Dit nummer iiestaat uit 2 Mn
^islssrrrarf.
Uitgave: Firma L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 5164. Woensdag 7 October 1931,
FEUILLETON
*AND VAN AlTE^
Dit blad verschjjnt WOENSDAGMORGEN en
VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.25,
en franco per post beschikt f 1.40. Afzonderlijke
nummers 6 cent.
Int. Telefoon no. 19. Postrekening no. 61525.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
vergadering van den Raad der ge
meente ZUILICHEM, op Woens
dag 30 September, des n.m. half
drie.
Voorzitter: Edelachtb. Heer T. v.
Hoogstraten.
Secretaris: WelEd. Heer H. C. van
Os.
Aanwezig alle leden.
De vergadering wordt door den Voor
zitter geopend met het formuliergebed.
Als stemmingscijfer wordt getrokken
no. 2, zoodat de stemmingen beginnen
bij het lid van Brakel.
De Voorzittejr leest de notulen der
beide vorige vergaderingen, aangezien
de Secretaris het in zijn keel heeft,
die worden goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
Schrijven van den Toeristenbond van
den A.N.W.B., waarin de gemeente ver
zocht wordt, om als buitengewoon lid,
tegen een jaarlijksche contributie van
f25.tot dezen bond toe te treden.
De Voorzitter zegt, dat B. en W.
overtuigd zijn van het groote nut van
de vereeniging, doch gezien de groo
te moeite die men heeft gehad om een
sluitende begrooting te maken, heeft
het college niet de vrijmoedigheid den
raad voor te stellen op het verzoek in
te gaan en stellen zij daarom voor, af
wijzend te beschikken.
De raad gaat hiermede accoord.
Schrijven van Ged. St., naar aan
leiding van een klacht van M. v. d.
Maas en anderen, inzake wateroverlast.
Bij dit schrijven is 'n afschrift gevoegd
van een brief van den Ingenieur van
den provincialen waterstaat. De ge
meente heeft indertijd een terreintje,
gelegen aan de Zuidzijde van de Ham-
steeg, in erfpacht afgestaan aan H.
v. Herpt voO|T het bouwen eener wo
ning, met een gedeelte sloot. Van Herpt
heeft van het bestuur van den dorps
polder vergunning gekregen, den sloot
af te dammen, onder voorwaarde, dat
hij daar een heining plaatste, nu is er
daardoor geen afwatering meer en on
dervinden de verder gelegen perceelen
overlast van het water, vandaar hun
klacht tot Ged. Staten. Ingevolge het
advies van den Ingenieur, dringen Ged.
St. nu aan, in de politieverordening een
bepaling op te nemen, waarbij ruiming
en zuivering van waterloopen verplich
tend wordt gesteld.
De Voorzitter zegt, dat B. en W.
deze kwestie in hunne vergadering heb
ben besproken, doch het college acht
de zaak niet belangrijk genoeg, om
daarvoor een bepaling te gaan maken.
De bedoelde sloot valt niet onder het
provinciaal wegenreglement. Van Herpt
is genegen er een duiker in te leggen,
als de verder gelegen perceelen dit
ook doen, omdat als hij dit alleen zou
doen, het euvel daarmede niet verhol
pen is en het water verder op toch
weer blijft staan. Wilde men het geza
menlijk doen, dan waren het voor ieder
slechts geringe kosten, als de gemeente
de verplichting gaat voorschrijven, dan
zal er heel wat moeten gebeuren, waar
mede nog wel even gewacht kan wor
den. Van Herpt en anderen zou ge
vraagd kunnen worden de sloot wat
op te halen.
De heen v. Dalen zegt, dat al zou
men in de politieverordening de ver
langde bepaling opnemen, dan daarmede
het euvel nog niet zou zijn verholpen,
men kan daaraan geen terugwerkende
kracht geven, de bepaling kan alleen
effect opleveren voor de toekomst. Zou
v. Herpt de toestand verbeteren, dan
blijft het water 25 meter verder toch
Weer staan.
De heer Kaselaar gelooft ook, dat
alleen verbetering is te krijgen, als de
anderen ook meewerken. Op welke wij
ze zijn de menschen, die overlast van
het water ondervinden te helpen?
De heer v. Dalen merkt op, dat zij
alleen geholpen kunnen worden als zè
zelf een rioleering leggen.
De heer. v. Veen vreest, dat dan
bij iedere woning wel een duiker gelegd
zal mogen worden.
De heer v. Dalen merkt op, dat de
eigenaar van het land, van Herpt toe
stemming heeft gegeven den sloot te
dichten, als hij een heining plaatste.
De heer v. Veen acht het toch wel
gewenscht, de bepaling op te nemen,
om daardoor in de toekomst dergelijke
gevallen te voorkomen.
De Voorzitter acht het beter, dat eerst
met de belanghebbenden wordt over
legd, om verbetering te krijgen.
De raad gaat daarmede accoord.
Rekening en begrooting 1932 der Ge
zondheidscommissie te Zaltbommel,
wordt voor kennisgeving aangenomen.
Begrooting van den Warenkeurings-
dienst 1932, kring 's-Bosch. Als bijdra
ge voor deze gemeente is een bedrag
geraamd van f 109.65. Wordt eveneens
voor kennisgeving aangenomen,
j Schrijven van den heer de Man, die
benoemd is als onderwijzer aan de
openbare lagere school alhier, inhou-
j dende bericht, dat hij deze benoeming
1 aanneemt en daarbij den raad dank
brengt voo,r het in hem gestelde; ver-
trouwen.
j De Voorzitter deelt mede, dat deze
j benoeming door het niet aannemen van
den heer Benjaminse van zijn benoe
ming, gehaast moest gaan, omdat de
heer de Man ook in een andere plaats
op de voordracht voorkwam. Door de
zen haast is verzuimd, de benoodigde
stukken aan den Inspecteur voor het
L.O. toe te zenden voor advies, zoodat
de benoeming daardoor onwettig is.
De Secretaris is voo-r deze kwestie
naar Tiel geweest en het onderhoud
dat deze met den betrokken Inspec
teur heeft gehad, heeft tot gevolg, dat
B. en W. den heer de Man voor tijdelijk
hebben aangesteld en den raad voor
j stellen, om het raadsbesluit van 17
j Sept., waarbij de heer de Man benoemd
is, in te trekken. Zoodra het advies
Naar het Fransch.
*2:
i r i
1 ITO
4-) I i M U
Hij bezocht in dien tijd verschillend^
landen, waarbij hij de zeden en wetten
van vele staten bestudeerde, vooral met
betrekking tot de juridische waten
schap.
Te Havre kocht hij een prachtig
stoomjacht, de „Alouette", en na het
met een volledige equipage bemand te
hebben, vertrok hij.
Zijn ouders waren reeds lang dood,
hij had geen familie en was door zijn
groot vermogen geheel onafhankelijk.
Hij stoomde naar Indië en landde na
eenige maanden te Batavia. Daar bleef
hij veel langer dan hij zich had voor
genomen.
Die prachtig gelegen plaats met haar
gemengde bevolking, met haar Ooster-
sche weelde, haar vermaken bekoorde
den jongen man, die geïntroduceerd
werd bij de voornaamste familieën, zoo
dat hij zijn vertrek telkens uitstelde.
Op een der schitterende feesten, waar
men Europeanen, Chineezen en aan
zienlijke inlanders ziet, waar alles schit
tert van diamanten en goud, waar dui
zenden lichten hangende aan de tak
ken der boomen, een tooverachtig licht
verspreidden, ontmoette Jean Demarr
Margaretha; haar bekoorlijkheid, haar
beminnelijk karakter betooverde hem; hij
van den Inspecteur dan is binnenge
komen, kan een nieuwe benoeming
plaats hebben.
De raad besluit volgens het voor
stel van B. en W.
Verzoek van de muziekvereeniging,
om gedurende een of twee avonden
per week de beschikking te mogen heb
ben over een lokaal der openbare la
gere school, voor het houden van re-
petitie's.
De Voorzitter zegt, dat door B< en
W. reeds op korten termijn hiervoor
vergunning is verleend, het college stelt
thans voor, de gevraagde vergunning
onder de gebruikelijke voorwaarden te
verleenen.
De heer v. Dalen heeft er niets te
gen, doch zou willen bepalen, dat de
repetitie's niet langer gehouden worden
dan tot half tien.
De heer Kanselaar acht dit niet noo-
dig, de vereeniging heeft hare repeti
tie's vervroegd, de laatste repetitie was
om 9 uur reeds afgeloopen.
Met algemeene stemmen wordt de
gevraagde vergunning verleend.
Met algemeene stemmen wordt be
sloten, wederom uitstel te vragen van
de verplichting tot het geven van gym
nastiekonderwijs.
Het suppletoir kohier der honden
belasting wordt vastgesteld op een be
drag van f40.75
Aan A. van Baaien wordt voor het
2e halfjaar 1931, op zijn verzoek ont
heffing van hondenbelasting verleend.
Verzoek tot het houden van een land-
bouw-wintercursus.
De Voorzitter licht dit voorstel toe
en zegt, dat de aanvrage is ingediend j
door het ;hoofd der school, den heer
J. H. Rüger te Aalst en dat zich voor
den cursus 16 leerlingen hebben aan
gemeld. Overtuigd van het nut van
een dergelijken cursus, stellen B. en
W. vóór, den Minister de vereischte
vergunning te Vragen.
Met algemeene stemmen wordt dit
voorstel aangenomen.
Als leden van de Commissie van
toezicht op dezen cursus worden aan
gewezen, B. 'en W.
Vaststelling rekening '1930.
Deze rekening is onderzocht door
een commissie, bestaande uit de hee-
ren v. Brakel, Hooijkaas en v. Vugt,
welke commissie een schriftelijk rap
port heeft ingeleverd, waarin zij tot
de slotsom is gekomen, dat alles in
orde is bevonden, over een paar punten
zag zij zich gaarne mondeling toege
licht. De ontvangsten bedragen v. d. ge
wonen dienst f 25936.63, de uitgaven
f 25305.85i/2, batig slot alzo f 630.77y2.
De kapitaaldienst sluit in ontvangst en
uitgaaf met een bedrag van f3988.02.
De heer Hooijkaas zegt, dat de com
missie een bevelschrift heeft aange
troffen, waarin in letters een bedrag
van f5.55 stond aangegeven en in cij
fers f5.25.
Bij onderzoek blijkt deze opmerking
juist.
De heer Hooijkaas zegt, dat de com
dacht niet meer aan vertrekken.
Hij had nog nooit bemind, en nog
den vorigen dag waren alle meisjes hem
onverschillig, maar nu hij haar had
gezien, gesproken, met haar "onbeschrij
felijk schoon gelaat, haar schitterend
zwarte oogen, haar weelderig raven
zwart haar.
Voor hem bestond in de wereld
slechts één stad, en in die stad met
haar heerlijken plantengroei, zag hij
slechts een wezen, dat hij hartstochte
lijk liefhad, Margaretha in haar prach
tige Oostersche kleeding, die hare sier
lijke, slanke gestalte zoo deed uitko
men.
Haar bemin ik, haar alleen, riep hij
uit, zij zal de mijne zijn.
Ook Margaretha had hem reeds na de
eerste ontmoeting innig lief. Overal,
waar feesten gevierd werden, waren zij
bij elkaar en weldra besloten zij, dat
hij haar bij haar vader ten huwelijk
zou vragen.
De familie Genisvieu nam reeds voor
zestig jaren de eerste plaats in bij de
firma Beaupréault; die plaats was van
vader op zoon overgegaan. Allen waren
steeds innig gehecht aan het huis der
Ëeaupréaults, die daarvoor steeds
hoogst erkentelijk waren.
Ruim zestig jaren geleden werd de
firma, tengevolge van politieke omstan
digheden, door een zwaren slag getrof
fen en een faillissement was onvermij
delijk.
Alle personen, die kapitaal in de zaak
hadden, vroegen hun geld terug; slechts
een oude boer, die jaren lang met
de firma zaken dreef en haar ten volle
vertrouwde, bood haar vijftigduizend
gulden aan, die hij kort te voren van
een neef geërfd had.
Een droppel water in den oceaan,
en toch bracht hij redding. Vijftigdui
zend gulden; het was zeer weinig, toch
legden zij den grondslag tot nieuw ver
trouwen; de firma bloeide meer dan
ooit te voren.
De oude Beaupréault nam den oud
sten zoon van den boer op zijn kantoor.
En zoo ging het voort van vader op
zoon; Beaupréault werkten steeds trouw
te zamen.
Margaretha's vader rustte onder de
veranda van zijn fraai huis, toen Jean
Demarr bij hem werd aangediend. Hij
was door den tuin gekomen, waarin de
villa zich achter het geboomte ver
school, als de grieksche tempel in het
heilig oerwoud.
Genisvieu ontving hem zeer beleefd
en gelastte een Maleischen bediende
ververschingen te brengen.
Jean Demarr deelde hem onmiddelijk
openhartig het doel zijner komst mede.
Mijnheer, zeide hij ik heb
uw dochter innig lief en hoop, dat gij
u niet tegen ons huwelijk zult verzet
ten. Met enkele woorden deelde hij
mede, wie hij was en noemde ook
het bedrag van zijn vermogen.
Met onverstoorbare kalmte hoorde
Genisvieu hem aan.
Jean Demarr wachtte in zenuwach-
tigen angst het antwoord af.
Mijnheer, zeide de vader ik
weet, wie gij zijt, en uw aanzoek ver
eert mij zeer. Hadt gij mij een paar
dagen vroeger bezocht, dan zou uw
huwelijk waarschijnlijk tot stand zijn
gekomen; nu is het echter te laat.
Te laatriep Demarr op doften
toon uit en waarom?
missie in de rekening heeft gevonden'n
bedrag van f 13.voor een reis naar
Rotterdam van 3 personen, een rekent
evenwel f5.een tweede f4.en
de derde f3.vanwaar dit verschil?
I>e heer v. Dalen antwoordt, dat 1 j
en 2 vertering hebben betaald bij de
reiskosten, de 3de heeft alleen zijn
reiskosten betaald.
De Voorzitter merkt op, dat men
alles zoo zuinig mogelijk heeft aan
gelegd.
De heer Hooijkaas zegt, dat de com
missie geen aanmerking maakt op het
bedrag, had er in eens gestaan f 13.
voor reiskosten, dan zou ze er niet
over gesproken hebben, alleen het ver
schil vindt ze eigenaardig. Verder komt
in de rekening een nota met een be
drag van f 17.95 voor, aan reiskosten
voor een reis door den Burgemeester
naar Tiel en Hellow. De commissie
vindt dit nogal hoog.
De Voorzitter licht toe, dat dit niet
een reis van één, doch van 3 perso
nen is geweest.
De heer Hooijkaas vindt het bedrag
dan niet te hoog, doch de comm. kon
niet zien, dat deze reis door 3 per
sonen gemaakt werd.
Dan kwam de commissie het be
zoeken van 2 Hoofden van scholen,
wat f56.40 heeft gekost, nogal hoog
voor.
De Voorzitter zegt, dat voor dit be
drag Harderwijk en Kattendijke zijn be
zocht. De laatste plaats ligt niet aan
het spoor, zoodat de reis per auto
moest worden gemaakt.
De heer Hooijkaas vraagt, of het
niet beter is sollicitanten naar hier, te
laten komen, dit kost niet zooveel.
De Voorzitter acht het wenschelijker
dat de sollicitanten in hun eigen
klas worden bezocht, men krijgt dan
een beteren indruk dan wanneer ze
voor een vreemde klas en kinderen
komen te staan, die ze niet kennen.
De heer Hooijkaas vindt het bezwaar
lijk, dat in zoo'n geval de Secretaris
mee gaat, omdat deze geen verant
woordelijkheid draagt.
De Voorzitter verklaart, dat hij per
soonlijk niet mee kon en daarom de
Secretaris is meegegaan, om den wet
houder te assisteeren.
De heer Hooijkaas zou willen voor
stellen, dat in dergelijke gevallen de
zuinigheid zooveel mogelijk wordt be
tracht.
De Voorzitter gelooft niet, dat de
heer Hooijkaas dit als een verwijt be
doelt, gaarne wil hij de toezegging
geven, dat steeds in alles de grootst
mogelijke zuinigheid zal worden be
tracht.
De heer Hooijkaas zegt, dat de com
missie verder geen op- of aanmerkingen
heeft en dus adviseert tot voorloopige
vaststelling der rekening, zooals die
door B. en W. aan den raad is aange
boden.
De Voorzitter dankt de commissie
voor hare bemoeiingen en het nauw
lettende nazien der rekening.
George, de zoon van mijnheer de
Beaupréault, die, zooals u bekend is,
sinds eenige weken in Batavia is, heeft
mij eergisteren de hand van Margaretha
gevraagd.
Maar zij heeft mij liet en niet
hem.
Ik heb haar hand beloofd aan
George, en kan mijn woord niet in
trekken.
Dat antwoord kan u toch geen ernst
zijn, m.ijnheer.
Gerisvieu stond op, en onverschillig
alsof hij over de meest onbeduidende
zaak sprak herhaalde hij: ik heb
het beloofd.
Margaretha zal haar toestemming
nooit geven.
Zij was altijd een gehoorzaam
meisje, en zal zich ook nu niet ver
zetten tegen mijn wil.
Jean Demarr was wanhopend. Hij
wist, dat Genisvieu een man was, met
een ijzeren wil, dat Margaretha voor
hem verloren was.
Twee dagen later ontmoette hij Mar
garetha; met tranen in de oogen deelde
zij hem mede, dat haar vader haar
den vorigen avond het vreeselijk plan
had meegedeeld. In haar wanhoop be
loofde zij hem, dat zij alleen de in
spraak van haar hart zou volgen, dat
zij nooit zou toestemmen de vrouw
van de Beaupréault zou worden.
Jean wist haar te overreden, dat zij
nog denzelfden avond het ouderlijk huis
zou verlaten om hem te volgen.
's Avonds laat sloop Margaretha on
gemerkt het huis uit en na eenige
oogenblikken wierp zijl zich als rade
loos in de armen van Jean Demarr.
Hij leidde haar naar de kajuit, deed
De heer Hooijkaas wil namens zijn
fractie nog een opmerking maken, n.l,
deze, dat het haar gewenscht voor-i
komt, dat betalingen bij' voorschot zoog
min mogelijk worden gedaan. Spr. ge
looft gaarne, dat het met de beste
bedoelingen gedaan wordt, doch het
wekt den schijn, dat leverantie's door
wethouder van Dalen persoonlijk zijn
gedaan, zooals bijvoorbeeld met het ge-:
leverde gordijnstof, waarvoor geen ncn
ta in de rekening is te vinden. Met het
oog op de publieke moraliteit is het
beter, dat betalingen bij voorschot tot
een minimum worden beperkt en dat
steeds de rekeningen der leveranciers
worden overgelegd.
De Voorzitter merkt op, dat de ge
meente, door de bestelling over den
heer v. Dalen te doen gaan, een voor
deel heeft behaald. Dit waren geen
leverantie's door den heer v. Dalen,
doch doordat deze de bestelling voor
de gemeente deed, werd met korting
geleverd, die ten goede kwam aan de
gemeente, dus niet aan den heer v«
Dalen.
De rekening wordt hierop voorloopfg,
vastgesteld.
Aanbieding gemeentebegrooting 1932.
Sluit in ontvangst en uitgaaf op een
bedrag van f26088.67.
De Voorzitter zou ze voor onderzoek
in handen willen stellen van dezelfde
commissie, die de gemeenterekening
heeft onderzocht.
De heer Hooijkaas merkt op, dat het
vorige jaar besloten is, de begrooting,
niet meer door een commissie te doen
onderzoeken.
De Voorzitter beaamt deze opmer
king, ieder raadslid kan de begrooting
dan zelfstandig onderzoeken.
Dé heer Hooijkaas dringt er op aan,
dat voor de vaststelling een afzonder
lijke vergadering wordt belegd, waarbij
zoo goed als geen andere punten zullen,
worden behandeld.
De Voorzitten zal met deze opmer-:
king rekening houden.
Wijziging besmettelijke ziektegelden
verordening.
D>e raad heeft voor de overeenkomst,
aangegaan met het ziekenhuis te
Utrecht, een verordening vastgesteld;
om bij opneming van patiënten in, de
barakken van dit ziekenhuis, een ge-:
deelte der kosten op de belanghebben-:
den te kunnen verhalen. Een vierde
gedeelte dezer kosten blijven voor -re-:
kening der gemeente, bij de hoogst
aangeslagenen in de rijksbelasting, kan
drie vierde der kosten volgens deze
verordening worden verhaald.
Ged. St., wien de verordening ter
goedkeuring is toegezonden, achten de
heffing evenwel niet billijk. Deze het-
fing, reeds te doen aanvangen voor
een inkomen van f800.acht het col-:
lege wel wat sterk. Ze zou eerst met
f 3000.willen beginnen.
De Voorzitten zegt, dat B. en W.
de verordening nog eens hebben na-:
gegaan en het college is tot de con-:
ciusie gekomen, dat het niet heelemaal
haar plaats nemen op een kanapé, en
zette zich toen aan haar voeten neer.
Door de hevige gemoedsbeweging
der laatste dagen was zij zoo geschokt,
dat zij in onmacht viel.
En toen zij weer tot de bezinning
kwam, en al het gewicht van haar
misstap begreep, wierp zij zich op da
knieën voor Jean neer en snikte han
denwringend.:
Jean Wij hebben zeer dwaas ge
handeld; ik smeek je laat mij vertrekken
en teruggaan naar mijn vader.
Je weet Jean, dat ik je liefheb, an
ders zou ik niet bij je gekomen zijn.
en tochtoch is het, dat wij schei
den, dat wij elkaar voor altijdvaar
wel zeggen. Mijn vader zal toch nooit
toestaan, dat wij met elkaar vereenigd
worden, en tegen zijn wil kan ik mij
niet verzetten. Ik ben thans geheel in
je macht, Jean, maar als je van die
macht gebruik zoudt willen maken, zou
je mijn liefde voor mij vernietigen. En
dat zou je toch niet willen, niet waar?
Laat mij dus gaan, Jean; ik beloof je,
niets zal mijn liefde voor je kunnen
vernietigen.
Weenend hoorde hij haar aan; en
terwijl zij in snikken uitbarstte, her
haalde zij:
Jean, ik smeek je, doodt mijn
liefde niet.
Een uur later stonden beiden onder
de hooge boomen van het park. 'tWas
een prachtige nacht, de sterren flonker
den als diamanten. Zij omhelsen elkaar
voo rde laatste maal met innige harts
tochtelijkheid, en terwijl de tranen haar
uit de oogen stroomden, fluisterde zij:
Wat er gebeure, Jean, ik vergeet
je nooit(Wordt vervolgd.),
iiirltUuhu
Liiistn
irwaard