bezoeken. „V
in zal troosten... Geloof gerust, dat dit
geen verandering in mijn voornemen
brengt.... ten uwen opzichte.... Of Jen
ny al of niet gravin de Soulaimes wordt,
ik houd mij bij mijn belofte... Beschik
over mij.
De markies had hem laten spreken,
zonder hem in de rede te vallen. Ja,
al had hij eenige vermoedens gekoes
terd, Bertignolles had ze echter verwij
derd door zijn eenvoudige, maar oprechte
verkla i ing.
't Was waarlijk een eerlijk en braaf
man.
Hij wekte sympathie en vertrouwen. Hij
dwong iemand tot vriendschap.
Michel glimlachte en drukte hem gene
gen de hand.
Da.t wilde ik u juist «niet mededee
len, mijnheer Bertignolles, 't is van ge
heel tegencvergestelden aard.
Hij veelde de hand van Bertignolles in
de zijne beven.
Zou Laurens Jenny wellicht reeds lief
gehad hebben?
De markies vermeed een rechtstreeksch
antwoord.
Mijn broeder zal zich zeer gelukkig ge
voelen, de hand uwer dochter te ont
vangenReeds geruimen tijd had hij
haar lief om haar schoonheid en vooral
om haar goed en edel karakter.
Bertignolles loosde een diepen zucht.
Hij had moeite zich te bedwingen.
Ja, zeide hij, ja, 't is een slimme ke
rel, die broeder van uEn men moet
onafhankelijk wezen, als ik, om ihem
tot schoonzoon te kunnen aannemen...
degens dat geval in de ,elub
Zocals u weet, is dat een persoonlijke
wraakneming geweest.
Ja, ja, dat geloof ik ook, maar 't
schandaal is er daarom niet minder om.
van 2898.271/2 en voor den kapitaaldienst
met een voordeelig saldo van 513.72.
Aanbieding Gemeentebegrooting 1930.
Deze begrooting wordt in handen gesteld
van een commissie voor (onderzoek be
staande uit de heeren: Dobbelsteen, v.
Hemert en v. Heeswijk.
Aanbieding armenrekening en die va|u
het G.E.B. over 1928. (Deze worden in
handen gesteld van de' heeren Dobbelsteen
en v. d. Hegden,voor onderzoek.
Ontwerp besluit tot het aangaan eener
geldleening.
De Voorzitter licht toe dat in de vo
rige vergadering al wel ,tot het aangaan
eener leening is besloten, dat evenwel Géd.
St. niet accoord gaan (met een termijn
van 15 jaar voor aflossing van de geld
leening ten behoeve van de torenuurwer
ken, kermiddelen en schoolmeubelen to
taal plm. f 3700.—, de .termijn van aflos
sing wil het College hiervoor gesteld^ zien
op' 10 jaar.
B. en W. stellen voor thans te beslui-
j ten tot het aangaan eener geldleening
tot ten hoogste f3700.— met een aflos-
i singsrermijn van 10 jaar .en een rente van
I vier drievierde pGt. De raad gaaf ook met
dit voorstel accoord.
De Voorzitter deelt mede, dat hij na
mens de electriciteitscommissïe nog een
voorstel heeft, dat niet op- de agenda
staat. De electriciteit.«commissie zou bij
wijze van proef geduren le de maanden
1 Oct cl er—31 December '29 de prijs voor
het Jicht willen brengen :op< 40 ets. per
K.W.U. De raad verleent hiertoe zijn toe
stemming.
De lieer v. Hemert vraagt wanneer He-
dikliuizen electriciteit zou krijgen.
De Voorzitter antwoordt dit niet te
weten, Heusden krijgt nu electriciteit,
doch voor Hedikhuizen het kan krijgen,
moet eerst Herpt nog zijn aangesloten.
Rondvraag
De heer Dobbelsteen heeft gehoord,
dat de gemeenteambtenaar elders benoemd
is, spr. vraagt of »er al een ander be
noemd is en zoo ja of die benoeming dan
op' het oude salaris is geschied.
De Voorzitter antwoordt opi beide vra
gen toestemmend.
Dobbelsteen. Ik vind deze handelwijze
niet fair mijn voorstel is vroeger geweest!"
met f 200.— te beginnen en dat successie
velijk te verhoogen en nu eens met hef
volle bedrag te beginnen is niet zooals
het hoort. Er is gezegd dat het salaris
f 500 moest zijn, opdat de1 ambtenaar
ter secretarie in aanmerking ,zou ko
men voor pensioen, als men het salaris
evenwel op f 401.— had .gebracht, zou hij'
ook voer pensioen in aanmerking zijn
gekomen.
Voorzitter. Vijf honderd gulden is toch
niet veel, dit heeft men noodig voor
1 studie.
v. Hemert. Mijn standpunt is, dat in-
gezetenen den voorrang behoorden te ge
nieten en daarmede is geen rekening ge-
houden. i
Vcorzitter. In de gemeente is niemand
met een diploma,.
v. Hemert. Dat acht uk geen bezwaar,
zoodra ze kunnen gaan ze toch weg.
Voorzitter. Natuurlijk ze kunnen voor
f 500 niet hier blijven. t
Dobbelsteen. Ik ben uiet overtuigd, daf
Lier een ambtenaar noodig ,is. Op 't
oogenblik kan de raad |er uiets aan
doen, doch ik had graag gezien dat met
mijn voorstel rekening was gehouden.
Voorzitter. Ged. St. hebben ;reeds vroe
ger bericht, dat hier iwel een ambtenaar
noodig is, olmdiat als de Secretaris eens
weg of ziek is, dat er dan iemanl is,
die hem kan vervangen, :wij hebben ge-
imeend, dat het de beste weg was, te
benoemen, die thans benoemd is.
Dobbelsteen. Het is nu gebeurd, doch
ik: zag gaarne dat er in de toekomst re
kening mede wordt gehouden.
Voorzitter. Het is moeilijk 'hierin iets te
belooven, wij weten niet hoe dan de
omstandigheden zullen zijn.
Winkel. Als er voor minder geldi iemand
was te krijgen, zou tik er wel voor te
vinden -zijn.
Wethouder Winkel zag gaarne dat bij1
de school te Hedikhuizen een pomp werd
geplaatst als dit tenminste miet te veel
geld behoeft te kosten.
De heer v. Hemert meent dat uit hy
giënisch oogpunt er een pomp moet zijn.;
De heer Dobbelsteen merkt op dajt
bij de aangevraagde leermiddelen tot een-,
bedrag van f1500 naar i zijne meening
verschillende overbodige artikelen zijn, als;
toen daar wat opi wilde bezuinigen, had
men een pomp. Men, 'moet niet vergotpn
als men alles toestaat men de school
piekfijn gaat installeeren en men de kans
lcopit dat men dan jdezelfde aanvraag
zal krijgen voor de school te Haarsteeg.
De heer Winkel merkt op dat de schooi
te Haarsteeg altijd piekfijn in orde is
geweest.
De heer v. Hemert /meent dat er een
pomp moet komen.
De Vcorzitter belooft dat iR. en W.
die tr binnenkort toch moeten gaan kij
ken, deze kwestie met het schoolbestuur
zullen bespreken.
Daar verder niemand het woord ver
langt, sluit de Voorzitter de vergadering.
Maar laten we daar niet meer over spre
kenJenny bemint Laurens... Zij be
mint liem vurig, ik verberg 't u niet
Zij zai met mijnheer de Soulaimes zeer,
zeer gelukkig wordenIk ben u dus ver
plichtIk da,nk u, ik dank u van
ganse her harte.
Tranen kwamen in zijn oogen.
En ditmaal waren zij niet geveinsd.
Wanneer hij van zijn dochter sprak, was
zijn ontroering altijd oprecht.
Ge brengt mij onmiddellijk bij Laurens,
vroeg hij. Mij staat ge zeker toe, dat
i ik er met Jenny over ispreek? zij is
zoo weinig opi dat geluk voorbereid
j Ik moet er met haar over spreken
al was 't, om haar {langzaam op 't groo
te geluk voor te bereiden.
Hij verwijderde zich, en verdween in de
menigte om Jenny te zoeken.
Markies de Soulaimes volgde hem ,met
de oogen. t
Welk een braaf en waardig man, mom
pelde hij.
Bertignolles had eindelijk zijn dochter
gevonden.
Kom, zeide hij, kom spoedig.
Wat is er vader?
Een oogenblik schrok zij, daar ,haar
vader zoo opgewonden was.
Hij nam haar in een klein vertrek.
Daar waren zij alleen.
Ach. Jenny Jenny, wat ten ik geluk
kig, riep hij uit, terwijl 'hij haar om
helsde.
Zij durfde niets vragen, doch begreep
't. Vader, vader, riep zij .verrukt uit.
Hij bemint je.
Laurens.
J a.
Zeker.
Ik zweer 't je.
Heeft hij 't u gezegd?
Neen. i
Hoe weet je 't dan?
Zijn broeder is je hand voor Laurens
komen vragen.
O, mijn God, mijn God, riep zij bleek;
van vreugde uit.
En wankelend, als getroffen door zoo
veel geluk, viel zij in de armen vamj
haa-en vader. Zonder hem zou zij gevallen
zijn
Hij geleidde haar naar een canapé en
legde haar daar zacht neer.
Jtnny, mijn lieve Jenny, zeide hij:
Tranen kwamen in de schoone oogen
van t jonge meisje.... Maar 't waren trar
nen van vreugde.
Zij had 't niet verwacht, niettegenstaan
de haar vader 't haar beloofd had.....
Laurens had immers op den (dag, dat
zij hem die roos gaf, zelf aan Bertig
nolles bekend, dat zijn hart niet meer
vrij was? Dat hij een ander beminde en
Jenny nooit beminnen zou.
Een voorbijgaand liefdesavontuurtje, had
Bertignolles tegen zijn dochter gezegd.
Dat was dus waar? 't iWas slechte een
a.vcntuur geweest, een tijdverdrijf van ?t|
Parijsche leven?
En 't was dus werkelijk .Jenny, die hij-
lief had.
Uit liefde. Oprechte liefde. Zij zou zijn
vrouw worden.
Haar hart klopte van vreugde.
O, vader, vader, breng hem hier.
Nu reeds, zeide hij glimlachend.
Ik smeek 't u. Ik jwacht hem reeds
z oma ng.
Hij zag haar ongerust aan.
(Wordt vervolgd.)