Tweede Blad No. 5022 Vrijdag 23 Mei Examen gedaan en niet geslaagd (oor MJWIEL-MEBDEEIEI i RIJWIELEN i voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. dSTEM.9 Het geheim van de Lift. P. v. d. VELDEN P. v. d. VELDEN Kantongerecht Heosden RugpijnNieren Pillen BIJ Kinderrubriek. Versterk uw Nieren! FEUILLETON BEHOORENDE BIJ HET DE TOOVERHUID. IV. Tjonge, tjonge zei Kleine Klaas bij i zich zelf, „wat zal Groote Klaas jaloer-1 sch zijn, als hij hoort hoe rijk ik ben geworden door dat eene paard van mij. Maar ik vertel het hem niet direct, hij moet het maar uitvinden." Daarom zond 'Kleine Klaas een jongetje naar Groote Klaas, om een korenmaat te lee- nen. I „Waar heeft hij die korenmaat nu j voor noodig?," dacht Groote Klaas, en daarom smeerde hij een beetje stroop op den bodem van den korenmaat, op- dat er iets aan zou blijven kleven van hetgeen Kleine Klaas ging meten. En dat gebeurde precies als hij gedacht had. Toen Kleine Klaas den korenmaat liet terugbrengen, kleefde er op den •bodem een spiksplinternieuw kwartje. I „Wel sapperdekriek", riep Groote Klaas stomverwonderd uit en liep op een draf naar Kleine Klaas en riep- „Lieve deugd nog-antoe, waar heb je al dat geld vandaan?" „O," zei Kleine Klaas „dat heb ik voor mijn paardenhuid gekregen, die ik gisteren verkocht heb". „Hoe is het mogelijk!", riep Groote JKlaas uit, liep regelrecht naar huis en slachtte alle vier zijn paarden. Daarna vilde hij ze en ging met de vier paar denhuiden naar de stad. Zoodra hij daar aankwam, riep hij luidkeels door Kornis voldoende, maar te nerveas geweett. Waarom niet tydig Mijchardi's Zenuw- tabletten gebruikt? Hierdoor bij ft men kalm en helder van geest. Ze zijn verkrügbaar by Apoth. en Drogisten in kokers van 75 cent de straten: „Paardenhuiden te koop, mooie paardenhuiden te koop!" Nu, jelui kunt begrijpen, dat alle schoenmakers en leerlooiers van alle kan.en kwamen aangesneld en hem vroe gen, hoeveel geld hij voor zijn paarden huiden moest hebben. Groote Klaas bedacht zich geen oo- genblik maar antwoordde begeerig: „Ik :moet een zak vol goud voor iedere :huid hebben, en geen cent mminder!" „Hajiaha!", lachten de schoenlappers en de leerlooiers en stootten elkaar aan en sloegen zich van plezier op de knie, dat het klapte, „hahaha! Die is goed!? Hé, zeg, denk je soms, dat wij het is JE ADRES WIJK—AALBURG. geld maar voor het opscheppen heb ben?" Maar Groote Klaas liet zich niet uit het veld slaan en liet de schoenlappers en leerlooiers staan, en liep verder de straten door, roepende: „Ik heb mooie paardenhuiden te koop! Mooie paarden huiden!" Teen werden de schoenlappers boos en ze pakten (Cffk een leeren riem en joegen Groote Klaas door de straten van de stad, terwijl ze riepen: „Mooie huiden, hé? Ja, zeker, we zullen je een mooie huid geven! Weg met hem! De stad üit met hem!", en ze sloegen iGroote Klaas bont en blauw met hun riemen. Hij had nog nooit van zijn leven zoo'n dracht slagen gehad. Toen hij eindelijk buiten adem de poorten van de stad bereikt had, en zich weer moedeloos op weg naar huis begaf, Tiad hij nog steeds de vier paar denhuiden bij zich. Niemand had er een cent voor willen geven. Hij was erg ver moeid toen hij eindelijk laat in den avond thuis kwam. Den volgenden dag verkocht hij de vier huiden voor een paar gulden aan den schoenmaker van het dorp en huilde den ganschen dag, dat |h; ij zich zóó door zijn geldzucht had laten verleiden, om zijn vier paarden te slachten om de huiden te verkoopen. Hij had hu geen paarden meer en moest nu voortaan eiken dag bij Kleine Klaas het land ploegen, terwijl hij op één dag in de week de paarden van Kleine Klaas mocht leenen, om zijn eigen akkers te bewerken. En het duurde vele jaren; voor hij weer zóóveel overgespaard had dat hij weer vier paarden kon koopetr. Tooi hij eindelijk weer zóóver was, sloot hij weer vrede met Kleine Klaas en vroeg:„Nu moet je me toch eens vertellen, Kleine Klaas, hoe jij eria slaagde, zóóveel goud voor je eene paar denhuid te krijgen?" ,.Nee," zei Kleine Klaas," dat vertel ik je niet, dat is mijn geheim". EINDE. vanaf f 45.met Torpedonaaf WIJK—AALBURG. STRAFZITTING VAN HET KAN TONGERECHT TE HEUSDEN van Vrijdag 16 Mei 1930. Kantonrechter: Mr. C. W. v. Onï- meren. Griffier: Mr. G. H. Bleeker. Ambten, van het Openb. Ministerie? Jhr. Mr. E. Ver hei jen. Een zittinkje met slechts 30 zaken, waarvan 3 kinderzaken. Beste jongens en meisjes. De oplossingen van de vorige raad sels zijn: 1'. De schrijfpen. 2. De stokvisch, want het lijf is hier en de kop ligt in Noorwegen. 3. Het woordje „verkeerd". De nieuwe raadsels zijn: 1. Het is een dapper en moedig man die U ter hulp snelt, als ge in nood verkeert. En of ge hem nu van achteren naar voren, of van voren naar achteren leest, hij blijft steeds dezelfde. Rara wat is dat? 2. Welke overeenkomst bestaat er tusschen het eiland Schokland en de letter E. 3. Welk bed wordt door geen enkele huisvrouw ooit opgeschud? OOM KAREL. De eerste zaak welke wordt uitgeroepen is die contra M. M. H., rijwielhersteller te Oss. Verdachte had zyn chauffeur van Erp met een autibus laten rijden om werklieden te vervoeren van Heusden naar Tilburg, zulks terwyl die bus niet was goedgekeurd. Verdachte zegt dat de bus wel was goedgekeurd, maar dat bet goedbeurings- bewjjs niet ten zijne name stond, maar ten name van den vorigen eigenaar. KantonrechterWe zullen den veibalisact, den marechaussée Schouwink eens hooren. Marechauscée SchouwinkWat verdachte zegt is juist 't zat in de overschrijving, Verdachte ik ben zelf naar Breda ge weest voor overschrijving op mjjn naam en ten bewjjze daarvan leg ik UEdelacbtbare dit schrijven van den Inspecteur der auto bussen over. Kantonrechter Is nu de zaak in ordef Een ernstig feit vindt ik het niet. VerdachteIk ryd al langen tijd niet meer. Kantonrechter dan kom je er af met f 1 00 boete of 1 dag hechtenis. J. de J. Schipper op bet baggervaartuig »E!ise« te Giessendam had met zijn bagger vaartuig op de Nieuwe Merwede gelegen aan twee zjjankers zonder dat deze waren aangeduid door een blauwe tor». KantonrechterDeze zaak wit ik eerie nauwkeurig nagaan, want 't komt my voor op grond van verkregen inlichtingen, dat er iets hapert. Getuige Rijnsaardt, technisch ambtenaar van den Ryks-Waterstaat te Werkendam verklaart als volgtop de Nieuwe Merwede liggen drie baggermolens en indien nu de molens drie zijboeien hadden zouden de visschers last betbsn met hun drijfnetten. Ik htb hun aangeraden een anker met één hand te gebruiken, wat hy op dit oogenblik ook doet. Getuige Slik. tijksveldwachter te Zwjjn- drechtIk heb gezegd dat ze een ton op het anker moesten hebben, maar de ver dachte zei dat dit niet mocht voor de vis- schery. Er is een zekere zegendreef, waar ze niet mogen liggen. Er is werkelyk ge vaar wanneer op 150 M. afstand uit het schip een anker wordt uitgebracht, want andere schepen kunnen dan achter de achterketting blijven haken wanneer er geen ton boven bet anker is uitgebracht,. Maak uw leven weder tot een lust! Pijn in de lendenen, die urine- stoornissen, dat vermoeid, zenuwachtig en afgemat gevoel, die hoofdpijn en duizeligheid, zij kunnen aan nierzwakte te wijten zijn. Wordt weer flink en wel door het gebruik van Foster's Rugpijn Nie ren Pillen. Dit betrouwbaar niermid del kan aan overwerkte nieren blijkens de ervaring van zoovelen juist die hulp verschaffen, welke zij noodig hebben en haar bijstaan om het bloed te zuiveren van de erin voorkomende onzuiverheden, die uw kwalen ver oorzaken. Begin nog heden met het gebruik. Verkrijgbaar bij alle drogisten enz. in glazen verpakking a f 1.75 p. flacon. H.M. de Koningin-Moeder is Maandag le Oisterwijk gearriveerd, waar zij eenigen tijd zal vertoeven. Bij haar aankomst werd H.M. verwelkomd door den burgemeester van Oisterwijk, den heer J. J. L. M. Verwiel, terwijl diens dochtertje aan H.M. bloemen aanbood. o Naar L. Grou. Eenige geautoriseerde bewerking door J. Boonen en Cor Wouters. 1.) I. EEN OPZIENBAREND GEMENGD NIEUWS. Alfred Tortoran sloeg zijn dagblad open, een tamelijk vet opschrift trof ziin blik. Beide oogen van verwondering opengesperd las hij: „Het geheim van de lift". „Een man, die verdwijnt zonder eenig spoor achter te laten, midden in Parijs, in een lift, is geen alledaagsche gebeur tenis. Niettemin is het voorgevallen in het perceel nummer 15 bis, rue d'Hautevüle. In dat huis heeft een koopman zijn privékantoor en zijn woning op de eer ste verdieping, terwijl het magazijn en de kantoren zijner bedienden beneden gevestigd zijn. Een privaatlift verbindt beide verdie pingen. Welnu, gisterenavond om kwart voor zessen althans kort vóór het sluitings uur, is de kassier, die gewoonlijk be neden werkt e n van zijn boodschappen in Parijs terugkeerde, in tegenwoordig heid van alle bedienden in de lift ge stapt om naar zijn baas te gaan, die met ongeduld op hem wachtte. Het schijnt, dat het toestel zich ta melijk langzaam in beweging zette (deze bizonderheid is van belang.) Na ongeveer twee minuten bereikte zij haar bestemming. De heer Réné Lambert, die oogen- blikkelijk zijn bediende wenschte te spre ken, stond op het trapportaal, vóór de deur van het toestel. De kast was leeg, de kassier was tijdens de korte reis van beneden naar boven verdwenen. Laten we er aan toe voegen, dat de aldus op de zonderlingste wijze ver dwenen kassier drager was van een aktentasch die, benevens belangrijke do cumenten, een groot bedrag in titels en verscheidene waarden voor meer dan één millioen, zegt men, inhield. De politie is een onderzoek in deze zonderlinge geschiedenis begonnen." Toen hij met zijn lezing klaar was, bleef Alfred Tortoran eenige oogenblik- ken droomend voor zich uit staren. Wat een merkwaardig avontuur, mompelde hij. Dan haalde hij de schouders op. Hij had heusch wel wat anders te doen, dan zich suf te denken over de verdwij ning van een onbekende.... Ja, zuchtte hij, als er nu een beloo ning aan den eerlijken vinder uitge loofd werd... Toen hij dien morgen aldus onder het lezen van zijn dagblad over den Boulevards des Italiens slenterde, ver frommelde Alfred Tortoran af en toe in den zak van zijn overjas twee pa piertjes, waarvan de aanraking terzelf der tijd genoegen en verveling in hem opwekte. Een dezer papieren dat hem tot vreugde stemde, was een mooi bank briefje van vijftig, heelemaal nieuw, dat zijn gansch fortuin vertegenwoordigde en dat de Bank van Leening hem zoo even in ruil voor zijn horloge, laatste overblijfsel van vervlogen roem, over handigd had. Het ander dat hem tot een gemelijken grijns aanzette, was het recu dat hem was ter hand gesteld, en hem het recht verleende tegen be taling van een matigen interest, het verpande voorwerp binnen tijdsverloop van één jaar af te halen. Alfred Tortoran was vijf en twintig jaar oud, had een meer weelderigen dan practische opvoeding genoten, tan den als een jonge wolf en een wilden eetlust. Zijn gelaat was open en sym pathiek en zijn oogen fonkelden van sluwheid. Hij studeerde in de rechten, toen fi- nancieele moeilijkheden welke op den dood van zijn ouders volgden, hem dwongen zelf zijn brood te verdienen, hetgeen hem tot nu toe nog niet gelukt was. Beurtelings klerk bij een lood gieter, bankbediende, kellner, had hij elk dezer beroepen achtereenvolgens wegens gemis aan werkzaamheid moe ten opgeven, uitgemaakte onbekwaam heid in de wis- en natuurkundige we tenschappen en herhaalde „bokken" in het iejvenwichtspel dat bestaat in het dragen met één hand van een half do zijn „schnitten". Op dit oogenblik zocht hij een weg en vond hem niet. Daar hij evenwel over iet en goede gezondheid, een on wankelbaar optimisme, een onverzette lijk geloof in zijn gelukster en een bankje van vijftig beschikte, zag hij de toekomst rooskleuriger in dan zijn zorgelijke toestand het had kunnen doen veronderstellen. Terwijl hij moeite deed om uit zijn hersens de weldadige gedachte te doen opwellen, die hem zijn dagelijksch brooo zou verzekeren, bemerkte Alfred Tortoran dat de stadsklok op den boule vard op twaalf uur stond en dat zijn maag het met de wijzers eens was. Primo Dejeunare, deinde philosopha- re, mompelde hij in een latijn dat juist bij de omstandigheid paste. En ik ben voornemens eens duchtig te eten; 't is gisteren karig geweest en ik durf aan de menu's die ik morgen zal lezen, niet te denken.... Een goed maal is de beste raadgever, ik wil even zijn advies winnen. Na deze alleenspraak duwde hij de deur van een restaurant open, ging er binnen, klom naar de eerste verdie ping om er, terzelfder tijd tnet het nuttigen van een lekker maal, het ge noegen te smaken van het schouw spel van den drukken en krioelenden boulevard. Dadelijk begon hij met de medewer- \verking van een ernstig en hoffelijk oberkellner, een stevig menu op te stel len. Terwijl hij zich in deze gewichtige ï>ezigheid verdiepte, werd de restau ratiezaal met klanten gevuld. Een groote jongeling die met één oogopslag be merkt had, dat alle vensters bezet wa ren, kon een gebaar van ergenis niet onderdrukken. De oberkellner merkte het en maakte met zijn twee armen een beweging van: „Ik kan het niet helpen". Maar de nieuw aangekomene stapte regelrecht op Alfred toe, bleef vóór hem staan en vroeg: Met uw verlof, mijnheer, mag ik aan uw tafel plaats nemen?.... Die stoel tegenover u is zeker vrij, en.... Terwijl hij de oogen opsloeg naar. dengene die hem aldus aansprak, riej^ Tortoran uit: Maar zie ik het wel goed.... Is u niet Julien Lacroix? Tortoran, riep op zijn beurt de groote jongeling. Die ouwe Tortoran. Dan, zonder meer, maakte hij zich meestervan den stoel waarnaar hjj verlangd had en zei: i Verwacht je niemand? Neen.... Ilc wel, we zullen dichter bij elkaar schui ven: het verheugt me zeer met jou te middagmalen. Julien Lacroix was een vriend uit zijn schooltijd, dien Alfred sedert eenige jaren uit het oog had verloren, maar, wiens werk hij regelmatig in de „Ga- zette de Paris" las, het dagblad waaraan Julien als reporter verbonden was. En wat voer je uit, ouwe jongen? vroeg de journalist, terwijl hij de ge rechten aanviel. Alfred aarzelde een seconde, dan daaü hij zich herinnerde een sonnet ter eere van een buurmeisje samengerijmd tc hebben bevestigde hij niet zonder licht blozen Ik doe aan liiteratuur. Met een vluggen oogopslag bekeek! Julien Lacroix de uitgerafelde jas en afgesloten linnen van zijn vriend en kwam tot de overtuiging dat de letter kundige werken van Tortoran geen groote verdiensten moesten opleveren, Maar hij onthield zich deze opmerking luidop te maken en gaf het onderhoud een andere wending, terwijl hij herinner- gen uit hun jeugd ophaalde. (Wordt vervolgd). Nieuwsblad E

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1930 | | pagina 5