De Noordbrabantsche Biesbosch
dan is ieder voor zich zelf het doel
bewust daarvan, namelijk de opening
of in gebruikneming van het vergader
en oefeningsgeb. der Zuilichemsche
Burgerwacht. Ik heet hierbij alle aan
wezigen van harte welkom, inzonder
heid de tegenwoordigheid van Gene-
raal-Majoor Kosters, die voortaan ais
Officier toegevoegd aan de Inspecteur
der Burgerwachten, ons mede heeft te
leiden en den Edelachtbaren Heer Bur
gemeester. Onze onmiddelijke Chef doet
ons zien, dat onze Burgerwacht hare
hooge belangstelling heeft.
Opgericht in 1919 op voorstel on
zer regeering, na de mislukte staats
greep in November 1917, door Mr.
Troelstra gedaan in de Tweede Kamer,
is onze Burgerwacht altijd in tact ge
bleven, ondanks de heftige tegenstand
van het Socialisme, die getracht heb
ben ons door wering en onjuiste be
schuldigingen uit het schoolgebouw te
verwijderen, ja zelfs nog eischen stel
den, dat de laatste patroon daar ge
borgen, zou worden verwijderd, hebben
wij, dank zij ons Dagelijksch Bestuur
en de meerderheid van den Raad, onze
oefeningen, zii 't dan ook matige en
zeer bekrompen wijze, altijd kunnen
voortzetten.
Het spreekt echter vanzelf, dat door
deze toestand al meer en meer de be
hoefte zich naar voren drong, om een
eigen terrein en een eigen gebouw te
bezitten, waarin wij onder de bepalin
gen der voorschriften ons zouden kun
nen bewegen, en zoo werd nu een
jaar geleden na een gehouden schiet
oefening in Zalt-Bommel, daar ter plntat-
se het initiatief genomen tot oprich
ting van dit bescheiden gebouw, dat
gij nu allen voor U ziet.
Te meer nog verblijdt het mij, U
te kunnen mededeelen, dat het bedrag,
benoodigd hiervoor, vrijwil'ig is ge
offerd door de leden der Burgerwacht
en eenige vrienden, zoodat wij, wat de
financiën betreft, ons gemeentebestuur
daarvoor niet behoefden te vragen en
ai maken onze financiën op het oogen-
blik voor het Bestuur nog een punt
uit van voortdurende zorg. dat Luc-
tor et Emergo" (ik worstel en ontkom)
blijft ten deze opzichte ons vast ideaal.
Gij ziet dus, geachte vergadering,
dat juist de tegenstand van een ge
deelte der Raadsleden, vertegenwoor
digende hare fractie, ons tot deze
overwinning heeft geleid.
In het bijzonder heb ik nog woord
van dank aan ons medebestuursül den
Heer de Geus, die vrijwillig en van
harte de plaatse op zijn terrein afstond
om dit gebouw te vestigen, en zonder
wiens hulp wij zeker niet zoo voldoen
de geslaagd zouden zijn.
Ook mag ik niet vergeten een woord
van dank aan den heer Hobo van Ne-
derhemert, die voor een betrekkelijk
gering bedrag aan geld, gezien de keu
rige afwerking, dit gebouw heeft ge
plaatst, zeker heeft hier de factor, dat
hij zelf ook Burgerwachtcr i-, een g; oci
te rol gesj>eeld.
Tenslotte nog een woord' van dank
aan ons ijverig medewerkend lid G.
Benckhuijsen, die als schilder ook voor
zeer geringe prijs het iaa'sle werk heeft
voltooid en de glans heeft aangebracht
Nog zeg ik alle leden, en allen die
door financieële middelen ot anders
zins ons hebben gesteund, namens het
Bestuur hartelijk dank.
Eindelijk zeggen wij dank aan Gene-
raal-Majoor Kosters voor de welwil
lendheid ons met zijn hooge tegen
woordigheid' te willen vereeren, en spre
ken den wensch uit, dat wij met dezen
nieuwen Officier toegevoegd, een ver-
trouwelijken omgang mogen hebben,
zooals wij altijd in hooge mate gehad
hebben van Kapitein Muhlradt, thans
Burgemeester van Vinkeveen, en aan
wien wij vooral ook veel dank ver
schuldigd zijn, ook wat de oprichting
van dit gebouw betreft.
En nu, Edelachtbare Heer Bi rgemees-
ter van Hoogstraten, aan U nog een
enkel woord voor ik eindig.
Wij zèen U Edelachtbare hier niet
alleen als onzen onmiddelijken Chef,
maar meer nog, wij zien U hier als
oe vertegenwoordiger van onze gelief
de Vorstin en Haar Huis, en geven
U daarom de plechtige verzekering, dat,
mocht het ooit gebeuren, wat God ver-
hoede, dat ons Oranjehuis en Vaderland
door Socialisme of Communisme be
dreigd werd, waardoor revolutie zou
zijn ontstaan, en Gij als Hoofd dezer
gemeente onze hulp mocht noocig heb
ben, Gij daarop vast zult kunnen reke
nen. Daarom, Iaat ons samen ter be
krachtiging daarvan aanheffen het „Wil
helmus van Nassauën" enz., waa na cit
door de aanwezigen werd aangeheven.
Hierna verkrijgt Generaai-Majoor
Koster, Officier, het woord.
Spreker is zeer vereerd met deze uit-
noodiging tot bijwoning dezer verga
dering. Daar spr. nog slechts enkele
maanden in deze functie is, en nog
niet met alle Burgerwachten heeft ken
nis gemaakt, zoo vindt hij het zeer
prettig op zoo'n bizondere wijze te
kunnen kennis maken met de Zuilichem
sche; Burgerwacht. Meestal beslaat deze
kennismaking uit enkele beleefdheden
ne teilen van poetsdoozen, enz.
Spr. wenscht de Zuilichemsche Bur
gerwacht met het tot stankomen van
dit gebouw hartelijk geluk. Moge dit
gebouw niet alleen dienen voor oefe
ningen, maar ook en vooral om de
geest van saamhoorigheid aan te kwee
ken. Dit vooral is in deze tijden noo-
dig. Ik heb gezegd."
De Voorzitter, den heer Benckhuijsen,
verzoekt hierna den Burgemeester, het
eerste schot te willen lossen en alzoo
hiermede dit gebouw in gebrnik te
nemen. Na het klinken van het schot
stijgt onder de leden een „hoera" op.
De Burgemeester dankt d. hr. Hobo.
aannemer te Nederhemert, welke dit
lokaal heeft gebouwd, voor zijn prach
tig werïc, dat hij heeft geleverd.
Hierna kwam de Burgemeester nog
met een verrassing en hield daarbij de
navolgende toespraak:
Excellentie, Zeer Geacht Bestuur
van! de Zuilichemsche Burger
wacht, waarde Vrienden.
Toen mij eenigen tijd geleden in ver
trouwen ter oore kwam, dat bij Uw
Bestuur het voornemen bestond, om
een onderscheiding aan te vragen bij
den Nederlandschen Bond van Burger
wachten ten behoeve van Uw mede
lid en bestuurslid, P. C. de Geus, heb
ik terstond gaarne mijn sympathie voor
die jx)ging geuit, en het verheugde mij
dan ook uitermate, toen ik kort daar
op mocht vernemen, dat het verzoek
was ingewilligd en bij besluit van 26
September 1931 hem het Kruis van
Verdienste werd toegekend.
Van den Bond ontving ik verder be
richt, dat deze het op hoogen prijs
zou stellen, indien ik bij de opening
der schietbaan dit eere-teeken op plech
tige wijze zou willen uitreiken. Hoe
wel ik aanvankelijk meende, dat zulks
meer op den weg van den Commandant
lag, heb ik natuurlijk aan zijn uitdruk-
kelijken wensch, dat ik dat zou doen,
graag gevolg gegeven, vandaar mijn
aanwezigheid te dezer plaatse. Doch
ook zonder dat, zou ik het zeer op
prijs gesteld hebben de opening van
deze nieuwe schietbaan en de uitrei
king van het Kruis bij te wonen, te
jneer nog nu ook de Inspectie der
Burgerwachten te Utrecht hare zeer
gewaardeerde belangstelling heeft ge
toond en Generaal Koster deze plech
tigheid wel met zijn tegenwoordigheid
heeft willen vereeren.
Het was mij bekend, dat de Zuili
chemsche Burgerwacht reeds lang den
wensch koesterde, om een eigen sch'et-
baan te bezitten. In den beginne werd
die wensch nog slechts heimelijk ge
uit; gaandeweg echter rijpten de plan
nen tot vervvezelijking. De ver afge
legen schietbaan te Zalt-Bommel en de
dikwijls ongunstige weersgesteldheden
vormden maar al te vaak ernstige be
zwaren, om de schietoefeningen aldaar
geregeld bij te wonen.
Ik zal momenteel niet de wensche-
lijkheid van een goede en parate Bur
gerwacht, waar de Burgemeester, ter
eventueele handhaving van het wettige
gezag, op kan steunen, gaan omschrij
ven; trouwens dat behoef ik immers
ook voor de leden alhier niet te doen.
Door de royale en loyale daad van
De Geus, om geheel belangeloos een
gunstig gelegen terrein voor een schiet
baan en vergaderlokaal beschikbaar te
stellen, werd de oprichting daarvan mo
gelijk gemaakt. Van zekere zijde wer
den weliswaar nog z.g. bezwaren opge
worpen, doch deze waren zeer gezocht
en niet steekhoudend. Nu tenslotte U
ader wensch werkel jkheid is gewor
den en de schietbaan er is, breng ik
met uitschakeling van mijzelf
gaarne hulde aan hen die door hun
offervaardigheid en bijdragen de verde
re uitvoering hebben mogelijk gemaakt,
en verheugt het mij dubbel dat bij
deze gelegenheid aan Uw lid! P. C. de
Geus, ci; zi:h ste:d; een krachti; ei
ijverig lid van de Burgerwacht heeft
betoond, een eereteeken mag worden
toegekend.
Mijnheer de Geus, van ganscher harte
wensch ik U hiermede geluk en spreek
den oprechten wensch uit, dat dit Kruis
van Verdienste nog lange jaren Uw
borst, en het brevet Uw kamer mag
sieren, en Uwe kinderen later trotsch
mogen zijn op deze eereteekenen, thans
aan hun Vader geschonken.
Ik eindig met de beste wenschen uit
te spreken voor den bloei van de Zui
lichemsche Burgerwacht, voor haar ijve
rig Bestuur en haar trouwe leden.
Thans zal ik het genoegen hebben
aan het verzoek van den Bond van
Burgerwachten te voldoen en het eere
teeken aan den Heer De Geus uit te
reiken."
Hierna wordt den Heer de Geus in
ovatie gebracht. De Burgemeester
wenscht de Heeren verder een pret ige
avond en sluit deze vergadering met
een „Leve de Koningin."
door
W. G. DE WAARD Werkendam,
Vice Voorzitter van den
Noordbrabantschen Waterschapsbond.
Daar de belangstelling voor den
Noordbrabantschen Biesbosch steeds
grooter wordt, is het niet ondien
stig eenige artikelen te wijden aan
deze zeer karakteristieke streek, ten
einde de bekendheid van dit gebied
nog te vergrooten, op welke meer
dere bekendheid de Biesbosch onge
twijfeld aanspraak mag maken.
Onder den Noordbrabantschen
Biesbosch wordt verstaan, dat ge
deelte van Noordbrabant, dat in
groote lijnen aangegeven, wordt om
spoeld door Nieuwe Merwede ten
Noorden, de Amer en Bergsche Maas
ten Zuiden en Het Hollandsch Diep
ten Westen.
In November 1421 is dit gebied,
toen bekend onder naam van Groo
te of Zuidhollandsche Waard door
den Sint Elisabethsvloed geheel over
stroomd en verwoest en de geschie
denis zegt, dat ongeveer 70 dorpen
zijn ten ongergegaan, in hoeverre dit
op een fabel berust is niet bekend,
maar merkwaardig is wel, dat bijna
nooit bij gravingen of uitdiepingen
ter plaatse, sporen van de vroegere
dorpen worden gevonden, alleen het
huis „de Merwe" althans enkele
muurklompen hiervan, doet de her-
hinnering aan dezen noodlottigen No
vemberstorm in 1421 levendig hou
den.
De tegenwoordige Biesbosch, die
door den mensch in stukjes en brok
jes, wederom op den waterwolf is
veroverd, doet nagenoeg geen over
eenkomst zien met den tijd van voor
1421, zelfs de toen bestaande dij
ken, zijn vrijwel geheel verdwenen.
Thans is de Brabantsche Biesbosch
een groot gebied, dat ongeveer
10.000 hectaren bevat, bestaande uit
water, slikken, rietgorzen, nog een
klein gedeelte biezengorzen. weide,
en bouwpolders, de vele killen en
gaten, voor de waterberging met de
daar langs gelegen rietgorzen en
grienden, geven juist aan deze streek
een zeer bijzonder aspect, en is. voor
al in den zomer voor den waren na
tuurliefhebber een „el dorado".
De Biesbosch werd omstreeks 186;
aan Noord en Noordwestzijde afge
sloten door den bandijk langs cle
toen gevormde Nieuwe Merwede. de
ze bandijk loopt vanaf Werkendam
naar de Deeneplaat, daardoor kon
het water van de Merwede. de Maas.
en de Waal niet geheel vrii den
Bicsbosch meer instroomen, en brak
voor deze streek een andere periode
aan. De Bandijk heeft een zoodani
ge hoogte, n.l. 3,50 tot 4 M. plus
N.A.P., dat overstrooming door
stormvloeden nagenoeg is uitgesloten.
Toen eenmaal een grootere beveili
ging was ontstaan werden langza
merhand de hoog genoeg gelegen
cultuurgronden omdijkt, teneinde de
ze gronden naar den aard hunner
gesteldheid en structuur te gebrui
ken voor bouwland of weiland, met
dat gevolg dat van lieverlede talrijke
vruchtbare polders ontstonden. De
lage „platen" werden langzamer
hand, wanneer de aanslibbing voor
een voldoende hoogte boven de mid
delbare eb had gezorgd, door be
planting met riet en biezen, gevormd
tot riet of biezengorzen, hierdoor
wordt de samenstelling van den
grond verbeterd, en de aanslibbing
bevordert. Is de aanslibbing op die
gorzen van dien aard, dat de hoog
te komt op ongeveer 80 cM., plus
N.A.P., dan is het wenschelijk, de
gorzen om te zetten in griendland,
dan worden om die geschikte per-
ceelen lage grienkaden aangebracht
teneinde het veelvuldige volvloeien
te voorkomen, hetgeen, vooral in
den groeitijd van het griendhout zeer
nadeelig is. Is tenslotte de aanslib
bing van dien aard, dat de gronden
door hunne hoogte zich ook niet
meer leenen voor goede griendcul-
tuur, dan volgt een volledige beka-
ding van voldoende hoogte, en wor
den bouw- of weipolders gemaakt,
deze polders zijn over 't algemeen
zeer vruchtbaar, mede door de laag
humus, die in den loop der tijden
door het afvallend blad van de riet
planten en van het griendhout, in
den grond is terecht gekomen. De
hoogte der polders varieert van 0.40
tot 1 M. plus N.A.P. De omkade
bouwpolders liggen voor het groot
ste gedeelte, evenals de gorzen en
grienden rondom in het water, uit
zondering vormen verschillende pol
ders onder de gemeente Werkend-
dam, en Dussen, die met de vaste
wal verbinding hebben. De eerst be
doelde groep vormt bii hooge storm
vloeden een reeks eilanden in een
a.h.w. woelige zee, de golven beu
ken met geweldige kracht tegen de
kadelichamen, die het zwaar te ver
antwoorden hebben. Is dus de sa-
stelling dezer kaden niet van deug-
delijken aard, dan zijn groote door
braken, die groote financieele offers
vragen hiervan het gevolg, daarbii
komt nog, indien zand in het kade
lichaam is verwerkt, bij doorbraken
dit zand over de vruchtbare cultuur
grond zich verspreidt, het afruimen
van dat zand gaat met groote uit
gaven gepaard, terwijl de kwaliteit
van den grond er niet op verbetert,
tegenwoordig wordt dan ook bij de
inpoldering wel degelijk gelet, dat
men de dijklichamen zooveel moge
lijk van klei maakt, waardoor de ste
vigheid aanzienlijk/ wordt verhoogd,
ook aan de profiels der bekadingen
wordt groote aandacht besteed, bo
vendien worden die gedeelten, wel
ke het meest van den golfslag heb
ben te lijden bezet met groote bezalt
steenen, dat het gewenschte resul
taat hiermede is bereikt blijkt wel
uit de betrekkelijk weinige doorbra
ken van omvang, die zich thans voor
doen.
Men treft in den Biesbosch na
genoeg uitsluitend groot grondbezit
aan, hetgeen méde verklaart woreït
door de geïsoleerde ligging en de
risico's. De bedrijven zijn bijna al
le pachtbedrijven, met uitzondering
van de eigendommen van de Dordt-
sche Landbouwonderneming, de Wer-
kendamsche Landverbeteringsmaat-
schappij, Steenenmuur, Gijster en
Heenplaat en nog enkele andere, die
ook door de eigenaren zelf worden
geëxploiteerd. De grootte der bedrij
ven varieert van 40 tot 150 H.A.,
terwijl nog enkele grootere bedrijven
zijn te noemen, zooals de Annapolder
c.a.
Het grootste gedeelte der bedrijven
bestaat uit bouwland (in de laatste
crisisjaren is echter veel bouwland
weiland omgezet), de bedrijfsleiders
of pachters wonen met een paar vas
te knechts op de boerderij, welke
op een heuvel is gebouwd, eveneens
zijn de volkskeeten op heuvels ge
bouwd, hieruit spreekt wel duidelijk
de angst voor volstrooming der pol
ders. De producten welke in hoofd
zaak worden verbouwd zijn suiker
bieten, die voor het grootste gedeel
te in de Coöperatieve suikerfabrie
ken worden verwerkt, tarwe, haver,
koolzaad, vlas, erwten, terwijl in den
laatsten tijd ook wordt begonnen met
den teelt van fijne zaden, zooals spi-
naziezaad, blauwmaanzaad, mosterd
en radijszaad. De verbouw van vlas
is in de laatsten twee jaren, door
de abnormale lage prijzen, bijna ge
heel verdwenen. Het gebruik van
hulpmeststoffen naast de stalmest is
op de meeste bouwbedrijven noodza
kelijk, teneinde de productie op te
voeren. De voornaamste hulpmeststof
fen welke worden gebruikt zijn su-
perphosphaat, chilisalpeter, zwavelzu
re Ammoniak, en tegenwoordig ook
Thomasslakkenmeel.
De bedrijfsleiders en pachters wo
nen zeer geisoleerd, velen kunnen al
leen per vaartuig hun polder verla
ten, toch is hun leven niet zoo een
tonig, als het den eersten opslag
lijkt, het mooie landbouwbedrijf be
zorgt hun de noodige afwisseling,
en neemt hun geheel in beslag. Des
avonds kunnen zij na volbrachten
dagtaak tegenwoordig nog eenige
oogenblikken van de radio genieten
terwijl zij meestal vroeg ter ruste
gaan, want des morgens moeten zij
weer vroeg present zijn, in den zomer
b.v. om vier of vijf uur, voor deze
groep der samenleving bestaat geen
48 urige werkweek (zou de stad hier
aan niet eens een voorbeeld nemen).
De noodige levensmiddelen, voor
zoover die niet op het bedrijf worden
verbouwd, worden door middel van
z.g. winkelbooten uit de naburige
dorpen, bezorgd, terwijl de post per
motorboot voor 't dageiijksche nieuws
zorgt. Telefoonverbindingen komen
alleen daarvoor waar de aanleg geen
buitensporige kosten vergt en blijft
daardoor alleen bepaald tot die be
drijven, die onder de gemeente Wer
kendam behooren, deze zijn dan ook
nagenoeg alle aangesloten.
De vele arbeiders op de landbouw
bedrijven noodig voor de bewerking
der gronden en de producten ver
blijven den geheelen week op den
polder in de volkskeeten, die zeer
sober en primitief zijn ingericht, mee
stal in het midden een open vuur.
en aan de zijkanten de kribben, waar
in stroo en bultzak slaapgelegenheid
verschaffen, het vuur wordt gestookt
met z.g. struiken, dat zijn de oude
struiken uit de grienden, die bij den
hak worden uitgerooid, omdat daar
op geen goed of voldoende griend
hout meer groeit. De arbeiders ko
men 's Maandagscnorgens per vaar
tuig en vertrekken weer Vrijdagsmid
dags of Zaterdagsmorgens hetgeen
afhankelijk is van het getij. De ver
diensten zijn over 't algemeen niet
hoog en wel in het gewone daggeld
werk f15.a f 16.terwijl in aan
genomen werk aanmerkelijk meer
verdiend kan worden.
De boerderijen, welke met den vas
ten wal in verbinding staan, zijn na
tuurlijk ver voor bij de hierbovenge-
noemde bedrijven, de bewoners en
ook de arbeiders kunnen hier van
hun fiets gebruik maken, om bood
schappen te doen, of om zich huis
waarts te begeven.
De afwatering der polders in den
Biesbosch geschiedt voor het groot
ste gedeelte langs natuurlijken weg.
het water in de slooten vloeit doop
duikers bij ebstand op de buitengaten
en killen af, enkele poldergemalen
treft men aan en wel op Gijster en
Heenplaat, het Middelveld, Steenen
muur, Dooyemanswaard, Kijfhoek.
Hoogenpolder en Bloemplaat, waar
ruwoliemotoren ervoor zorgen, dat
het overtollige water kan worden
weggemalen. Een uitzondering op de
gunstige afwatering vormt wel het
Oostelijk deel van den Biesbosch, dit
1 zijn de polders gelegen langs de
Bergsche Maas. Het valt hier op,
dat men er nagenoeg geen bouw
land aantreft, doch hoofdzakeliik wei
en hooiland. Door het graven van
de Bergsche Maas en de ontwate
ringstoestanden van deze gronden er
nog op verslechterd, om aan deze
toestand eenigszins ten goede te ko
men heeft het Rijk gesticht een
Rijkselectrische bemaling aan de
Vierbanschen sluis, met een bema
lingsoppervlakte van ongeveer 3912
Hectaren (een aanzienlijke oppervlak
te van dit bemalingsgebied is gele
legen in het Land van Altena). Hier
door werd de toestand wei iets ver
beterd, maar een voldoende ontwa-
des te meer, daar de centrale eerst
tering werd niet tot stand gebracht,
dan m werking werd gesteld, wan
neer te stand van de Maas te Grave
een zeker hoogte heeft bereikt, hier
springt al dadelijk in het oog, dat
met overtollige regenval niet vol
doende rekening is gehouden. Geen
wonder dan ook, dat er zich een
Commissie zich heeft gevormd, om
er bij het Rijk op, aan te dringen
deze bemalingsinrichting aan een of
ficieel lichaam, men zou in dit ge
val kunnen spreken van een bema
lingswaterschap, over te doen, waar
voor de Regeering een zeer aan
zienlijke uitkeering aan dat bedoeld
lichaam verstrekt, doch dan moet het
malingswaterschap zelf voor meer af
doende bemaling voor het betrokken
gebied zorgdragen. De verschillende
polders aan de Maas bezitten elec-
trische pompstations, die vanuit de
genoemde Cjpntrale aan de Vierban
schen Sluis worden bediend, bii het
oorspronkelijke plan zouden 23 sta
tions worden opgericht, doch 2 sta
tion werden niet gesticht, en wel
1 op den polder Boerenverdriet, om
dat de eigenaar van dezen polder
eerst wenschte te aanschouwen, of
werkelijke nadeelige invloeden op de
ontwatering zich zouden voor doen,
terwijl eveneens verviel het station
gedacht voor den Pascalispolder, hier
deden zich bezwaren voor met den
grondaankoop, zoodat in totaal wer
den opgericht 21 stations.
Intusschen zijn reeds een drietal
pompinstallatie door de eigenaren
overgenomen, waarvoor het Rijk een
vergoeding heeft gegeven, en wel
de bemaling van den Grooten Bouw-
polder, Verschure's polder en Wes
telijk Snijderspoldertje, De eerstge
noemde polder heeft thans een Ruw-
oliebemaling een „Deutz" motor met
centrifugaalpomp, zorgt ervoor, dat
het water op een Laag peil blijft,
met het gevolg, dat men hier het
weiland met zeer goed gevolg heeft
omgezet in bouwland.
De opbrengsten van het bouwland
waren verrassend, terwijl zelfs de wa
terstand zoo laag kon worden gehou
den, dat drainage kon worden toe
gepast.
Eb en vloed spelen in den Bies
bosch een zeer belangrijke rol, bij
eb loopt het water zoo laag weg,
dat ervan scheepvaart geen sprake
kan zijn, de vele zandplaten komen
boven, en hier en daar treft men een
zeer smal geultje aan, waardoor nog
een kleine hoeveelheid water af
stroomt, alleen bij opkomende vloed
kan de scheepvaart weer ongehinderd
plaats hebben. Het vloedwater wordt
door vier hoofdwegen den Biesbosch
ingestuwd en wel
aSpijkerboor, Steurgat. Werken
dam, daar geeft een schutsluis ver
binding met de Nieuwe Merwede.
b. Spijkerboor, Bleek en Oostkil
naar Nieuwendijk.
c. Het gat van de Visschen Noor
derklip, Steurgat, Werkendam.
d. Het gat van de Visschen. Gat
van den Hardenhoek, Spieringsluis,
daar geeft een schutsluis verbinding
met de Nieuwe Merwede.
(Slot volgt.)
De lucfi
e in ade^
CAPELLE.
Tot bestuurslid der Coop.
Stoomzuivelfabriek „De Toekomst"
alhier, is herkozen de heer J. v. Beek
en tot commissaris de heer A. Stam.
WOUDRICIIEM.
Gedurende het tijdvak 20 tot
en met 26 November jl. werden
aan de vischmarkt alhier, geen zal
men aangevoerd, doch r schotje,
hetwelk f 0,90 opbracht. Besteed
werd voor baars 17 cent en voor
voorn 7 tot 9 cent per pond.
Gedurende de maand Novem
ber jl. werden voor den Vleesch-
keuringsdienst ter keurig aangege
ven 5 koeien, 36 varkens en 3 kal
veren.
WASPIK.
Door den heer J. Smits is met
ingang van 1 Januari ontslag
genomen als lid van het Algemeen
Burgerlijk Armbestuur.
ZUILICHEM.
Op 1 December j.l. stonden
bii de Arbeidsbemiddeling alhier, in
geschreven 53 werkeloozen.
—O—
25, 45 en 65 ets.