Tweede Blad voor hot Land van Heusden en Aitona, de Langstraat en de Bommelerwaard. No. 5219 Woensdag 20 April J|©Ê ©E Jl¥©fiYUI|IEl| (I Parijsefie Jlotlebrieveii LaiHlboiiwrubi'iek. BEHOORENDE BIJ HET Het Texelsch Schapenstamboek voor Noordbrabant Deze vereeniging, waarvan het Secre tariaat is gevestigd op het Rijksveeteelt- consulentschap te Ginneken, hield 30 Maart j.l. haar jaarlijksche Algemeene vergadering in bótel „NoordBrabant" te Den Bosch, onder presidium van den EdelAchtb. heer A. D. van den Schans burgemeester te Andel. Aan het uitgebrachte verslag ontleenen we het volgende Het ledental klom van 50 op 64. Vooral in de omgeving AlphenRiel, ten Zuiden van Tilburg, valt een aan merkelijke uitbreiding te constateeren. In deze streken werd nog al wat fok- materiaal uit Texel aangevoerd. Voor de Voorjaars-inspecties waren in het af- geloopen jaar reeds 10, voor de najaars inspectie zelfs reeds 14 tochten noodig Niettegenstaande de selectie, vooral der Ramlammeren, voortdurend strenger wordt, werden toch 77 ram- en 145 ooilammeren in het Jongveeregister in geschreven Verder werden in de Fok- registers 21 rammen en 79 ooien inge schreven. In totaal zijn thans in het Jongveeregister ingeschreven 254 ram lammeren en 444 ooilammeren. In het Stamboek staan thans ingeschreven 94 rammen en 434 ooien. Vrij algemeen is in Brabant de Wol keuring ook der ooien. Deze geschiedt vanwege de Nederl. Federatie tot ver betering van den Wolhandel. Goedge keurd werden 24 rammen- en 142 ooien vachten. Al deze gegevens worden in de Fok" boeken verwerkt en dit geeft pracht materiaal voor selectiewerk. Alle stam boekleden krijgen een, door den heer Gover te Alkmaar samengesteld, gede tailleerd verslag thuis gestuurd. De jaarlijksche wolkeuring op het gastvrije bedrijf „den Assem", van den heer Van der Schans te Drongelen, is steeds leerzaam en interessant Op 26 Augustus j.l. werd, in samen- werkirg met de Commissie voor Vee marktbelangen te Den Bosch een in alle opzichten geslaagde Fokveedag (de 2e) gehouden. Aangevoerd werden 138 die ren, verdeeld over 9 klassen. Er was ook goede handel. En, al ga&t het ook in de schapenfokkerij niet best en al vraagt men om steun, men werkt zelf flink door. Althans de Brabantsche fokkers besloten, zonder bedisselen, dit jaar hun derden schapenfokdag te hou den te Den Bosch, waarschijnlijk op Woensdag 24 Augustus a.s. Allicht din gen dan, bij wijze van proef, voor een jaar, enkele fokkers uit den Bommeler waard mee, die in eigen provincie daar geen geschikte gelegenheid voor kunnen vinden. Het ware te wenschen, dat dgl. zgn. Grensfokkers ook bij het naburige Stamboek konden aansluiten. Meer en meer verbreidt zich het Texelsche schaap over de geheele pro vincie, al teekenen er zich dan ook meer en meer bepaalde fokgebieden af. Het gaat meer en meer waardeering onder vinden en het is ons een genoegen, in dit verband nog even te wijzen op het feit, dat in het landbouwpraatje van den Belgischen Boerenbond, hetgeen we 9 April j.l. beluisterden, het Texelsche schaap als een der beste Vleesch-wol schapen werd geroemd. niet misstaan een kraag mag niet ontbreken. Frisch en fleurig staat dan ook zoo'n licht kraagje, van linon, van kant, van moesjes borduursel. Iereche kant, Valenciennes of gepliseerde zijde. t Vindt men deze garneering te een voudig of niet kleurig genoeg, zoo kan men een soepele draperie om den hals nemen in levendige tint terwijl ook al lerlei soorten sjawls dienst doen om een japonnetje af te werken Ze mógeD sprekende kleuren vertoonen, noppen DE ALLERNIEUWSTE MOUWEN EN KRAGEN. Na de losse jasjesde losse vesten 1 Niet veel is er veranderd, constateer de ik, nadat ik verschillende collecties voorjaarstoiletjes aanschouwd had waaronder enkele prachtstukjes waren van kleur en snit. De groote lijn is zoo geheel hetzelfde gebleven, dat zelfs de meest kieskeurige vrouw zonder bezwaar een jurk van het vorige jaar kan opdragen. Alleen op een ding zal men moeten letten: op kraag en mou wen. Het zijn slechts onderdeelen van 't toilet maar de mode legt er dezen zomer bijzonder den nadruk op. Een japon mag nog zoo eenvoudig zijn en vele voorjaarsjaponnen zouden heusch in den uitzet van een kostschoolmeisje en streepen en men kan ze naar wille keur aanbrengen, met een stuk op zij, of van voren, omgeknoopt als een doek met de punt van voren of op den rug, als een sjawl waarvan het eene einde van de japon is bevestigd, het andere los hangt enz. Een heel prettige mode, daar ze veel plaats laat aan onze per soonlijke smaak en fantasie Dikwijls is er verband tusschen de mouw en de hals-afwerking. Om u eens een enkel voorbeeld te noemen vestje en beneden den elleboog, ballon mouwen van constrateerende stof. We zagen een japon van zwarte crêpe de chine met een kraag van witte mous seline die met een smal biesje fel rood waren afgezet. De benedenmouw bestond uit vier volants onder elkaar, eveneens van witte mousseline met rood ombiesd. Maar niet alleen kleur en stof bepa len het type van den modernen mouw. Meer opvallend nog is het maaksel, waarin heel veel variatie bestaat Een paar der meest sprekende modellen ge- ved we op onze teekening, Ze doen zeer aan oude tijden denken en zijn, uit aesthetis oogpunt, niet alle even geslaagd te noemen, Alleen de eerste uitgestald van marineblauwe wol met een schouderkraag van blauwviolesee crêpe de chine. Een andere japon, van bruine wol, was met een zwart wollen boleroo- tje bedekt, waarop een breede aas ge strikt was van roode crêpe de chine met witte moezen. Voor een oudere dame zijn dergelijke combinaties na tuurlijk wel wat te opzichtig maar voor de jeugd zie ik graag sterke kleu ren en vind ik niet gauw iets te bond. Nu tegenwoordig het wachtwoord be zuinigen luidt, is het wel eens aardig na te gaan, hoe we dit in de praktijk kunnen toepassen en tevens goed ge kleed gaan Ge hebt b v. een eenvou dige zwarte japon. Hierbij draagt ge nu eens revers en een vestje van ivoor kleurige crêpe georgette. Een ander maal laat ge de japon geheel zwart, door er een zwart vestje in te bevestigen en ge brengt een kleine versiering aan door een bloem aan schouder of taille. Ge hebt bovendien ook nog een roze vestje in voorraad en geeft door deze kleinigheden aan uw japon telkens weer een geiieel ander voorkomen. Of, om een ander voorbeeld te noe men, ge bezit een donkerblauw japon netje met een kraag en losse manchet ten. Dit stelletje kan nu eens van kant zijn, van zijde, heel eenvoudig van lin nen, of piqué, van geborduurde crêpe de chine. enz. Men kan ook, wat heel aardig staat op een don kere japon rijen veterband in verschil lende kleuren onder elkaar aanbrengen, waarvan men de tinten nu en dan eens wisselt. Zoo bestaan er vele mogelijkheden waarvan de practische en zuinige vrouw zeker niet nalaten zal partij te trekken. WILHELMINE. Onze lezeressen, die uitvoerig wen schen ingelicht te worden over de laatste mode, zoowel voor dames als kinderen, raden wij dringend aan een abonnement te nemen op „Het Nieuwe Modeblad". Dit uiterst practische Nederlandsche modetijdschrift, hetwelk ook een schat van gegevens biedt voor handwerken in alle genres, is bij de uitgevers dezer courant tegen sterk gereduceerde prijs verkrijgbaar. De abonnementsprijs van het Nieuwe Modeblad 2 maal per maand verschij nende in 16 bladzijden met telkenmale 2 gratis knippatronenbladen, bedraagt slechts f 0 95 per kwartaal, franco per post f 1.25. mouw, met den geborduurden band om het pofmouwtje die den arm strak om sluit, is fraai. De rij knoopjes aan den strakken beneden mouw is op het oo- genblik een veel voorkomende versiering. Het meest bevallen mij echter tegen woordig de mooie en soms gedurfde kleursamenstellingen. Die brengen wer kelijk weer eens iets nieuws en frisch in onze kleeding. In een onzer eerste mo dezaken stond onlangs een japonnetje Kali. Schadelijke dieren. Nachtvorst. In een vorig artikeltje hebben wij de aandacht er op gevestigd, dat de kali niet alleen als voedingsstof onontbeer lijk is voor het verkrijgen van volledige oogsten, maar dat de kalimeststoffen door hare nevenwerkingen tevens in vele gevallen den land1- en tuinbouwer op andere wijze te hulp komen. Wij wezen reeds op het „blauw" worden der aardappelen, wat voorkomen wordt door een flinke kaligift, op het eigen aardige euvel in de uien, evejneesn door kali tegen te gaan, op het bestrij den van onkruid door gebruik van fijngemalen kaïniet, enz. In een volgend artikeltje beloofden wij nog enkele an-' dere nevenwerkingen der kalimeststof fen te bespreken. Wij beginnen dan met eenige mede- deelingen te doen over de gunstige resultaten welke in Duitschland wor den verkregen bij de bestrijding der b 1 o e d 1 u i s met kalizout. Over bloed- luis is al heel wat te doen geweest, veel middelen aangewend die weinig of geen geen doel troffen. Met belangstalling zullen daarom de boomgaardbezitters kennis nemen van de resultaten door het uitstrooien van kalizout, dus ge woon als bemesting en met bespuiting der aangetaste plaatsen met een oplos sing van' 3 ons kalizout in een emmer water. De beste tijd van besproeiing is in de maand Juni. Wij achten het wel de moeite waard hierop te wij zen en hopen, dat vele bezitters van boomgaarden, welke door bloedluis wor den bezocht, proeven in deze richting zullen nemen. Wat hier boven vermeld is van bloedluis, geldt ook voor blad luis. Ook hier zijn proeven genomen welke met gunstigen uitslag zijn be kroond, vooral bij bestrijding van blad luis bij aardappelen. Deze plaag werd door een kalibemesting geheel bestre den. Van enkele zijden is mij nog ge vraagd over de bestrijding van slak ken door gemalen kaïniet en koper sulfaat. Dit middel heef bij een groot aantal genomen proeven zeer goede, soms verbluffend goede, resultaten ge geven. Fijn gemalen kopervitriool (geen kristallen, zooals die in den handel voorkomen), wordt gemengd met fijnge malen kaïniet in de verhouding 1 op 20. In den vroegen morgen, als het nog bijna donker is, en de slakken dus nog kruipende zijn, wordt dit mengsel met de hand, of met een kunstmest strooier uitgezaaid, in een hoeveelheid van 400 K.G. per H.A. Dus 380 K.G. gemalen kaïniet en 20 K.G. kopersul faat. De slakken, welke met het ko persulfaat in aanraking komen, begin nen zich heftig te kronkelen, waardoor zij, zelfs bij de geringe hoeveelheidj, die uitgestrooid wordt, spoedig meer en meer kopersulfaat op hun lichaam krijgen, waarna zij in korten tijd ster ven. Wij begeven ons nu op geheel an der terrein en bespreken nog in het kort de invloed van een kalibemesting op het nachtvorstgevaar. Hier is het Ir. G. G. Bolhuis te Wageningen, welke hieromtrent proeven genomen heeft. Reeds in 1928 schreef deze heer in het Landbouwkundig Tijdschrift een ar tikel: „Kalibemesting en nachtvorstge vaar," waarin hij den uitslag dezer proeven vermeldde. Wij kunnen deze proeven hier niet in hun geheel be schrijven, wij volstaan alleen met het eindresultaat mede te deelen, waar het heet: „maar toch weten wij dan, dat dat wij met een flinke kalibemesting onze aardappelplanten een ruggesteun- tje tegen nachtvorsten geven. Bovenstaande is van zeer groot be lang nu de deelt van vroege aardap pelen zoo'n groote vlucht heeft ge nomen en deze waarschijnlijk nog groo- ter zal wordem. Bij aardappelen oefent de kali dus een buitengewoon gunstigen invloed uit, geeft niet alleen een hooge opbrengst door de onmisbare voedingsstof kali, maar bestrijdt tevens het „blauw", de bladluis en bij nachtvorst ook het ge vaar van bevriezen. Wie weet voor welke verrassingen wij, ook op dit gebied, nog komen te staan! O— BESTRIJDING VAN EMELTEN. Daar van verschillende plaatsen, wederom de aanwezigheid vanemel- ten in grasland wordt gemeld, ves tigt de Plantenziektenkundigen Dienst de aandacht op de bestrijding van deze vaak zoo schadelijke larven. Emelten, ook wel eemt of grauwe worm genoemd, kunnen met succes bestreden worden, door het uitstrooi en van een mengsel Parijschgroen met tarwezemelen. Per H.A. worden gebruikt 25 kg zemelen en 1 kg Pa rijschgroen. De droge zemelen wor den zeer zorgvuldig met het Parijsch groen gemengd en eerst daarna wordt dit mengsel al kneedend zoodanig bevochtigd, dat de massa fijn krui melig wordt, zoodat ze gemakkelijk breedwerpig over het te behandelen perceel kan worden uitgestrooid. Gewoonlijk is 0,6 liter water per kg zemelen noodig, maar deze hoe veelheid kan varieeren. Het mengen en bevochtigen kan geschieden in kuipen. Om morsen te voorkomen, moeten de kuipen niet al te vol ge maakt worden. Een goede menging kan ook verkregen worden in de trommels die gebruikt worden voor de ontsmetting van granen. Ook hier in moet eerst drooggemengd worden en daarna wordt water toegevoegd. Nakneeden van de massa is noodig, daar ze in de machine gaat klonteren. De werkzaamheid van het middel hangt ten nauwste samen met het tijdstip, waarop het wordt uitge strooid. Noodig is, dat de emelten boven den grond komen en dit doen ze alleen, wanneer de temperatuur niet te laag en de grond ook niet al te droog is. Men wacht dus met het uitstrooien tot een „zachten" dag. Desnoods kan men eerst een klein stukje van een perceel behandelen. Ziet men hiervan resultaat, dan kan den volgenden dag, wanneer het weer gunstig is gebleven, de rest worden bestrooid. Het uitstrooien geschiedt in den middag, de emelten komen n.l. des nachts alleen boven den grond. Om na te gaan, of emelten aanwe zig zijn, kan men hier en daar en kele zoden onderzoeken op de aan wezigheid van emelten. Gemakkelijker gaat dit door op verschillende kleine plekjes op den akker een kleine hoeveelheid benzine op den grond te gieten. De emelten komen dan binnen zeer korten tijd naar boven. Parijschgroen is een zeer sterk maaggif. Het is dus noodig, dat voorzorgsmaatregelen worden geno men om inademing van het poeder te voorkomen. Dit kan geschieden, door bij het afwegen van Parijsch groen en het mengen, een doek voor 82. Met een lang gegrom sloop de leeuw op Rob toe, z'n woedende oogen onafgebroken op hem gericht. Wanhopig zocht Rob om zich heen naar een wapen of een schuilplaats, maar vond nietsHij was aan de genade van deze ver schrikkingen der woestijn overgeleverd 83. Toen gaarde hij al de krachten, die hem nog overgebleven waren bijeen en schoot langs de voet van de tempel. Z'n eenig oogmerkwas, zich zoover mogelijk van de leeuwen te verwij deren. Bij de hoek van de ruïne vloog hij langs een paar geweldige steenen beelden, terwijl de leeuwen langzamer volgden, alsof ze zeker van hun prooi waren. 84. Nu begon Robs kracht hem te begeven en hijger d naar adem wankelde hij voort, toen een vreemde mannenfiguur vanuit de schaduw te voorschijn trad. Hij was gekleed als een monnik en droeg een staf in de eene en een verlichte lantaarn in de andere hand. Langzaam nadeide hij. Kienwsblad

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1932 | | pagina 5