Uitgave: Firma L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 5189. Woensdag 6 Januari 1932,
Pil nummer destaat uit 2 iaën
FEUILLETON.
Zielesmarf.
fiiimesihiiitf.
Dit blad verschynt WOENSDAGMORGEN eu
VRIJDAGMIDDAG.
Aboonamentsprys: p«r 3 maanden f 1.25,
em franco per post beschikt f 1.40. Afzonder lyke
nummers 6 cent.
Int. Telefoon no, 19. Postrekening no. 61525.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
28.)
VELDWACHTER TB RERKDRIBL
VERMOORD.
—O— Yi
f \IEIWSBL4I
voor hst Lani m Hsusdei en AltmJe Langstraat en de Bommelerwaarct
^ND VAN AlTE^
Spoedeischende vergadering van den
raad der gemeente WIJK, op Woens
dag 30 December, des v.m. half elf.
Voorzitter: Edelachtb. Heer R. J. v.
Doveren.
Secretaris (waarnemend): de heerW.
louman.
Afwezig de heer K. v. d. Mooren.
De Voorzitter opent de vergadering,
de Secretaris leest het formuliergebed,
daarna de notulen der vorige vergade
ring, die onveranderd worden vastge
steld.
Schrijven van het gemeentebestuur
van Wehl, waarin verzocht wordt ad-
haesie te willen betuigen aan zijn adres,
gericht tot de regeering om een zelf
standig ministerie van Landbouw in
het leven te roepen.
Wordt op voorstel van B. en W.
aangehouden.
Nota van aanmerkingen van Oed. St.,
gevallen op de gemeentebegrooting '32.
B. en W. worden gemachtigd, de
begrooting te wijzigen als door Ged.
St. verlangt.
Benoeming lid van de Commissie van
Toezicht op het lager onderwijs, we
gens periodieke aftreding van den heer
C. Bouman.
De aftredende wordt met algemeene
stemmen herbenoemd.
Vaststelling begrooting Burgerlijk
Armbestuur 1932.
Deze begrooting, die in ontvangst
en uitgaaf sluit met een bedrag van
f3000.geeft als een subsidie uit
de gemeentekas een bedrag aan van
f 3000.—.
Wijziging reglement Burgerlijk Arm
bestuur.
Hoewel B. en W. geregeld de kas
bij den administreerend armmeester op-
aemen, stellen zij voor, aan het ver
langen van Ged. St. te voldoen en het
reglement zoodanig te wijzigen, dat de
ze kasopname verplichtend wordt ge
steld. i
Met algemeene stemmen wordt tot
de voorgestelde wijziging besloten.
Benoeming lid Burgerlijk Armbestuur,
wegens periodieke aftreding van het lid
A. v. Wijk Wzn.
Met algemeene stemmen wordt de
aftredende herbenoemd.
Rondvraag:
De heer v. Wijk vraagt of het waar
is, dat werkeloozen, die vragen te werk
gesteld te worden bij de werkverschaf
fing, verplicht zijn, op te geven of
zij schulden hebben en ook bij wie.
De Voorzitter antwoordt, dat zoo
iemand wel verplicht is op te geven
Naar het Fransch.
2>
Hij was nog zoo jong en had zoo
weinig ervaring van zijn hart, dat hij
niet vermoeden kon, dat er een vurige
liefde in zijn hart ontstond, die zijn
giheele leven zou innemen en omringd
zou wezen door andere drama's, even
smartelijk als de eerste bloedig was.
Toen de eerste maanden voorbij waren
gegaan, en zij zijn verdriet eenigszins
gestild hadden, gevoelde hij het on
verklaarbare verlangen bij hem opko
men te vernemen, wat er van het jonge
meisje geworden was.
Maa,r hoe moest hij dat te weten
komen?
Gedurende het onderzoek had hij
wel gehoord, dat de familie Haudecoeur
niet ver van de rue Daunou woonde,
rue du Marché St. Honoré, maar in
welk huis zouden zij wonen?
En dan, als was hem dit bekend,
kon hij hen dan wel bezoeken?
Met welk voorwendsel?
En zouden die arme lieden, die zoo
smartelijk getroffen waren en die tot
op het laatste oogenblik voor de on
schuld van Haudecoeur opgekomen wa
ren, zouden die de familie de Beau-
preault niet met hun haat vervolge^
hoeveel schuld hij heeft, doch dat hij
niet behoeft op te geven bij wie.
De Voorzitter zegt, daar geen der
heeren van de rondvraag meer gebruik
wenscht te maken, dat hij de raad nog
een mededeeling heeft te doen, n.l.
deze, dat hij H.M. de Koningin eervol
ontslag heeft gevraagd als burgemees
ter der gemeente, met het oog op zijn
leeftijd en zijn gezondheid en wel met
ingang van 16 Februari a.s..
De heer v. Wijk zegt, dat hem dit
besluit spijt, ten eerste voor de ge
meente en in de tweede plaats om de
reden, waarom dit ontslag gevraagd
wordt. 1
De Voorzitter merkt op, dat er men-
schen zullen zijn, die deze mededeeling
met een gevoel van spijt vernemen,
daartegenover ook wel, die er zich over
zullen verheugen.
De heer v. Wijk meent, dat dit wel
mogelijk is, doch hem persoonlijk spjjt
het besluit van den Voorzitter. Er is
echter een tijd van komen en gaan,
voor den Voorzitter is blijkbaar de tijd
van gaan nu gekomen.
Wethouder Roza merkt op, dat in de
vergadering van B. en W., waarin de
Voorzitter de mededeeling ook deed,
in denzelfden geest is gesproken als
door den heer v. Wijk.
Wethouder v. d. Velden noemt het
voor den Voorzitter een voorrecht, dat
deze het eervol ontslag zelf kan aan
vragen.
De heer v. Wijk vraagt, hoelang de
Voorzitter burgemeester is geweest,
waarop deze antwoordt van op 16 Fe
bruari a.s. 34 jaar.
Wethouder v. d. Velden deelt mede,
dat de Voorzitter de toezegging heeft
gedaan, dat hij nog een raadsvergade
ring zal beleggen, om afscheid te ne
men.
Wethouder Roza zegt, dat hij het nu
niet den tijd acht, lang over dit besluit
van den Voorzitter te spreken, toch
gevoelt hij zich gedrongen iets te zeg
gen. Er is, zooals de heer v. Wijk
zooeven terecht opmerkte, een tijd van
komen en gaan, de een zal het gaan
van dien Voorzitter met genoegenver-
nemen, de ander met leedwezen. Spr.
viel de mededeeling rauw op het lijf.
Hij hoopt, dat de opvolger beter zal
zijn, niet dat bij daarmede te kennen
wil geven, dat de tegenwoordige Bur
gemeester niet goed is geweest, verre
van dat, doch er bestaat steeds een
vergrootende trap. Spr. heeft in het
college van B. en W. steeds prettig en
aangenaam met den Voorzitter samen
gewerkt en hij heeft hem in die jaren
leeren kennen als een rechtschapen man,
die steeds het belang van de gemeente
voor oogen hield en veel voor de ge
meente heeft gedaan, het daarbij ieder-
daar zij de oorzaak hunner ellende was;
hoe zou men hem dus ontvangen, als
hij bij hen kwam? En zou het niet
vreemd wezen zulk een stap te doen,
waartoe niet de minste reden bestond,
maar die integendeel onverklaarbaar
was.
Dat alles bedacht hij. Neen, hij zou
niet naar hen gaan. En toch wilde hij
haar terugzien, dat jonge, vroolijke
meisje, wier tranen hem, niettegen
staande zijn eigen verdriet zoo ont
roerd hadden en die herhaalde malen,
als een geheime kracht naar de rue
du Marché Honoré trokken.
Vooral des Zondags bracht hij uren
lang in die straten door en keek een
ieder nauwkeurig aan, die daar liep,
vooral de vrouwen, die eenigszins hink
ten, daar deze hem aan dn gang der
vrouw van Haudecoeur herinnerde. Ge-
ruimen tijd duurde dit. En hij zag nie
mand. Misschien waren zij bekend ge
worden in de buurt en na de veroordee
ling van Haudecoeur verhuisd, om niet
te behoeven antwoorden op alle vragen,
die uit medelijden gedaan, hun ver
driet slechts hernieuwden; om de blik
ken van medelijden te ontgaan, die
niet iedereen verdragen kan.
Daarom waren zij vertrokken. En nu
waren zij zeker reeds ver weg. En
nooit zou Gerard hen terugzien! Dat
wilde hij weten en verzamelde zijn
moed.
De rue du Marché St. Honoré is
niet zeer lang.
'tWas dus geen moeilijk werk in
i«dei huis te vragen^ of d,aa£ ook een
een naar den zin maken is nu eenmaal
onmogelijk. Spr. wil alleen maar wijzen
op het feit, dat het aan den Voorzitter
is te danken, dat hier op tijd de belas-
tingschroef werd aangedraaid. Men be
hoeft nog wel geen hoera te roepen,
doch als de huidige crisis niet te lang
aanhoudt en de zaken in de war stuurt,
kunnen de belastingen zich in dalende
lijn gaan bewegen en verkeert de ge
meente in dit opzicht, tegenover ver
schillende andere gemeenten in de om
geving, in een gunstige positie. Dat
dit zoo is, is te danken aan den Voor
zitter, aldus spr., die daarvoor alleen
reeds den dank van de ingezetenen
verdient.
Wethouder v. d. Velden sluit zich
gaarne aan bij de woorden van wet
houder Roza, waar evenwel nog een
afscheidsvergadering zal worden gehou
den. wil spr. in die vergadering zeg
gen, wat hij te zeggen heeft.
Hierop worden de twee inschrijvings
biljetten geopend, ingeleverd voor het
bandhout in de „dijkkuilen". Ingeschre
ven werd door P. v. Rijswijk voor
f 17.60, door C. Bouman voor f 10.45.
Hoewel de inschrijving algemeen bui
tengewoon laag wordt genoemd, wordt
het bandhout aan den hoogsten inschrij
ver gegund.
De Voorzitter sluit hierop de ver
gadering.
Uit Kerk-Driel meldt men
Op oudejaarsavond omstreeks 12 uur
deed de rijksveldwachter Tap de ronde
door het dorp, waarna hij zich begaf
naar de buurtschap Hintham langs den
Maasdijk. Vermoedelijk zijn aldaar eenige
nachtelijke zangers door den dienstdoen-
den politieman gesommeerd op te houden.
Volgens verklaringen werd daarna door
eenige personen tegen Tap ruzie gezocht
en is een gevecht ontstaan. Het is niet
onmogelijk, dat de politie bij die bewe
ging is uitgegleden en gevallen er lag
sneeuw waarna de aanvallers zich op
hem geworpen en hem met messteken
hebben afgemaakt.
In een andere straat der gemeente
waren de gemeenteveldwachter Koenders
en de nachtwacht Coset, die plotseling
enkele jongens op hen zagen aankomen
en hun mededeelden dat er in ge
noemde buurt een vechtpartij had plaats
gehad en er geweldig met messen was
gevochten, waarom zij meenden dat er
een mensch van kant zou worden ge
maakt. Aanstonds spoedden zich de
mannen der wet naar de aangeduide
plaats. Zij zochten in de duisternis en
zekere Haudecoeur gewoond had en
welk adres zijn vrouw en dochter op
gegeven hadden. Op zekeren avond
vroeg hij weer in een der huizen naar
Haudecoeur. 'tWas no. 23, de concier
ge is op de eerste verdieping; de gang,
die naar de trap loopt is zeer lang
en het is zeer donker.
Hij ging de trap op.
Nauwelijks was hij eenige treden ge
gaan of hij hoorde, dat er iemand naar
beneden kwam.
Hij drukte zich tegen den muur.
Langs hem in de duisternis het
licht was nog niet aangestoken ging
een vrouw, gekleed in het zwart, met
een langen sluier voor het gelaat.
Zij raakt hem met haar kleederen
aan.
En Gerard sidderde.
Hij had haar niet gezien 'twas
onmogelijk haar gelaatstrekken te on
derscheiden en toch mompelde de
jongeling:
Mijn moeder!
Toen zij hem voorbij ging, had Ge
rard aan den parfum, die zij gewoon
lijk in haar kleeren droeg, zijn moeder
herkend.
En haastig keerde hij om en snelde
de straat op.
O! Ik wil het weten! mom
pel hij.
De vrouw 1 iep haastig de straat door
met gebogen hoofd.
Ja, het was de gestalte en gang zij
ner moeder.
Maar om er zeker van te wezen, liep
hij haai lang* het tegenovergestelde
vonden na eenige tijd een man langs
den dijk liggen. In den heele omtrek
was niemand meer te zien. De man lag
op de linkerzyde en had een mantel over
het hoofd getrokken. Bij het oplichten
van den mantel ontdekten zij tot hun
grooten schrik, dat de man op gruwe
lijke wijze was verminkt. Diepe sneden
liepen over het gezicht en een oog puil
de uit de kassen en het gelaat was ge
heel met bloed bedekt. De man was
niet te herkennen. Maar wie beschrijft
hun schrik toen zij, na eenig zoeken met
een lampje, op korten afstand van den
mishandelde een uniformpet en een sa
bel zagen liggen 1 Toen herkenden zij
hun collega L Tap. De heer Koenders
deed eenige onderzoekingen op het lic
haam van den verminkte en constateer-
dat de man reeds was overleden Onmid
dellijk waarschuwde men Dr. Van Pelt en
den brigade-commandant der [Rijksveld-
wacht, den heer Uitenbroek. Dokter
Van Pelt kon slechts den dood consta-
teeren.
Den geheelen nacht werd het onder
zoek voortgezet.
In den vroegen morgen werd het lijk
naar het lijkenbuisje overgebracht om
nadere instructies van de justitie af te
wachten. Om 9 uur in den morgen
was de Officier van Justitie uit Tiel met
assistentie in Kerkdriel. Het onderzoek
werd begonnen en voortgezet. Gesteund
door een sterke politiemacht werd ge
durende den dag door den heer Officier
bevel gegeven tct arrestatie der dire
gebroeders Johan, Gerrit en J. Rovers
Dit drietal is gevankelijk naar Tiel over
gebracht, alsmede een zekere Van Malsen
Zaterdagmorgen arriveerde de deskun
dige Dr. Hulsebosch uit Leiden, die met
Dr. Van Pelt de sectie op het lijk zou
verrichten.
Het slachtoffer, Leendert Tap, is 31
jaar en ruim twee jaar als rijksveldwach
ter in Kerk-Driel gestationneerd. Vóór
dien was hij in Utrecht bij de politie.
De heer Tap was een jaar getrouwd.
Het jonge huisgezin leefde in een ver
wachting die binnenkort zou verwezen
lijkt worden. Diep geschokt is de vrouw
van den verslagene naar hare ouders in
Dreumel gebracht.
Tap stond bekend als een ijverig en
plichtsgetrouw politieman.
O—
MOORDAANSLAG.
Maandagmorgen heeft een persoon uit
•mm—- rr-frw
ÜRAISjlAvAiMVALKEriBUPC'S-
e A jLEVERTR)
BH
L 1 LEEUWARDEN
trottoir voorbij, stak de straat vlug
over en wachtte haar in de gang van
een der huizen af.
De gesluierde vrouw ging hem voor
de tweede keer voorbij.
Voor het huis stond een lantaarn.
't Gelaat der vrouw was, niettegen
staande haar sluier, in het volle licht
herkenbaar en eensklaps week Gerard
in de schaduw terug.
Zijn moeder! Zij was 't! Het was
Margaretha?
Hij haalde zijn schouders op.
Waartoe dat?
Kon zijn moeder niet uitgaan naar
verkiezing?
Ging hij zijn moeder bespionneeren
en haar op straat vervolgen?
Ik ben gek! mompelde hij.
En op zijn weg terugkeerende, be
gaf hij zich opnieuw naar no. 28, om
zijn onderzoek voort te zetten.
Op zijn vraag, dezelfde, die hij aan
alle concierges vroeg:
Hebt gij hier in huis een familie
Haudecoeur gekend? begon de por
tier te lachen?
't Schijnt dat het vandaag een dag
voor inlichtingen is zeide hij.
Waarom?
Omdat er zooeven ook een dame
geweest is, die mij hetzelfde heeft ge
vraagd.
Dus had hij dezelfde gedachten ge
had als hij!
Zij had willen weten, wat er van de
Haudecoers geworden was en zocht
ze nu op. Voorheen had zij alles ge
daan, wat in haar vermogen was om
Hoogeveen een moordaanslag gepleegd op
zijn vroegere verloofde Jantje Stakelbeek.
Het slachtoffer werd ernstig gewond door
twee dolksteken. Door iemand, die juist
passeerde, werd de verdere uitvoering van
de laffe daad voorkomen. De dader werd
door de politie gearresteerd.
—O— j
BESPUITING VAN BESSENSTRUI-
KEN MET CARBOLINEUM.
In verband met het veelvuldig op
treden van „spint" in kruisbessen-
struiken in het afgeloopen jaar wordt
aan alle kruisbessentelers den raad
gegeven, hun kruisbessenstruiken
vóór het midden van Februari te be
spuiten met een 71/2 pCt. carboline-
umoplossing. Tegen het spint (een
aantasting door mijten, waardoor het
blad een grauwe tint krijgt en de
groei van struik en bessen zeer be
nadeeld wordt) is deze bespuiting
mits zij zorgvuldig wordt uitgevoerd
en dus alle takjes voldoende worden
bevochtigd, een afdoend bestrijdings
middel. De in zwarte bessen en aa 1-
bessenstruiken zoo veelvuldig optre
dende en vaak zoo schadelijke blad
luizen worden ook met een 71/2pCt.
carbolineum-oplossing afdoende be
streden. Voor het verkrijgen van een
goeden oogst is deze bespuiting nood
zakelijk te achten.
Bespuiting van bessenstruiken moet
in het algemeen omstreeks het mid
den van Februari beëindigd zijn.
Nadere inlichtingen worden gaarne
verstrekt door den Plantenziekten-
kundigen Dienst te Wageningen en
door de bij dezen Dienst werkzame
ambtenaren. j.
SLAGERSVAK- en MIDDENSTANDS^
TENTOONSTELLING 1932 TE
OOSTERHOUT N.Br.
Er begint teekening te komen in dë
voorbereiding tot deze interessante en
grootse h opgezette tentoonstelling. De
groote, beschikbare ruimte in het kolos
sale tentoonstellingsgebouw is bijna ge
heel verhuurd en nog dagelijks komen
inschrijven binnen.
De buffetten zijn verkocht aan den
heer Vos te Breda, die de ontspannings
zaal voor een smaakvolle aankleeding
zal zorg dragen.
De tentoonstellingsgids, die van bij
zonder keurige uitvoering zal zijn, wordt
geleverd door de firma Molenkamp te
Eindhoven en gedrukt door een Oos-
terhoutsche firma.
Hij zal verschijnen in de tweede helft
der maand Januari en op aanvrage
verkrijgbaar worden gesteld.
O—
hen te beschermen, om Haudecoeur aan
de justitie te onttrekken, om hem van
de gevangenis te redden, alle9, zij had
zelf zij zelf een verdediger ge
kozen. En ook nu was haar belang
stelling niet verminderd.
Welke geheimzinnige reden zouden
daarvan de oorzaak zijn?
Hij, Gerard, wilde Louise terugvin
den zijn hart sprak de liefde
ontwaakte maar zij, maar de moeder?
En die dame?, vroeg hij op be-
venden toon, heeft die dame u gezegd
waarom zij naa rde Haudecoeurs vroeg?
Och ik ben nooit nieuwsgierig en
heb het haar daarom niet gevraagd!,
Maar wel heb ik gemerkt, dat ]het
haar genoegen deed, van mij te ver
nemen, dat de vrouw van Haudecoeur
hier nog woont.
Zij woont altijd nog hier! riep
hij verheugd uit.
Ja, 't schijnt dat het u ook plei-
zier doet, mijn waarde heer. Och, ik
ben tevreden nu ik weet, dat er nog
menschen belang in haar stellen.
Haar leven is zoo aangenaam niet, se
dert deweet gij het reeds?
Ja, ik weet er alles van. Ga voort,
Sedert de veroordeeling van Hau
decoeur een onschuldige. Allen
die hem kennen, zullen u zeggen, dat
hij onschuldig is. Gerard antwoord
de niet. Zijn overtuiging was, dat Hau
decoeur de misdaad begaan had.
(Wordt vervolgd.), J