HET BRILLENHUIS KERKSTRAAT 30. KEUNEN-MALINGRÉ T£LE8P HEUSDEN R's Bij gevatte Koude 4* VOOR DE a.s. FEESTDAGEN s H. VAN DER VEN - Den Bosch FIJNE LIKEUREN, als s de bezetting der beschikbare woon ruimten vereischt oplettendheid en juist inzicht. De eerste van deze vragen is alleen voor gezinshoofden bestemd; bij de aantallen, in het antwoord in te vul len, en aangevende de samenstelling van het gezin, hebben zij zichzelf mee te tellen. De volgende vragen zijn zoowel voor gezinshoofden als voor alleen wonende personen. Onder de voor bewoning bestemde vertrekken moeten slaapvertrekken wel worden meegeteld, die dan ook nog eens afzonderlijk worden opge geven, doch mogen bijvoorbeeld berg zolders en -kelders niet worden mee gerekend, zelfs al is men door ge brek aan voldoende woonruimte ge dwongen zoo'n bergzolder of -kel der als woon- of slaapruimte te ge bruiken. Men vindt in dit geval twee afzonderlijke vragen daarvoor aan het slot van deze rubriek. Gangen, portalen, vestibules, zijn evenmin voor bewoning bestemde vertrekken; dwingt te krappe behui zing bijvoorbeeld een portaal als nachtverblijf in te richten, dan geldt hiervoor weer hetzelfde als voor de bergzolders. Evenzoo wanneer een hall als wachtkamer wordt gebruikt. Daarentegen moeten een badkamer waarin geslapen wordt of die als linnenkamer wordt gebruikt, of een serre die tot slaapvertrek dient, wel bij de woonvertrekken meegeteld. Het onderscheid is hier niet zoo groot als bij een bergzolder of -kelder. In het algemeen tellen badkamers mee als woonvertrek, tenzij ze slechts bestaan in een afgeschoten ruimte, b.v. onder een trap met douche of wasch gelegenheid Bedsteden, welke als kast of zoo worden gebruikt, tellen niet mee. Een voorbeeldeen gezinshoofd Leeft voor zich en voor zijn gezin beschikking over 3 voor bewoning bestemde vertrekken, waarvan er 1 "dient als slaapvertrek; in zijn woning is 1 bedstede, als zoodanig in ge bruik. Bovendien heeft hij beschik king over 2 eigenlijk niet voor be woning bestemde ruimten, welke ech- tér noodgedwongen toch bewoond "moeten worden en wel 1 daarvan als slaapvertrek. De opvolgende vragen geven gelegenheid al deze cijfers in de genoemde volgorde in te vullen. Tot de lastigste vragen behooren die welke het beroep betreffen, om dat zich op dit gebied zooveel ver scheidenheid voordoet en het te doen is om een zoo gespecialiseerd moge lijk overzicht te krijgen van alle be roepen welke in ons land worden uitgeoefend. Beoogd wordt bijvoorbeeld ten aan zien van hen, wier werkzaamheid ligt op het gebied van zaken, ondernemin gen, bedrijven of instellingen een splitsing te maken in 4 zoogenaamde beroepsposities: a. personen, die in hun beroep als .„zelfstandigen" moeten worden be schouwd; dit zijn zij, die eigenaar zijn van een zaak, een onderneming, een bedrijf of een instelling of die voor eigen rekening zonder personeel hun beroep uitoefenen; b. personen, die als beroepslioof- den zijn te beschouwen, b.v. Direc- v teuren van Naamlooze Vennootschap pen of van Coöperatieve instellingen, in het algemeen dus personen die aan het hoofd van zaken enz. staan zonder dat zij daarvan eigenaar zijn. c. personen, die in meer onderge schikte positie in een zaak, enz. werkzaam zijn en belast zijn met toe zicht over het gewone personeel (b.v. bedrijfsleider, opzichter, meester knecht, depot- of filiaalhouder, win kelchef e.d.) d. personen, die als het gewone personeel zijn te beschouwen en dus geen der onder a, b en c beschreven posities innemen (arbeiders, waaron der ook voormannen, employés, be ambten en dergelijke in een zaak enz. werkzaam). Om het mogelijk te maken de ver schillende door de bevolking uitge oefende beroepen in een aantal groo- te bedrijfsklassen en deze wederom in kleinere bedrijfsgroepen in te dee- len, wordt voorts gevraagd den aard van de zaak, de onderneming, het be drijf of de instelling op te geven waarin men werkzaam is. Vermelding van de afdeeling, waarin men werk zaam is, is in vele gevallen onmisbaar om een juiste kennis van den aard van het opgegeven beroep te verkrij gen, b.v. in een manchinefabriek de afdeeling bankwerkerij. Opgave van de bijzondere, in gebruik zijnde be naming van de werkzaamheid strekt al mede om het juiste inzicht in den aard van het beroep te bevorderen. Naam en adres van de zaak, waar men werkzaam is, worden gevraagd om gelegenheid te openen tot het vragen van nadere inlichtingen, in geval de beantwoording onvoldoende is voor een juiste rangschikking. Beantwoording met algemeene be- BORDEAUXWIJNEN ZOETE WIJNEN. ANISETTE, CURASAO, PERSICO, ENZ. BOERENJONGENS ADVOCAAT. COGNAC BRANDEWIJN RUM. Uitsluitend prima kwaliteiten. Levering steeds franco huis. doch door het land aan den Bern- schen dijk in orde te brengen, kun nen eenige menschen aan werk worden geholpen en daarmede wordt tevens een goed werk verricht. B. en W. stel len daarom voor, de pachters die dit wenschen, van de pacht te ontslaan, om daardoor de gelegenheid te krij gen werkloozen te werk te stellen. Aan vankelijk hadden B. en W. gedacht, met één perceel te beginnen, doch aan gezien daarbij het bezwaar bestaat, dat dan een niet-ingezetene het eerst in aanmerking komt, om van de pacht ontslagen te worden, zijn B. en W. met het voorstel gekomen, om alle pach ters die dit wenschen te ontslaan. Brillen - Barometers - Leesglazen enz. woordingen als „arbeider" of „werk man" is -r- het blijkt wel uit het bo venstaande geheel onvoldoende. Wederom een voorbeeld: een „ster ker" in de N. V. Textielmaatschappij „Twente" heeft op te geven dat hij is „sterker"; in dienst van een an der? „ja" en wel bij „de N. V. Tex tielmaatschappij Twente" te „Henge lo", „Textielfabriek", afdeeling „we verij". Bestuurder, „neen", belast met toezicht „neen". Personen die meer dan één beroep uitoefenen, vermelden alleen hun hoofdberoep, namelijk dat hetwelk de voornaamste dagtaak vormt. Gepen - sionneerden geven op: „zonder be roep" wanneer zij tenminste geen be roepswerkzaamheden meer verrichten. Doen ze dit wel, dan geven ze deze werkzaamheden als beroep op, ook al vormen ze geen volledige dagtaak. Wie uitsluitend leeft van rente, uit- keeringen en dergelijke, vermeldt: „zonder beroep". Wie hoofdzakelijk leeft van huizenbezit (verhuren) geeft op: „huizenexploitant". Bijzondere moeilijkheden geeft het tellen van schippers en woonwagen bewoners. Een afzonderlijke regeling is getroffen voor deze personen zon der vaste woonplaats. Wanneer voor hen of door hen telkaarten zijn in gevuld en ingeleverd, wordt hun daarvoor een ontvangbewijs uitge reikt, dat zij gedurende de maanden Januari, Februari en Maart 1931 moe ten toonen aan eiken ambtenaar van het Openbaar Gezag, die daarom vraagt. Het is van belang dat -zij er op letten dit bewijs gedurende die maanden goed te bewaren. In de omslagen bevinden zich ook groene kaarten. Deze dienen voor de Bedrijf stelling welke gelijktijdig met de Volkstelling zal worden gehouden. Hierover wordt een afzonderlijke me- dedeeling uitgegeven. Tenslotte nog een korte mededee- ling over een afzonderlijk onderzoek, dat op 31 December in een aantal gemeenten vanwege de Nederland- sche vereeniging tot bevordering van den arbeid voor onvolwaardige ar beidskrachten (A. V. O.) zal worden ingesteld, doch dat geen deel uit maakt van de volkstelling. De bedoelde vereeniging hecht er terecht groote waarde aan, zoowel uit wetenschappelijk oogpunt als om helpend te kunnen optreden, in het bezit te komen van een overzicht van die inwoners van ons land, die lij den aan lichamelijke of geestelijke af wijkingen. Een eerste stap hiertoe zal worden gedaan door de besturen van een aantal gemeenten, welke zich op uitnoodiging van de vereeniging A. V. O. daartoe bereid hebben ver klaard, en wel door aan de volkstel lers, die de volkstellingsformulieren rondbrengen en ophalen, tevens ter uitreiking mee te geven afzonderlijke vraaglijsten, tot dit doel samenge steld. Ofschoon de beantwoording van deze vraaglijsten, welke buiten de volkstelling vallen, niet verplicht is verdient het wel aanbeveling door een juiste invulling mee te werken aan de door de vereeniging A.V.O. ondernomen poging, welke niet an ders beoogt dan het belang der be volking zelve. Spoedeischende vergadering van den Raad der gemeente HERPT, op Vrijdag 18 December, des voor middags 11 uur. Voorzitter: EdelAchtb. Heer H. J. v. Eggelen. Secietaris: WelEd. Heer F. v. Liempt. Afwezig is de heer J. Buijs. De Voorzitter opent de vergadering te 1L20, waarop de Secretaris de no tulen der vorige vergadering leest, die onveranderd worden vastgesteld. Ingekomen stukken: Circulaire van Ged. St. waarin dit college bericht, dat het zijn voorstel tot herziening der jaarwedden van Bur gemeesters, Secretarissen en Ontvan gers voorloopig terug neemt, en deze jaarwedden althans voor 1931 onge wijzigd blijven. Schrijven van den N.C.B. over den op te richten destructor, naar aanleiding van de gevraagde inlichtingen. Art. 10 wordt in dier voege gewijzigd, dat voor gestorven dieren, waarvan onthuiding verboden is, voor een groot stuk vee f30.voor kalf, veulen, varken enz., met een grooter gewicht dan 50 K.G. f 20.en voor een varken, schaap, geit met minder gewicht dan 50 K.G. f 10. moet worden betaald. Met de bepaling, dat iails andere gemeenten of kringen op voordeeliger voorwaarden aanslui ten, deze laatste voorwaarden ook voor de gemeente Herpt zullen gelden, kan de N.C.B. niet accoord gaan. Voor den op te richten destructor is een groot kapitaal noodig en het staat niet vast, dat dit kapitaal rendabel zal worden gemaakt. De Voorzitter zegt, dat toen hij dit las, het hem niet erg duidelijk was. Spr. kan niet begrijpen welk bezwaar er tegen het opnemen van de voorge stelde bepaling kan bestaan. Daarom zijn door het gemeentebestuur nadere inlichtingen gevraagd bij den Secretaris van den Boerenbond. Deze redeneert, dat de oprichting veel geld kost en de rentabiliteit niet gewaarborgd is De N.C.B. wil daarom de vrije hand hou den om later met andere provinciën een contract af te sluiten desnoods on der voordeeligder voorwaarden, dan in deze provincie zullen gelden. Nu meent spr. dat dit een onbillijkheid zou zijn tegenover de Noordbrabantsche ge meenten, die de gangmakers van het bedrijf zijn geweest. Is men niet te voren zeker van de rentabiliteit, waar om begint men er dan mede? B. en W. stellen voor, de gestelde bepaling te handhaven. De heer v. Herpt meent, dan men hier als boerengemeente wel zooveel vertrouwen in den Boerenbond mag stellen, dat als deze voordeeliger voor stellen kan doen, dit ook zal gebeuren, door aansluiting werkt men mede de oprichting mogelijk te maken. Als een gemeente als Drunen het waagt, waar een bestuurslid van den N.C.B. tevens raadslid is, kan men dit ook hier wel doen. De Voorzitter acht het gewenscht, dat de gemeente in ieder geval toch eerst zijn bezwaren kenbaar maakt. Men zit hier om het gemeentebelang te die nen en meent spr., er is toch wel iets tegen, dat anderen later op voor deeliger voorwaarden kunnen aanslui ten. De heer v. Herpt zegt, dat er wel wat tegen is, doch er is ook wat voor. De N.C.B. wil iets gaan presteeren, als boerengemeente dient men dit te waardeeren en te steunen. Besloten wordt de bezwaren van de gemeente kenbaar te maken. Voorstel van B. en W. tot ontslag van huur aan de pachters van het bouwland aan den Bernschen dijk, in verband met werkverschaffing. De Voorzitter zegt, in verband met dit voorstel deze spoedeischende ver gadering te hebben belegd. Al is het met de werkeloosheid in deze gemeente niet zoo heel erg gesteld, er zijn er toch die graag willen werken, doch waarvoor geen werkgelegenheid bestaat op dit oogenblik. Naar spr.'s meening rust op het gemeentebestuur de plicht, te pro- beeren deze menschen werk te geven. Werken is beter, dan ondersteuning ge ven. Nu is er in deze gemeente niet veel gelegenheid voor werkverschaffing, De heer de Wilt acht het, nu het reeds tegen Kerstmis loopt, niet den geschikten tijd, om alles onderhanden te nemen. Voor den bestemden tijd krijgt men alles niet klaar. Spr. zou slechts met een vierde of een vijfde gedeelte beginnen. Krijgt men het niet klaar, dan wil men het ook niet pach ten en blijt het voor rekening van de gemeente liggen. De Voorzitter gelooft, dat men wel op tijd klaar zal komen. De heer Couwenberg geloaft dit niet. De heer v. Bokhoven zegt, dat men niet alles kan voorzien, zou men een tijd vorst krijgen, dan komt men, dit gelooft spr. ook, niet op tijd klaar. De heer v. d. Broek schrok toen hij deze convocatie kreeg en zag dat er een voorstel van B. en W. was voor werkverschaffing. Spr. vroeg zich af of er nu werkelijk zooveel werkeloozen waren, dat deze spoedeischende ver gadering daarvoor noodig was. Hij in formeerde daarom eens en kwam daar door tot de conclusie, dat er niet zoo veel werkeloosheid is. Om dezen tijd zijn er in de gemeente altijd personen die geen werk hebben, dat is een ge woon verschijnsel, dat er ieder jaar is. Nu zijn er wel een of twee, die nog pas in deze gemeente zijn komen wo- r*f/c geraspte Or Szwitsersche Kaas nen, die werkeloos zijn, gaat men daar voor evenwel maar direct werk zoe ken, dan zal men gaan denken, in Herpt is het goed, wij zullen daar gaan wonen, (en daartoe bestaat gele genheid) daar helpt men ons direct aan werk. Spr. gelooft dat men zich op een hellend vlak gaat begeven, waaruit voor de gemeente groote kos ten zullen voortvloeien. Daarbij gelooft spr. niet, dat de heerschende maiaise spoedig gedaan zal zijn, hij vreest dat ae werkeloosheid het volgend jaar zich ook nog wel zal voordoen. Gaat men nu in eens alles onder handen nemen, dar. bestaat er het volgend jaar geen gelegenheid de menschen te helpen. Vroeger heeft men nooit over werk verschaffing gesproken en nu er die paar vreemden bij zijn, die pas wer keloos zijn geworden, gaat men daar direct over spreken. Spr. acht dit over dreven en zeker was daar geen spoed eischende vergadering voor noodig. De heer v. Herpt heeft met belang stelling de discussie gevolgd. Spr. is het roerend met den Voorzitter eens, dat als er werkeloozen zijn het beter is deze aan wrerk te helpen, dan ze ondersteuning te geven, want dat is het oorkussen van den duivel. Aan den heer De Wilt zou spr. willen vragen of het overeenkomt met de recht vaardigheid, als men pachters van bui ten de gemeente ontslaat van pacht en de ingezetenen dit niet doet. Iemand die arbeidt mag verdienen, dat geldt ook voor de pachters. Spr. acht het de plicht van de gemeente, werke'oozen aan werk te helpen, als daarvoor moge lijkheid bestaat, daarom kan hij vol komen met het voorstel van B. en W. accoord gaan, hoewel hij er ook geen bezwaar tegen zou hebben, als men met een of twee perceelen wilde beginnen, als men dan ten minste eerst ingeze tenen van de pacht ontslaat. De heer v. Bokhoven zegt, dat bij B. en W. juist het bezwaar heeft ge golden, dat men dan moest beginnen met een niet-ingezetene, maar toch zou spr. met één perceel beginnen. De Voorzitter zegt, dat aanvankelijk B. en W. ook hadden gedacht, slechts met één perceel te beginnen, door het bloote toeval moet men dan evenwel beginnen met een niet-ingezetene van de pacht te ontslaan, dit geeft een vreemde verhouding, daarom hebben B. en W. gedacht alle pachters die het wenschen daartoe de gelegenheid te geven. Spr. wil den heer v. d. Broek op merken, dat door slapte op de werf te Heusden een paar menschen in de ze gemeente werkeloos zijn geworden, die menschen moeten geholpen worden. Zeker heerscht er ieder jaar onder de landarbeiders werkeloosheid, doch het is de vraag of deze werkeloosheid dit jaar ook niet grooter is als andere jaren, moet dus ook daarin niet wor den voorzien? Men zal het met spr. eens zijn, dat het beter is de menschen werk te geven, dan ze te bedeelen, men houdt er dan het eergevoel in en men krijgt productief werk. Spr. meent, dat men daarom over de bezwaren maar heen moet stappen, natuurlijk kost het de gemeente eenig geld, doch deze mag zich niet onttrekken aan den plicht, hierin zooveel mogelijk te voorzien. De heer v. d. Broek vindt het heel mooi, dat de menschen aan werk wor den geholpen, dat dit echter zoo spoe dig moet gebeuren, daar mede is spr. het niet eens. Als er een regeling wordt getroffen, dat alleen kostwinners te werk zullen worden gesteld, heeft spr. echter geen verder bezwaar. De Voorzitter zegt, dat het in de bedoeling ligt van B. en W. een der gelijke regeling te treffen, dat zou spr. evenwel in "n besloten vergadering wil len doen, daarover zal men het wel eens worden. Het is volstrekt niet de be doeling van B. en W. werkeloozen te kweeken, doch zij achten het wel noodig, dat menschen die werken wil len en voor een gezin hebben te zor gen, ook aan werk worden geholpen. De heer Verhoeven zegt, dat hij eens een kijkje heeft genomen en bemerkt heeft dat het land in buitengewoon slechte conditie is. Spr. vreest, dat als er niets aan wordt gedaan, de pachters het gewoon zullen laten liggen. Het is niet de bedoeling van B. en W. in eens heel het complex onder handen te nemen, doch perceel voor perceel. 1 Ontslaat men echter den een van de pacht, dan behoort men dit ook den ander te doen. Spr. heeft de overtuiging, dat er nog wel bij zullen zijn die geen afstand willen doen. De heer v. Bokhoven gelooft, dat er dit zeer weinig zullen zijn. De Voorzitter zegt dat hij er geen bezwaar tegen heeft, als de raad slechts een pachter wil ontslaan. De heer v. Herpt zegt zich ook daar mede te kunnen vereenigen, als men met een ingezetene begint, dus aan den anderen kant van het terrein. Met algemeene stemmen wordt in dezen zin besloten. Regeling voor de loonen zal in be sloten vergadering worden behandeld. Bij de rondvraag vestigt de heer v. d. Broek de aandacht op den slechten toestand der speelplaats bij de Bijz. school waar de jongens moeten spelen, het is noodig daar verbetering te bren gen die met een paar karren grint is te verkrijgen. De Voorzitter zegt, dat deze klacht bij het schoolbestuur thuis hoort. De heer v. Herpt, lid van het school bestuur verklaart, deze klacht te zullen overbrengen. De openbare vergadering wordt hier na gesloten. in hoofd en ledematen, Rheumatische pij nen, Griep en Influenza, Hoofdpyn, Kies pijn, Aangezichtspijn en vastzittende Hoest, zullen Mijnliardt's Poeders U spoedig helpen. Doos 45 ct. Bij Uw Drogist. Openbare vergadering van den Raad der gemeente OUDHEUSDEN. op Vrijdag, 19 ^December 1930 des namiddags ten half drie uur. Voorzitter: EdelAchtb. Heer Mr. v. ld. Heijden. Secretaris: WelEd. Heer F. v. Liempt. Aanwezig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering met den Christelijken groet. De Secretaris leest de notulen der vorige vergadering, die onveranderd worden vastgesteld. Aan (de orde is 1. Verpachting Achterste Oud- heusdensche weide". De Voorzitter licht dit voorstel toe en 'zegt, dat een der vroegere pach ters zijn perceel niet wenscht in te huren, daarom vragen B. en Wl machtiging |dit perceel te verpachten. Met algemeene stemmen wordt de ze ;machtiging verleend. Verzoek van A. v. Dijk, die een perceel van de gemeente heefft gle- pacht, om een gedeelte van het ge pachte aan een ander te mogen on derverhuren, of hem voor een ge deelte van het gepachte te ontslaan. De Voorzitter zegt, dat B. en Wl voor het laatste niet veel voelen, om dat |de pachter het gedeelte dat goed is zou willen houden en het ander ge deelte fniet. De heer v. Herpt verklaart er geen bezwaar tegen te hebben, v. Dijk ver gunning te geven een gedeelte on der (te verhuren, dit is het vorig jaar ook gebeurd, over 2 jaar als de huurtij d verstreken is kunnen ande re voorwaarden worden gesteld. Met algemeene stemmen wordt in deze zin besloten. De Voorzitter zegt, dat B. en Wl Zich met het voorgelegde contract kunnen vereenigen en dus voorstellen het Contract te sluiten. Naar aanlei ding van de bepaling die op advies van de vereeniging van Nederl. ge meenten, door sommige gemeentebe sturen wordt gemaakt, n.l. dat als andere gemeenten of kringen op voordeeliger voorwaarden, zouden aansluiten deze voordeeliger voor waarden ook voor hunne gemeente zal gelden, kan de N.C.B, niet accep teeren. B. en W. zijn van oordeel, dat een dergelijke bepaling ook geen zin heeft, omdat alle gemeenten in Noordbrabant onder dezelfde voor waarden aan kunnen sluiten. Met algemeene stemmen wordt be sloten de voorgestelde overeenkomst aan te gaan. ERKEND DE BESTE 2. Voorstel van B. en W. tot het aangaan van een overeenkomst met den N.C.B. betreffende de destructie van afgekeurd vee en vleesch. 3. Voorstel van B. en W. tot het aangaan van "n reken.-courant over-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1930 | | pagina 2