WAT SMAAKT
DAT LEKKER
ZOO'N KOP
VAN NELLE'S PAKJES-KOFFIE
VAN 40 CENTS PER HALFPONDSPAK
Vervolg Raadsverslag
WOUDRICHEM.
Vervolgens komt in behandeling
het in een vorige vergadering aan
gehouden verzoek om in principe te
besluiten tot toetreding tot de N.V.
Waterleiding-Maatschappij „N. W.
Brabant" ten behoeve van het ver
krijgen van een drinkwaterleiding in
deze gemeente.
De Voorzitter deelt mede. dat in
gevolge de in de vorige vergadering
verstrekte opdracht door B. en W.
een onderzoek is ingesteld naar een
en ander bii den Voorzitter van jde
betrokken Maatschappij, terwijl tevens
nog inlichtingen werden ingewonnen
bii een raadslid van Geertruidenberg.
Hii zegt, dat daarbii in de eerste
plaats is gesproken over de garan
tie, waarvoor de gemeente moet in
staan en welke voor deze gemeen
te ruim f 8700.zou bedragen. Het
resultaat is echter dat de Maatschap-
dü deze voorwaarde absoluut niet kan
aten vervallen. Aangaande de kwa-
iteit van het water werden zeer (goe
de inlichtingen ontvangen. Hii deelt
verder mede, dat in de jaren, dat
de Waterleidingmaatschappii heeft
gewerkt, het aantal kwade posten
zeer gering is. Hoewel de tijdsom
standigheden niet gunstig zijn en de
Erijs van het water niet goedkoop
an worden genoemd, zijn B. en W.
van meening, dat deze bezwaren toch
niet opwegen tegen een goede wa
tervoorziening voor de gemeente, in
verband waarmede zij dan ook voor
stellen in principe te besluiten op
de gestelde voorwaarden in te gaan.
Tevens wordt nog voorlezing gedaan
van een schrijven van den Inspec
teur van de Volksgezondheid te Bre
da dd. 20 Februari j.l. waarin het
nut van aansluiting aan de drink
waterleiding wordt uiteengezet in ver
band met de uitvoering van Waren
wet, Melkbesluit, Broodbesluit enz.
Het lid Van Wendel de Joode izegt.
dat we wel even onder oogen rao-
fen zien, dat in deze omstandighe-
en aan de inwoners een dwang ,tot
aansluiting aan de waterleiding zal
worden opgelegd, terwijl de tarieven
nog al hoog kunnen worden ge
noemd. Hij zegt vervolgens, dat hii
met verontwaardiging ter zijde legt
het zooeven voorgelezen schrijven van
den Inspecteur van de Volksgezond
heid, aangezien deze met een stok
achter de deur wil trachten de ge
meenten te dwingen tot aansluiting
over te gaan. Hii zegt, dat het op
den weg ligt van dezen functionaris
in het belang van de volksgezond
heid te trachten eenigen invloed uit
te oefenen om de gemeenten van
een waterleiding te voorzien, doch
is van meening, dat dit niet moet ge
schieden op een manier zooals in
het schrijven vermeld, n.l.. dat bij
niet-toetreding door de gemeente de
aldaar aanwezige personen, die be
moeiingen hebben met de Warenwet
en dergelijke, daarvan de dupe zou
den worden, aangezien de eischen
dan strenger zouden worden gesteld.
Op die manier wordt de gemeente
geheel ontvoogd en hii had gaarne
gezien, dat er vanwege Ged. Sta
ten aan de gemeenten werd gead
viseerd, in verband met de zeer pn-
gunstige tijdsomstandigheden, waarin
we thans leven, hoe in deze het beste
was te handelen. Hij zegt. dat hii
als vrij man en als raadslid idan ook
niet op een wijze als in idat schrii-
ven vermeld wil worden beïnvloed
en dat gemeld schrijven op het uit
brengen van zijn stem dan ook geen
enkelen invloed zal geven.
Het lid Holster zegt. dat reeds
jaren is getobd om in deze gemeente
en in deze geheele streek een goe
de watervoorziening te verkrijgen.
Wat deze gemeente aangaat kunnen
wij zeggen, dat jaarlijks aan pompen
enz. groote sommen worden besteed,
zonder, dat een afdoend resultaat
wordt verkregen. De gemeente heeft
getracht door het doen maken van
eenige brandputten aan den Ouden
dijk deze ook voor de watervoorzie
ning aldaar te benutten, hetgeen is
gelukt. Aangezien ook hier in de
Vesting de watervoorziening voor de
bewoners allertreurigst is te noemen,
hebben B. en W. voorgesteld ook in
de Vesting dit jaar een dergelijken
put te doen maken. De kosten daar
van komen op f 400.en het lag
in de bedoeling het aantal daarvan
successievelijk uit te breiden. Ook
thans heeft de gemeente derhalve
groote kosten te maken voor de voor
ziening van drinkwater en daarbii
blijft de toestand over het algemeen
slecht. Hij is er echter ook Van over
tuigd, dat de lasten, vooral in dezen
tijd, zwaar op de inwoners zullen
drukken, doch daartegenover staat
dat thans de gelegenheid wordt ge
boden om een goede drinkwatervoor
ziening te verkrijgen. Ten aanzien
van de kwade posten is hii van mee
ning, dat dit wel mee zal vallen
en dat deze toch niet meer zullen
bedragen dan het bedrag, dat de
gemeente thans jaarlijks aan drink
watervoorziening ten koste legt. Hoe
wel de tijd voor het meerendeel der
inwoners zeer slecht is, meent hii
toch, dat de gemeente de aangebo
den gelegenheid thans niet voorbii
moet laten gaan, doch in principe
moet besluiten op de gestelde voor
waarden in te gaan.
Naar aanleiding van het door het
Van Wendel de Joode gezegde aan
gaande het schrijven van den In
specteur van de Volksgezondheid
deelt het lid Spiering mede. dat pi
le wenken, welke door deskundigen
worden verstrekt, toch niet in den
wind mogen worden geslagen. Hii
zegt, dat het allen bekend is. dat
de pompen in deze gemeente steeds
een onverkwikkelijke zaak ziin ge
weest en hoewel door de gemeente
reeds eenige jaren wordt getracht de
drinkwatervoorziening te verbeteren
door gemaakte brandputten even
eens dienstbaar te maken voor pom
pen, mag het niet worden ontkend,
dat ook deze brandputten in de toe
komst een aanzienlijk bedrag aan on
derhoud zullen gaan kosten. Daar
tegenover staat, dat hii ten volste
de bezwaren onderstreept die er op
het oogenblik zijn. Aangezien het
echter een feit is, dat een goede
watervoorziening toch voor de inge
zetenen groote voordeelen mede
brengt en deze voor de volksgezond
heid in het algemeen ten zeerste is
te waardeeren, meent hij, dan on
danks de vele bezwaren, de kans
thans toch niet voorbii mag laten
worden gegaan. Hii kan er zich dan
ook mede vereenigen, dat in prin
cipe tot aansluiting wordt besloten.
Het lid Kuijpers merkt op dat
hii het ten aanzien van het door
het lid van Wendel de Joode mede
gedeelde aangaande den toon van het
schrijven van den Inspecteur eens is.
Hii zegt, dat hii uit de verschillende
verslagen uit andere gemeenten heeft
opgemerkt dat ook de tegenstanders
niet tegen een waterleiding zijn. om
dat zii het nut daarvan zouden ont
kennen. .maar zich daarbii de vraag
stellen of het in de huidige tijds
omstandigheden voor de gemeente
besturen wel verantwoord is weder
om aan de inwoners zware lasten
op te leggen. Hii denkt daarbii (on
willekeurig terug aan de dagen dat
de P.N.E.M. de gemeenten voor elec-
triciteitsvoorziening trachtte te win
nen en het daarbii />ok in deze ge
meente voorstelde of het bedrijf zul
ke winsten in de toekomst zou ople
veren, dat haast geen belasting meer
zou behoeven te worden geheven, ter
wijl de uitkomsten wel anders heb
ben geleerd.
De Voorzitter deelt mede. dat de
Inspecteur van de Volksgezondheid
mede het initiatief voor de drinkwa
tervoorziening in het Land van Heus-
den en Altena heeft genomen, zoo
dat het z.i. op zijn weg Jigt de ge
meentebesturen met de gevolgen van
een eventueele niet-aansluiting op de
hoogte te brengen, hetgeen hii dan
ook in zijn schrijven heeft gedaan.
Het lid Schaap zegt. dat we (het
er wel allen over eens zijn van het
nut eener goede drinkwatervoor
ziening, zoowel voor deze gemeente
als voor de geheele streek. Het is
echter noodzakelijk, dat daarbii de
belangen van alle inwoners in het
oog worden gehouden. Indien tot aan
sluiting wordt besloten, moeten de
raadsleden wat optimistisch tegen
over deze zaak gaan staan, doch vol
gens hem zijn de boeren thans
en te recht niet optimistisch Imeelr
gestemd. Aangezien de aanleg van
de binnenleiding voor rekening van
de huiseigenaren komt, zal dit voor
sommigen een heel bedrag vergen,
hetgeen vooral in deze gemeente niet
gemakkelijk zal zijn op de huurders
m den vorm van huishuur te verha
len. Hij zegt verder dat de Waren-
keuringsdienst thans reeds nooit te
vreden is en noemt het door |den
Inspecteur van de Volksgezondheid
uitgesproken dreigement wel zeer
sterk. Dit zal dan ook geen enkele
invloed te weeg brengen op het uit
brengen van zijn stem. Hii cijfert
echter in het geheel niet weg het
groote nut dat een drinkwatervoor
ziening ook voor het vee heeft het
welk eenigen tijd geleden eveneens
nog op een in de gemeente An-
del gehouden lezing duidelijk met
cijfers werd aangetoond. Hii zegt ver
der er niet voor te zijn. dat bii een
eventueele drinkwatervoorziening in
deze gemeente het waterverbruik zou
moeten worden betaald door de ei
genaars der huizen en zou gaarne
zien, dat de Raad zich thans reeds
dienaangaande uitsprak. Hoewel in
de voorwaarden wordt aangegeven,
dat de personen, die in het bezit
zijn van goed drinkwater, niet be
hoeven aan te sluiten, is (hii van
meening, dat de keuring wel zoo
streng zal zijn dat zoo goed als nie
mand op grond van deze bepaling
vrijstelling van aansluiting zal kun
nen krijgen. Tevens stelt hii de vraag
waar dat deze keuring zal moeten
plaats hebben en of de betrokkenen
vrii zijn waar zii de keuring 'wenschen
te doen plaats hebben.
Het lid Holster is van meening.
I dat het een zaak van latere orde
i is aan wien de verplichting zal wor
den opgelegd voor het betalen van
het waterverbruik, n.l. door eigenaar
of huurder. Hij kan echter thans
reeds mededeelen, dat hii er ook
niet voor zou zijn dit ten laste van
den eigenaar der woningen te bren-
Sen-
Het lid Kuijpers merkt dienaan
gaande nog op, dat het waterverbruik
voor de woningen, welke tijdelijk on
bewoond zijn, niet ten laste van iden
'eigenaar kómt, maar dat dit ten las
te komt van het door de gemeente
te garandeeren bedrag voor water
verbruik.
Het lid van der Wiel zegt, Idat
hij het er mee eens is, dat er ver-
schillende bezwaren zijn voor aan-
sluiting aan de drinkwaterleiding.
doch dat er dient te worden ge-
vraagd wat het zwaarste weegt. Het
financieel belang of de hygiëne voor
de inwoners. Hij is van meening,
dat de gemeente wel degelijk reke
ning heeft te houden met de ver
schillende eischen van hygiëne en
dat een goede drinkwatervoorziening
in de eerste plaats noodzakelijk is
voor een goede gezondheid. Hii
meent dan ook dat reeds enkel op
dien grond het noodzakelijk is. dat
ook in deze gemeente verbetering
wordt aangebracht op het gebied der
drinkwatervoorziening en nu daar de
kans toe wordt geboden, kan hii zich
dan ook met het voorstel van B.
en W. vereenigen om in principe te
besluiten op. de gestelde voorwaarden
in te gaan.
Vervolgens wordt met algemeene
stemmen in principe besloten voor
het verkrijgen van een drinkwater
voorziening in deze gemeente toe te
treden tot de N.V. Waterleiding-
Maatschappij „Noord West-Brabant"
op de door deze voorgelegde voor
waarden en onder bepaling dat deze
voorwaarden, door welke omstandig
heden ook, niet mogen worden ver
zwaard.
Vervolgens deelt de Voorzitter me
de, dat B. en W. voorstellen in ver
band met de reorganisatie van den
reinigingsdienst voortaan het opha
len van vuilnis en van faecaliën aan
te besteden en den gemeentereiniger
daarbij behulpzaam te doen zijn. De
bedoeling is ,dat 2 dagen per week het
vuil zal worden opgehaald: en 1 maal
per week de faecaliën. Voorlezing
wordt gedaan van de door B. en W.
opgemaakte ontwerp-voorwaarden.
Na eenige besprekingen wordt m.a.s.
overeenkomstig het voorstel van B. en
W. besloten, met dezie wijziging, dat
het ophalen van het vuil zal geschieden
op 3 dagen per week.
Tevens wordt met algemeene stem
men besloten aan B. en W. over te
laten de plaats waar de faecaliën zul
len worden opgeborgen. Door wethou
der Holster wordt medegedeeld, dat
indien er nergens een andere geschik
te plaats is te vinden, hij bereid is een
stuk weiland aan de Middelvaartsche
Steeg daarvoor beschikbaar te stellen,
onder voorwaarde, dat hij geen enkele
kosten voor zijn rekening krijgt. Hij
is dan wel bereid er zorg voor te doen
dragen, dat de putten op tijd worden
geledigd. Indien e.r echter een andere
plaats beschikbaar is, gaat hij daar
nog liever mede accoord.
In verband met het niet-aannemen
der benoeming tot lid der Commissie
tot wering van Schoolverzuim door
den heer J. W. de Rover, wordt als
zoodanig met algemeene stemmen be
noemd, de heer Chr. van Rijswijk, die
verklaart deze benoeming aan te ne
men.
Gewijzigd wordt vervolgens de ge-
meentebegrooting voor den dienst 1932
volgens het door B. en W. overgelegd
ontwerp-besluit.
Bij de rondvraag zegt het lid Kuij
pers, dat hij vernomen heeft, dat bui
ten de Koepoort meerdere woningen
zullen worden gebouwd. In verband
daarmede vraagt hij of het niet wen-
schelijk zou zijn in verband met een
doelmatige en regelmatige bebouwing
eenige regels en voorwaarden worden
gesteld voor de aldaar te bou
wen woningen, teneinde te voorkomen
dat alles door elkaar wordt gebouwd.
De Voorzitter deelt mede, dat de
bouwvergunning voor de woningen
reeds is verleend en dat deze voldoen
aan de door het lid Kuypers gewensch-
te eischen. Na inzage der teekening
gaan de raadsleden hiermede accoord.
Verder deelt het lid Kuijpers mede,
dat er bij de te werk gestelden op de
werkverschaffing groote ontevredenheid
bestaat over het feit, dat een groot
gedeelte der arbeiders is ontslagen en
eenige groepen nog in het werk zijn
gehouden. Daarbij komt tevens, dat de
georganiseerden ten achter zijn ge
steld, aangezien sommige ongeorgani
seerden in het werk zijn gebleven.
Het lid van der Wiel zegt, er het
college van B. en W. geen verwijt van
te willen maken dat hij beter zou heb
ben gedaan, doch z.i. was het beter ge
weest, indien alle te werk gestelden
in de gelegenheid gesteld hadden ge
worden het werk mede af te werken.
Hij zegt verder, dat het wel eens
wordt gezegd, als zou hij alleen altijd
voor de georganiseerden opkomen, dat
noemt hij onwaar, aangezien hij weet,
dat er in deze gemeente verschillende
personen zijn, die niet tot een organi
satie kunnen toetreden b.v. visschers.
Hij is er echter wel sterk voor, de ge
organiseerden te stellen boven dege
nen, die wel gelegenheid hebben zich
t ook bij een werkloozenkas aan te slui
ten en die zeggen tegen de georgani
seerden: „brengen jullie je contribu
tie maar naar de werkloozenkas het
geheele jaar, wij doen dit niet en krij
gen toch wel werk op de werkverschaf
fing of worden toch ondersteu id."
Tegen dergelijke menschen zou hij
strenge maatregelen willen nemen.
De Voorzitter deelt mede, dat er
nog voor 3 ploegen gedurende een
14 dagen werk is en dat B. en W. in
overleg met het bestuur van het water
schap de personen daarvoor hebben
aangewezen, die geacht werden dit
werk het beste te verstaan, waarbij te
vens is gelet op de gezinsomstandig
heden. Hij zegt, dat het echter zeer
moeilijk is alles precies met een schaar
tje te knippen.
Ook wethouder Viveen zegt, dat ge
tracht is alles zoo goed mogelijk te
doen, maar dat degenen, die werk heb
ben gehouden, natuurlijk niets zeggen,
terwijl zij, die niet meer in aanmer
king konden komen iets in het midden
hebben te brengen. Indien andere per
sonen te werk waren gesteld, zou dat
precies hetzelfde zijn geweest en indien
een en ander niet goed mocht zijn ge
schied, dan geeft hij de heeren in over
weging den weg aan te wijzen op welke
manier iedereen bevredigd kan wor
den, aangezien hij daar geen kans voor
ziet.
Wethouder Holster zegt nog, dat
niet alles met de aanwezige 80 per
sonen kon worden afgewerkt en dat
B. en W. met het polderbestuur ge
tracht hebben alles zoo goed mogelijk
te doen. Daarbij komt, dat ook nog
eenige visschers zijn te werk gesteld en
andere personen, die geen vakmenschen
zijn, zoodat het noodig was in hoofd
zaak de z.g. putbazen aan het werk
te houden. Het is mogelijk, dat er fou
ten zijn gemaakt, doch vraagt even
als wethouder Viveen of de heeren
het beter zouden hebben kunnen doen.
De Voorzitter zegt ook nog, dat toen
allen naar de werkverschaffing kon
den er sommige georganiseerden zijn
geweest, die verkozen eerst uit hun
bond te trekken en dezelfde hebben
thans verschillende bezwaren, dat zij
niet meer te werk zijn gesteld.
Het lid Kuijpers brengt nog in herin
nering het in een vroegere vergadering
genomen besluit om degenen, die bij
een werkloozenkas kunnen aansluiten
en dit niet doen, van allen steun en
werkverschaffing uit te sluiten. Hij is
er voor, dat dit eenigszins sterker wordt
toegepast.
Het lid van Wendel de Joode zegt,
dat hij zich van alle critiek wil onthou
den, aangezien hij er van overtuigd is,
hoe moeilijk het werk voor B. en W.
in deze opzichten is. Indien er echter
ongeorganiseerden zijn die zich er op
beroemen, dat zij als zoodanig toch
ondersteuning krijgen, zou hij gaarne
daarvan de namen vernemen en dan
zou bij den Raad ook in overweging
willen geven 'tegenover dergelijke men
schen strenge maatregelen te nemen.
De Raad gaat daarmede in zijn ge
heel accoord.
Nadat de vergadering eenigen tijd
geschorst is geweest, wordt deze door
den Voorzitter heropend en wordt met
GROEN
ERK