m Ingezonden. Actie Antie Waterleiding Burgerlijke Stand. DAMRUBRIEK. éi W JU Hf HP 11 fff n§ Hf fü m s HP Éif pp PP S if gü §Jf s Jü ÜI Ui s m S H Land- en Tuinbouwwereld Éénzijdige bemesting (slot). uitvoering van het plan te geraken, werd door verscheidene aanwezigen geteekend en zal nog aan de overige belanghebbenden worden voor ge legd. Door het teekenen van deze voorloopige aanvraag verplichten de aanvragers zich niet definitief om tot het plan toe te treden. Het is alleen een verklaring dat men het in be ginsel er mede eens is. Op eene la ter te houden vergadering zal men zich dan moeten uitspreken of men al of niet met het verkavelingsplan mede gaat. Na een woord van dank aan den heer Swart voor zijn bemoeiingen in deze aangelegenheid sloot de Voor zitter de vergadering, die dank zii de bekwame leiding van den Voorzitter zeer vlot verliep en naar men mag hopen zal leiden tot de verbeterin gen die voor deze streek zoo noodig zijn. Vragen op rechtskundig gebied (Abonné's kunnen in deze rubriek GRATIS vragen stellen). Mijn vriend is door ziekte huur achter gekomen. Nu is hii in overleg gegaan met zijn huurbaas om dat van zijn invaliditeitsrente te betalen, maar hij moet het zijn kinderen uit den mond houden. Hii heeft een gezegeld stuk geteekend ter waarde van 30 cent. Hii |can niet betalen daar hii niets verdient. Hoe moet hii nu han delen N. K. Zijn eenige kans is een accoord met den verhuurder, want deze kan hem ten allen tijde in rechten aan spreken als hii met zijn huur ach ter is. Is architectenloon ook verschuldigd op bedragen, besteed voor aan leg centrale verwarming, aanleg elec- trisch licht en aanleg sanitaire in richtingen Vooraf is met den archi tect geen regeling getroffen, alleen wel het percentage van q procent vastgesteld op een niet vastgesteld bedrag. Architect. Ja, het architectenloon wordt steeds berekend over de kosten van het bouwwerk, inbegrepen centrale verwarming, electrisch licht en sa nitaire inrichting. Mag de curator in een faillissement van een persoon, die eene tijdelijke betrekking van f 30 per week heeft, van dat loon een gedeelte afhouden en. zoo ja, hoeveel A. Belanghebbende. Het deel. dat afgehouden mag wor den, staat ter beoordeeling van den Rech ter-Commissaris in het faillisse ment. U kunt zich eventueel tot hem wenden met bezwaren. Ik ben voor 6. weken in G. ge komen uit B. om werk. Dat bleek voor vier dagen te zijn. Ik heb vrouw en kind van twee jaren. Hoe moet ik handelen om steun te krijgen G. Abonné. Ik zou maar zoo gauw mogelijk naar B. terug gaan. In G. zult U geen steun krijgen daar U daar niet thuis behoort. Als iemand geld heeft zonder het rentegevend te hebben belegd, moet er dan ook belasting van betaald worden H. Z. Voor inkomen van tijdelijk onbe- legde gelden moet U aangeven 4 procent, onverschillig of U die gel den al dan niet rentegevend hebt belegd. Wanneer ik wil trouwen met een meisje (beiden zijn mondig en van onbesproken gedrag) wier vader geen toestemming daarvoor wil geven, kan ik dan, na de gewone formaliteiten van ondertrouw, hier ter plaatse, voor het gerecht trouwen? Zoo ja, wie betaalt de daarvoor gemaakte kosten en hoeveel bedra gen deze? Een abonné. Indien uw meisje meerderjarig is, maar nog geen 30 jaren oud, moet zij de tus- schenkomst van den Kantonrechter der woonplaats harer ouders inroepen om op de gewone wijze ten gemeentehuize te kunnen trouwen, indien n.l. haar vader zijne toestemming weigert. Uw meisje moet zich dus met een verzoek tot den Kantonrechter wenden. Deze roept dan den vader en de moeder van uw meisje op, om voor hem te verschijnen. Ver schijnen beiden niet, dan kan uw meisje direct trouwen op de vertooning aan den Ambtenaar van den Burgerlijken StaDd der acte, waaruit van de niet verschijning blijkt. Verschijnt de vader wel en vol hardt hij bij zijne weigering, doch de moeder blijft thuis, dan moet er drie maanden gewacht worden, alvorens uw meisje kan trouwen. Indien uw meisje de kosten niet kan betalen, doet zij verstandig, een bewijs van onvermogen op het gemeentehuis harer woonplaats te gaan halen. o Buiten verantwoordelijkheid der Red. Mijnheer de Redacteur beleefd verzoek ik U onderstaande rijm in Uw veel ge lezen blad op te nemen. Bij voorbaat dank. Als ik zoo de laatse weken onze krant eens opensla, Dan is zeker toch een derde, waterleiding voor en na. 't Is in de gemeente Eethen Waar men schrikkelijk ageert, Waar men zich al protesteerend, Zoo maar tegen 't water keert. En een comité van actie doet de ronde met een lijst, Na wat eenzijdig redeneeren wordt onderteekening geëischt. Een slager durfde zich verzetten de actie voerder ging te keer, Teeken jij niet tegen 't water dan wil ik jouw spek niet meer. Zoo probeerd men je te dwingen en men liegt er ook nog bij, Wat voldoende is gebleken, uit die actie knoeierij. 'k Hoorde zelfs op 100'a bijeenkomst scheldwoord en beleediging Aan 't adres van enk'le heeren, en dit is nog maar 't begin. Want aan 't einde van de avond is er nog een man gehoord, Die men flink had laten drinken ter versterking van zijn woord. Zoo iets is toch minstens schande, ook voor hem die 't drinkgeld gaf. Want voor hooggeplaatste heeren, zijn die dingen vreeslijk laf. In een ingezonden stukje noemt een abonné te D., Waterleiding zelfs nog luxe en sluit zich aan bij 't comité. Deze D. heeft niet geweten dat het in een poldersloot, Dikwijls wemelt van bacillen die typhus brengen enzoovoort, en het water in de pompen ziet soms van het ijzer rood. Dikwijls vindt een waterwurmpje in een menschenmaag den dood, Hieruit blijkt dat waterleiding is in 't algemeen belang, En de menschelijke gezondheid wordt er zeker beter van. Dus geachte actie-voerders neergedrukt door crisiswee, Protesteert ge om de kosten Goed, maar ga dan recht door zee. Loe X. O Geachte Redactie, Vergun mij ook een plaatsje in uw veel gelezen blad, waarvoor mijn oprech ten dank, naar aanleiding van een inge zonden schrijven van den heer C. M. Pouli alhier. Genoemde heer begint met te zeggen, dat door mij als verslaggever van uw blad een fout zou zijn gemaakt, daar in 't bericht van 24 Febr. jl. niet was gemeld, dat de heeren predikanten onzer gemeente, verzocht zouden worden om op 24 April eene gedachtenisrede te spreken, aangaan de den 400ste geboortedag van Prins Willem van Oranje. Met opzet geachte heer Pouli, is dit door mij achterwege gelaten, omreden het tijd genoeg geweest was, als de predikanten hunne goedkeu ring hieraan hadden gegeven. Daarom betreur ik ten zeerste, dat u in deze de zaak vooruit geloopen bent, het ware beter geweest de pen van 't papier gehouden te hebben. In de 2de plaats schrijft u over de overgroote meer derheid van 't besluit tot feesten. Ik zou u willen vragen, wanneer er 26 leden aanwezig zijn (en niet 27, zoo als u meldt) en een voorstel wordt aan genomen met 21 stemmen voor, 2 tegen en 3 blanco, of dit dan geen overgroote meerderheid is. De lezer oordeele zelf. Tevens maakt u nog melding over 't be stuur, in deze zou ik weer willen vragen, zijn deze menschen geen leden U mijnheer de Redacteur nogmaals dankend, W. PAANS, Verslaggever en secr. der Oranje vereeniging. HEUSDEN. Geboren: Gerdina Maria, d. v. A. de Ruiter en J. A. Verhoeven: Gijs- berta, d. v. G. Verheij en P. A. H. Rijken. Getrouwd: Corn. Garstman, 26 j. en H. C. W. Baaijens, 25 j.H. Koothar, 28 j. en M. A. Sens, 23 j. Overleden: Franciscus van Dal, wed. v. J. v. d. Lem, 84-j.; Teunis Mari- nus Prins* echtg. v. G. S. Janson. 86 j.; Maria Anna schmiehusen, 52 j. Pieter Maasen, wedn; v. H. J. Bosch, 41 j.; Gerardus Johannes Buijs, 67 j. WOUDRICHEM. Over de maand Februari. Geboren: Gzewina, d. v. M. v. Andel en T. v. Hoven. Ondertrouwd: W. Wijnbelt, 28 j., met A. W. Keser, 21 j. C. de Bruin, 28 j., met A. Wijnbelt, 21 j. Overleden: Teunis A, Hartman, 65 j echtgen. van W. v. Wevering Neeltje Sterrenburg, 66 j., echtgen. van J. W. de RoverAntonie voor den Dag, 72 j., echtgen. van A. v. Andel. OUDHEUSDEN. Over de maand Februari. Geboren: Cornelia, d. v. A. J. Merkx en J. v. SonHenrietta Josina Elisabeth, d. v. T. M. v. d. Besselaar en G. v. d. Wiel. Getrouwd: M. F. v. Beurden, 33 j met L. M. v. d. Lee, 31 j. ANDEL'. Over de maand Februari '33. Geboren: Martinus, z. van G. Verhoef en J. Verbeek; Bastiaan, z. van L. Versluijs en W. den Dekker; Johan C. z. van M. Naaijen en J. Kramer; Jan, z. van M. Schouten en C. J. de Fijter; Cornelis N., z. van J. W. Bouman en W. de Waal; Johannes, z. van B. v. Andel en P. M. Verwijs. Overleden: Johanna Kuil 68 j. weduwe van M. Crielaard. NEDERIIEMERT. Over de maand Februari '33. Geboren: Johanna, d. van Maai ke v. d. Heijden. Overleden: P. v. d. Werken, 65 jaar, echtgen. van J. v. Ooijen. WASPIK. Over de maand Februari '33. Geboren: Johannes, z. van Lam- bertus Rekkers en Maria van Gils; Cornelis Th. J. z. van T. C. A. Gijs man en T. E. M. de Bodt; Maria P. Th. d. van W. A. v. Gerwen en H. A. Poppeliers; Bernardus z. van J. N. v. Geene en H. M. v. d. Heij den; Huberta, d. van C. Vermeulen en E. Schalken; Josephus P., z. van M. H. Kuijsters en H. C. v. Strien. Getrouwd: Theodorus A. Kuij- pers 30 j. en Anna A. v. d. Broek 26 jaar. Overleden: Maria v. Haperen, weduwe van C. J. J. de Ruijter, 90 jaar. WERKENDAM. Over de maand Februari '33. Geboren: Diny, d. van C. Kie- boom en F. Boelhouwer; Anna, d. van D. A. Brienen en W. Dekker; Adrianus, z. van C. Visser en A. Kie- boom; Dirkje, d. van A. Holster en J. v. d. Stelt; Leentje, d. van C. Hoogendoorn en M. C. Kieboom; Aart J., z. van A. J. de Vries en A. Goedgebuure; Cornelis E. d. van Joh. Baggerman en J. A. Lensen; Francina C., d. van C. v. d. Stelt en F. C. Bogers. Getrouwd: G. Sas 20 j. en W. Schmidt 21 *j.; A. G. Westerhout 31 j. en M. Groeneveld 26 j. Overleden: K. G. den Dekker 73 jaar- Redakteur: M. J. L. RÉNEKER, kerkstraat 105 WOUDRICHEM. Men word verzocht alle korrespondentie, deze rubriek betreffende aan bovenstaand adres te richten. WEDSTRIJDPROBLEEM No. 7. (2e opl. wedstrijd). Y. PHANCARD, FRANKRIJK. Zwart. Wit. Stand in cijfers Zwart schijven op: 9 1220, 22, 23, 24, 28 en dam op 27. Wit schijven op: 25,26,-30,31,3337, 39, 4246, 48 en 49. Voor de zéér moeilijk te vinden op lossing van dit wedstrijdprobleem stellen we een inzendingstermijn vast van drie weken. fouten in de grondbewer ring. Ir O. J. CleveriDga heeft onlangs in een voordracht er op gewezen, dat de verzorging van de bouwvoor in 't bijzon der bij de grondbewerking nog zeer veel te wenschen overlaat. De gewassen ei- schen een grond in voldoende kruimel structuur met een krachtig aëroob bac terieleven. Deze komt tot stand door een samenstel van natuurlijke factoren, maar vooral fijne bodembestanddeelen (klei en humus), kalk, bacteriën en een ruime toevoer van lucht, terwijl ook de vorst structuurverbeterend werkt. De neerslag doet deze structuur weer be derven. Daarom moeten de gunstig werkende factoren door grondbewerking ondersteund worden. De voornaamste bedoeling hiervan is de bouwvoor en on dergrond weer toegankelijk te maken voor de lucht. Men past dit echter niet zelden verkeerd toe eenerzijds door bij on- diep-bewerking de diepere lagen te ver geten, anderzijds door veel te diep keerend te ploegen. Het onderzoek leert, dat on der gemiddelde omstandigheden de lucht hoogstens 8 a 9 c.M. in voldoende mate doordringt om een goede kruimelstruc tuur te kunnen vormen. Keert men den grond nu 2 maal 9, dus 18 c.M., dan wordt de kruimel onder in de bouw voor gebracht, en vormt zich boven 9 c.M. nieuwe kruimel. De dikte van een gemiddelde bouwvoor is daardoor langs natuurlijken weg beperkt tot ongeveer 18 c.M. Bij zeer doelmatige behandeling kan men deze dikte misschien opvoeren tot 20 a 22 c.M. Door dieper te kee- ren zal halverwege in de bouwvoor, vooral bij ongunstig weer, een verdichte onderste laag ontstaan. Komen an dere fouten voor, zooals kalkgebrek, hu- musgebrek, enz., dan wordt deze laag dikker en kan zelfs de geheele bouwvoor verdichten. Het onderzoek leert, dat een kruimel- laag van 15 c.M. reeds voldoende is, om een bevredigende opbrengst te verkrijgen. Zelfs op 10 k 12 c.M. kruimel kan reeds een goed gewas groeien. Legering van gewassen kan alleen doelmatig wor den bestreden door in de eerste plaats de kruimelstructuur te herstellen. Op 15 c.M. kruimel zal een gewas in de prak tijk blijkens de waarnemingen niet on tijdig legeren. Reeds in Augustus 1931 wees de Hoofdredacteur van de „Veldbode", de heer Ter Haar inmiddels overleden, in zijn artikel „Een waarschuwend voor beeld", op het verschijnsel, dat in Duitschland het stikstofgebruik oneven redig gestegen was, terwijl hij verder bewees, dat de oogsten er waren terug- geloopen. Ter Haar kwam toen voor Duitschland tot de conclusie, dat dit hoofdzakelijk berustte op de verwaarloo- zing van het phosphorzuur. Hij schreef deze waarschuwing naar aanleiding van de verminderiug van het kunstmestge- bruik ook in ons land, waarop wij mede herhaaldelijk in het laatste jaar de aan dacht vestigden, er op wijzend dat men bij eventueele vermindering zeer voor zichtig zal moeten zijn, en vooral de juiste verhouding tusschen de drie plantenvoedende stoffen niet uit het oog mag verliezen. Die juiste verhouding is thans geheel zoekalleen het gebruik van kali en phosphorzuur liep terug terwijl het stikstofge bruik nog steeg Wij hebben een vorige maal dit met sprekende cijfers in 't licht gesteld. De opvallende stijging in het stikstofgebruik kan voor verreweg het grootste gedeelte op rekening gesteld worden van het vergroot gebruik op 't grasland. De hoeveelheid kali, waarmee het grasland de laatste jaren is bemest, moge dan misschien iets ge stegen zijn, in verhouding tot de stikstof is het kali gebruik echter ver en ver achter gebleven, en veel meer dan over het geheele land gerekend. Het is aan geen twijfel onderhevig, dat er thans, nog meer dan vroeger, op het grasland- bedrijf ten opzichte van de kali roofbouw wordt gepleegd. Wat het phosforzuur betreft, van de totale hoeveelheid wordt verre weg de grootste hoeveelheid gebruikt op 't b o u w 1 a n d superfosfaat op klei, slakkenmeel op zand en veen. Enkele streken uitgezonderd, is het gebruik van phosphorzuur op het grasland naar verhouding veel kleiner Men ge bruikt er bovendien stalmest en gier, die beide stikstof- en kalimeststoffen zijn maar weinig phosphorzuur bevatten. Het phosphorzuur in het graslandbedrijf is verder over zijn geheel wel iets gestegen, maar lang niet in d i e mate als dat van stikstof in den vorm van kunstmeststoffen Hieruit blijkt dat ook het phosphor zuur op 't grasland deerlijk in de knel komt en daarop eveneens een geweldige roofbouw wordt toegepast, in veel sterker mate nog dan wij dit voor de kali moeten aannemen. IN HET ZAAD SCHIETEN VAN BIETEN. Dat de eene bietensoort wat meer schieters heeft dan de andere is bekend genoeg. En als reclamemiddel wordt deer de zaadtelers dan ook de aan dacht gevestigd op hun speciaal merk, dat zoo weinig doorschietende en dus waardelooze planten heeft. En dat geldt dan zoowel voor de voederbiet of man gel als voor de suikerbiet en even goed voor de tuinbiet of kroot. En toch in de afstamming alleen zit het niet, want het eene jaar heeft men veel meer schieters dan het andere. Hoe komt dat? Aan de Cornell universiteit in N. Amerika heeft men door proeven in kas sen, waar men de temperatuur net zoo kon regelen zooals men wenschte, deze vraag tot oplossing gebracht. Allereerst bleek het nu, dat een pe riode van strenge koude en nacht vorst, nadat de planten reeds aan den groei zijn, grooten invloed heeft. Dit bevordert het doorschieten in hooge mate. Maar met dit resultaat was men nog niet tevreden en daarom werden de proeven voortgezet. Het bleek nu, dat, wanneer op dien kouden tijd dadelijk flink warm weer volgde, (70 a 80 gr.) zich geen tof weinig schieters vertoonden. Wanneer echter na die koude de temperatuur maar matig bleef (50 a 60 gr. b.v.) kwamen er buitengewoon veel. Hieruit volgt, dat men door vroeg zaaien de meeste kans op schieters heeft en dat men die door laat zaaien zeer veel beperkt. KANNIBALEN IN 'T KIPPENHOK. Dat kippen wreede dieren zijn is ieder 'kippenhouder wel bekend. Hoe dikwijls komt het niet voor, dat ze elkaar op gruwelijke wijze pijnigen. Een kip, die het lijf biedt, is haar le ven niet zeker, want alle andere kip pen pikken in het teere gevoelige bloot gestelde lichaamsdeel. Ze gaan er mee door, tot het slachtoffer het leven er bij gelaten heeft of liever tot haar lijk koud en verstijfd is. Men heeft reeds tal van middelen be proefd om dit evenwel te bestrijden, maar afdoende was er geen. We zullen nu niet stilstaan bij de vermoedelijke oorzaken van het kani- balisme om op die manier te probee- ren een middel en dan een afdoend middel te vinden, maar alleen melding maken van een handige vinding. We weten, dat de kippen altijd aan getrokken worden door de roode kleur van een wonde, van bloed. Welnu was de eenvoudige redeneering, als de kip pen geen rood van een andere kleur kunnen onderscheiden pikken ze van zelf ook niet in een wonde. Nu komt het kanibalisme het meest voor in hokken en hierin kan men gemakkelijk de kleur van het licht beïnvloeden. Bij rood licht nu ziet alles of rood of zwart of daar ook wit rood wordt, alles lijkt wit en zwart. Ook het rood lijkt dus wit. Men nam hiermee een proef, door het avondlicht in het hok te geven door roode lampjes en door de ruilen te schilderen met een transparante roo de verf of lak. En er wordt van meege deeld, dat de resultaten zeer gunstig zijn. HOE KRIJGEN DE UIEN EEN MOOIE KLEUR. Op een veenachtige stuk grond met uien bepoot kreeg men geen bijzonder mooi product. De kleur was slecht en de buitenste vliezen, de vellen, wa ren dun en zwak. Omdat men op dergelijke grond wel eens meer re sultaat had verkregen bij andere plan ten, werd ook bij de uien kopervitriool aangewend. Dit hielp wel iets, maar toch niet veel. Maar ook had men een strook met een dubbele hoeveelheid super bemest en die strook leverde best gekleurde bollen met sterke taaie vellen, dus uien die goed kunnen tegen transport en bewaren. Nieuwe proeven zijn hiervan het ge volg geweest en alle bevestigden dit resultaat. i Het is dus duidelijk, dat voor een goede kwaliteit der uien, een flinke bemesting met super niet kan worden gemist. Ook met kalizouten werden proeven genomen, maar deze bleken geen in vloed te hebben op de kleur der uien of op hun bewaareigenschappen. Het is echter wel bekend, dat kalizouten groo ten invloed hebben op de opbrengst. VOORDEELEN VAN KLEINE POTERS. Het is een merkwaardig iets, dat men van groote poters een groote hceveelheid klein goed oogst en van kleine poters bijna niets dan groote aardappels krijgt. Dat wil niet zeggen, dat men van een kleine poter even- MÊ Ws m. <mk m, Y/7//A m m

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1933 | | pagina 7