Uitgave FIRMA L. J. VEERMAN - HEUSDEN.
Echt en goed
UND VAN AtfÉNA
FEUILLETON.
No. 5277 Woensdag 9 November 1932.
^islssrrrerrf.
Dit blad verschijnt WOENSDAGMORGEN en
VRIJDAGMIDDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.10,
franco per post beschikt f 1.25. Bij onze Agenten lOcent
per week. Afzonderlijke nummers 5 cent.
Int. Telefoon no. 19.
Postrekening no. 61525.
Advertentiën van 16 regels 90 cent. Elke regel
meer 15 cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdagmiddag 1 uur en
Vrijdagmorgen 9 uur ingewacht.
Spoedeischende vergadering van den
Raad der gemeente VEEN, op Za
terdag 5 Nov., des voorm. half elf.
Voorzitter: Edelachtb. Heer C. B.
J. Landweer.
Secretaris: Weled. Heer J. Timmer
mans.
Aanwezig alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering,
waarna de Secretaris het formulierge
bed leest en daarna de notulen der vo
rige vergadering.
Voor deze worden vastgesteld, vraagt
weth. Schreuders eenige opheldering in
zake een zinsnede uit de voorgelezen
notulen, waarin vermeld staat, dat aan
Fr. Timmermans een gedeelte van ge
meentegrond in eigendom is afgestaan,
zoover als die thans door hem in ge-
bruik is. Spr. is van meening, dat in
dezen zin niet besloten is.
Weth. v. d. Pol is ook van meening,
dat de bedoeling geweest is, om die
grond af te staan, die loopt van den
voorgevel tot den achtergevel van het
huis.
Het lid Timmermans vraagt of het
nu zoo'n groot bezwaar is, dat het
enkele roeden meer zijn.
De heer v. d. Pol zegt, dat het hier
niet over gaat, maar heeft men een
maal afstand gedaan, dan is men voor
altijd zijn recht kwijt.
Door den Secretaris wordt hierna het j
formeele besluit voorgelezen, waaruit j
blijkt, dat hierin opgenomen is, dat er
een behoorlijke uitweg moet blijven.
Verder wordt er door den Secretaris
op gewezen, dat in deze ook nog geen
goedkeuring van Ged. St. is verkregen,
zoodat men altijd nog een kleine wij
ziging kan aanbrengen.
Hierna worden de notulen vastge
steld.
Ingekomen stukken:
Een schrijven van Ged. St., waarin
afwijzend wordt beslist op het verzoek
van den raad, inzake vergoeding pre
sentiegelden voor raadsvergaderingen.
Van het zelfde college een schrijven,
waarin wordt bericht, dat het geen
termen aanwezig acht, om goedkeuring
te verleenen aan uitbreiding der be
bouwde kom van de gemeente, of eene
afzonderlijke kom voor de Wielstraat.
Het lid Timmermans vraagt of er dan
heelemaal niets gedaan kan worden, daar
de schade die door het verkeer aan de
huizen toegebracht wordt, groot is.
Enkele leden voelen er veel voor om
deze straat geheel voor het autover
keer af te sluiten.
De heer v. d. Pol is hier tegen, daar
de uitvoering van zoo'n besluit groote
moeilijkheden met zich brengt, wel is
Naar het Fransch.
116.
Gij hebt een zoon, mevrouw, een
zoon, Gerard geheeten. Welnu, uw zoon
bemint mijn dochter... Ja hij bemint,
haar, tenminste hij beweert het. En
wat mijn dochter betreft, ik vrees, dat
die hem schier aanbidtge begrijpt
wat alleen mijn eer zou kunnen herstel
len? De zoon van de Beaupreault, van
het slachtoffer,, huwt de dochter van
hem, die men voor den moordenaar
houdt. Maar vóór alles heb ik u nog
heel wat te zeggenIiets ernstigs...
En misschien kan ik door uw antwoord
eenig licht in die duistere zaak versprei
den.
Zijn gelaat was opnieuw betrokken.
Hij zweeg, want op het laatste oogen-
blik aarzelde hij nog.
Zou hij aan Margaretha en aan De-
marr alles vertellen, wat hij van Colli-
vet en Gerard wist?
De ellende had hem achterdochtig
gemaakt.
Na alles wat hij gehoord had kon
hij onmogelijk meer aan Margaretha en
aan haar echtgenoot twijfelen.
Maar Gerard? En Collivet?
Mevrouw, zeide hij, ik wilde u
hij voor vaststelling van een maximum
snelheid.
Het lid Schreuder zegt, dat een be
paling om enkel maar zware auto's
te weren ook geen resultaat heeft, daar
zulk een regeling alleen geldig kan
zijn voor auto's boven een gewicht
van 4800 K.G.
De Voorzitter acht afsluiting de bes
te oplossing.
Weth. Schreuders stelt voor, nog
maals Ged. St. te wijzen op de nood
toestand die er thans is en goedkeuring
te vragen voor het vaststellen van een
maximum snelheid voor de bebouwde
kom der gemeente en uitbreiding van
de kom of aparte kom voor de Wiel
straat.
Het lid van Andel vraagt of er voor
de geheele gemeente geen maximum
snelheid vastgesteld kan worden.
De Voorzitter zegt, dat dit niet gaat,
daar de geheele gemeente geen be
bouwde kom is.
Het lid Timmermans zou een maxi
mum snelheid van 20 K.M. voldoende
achten.
De Voorzitter zegt, dat het nood
zakelijk is, dat er maatregelen genomen
worden.
Wordt met algemeene stemmen be
sloten, dat men zich in deze nogmaals
tot Ged. Staten zal wenden.
Thans wordt medegedeelt, dat voor
het schoonhouden van de school en
gymnastieklokaal 3 inschrijvingsbiijetten
zijn ingekomen. Van de wed. Roeland
voor f294, van mejuffr. D. Dammers
voor f275 en mej. J. Verbeek voor
f 205, zoodat dit werk aan de laagste
inschrijfster is opgedragen.
Schrijven van het bestuur van de
vereen, voor gezinsverpleging en het
consultatiebureau te Almkerk, uitgaande
van het Groene Kruis te Noord-Brab.
Adressanten vragen of de gemeente
weer met een subsidie de vereen, wil
steunen.
In een bijgaand schrijven wordt breed
voerig het nut van deze vereen, uiteen
gezet, verder wordt er op gewezen, dat
zoo de gemeente subsidieerd, het ver
voer naa'r genoemd bureau per auto
heen en weer f 0.50 zal bedragen. Ver
leent de gemeente geen subsidie dan
kost dit fl.
De heer v. d. Pol zegt, dat vorig
jaar f10 gegeven is.
Wordt besloten om ook dit jaar weer
eenige subsidie te verstrekken.
Scchrijyen van den A.N.W.B., waarin
zij om een subsidie vragen van f10
De Voorzitter zegt, dat deze bond
zeer nuttig werk verricht en stelt voor
om de gevraagde subsidie te verleenen.
Wordt met algemeene stemmen be
sloten.
Hierna komt aan de orde telefonische
verzoeken een belofte te doen.
Een belofte?
En u, mijnheer Demarr, wilde ik
dit ook verzoeken.
Waartoe?
Dat mijnheer Gerard niets van
het geheim weetdat hij niet weet,
dat zijn moeder de ware schuldige van
den moord op mijnheer de Beaupreault
is.
Dat zweer ik u' zeide de advokaat.
Ik zweer dat, niemand Gerard de waar
heid heeft kunnen vertellen, daar ik
dit alleen wistEn toch heb ik her
haalde keeren gezien, dat hij mij zon
derling aanzag, al zweer ik, dat hij
niets weet, kan ik jiiet zweren, dat er
een "vermoeden, 't verschrikkelijk ver
moeden der werkelijkheid bij hem is
opgekomen.
Herhaalde malen heeft hij mij on
dervraagd en op zekeren dag vroeg
hij mij, of ik werkelijk aan uw on
schuld geloofde.
Kon ik zeggen, dat gij de schul
dige waartNeen, neen, dat nooit.
Toen besloot hij om u te redden. Ik
kon zijn pogingen niet nagaan en zag
hem vertrekken, want op dat tijdstip
ontnam God mij het verstand, maar
van te voren, hoewel hij zijn geheim
voor zich hield, doorzag ik hem vol
komen en vermoedde ik zijn plannen.
Dus ook gij gelooft, dat uw zoon
werkelijk naar Nieuw-Caledonië is ge
gaan om mij te redden?
Haudecoeur kon daarop geen ant
woord geven.
aansluiting van het gemeentehuis.
De Voorzitter zegt, dat hierdoor noo-
dig is, dat er een kleine wijziging aan
gebracht wordt in de bégrooting 1932.
De Secretaris zegt, dat dit niet meer
mogelijk is, daar de begrooting 1932
reeds in zijn geheel afgesloten is.
Wordt besloten om deze post over
te brengen op de begrooting 1933.
De heer v. d. Pol vraagt of het nu
niet lang zal duren eer Ged. St. hun
goedkeuring geven als dezen post op
de begrooting 1933 komt.
Wordt besloten den aanleg toch al
reeds te doen plaats vinden, en hier
van Ged. St. in kennis te stellen.
Van den heer J. Timmermans is een
schrijven ontvangen, waarin hij ver
zoekt om handhaving van zijn pensioen
grondslag, zooals het oude bedrag die
aangeeft.
Wordt met algemeene stemmen be
sloten.
Hierna komt aan de orde het tij
delijk benoemen van een gemeente-ont
vanger.
Door B. en W. wordt een aanbeve
ling gegeven als No. 1 den heer J. G.
N. Scheuders en als No. 2 J. Schouten,
beiden alhier. Van de 8 sol ici'anten wa
ren e-r van 5 de informatie's goed.
Uit dit vijftal (welker namen worden
voorgelezen) heeft B. en W. de aan
beveling samen gesteld.
De Voorzitter zegt, dat hij persoon
lijk liever een gediplomeerde kracht op
de aanbeveling had geplaatst. Als zoo
danig zou dan in aanmerking gekomen
zijn, W. Schouten te Wijk. Spreker
kan het echter best begrijpen, dat men
liever deze funtie door een inwoner
ziet waargenomen. Hij kan zich hier
door dan ook geheel met de aanbeve
ling vereenigen en zegt zijn volle mede
werking aan den te benoemen gemeen
te-ontvanger toe.
Het lid Timmermans vraagt, waarom
er zoo weinig publicatie is gegeven
aan de oproep voor sollicitanten.
De Voorzitter zegt, dat er een adver
tentie geplaats is geweest ,in een der
vakbladen voor ambtenaren en verder
heeft er een oproepingsformulier ver
schillende dagen voo-r een der ramen
van het gemeentehuis gehangen.
De heer Timmermans zegt, hiervan
niets gezien te hebben, ook had hij
het veel beter gevonden als er een op
roep was geplaatst in de krant van
Veerman, welke bijnq, door een ieder
gelezen wordt. Hij kent iemand, die
ook gaarne gesolliciteerd zou hebben
als hij het maar .geweten had.
De Voorzitter zegt nogmaals, dat er
voldoende publiciteit aan gegeven is
geweest.
Hierna wordt overgegaan tot stem
ming, waaruit bleek, dat 3 stemmen
zich vereenigd hadden op J. Schreu-
Hij zag zich in een geheim gehuld,
waaruit hij niet geraken kon. Hoe de
waarheid in zulk een duisternis te ont
dekken?
De aanslagen, die op hem waren ge
pleegd, waren en ontloochenbaar.
Twee menschen op aarde waren daar
voor verantwoordelijk.
Gerard ën Collivet.
'tWas noodzakelijk, dat hij een ver
klaring hierover van Gerard kreeg.
't Is goed, mevrouw, zeide hij
ik geloof u en ook geloof ik aan de
goede bedoelingen van uw zoon
Want om te liegen en om mij te be
driegen zou hij wel een groote laag
hartige schurk moeten wezen!... Toch
wilde ik wel eens met hem spreken.
Is mijnheer Gerard te Parijs of hier?
Hij is hier.
Hier mag ik hem niet ontmoeten.
Hoe zou ik mijn tegenwoordigheid hier
moeten verklaren?
En daar ik van uwe bekentenis geen
gebruik mag maken, moet voor uwen
zoon de waarheid onbekend blijven
Ik weet dat werkelijk niet, wat ik doen
moetEn toch moet ik hem spreken,
't moeter valt heel wat op te hel
deren
Ik verzeker u, Haudecoeur, dat
ik bereid ben u te Expilly verborgen
te houden tot aan den dag, waarop gij
vrij zijt.
En wat zou mijnheer Gerard zeg
gen?
Ach! Ik ben bereid hem alles te
bekennen, liever, dan dat gij opnieuw
ders en 3 stemmen op J. Schouten
en een blanco. Bij de herstemming
blijft den heer J. Schreuders als belang
hebbend persoon buiten stemming. We
der wordenj er 3 stemmen uitgebracht
op J. Scchreuders en 3 op J. Schouten.
Door het lot wordt nu beslist, het
welk den heer Schouten alhier aan
wijst, welke nu als benoemd wordt ver
klaard.
Rondvraag.
De heer van Andel vraagt om aan de
steuntrekkenden fl.pe>r week ko-
lentoeslag te geven. Hij heeft verno
men, dat door het Rijk voor een ge
deelte de kosten hiervan vergoed zul
len, worden.
Wordt met algemeene stemmen hier
toe besloten.
Het lid Timmermans vraagt of er
reeds begonnen is met den bouw van
een steenkolenloods bij het schoollo
kaal en zoo ja, of dit publiek besteed
is.
De Voorzitter zegt, dat er nog niet
begonnen is, daar nog geen goedkeu
ring van Ged. Staten ontvangen is.
Het lid van Andel vraagt nog, wan
neer er bordjes geplaatst zullen wor
den aan het begin van de „Veensche
Steeg", met opschrift: Verboden stand
plaats voor woonwagens.
De Voorzitter zegt, hiertoe zoo spoe
dig mogelijk opdracht te zullen geven.
Hierna sluiting.
ZENDINGSWERK.
De eerste bijdrage in verband met de
week van Gebed, Toewijding en Offer,
uitgaande van de Samenwerkende Zen
dingscorporaties, werd met groote dank
baarheid ontvangen van H.M. de Koningin-
Moeder.
O—-
DRAMA TE HEERLEN.
In den nacht van Donderdag op Vrij
dag heeft zich een familiedrama afge
speeld aan de Kastellaan te Heerlen ten
huize van den mijnwerker K. van de IJ
Tot voor eenigen tijd woonde bij deze
zijn ongehuwde broer Willem in. Deze
was werkloos geraakt en mede door andere
omstandigheden was Willem door K. v.
d. II. de toegang tot diens woning ont
zegd. Niettegenstaande het verbod drong
W. v. d. H. des nachts meermalen stil
in de woning binnen om zien dan op een
zolderkamer schuil te houden.
in handen der justitie valt.
Neen, dat wil ik niet, ik heb het
recht, u dat te verbieden. Mijnheer De
marr, weet gij geen plek, waar ik mij
verborgen kan houden, zonder vermoe
dens op te wekken.
Ik heb een landbouwer hier in
den omtrek wonen, die zeer aan mij
gehecht is, dien zou ik alles kunnen
meedeelen en hij zou u in dienst nemen.
Welnu, ik neem het aan en zal
er voor zorg dragen, dat de gendarmen
mij niet verrassen.
De hoeve ligt ver van Rolieboise,
verscholen in het bosch van Moisson,
dat mij behoort. Slechts zelden komt
daar een gendarme langsIn geval
zij u mochten vervolgen, is het bosch
nabij en te Expilly kunt gij een onder
komen vinden.
'tZij zoo. Maar hoe krijg ik mójn-
heer Gerard nu te spreken?
Die jaagt daar vaak in den omtrek.
Dat blijft dus afgesproken, mijn
heer.
Als gij wilt, zullen wij van de
duisternis nog gebruik maken om de
Rivaudiére, de hoeve waarvan ik u
sprak, nog te bereiken. Ik ben van
zijn stilzwijgendheid en bereidwilligheid,
overtuigd.
Laten wij dan gaan.
Margaretha stak hem haar hand toe.
Vergeet niet, dat ik tot de op
offering bereid ben en dat ik u niet
meer Iaat beschuldigen en arresteeren.
Wees voorzichtig, als gij niet wilt, dat
ik onmiddelijk, nadat gij uwe vrijheid
Eenigen tijd geleden was tegen Willem
reeds een prcces-verbaal opgemaakt wegens
huisvredebreuk.
In den genoemden nacht, toen K. v. d.
H. in de mijn werkzaam was, drong Willem
weer de woning binnen. De vrouw en
kinderen vluchten het huis uit, omdat de
man dreigde, „dat er iets gebeuren ging."
De vrouw en kinderen begaven zich
naar in de nabijheid wonende familieleden.
Van hieruit waarschuwde men den man
op de mijn, die zich dadelijk naar zijn
woning begaf. Daar vond hij zijn broer
te bed op de zolderkamer. Naast het
bed stond een bijl. Toen Willem den
ander zag sprong hij op den grond en
wilde Karei met een groot broodmes een
steek geven. De ander ving den steek
met de bijl op en met deze bijl gaf de
man toen den aanvaller, die woest toestak,
een slag op den arm. Toen Willem nog
maals poogde om met het broodmes te
steken sloeg K. v. d. II. in zijn woede
den ander met de bijl op het hoofd. Badend
in zijn bloed zakte Willem ineen. K. v. d.
H. dacht, dat hij zijn broer had gedood.
Hij vluchtte, ging naar de mijn, haalde
zijn geld en bracht dit bij zijn vrouw. Daarna
meldde hij zich zelf bij de politie aan.
De Heerlensche recherche stelde onmiddel
lijk een onderzoek in. In levensgevaar
lijken toestand werd het slachtoffer op
aanraden van dr. Dahmen naar het St.
Jophziekenhuis overgebracht, waar opera
tief ingrijpen noodzakelhk bleek. Nadat
proces-verbaal was opgemaakt, werd K.
v. d. H. weer vrijgelaten. De toestand
van W. is ernstig.
—O
EEN GEVAL VAN SCHAKING.
Zaterdagmiddag werd op de Moerstraat-
schebaan onder Bergen op Zoom gearres
teerd, de 40-jarige J uit Turnhout, die
in gezelschap was van een 16-jarig meisje
uit Schijndel, dat hij acht dagen geleden
aldaar had geschaakt.
Beiden zijn naar het politie bureau
overgebracht.
O—
GASVERGIFTIGING TE WASSENAAR.
In een woning aan het Burchtplein
heeft zich in den afgeloopen nacht een
zeer ernstig geval van gasverstikking voor
gedaan, waarvan twee kinderen van 4
jaar, een kind van nog geen jaar en een
vrouw van 30 jaar het slachtoffer zijn
geworden.
zijn Poeders alleen, wanneer zij de
handteekening dragen van den fabrikant
A. Mijnhardt. Maagpoeders, Hoofdpijn
poeders, Kiespijnpoeders, Hoestpoeders,
Wormpoeders, enz.
Per poeder 8 ct. Per doos 45 ct. Bij uw drogist.
verloren hebt, mij tot den rechter be
geef en gerechtigheid tegenover mij
eisch!...
O, ik zal voorzichtig wezen, me
vrouw, ik verzeke:r het u.
Gij zijt een edel mensch!
Haudecoeur drukte haar ontroerd de
hand.
O! mevrouw, wat gij daar zegt,
vergoedt mij de jaren die ik op de ga
leien heb doorgebracht!
Jean Demarr wilde niet langer wach
ten, om Haudecoeur naar de Rivau
diére te brengen. i
De gendarmeji konden echter nog|
in den omtrek wezen en moest hij
dus voorzorgsmaatregelen nemen.
Wacht even! zeide hij.
Hij opende de deur van de vestibule.
Maar eensklaps zagen Margaretha eiï
Haudecoeur hem achteruit deinzen.
Op hetzelfde oogenblik slaakte hij
een verschrikkelijken kreet.
Margaretha! Margaretha.'
Er lag een lichaam dwars voor dq
deur.
Een roerloos lichaam, onbewegelijk!
als een lijk.
'tWas het lichaam van Gerard.
Hij had alles gehoord!
Margaretha dacht slechts aan haat!
zoon, aan haar ongelukkig kind, wiert
deze verschrikkelijk bekentenis het hart
gebroken had.
Zij knielde bij hem neder en nam hem
in haar armen.
O! mijn arm, arm kind!
(Wordt vervolgd
voor het hand van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard
—O—