Do. 5439 frijdag 1 Juni. DERDE BLAD voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. BEHOORENDE BIJ HET Vergadering van de Commissie be doeld in art. i 58 der gemeentewet te WIJK op Woensdag 30 Mei des n.m. 7 uur. VoorzitterEdelAchtb. Heer C. B. J. Landweer. Aanwezig de leden E. de Graaff, J. C. Wink, N. v. d. Maaden en C. v. Helden, R. v. Suylekom, M._ Schou ten en A. Michael. Nadat de vergadering door den Voorzitter geopend is wordt de hteer E. de Graaff aangewezen ais secre taris. De Voorzitter zegt, dat deze ver gadering belegd is om de Commissie uit de ingezetenen in de gelegenheid te stellen zich uit te spreken, over het voorstel van Ged. Staten van Noordbrabant tot vereeniging van de gemeente Veen met de gemeente Wijk en Aalburg. Spreker leest de brief van Ged. Staten op, dit voor stel betrekking hebbende voor en vraagt na deze voorlezing of mis schien ook een der heeren er iets over wil zeggen. De heer de Graaff zegt, dat Ged. Staten in hun schrijven verklaren, dat karakter en aard der bevolking geen bezwaar oplevert. Het is nu reeds den derden keer, dat een dergelijk voorstel aanhangig is -beide vorige keeren heeft de commissie uit de ingezetenen uitdrukkelijk geprotes teerd tegen deze bewering. Er be staat hemelsbreed verschil tusschen de bevolking van Wijk en Veen. Wijk zal nooit geen Veen, evenmin, als Veen ooit Wijk zal worden. Ook de bewering, dat financieel de vereeni ging voor Wijk geen nadeel zal op leveren, gaat niet op meent spreker, hij gelooft, 'dat dit wel het geval zal zijn. Dan zijn er nog de historische bezwaren, Wijk is reeds 1000 jaar Wijk. Veen naar spreker meent reeds 900 jaar Veen. De ingezetenen van Wijk stellen er prijs op Wijk te blij ven en ook in Veen is dit het geval, zooals uit de raadsvergadering die in Veen over deze kwestie is ge houden pok reeds gebleken is. Spre ker stelt er prijs op, dat Wijk, ook eenvoudig Wijk blijft. De heer v. d. Maaden is het -vol komen met het gesprokene van den heer de Graaff eens. De heer v. Helden zegt, dat Ged. Staten zoo langs hun neus weg zeg gen, dat de vereeniging voor Wijk geen nadeel zal opleveren. Spreker betwijfelt dit, het belastbaar inkomen bedraagt in Wijk f170, in Veen f93 per inwoner, dit verschil wordt nooit opgeheven. Wijk zal omlaag worden gehaald dit is een nadeel, dat door het rijk niet wordt vergoed. De Voorzitter merkt op>, dat de finantieele gevolgen eerst te over zien zijn, als het wetsontwerp ge reed is, de uitkeering uit de fondsbe- lasting, die thans voor Wijk f 4.50 per inwoner, voor Veen f6.bedraagt, kan bü vereeniging misschien een belangrijk voordeel opleveren. De heer v. Helden is van oordeel dat er toch altijd nog opcenten ge heven zullen worden, deze opcen ten Izullen hoofdzakelijk uit Wijk moe ten gehaald. De Voorzitter haalt als voorbeeld een naburige gemeente aan, die door hare hooge uitkeering uit de fonds belasting in goeden doen is gekomen, daartegenover een andere naburige gemeente met wie het omgekeerde het geval is. De heer v. Helden blijft het inko men der ingezetenen de grootste fac- tor beschouwen. De heer Wink zou willen opmer ken, dat dit voorstel reeds meerma len aanhangig is geweest. Er zit aan dit voorstel een finantieelen en een principieel moreelen kant. Vroeger is reeds genoeg betoogd, dat het voor Wijk uit finantieel oogpunt niet ge- wenscht is, dat Veen met Wijk wordt vereenigd. Ook is vroeger reeds voldoende be toogd, dat in den volksaard groot verschil bestaat en in dat opzicht is sprekers meening niet gewijzigd, neen eerder versterkt. Wat het finantieele gedeelte betreft spreker is met den Voorzitter van meening, dat dit eerst nog afgewacht moet' worden, maar dit neemt voor hem niet weg, dat hij tegen de voor gestelde vereeniging is, op grond van de reeds vroeger aangevoerde gron den. De tegen de vereeniging aange voerde bezwaren acht spreker zoo ernstig, dat al zou het rijk zelfs het dubbele, ja meer dan het dubbele vergoeden, dan de vereeniging voor Wijk nog ongewenscht blijft' De Voorzitter acht het verschil van bevolking niet onoverbrugbaar, ver schil in volksaard treft men zelfs; in één gemeente aan. De. heer de Graaff zegt, dat de heer v. d. Pol te Veen voor de ver eeniging heeft gestemd, omdat hii geen andere uitkomst meer ziet, als hii van meening was dat er een an dere weg was, zou ook hij .hebben te gen gestemd. De heer v. Suylekom merkt op, dat in het schrijven van Ged. Staten gesproken wordt, dat een krachtige gemeenschap zal worden verkregen Spreker betwijfel dit, er zal geen goe de samenwerking tot stand komen. Hij beschouwt Veen als een lastig kind, dat hij nieti gaarne in zijn .ge zien qpneemt. De Voorzitter gelooft, dat als de vereeniging een tijdje tot stand is ge bracht, de goede verstandhouding wel zal komen. Wijk en Aalburg zijn ruim 100 jaar vereenigd, aanvanke lijk liet de verstandhouding ook te wenschen over, nu is deze toch goed. De heer v. d. Maaden zegt, dat het de 3de maal is, dat dit voorstel aan de orde komt, niettegenstaande er herhaaldelijk tegen geprotesteerd is. Spreker heeft persoonlijk inder tijd tegen den Commissaris der Ko ningin gezegd, dat de voorgestelde vereeniging een bron van ergernis en ellende zou opleveren. Men heeft dit niet kunnen weerleggen. Spreker wil volstrekt niet zeggen, dat de bevol king van Veen slecht is, het heeft zijn goede eigenschappen evengoed als de bevolking van Wijk, maar feit is, dat de bevolking van Veen, van Veen heeft gemaakt wat het nu is geworden. Wijk heeft door voorzich tig beleid zich tot heden weten te behoeden om bij de regeering te moe ten aankloppen om steun. Het was de trots der ingezetenen die haar tot het uiterste dreef om geen hand behoeven uit te steken naar het rijk. Het gerezen conflict in Veen is niet door de regeering gekomen, doch door Veen zelf en zou nu Wijk de dupe moeten worden van dat con flict, dit zou geen recht handelen zijn van de regeering, spreker kan niet gelooven, dat deze het zoover zal laten komen. Het is zijn overtui ging, dat Veen door de voorgestelde vereeniging niet zal worden opgetrok ken tot de hoogte van Wijk, doch dat Wijk en Aalburg op een lager niveau zal komen en dat het een arme gemeente van 3500 zielen zal worden, inplaats van een van 1000. Heeft Veen hulp noodig, dan moet het rijk die hulp verleenen en moet men dit niet door Wijk alleen laten doen. Ook in moreel opzicht, is de vereen, ongewenscht. De arbeiders v. Wijk zeggen nu reeds we moeten er Veen maar bij krijgen dan krijgen we hier evenveel steun als zij daar krijgen. Spreker is tegen de voorgestelde ver eeniging, deze zal geen pleizier op leveren. De heer Schouten kan zich ge heel vereenigen met 't door den heer v. d. Maaden gesprokene. De heer v. Helden is van oordeel, dat de commissie zonder meer geen advies kan uitbrengen, hij zou ook de finantieele gevolgen moeten kun nen overzien. Hij zou daarom willen voorstellen, dat de commissie daar over een rapport laat samen stellen en aan den gemeenteraad verzoekt, daarvoor de noodige gelden beschik baar te willen stellen. De Voorzitter antwoordt hierop, dat de commissie alleen zijn gevoelen heeft te doen kennen. Voor een rap port bestaat geen tijd meer, Ged. Staten vragen voor 10 Juni het advies van de commissie. De heer v. Helden acht dit geen bezwaar, ook na 10 Juni kan dit advies nog wel worden ingezonden, wil de raad de gelden niet beschik baar stellen, -dan is de Commissie er af, het loopt nu over een paar honderd gulden, later misschien over belangrijke bedragen. De andere heeren zijn van hetzelf de gevoelen. De Voorzitter zegt, dat de proce dure tegenwoordig zoo is, dat de commissie slechts eenmaal gelegen heid krijgt zijn oordeel te doen kennen. Uit het heden door de leden gesprokene wordt een rapport samen gesteld, dat aan Ged. Staten wordt toegezonden. Uit de ingekomen rap porten overwegen Ged. Staten of zij hun voorstel zullen gaan omzetten in een wetsontwerp. Is dit het ge val dan krijgt de raad nog de gele genheid om zijn standpunt in een gecombineerde vergadering met Ged. Staten te verdedigen. Daarna wordt het toegezonden aan den minister, die overweegt of hij het wetsontwerp aan de Kamer zal voorleggen. Een finantieel rapport heeft dus alleen beteekenis voor den raad. De heer v. Helden blijft er bij, dat de commissie zich zonder gege vens niet kan oriënteeren, hii zou daarom willen voorstellen een finan tieel rapport te doen samenstellen. Ged. Staten verder willen verzoeken de commissie de gelegenheid te ge geven, om zich ook nog na 10 Juni te kunnen uitspreken en verder den gemeenteraad te verzoeken de benoo- digde gelden voor dit rapport te wil len beschikbaar stellen. De heer Wink acht het beter dit finantieel rapport in vereeniging met den gemeenteraad te doen op maken. De andere heeren gaan hier mede accoord, zoodat aldus wordt besloten. De heer Wink dringt aan de aan gevoerde bezwaren ook ter kennis te brengen van den minister. De Voorz. antwoordt, dat daartoe de gelegenheid zal worden gegeven. Daar geen der heeren verder iets voor de vergadering heeft, sluit de Voorzitter de vergadering. Vergadering v. d. raad der gemeente HAARSTEEG-HEDIKHUZEN op Dinsdag 29 Mei des nm. 8 uur. Voorzitter: E.Achtb. Heer Heere- veld. Secretaris: WelEd. Heer Couwen- berg. Tegenwoordig de beide wethou ders en de beide raadsleden. De Voorzitter opent de vergade ring, waarna de Secretaris de notu len der vorige vergadering leest, wel ke onveranderd worden vastgesteld. Ingekomen stukken Schrijven van het Kabinet van H.M. de Koningin, waarin den raad dank wordt gezegd voor het telegram van deelneming bij het overlijden van H.M. de Koningin-Moeder. Goedkeuring door Ged. St. van de ingevoerde straat- en baatbelas ting. De heer v. d. Heijden vraagt wan neer deze belasting zal ingaan, waar op de Voorzitter antwoordt van op 1 Januari 1934. De heer Winkel meent, dat het voor de ingezetenen geen aangenaam bericht is. De Voorzitter merkt op, dat er veel menschen buiten de gemeente worden aangeslagen, de groote be dragen komen juist van deze per sonen. Adres van de zes bewoners aan het eind van de Mommersteeg, waar-, in wordt aangedrongen om hen aan te sluiten aan het electrisch net. Waar dit adres pas ingekomen is, zal het ter fine van advies worden ge zonden aan de electrische commissie. Ontwerp-besluit tot vaststelling ee- ner verordening tot wijziging der al- gemeene plaatselijke politieverorde ning, met besluit tot onmiddellijke inwerkingtreding. De Voorzitter zegt dat deze wijzi ging betrekking heeft op de excessen, die het vorig jaar zijn voorgekomen bij de zwemgelegenheid in den Wiel. B. en W. hebben een onderhoud ge had met het bestuur der vereeniging, welk bestuur blij was, dat het met B. en W. kon onderhandelen. B. en W. hebben den eisch gesteld, dat 'n behoorlijke ondoorzichtelijke afraste ring werd gemaakt. Nu de gemeente den eigendom over den Wiel heeft gekregen, heeft het gemeentebestuur ook de bevoegdheid, maatregelen te treffen, die excessen, kwetsend voor de zeden, tegengaan. Het bestuur heeft toegezegd aan de bezwaren van B. en W. te zullen tegemoet te ko men. Dit college heeft zich op de hoogte gesteld van de uitvoering van de door haar gestelde voorwaarden en moest constateeren, dat aan deze voorwaarden niet was voldaan en de afrastering nog doorzichtig was. Het college heeft het bestuur daarop ge wezen en heeft opnieuw aangedron gen op het maken van een zoodani- afrastering, 15 meter in het water en ook op het terrein. Het bestuur heeft toegezegd hieraan te zullen vol doen. Waar het bestuur deze toezeg ging heeft, meen en B. en W. dat ook van de zijde van het gemeente bestuur milder bepalingen behooren te worden gemaakt. Spr. acht het beter, dat deze kwestie in onder ling overleg wordt opgelost, dan dat dwangmaatregelen zouden geno men moeten worden. De heer v. d. Heijden vraagt, hoe of het staat met de ziekte van Weijl. De Voorzitter antwoordt, dat de Inspecteur voor de volksgezondheid een onderzoek heeft ingesteld en de ze meende, dat er geen bezwaar te gen bestond, de zwemgelegenheid goed te keuren. De betreffende vergoeding wordt hierop met algem. st. vastgesteld. De Voorzitter deelt mede, dat in verband met de verschillende zwem- gelegenheden in verband met de daar bij voorkomende excessen een circu laire is ingekomen, onderteekend door verschillende vereenigingen, waarin deze aandringen, maatregelen te nemen, om bedoelde excessen te gen te gaan. Deze circulaire wordt voor kennisgeving aangenomen. Van Ged. St. is verder een schrij ven ontvangen over wijziging van de beheersverordening van het G.E.B., wijzigingen, die slechts van admini stratieven aard zijn. Op voorstel van B. en W. wordt met algem. stem men besloten de verlangde wijzigin gen aan te brengen. Wijziging gemeentebegrooting. Wordt gewijzigd in verband met de verstrekking van boter en vleesch. Ged. St. wenschen, dat deze ver strekking voortaan over de gemeen terekening loopt. Ook de post ver goeding aan bijzondere scholen moet gewijzigd worden, overschrijving kan geschieden uit den post onvoorzien. Hiertoe wordt besloten. Toetreding tot den Prov. Noord- brabantschen Brandweerbond en tot het streekplan de Meijerij. De Voorzitter deelt mede, dat de Commissaris der Koningin een schrij ven tot het gemeentebestuur heeft 'gericht, waarin hij aandringt om bij den N.-Br. Brandweerbond aan te sluiten. De kosten daarvoor bedra gen voor deze gemeente f 8, Besloten wordt toe te treden. De Voorzitter deelt verder mede, dat de raad het vorig jaar het be sluit heeft genomen om de toetre ding tot het streekplan de Meijerij, voorloopig te laten varen. Nadien is echter gebleken, dat de commissie zeer verdienstelijk werk verricht en zeer soepel optreedt. Er zijn reeds 64 gemeenten toegetreden van de 12 die aanvankelijk afzijdig stonden, evenals de gemeente Hedikhuizen, zijn er inmiddels reeds 6 toegetreden, ter wijl de andere 6 nog in onderhande ling zijn, de kosten bedragen 21/2 ct. per inwoner. Waar in de naaste toekomst zal blijken, dat de com missie een zegen voor onze provin cie is, stelt spreker voor toe te tre den. De heer v. d. Water acht het mo gelijk dat de vereeniging voor de provincie nuttig werk verricht, dat ae gemeente Hedikhuijzen er wat aan heeft, kan hij evenwel niet zien. De Voorzitter zegt dat in de toe komst ook Hedikhuizen b.v. voor aanleg van wegen van de adviezen der commissie kan profiteeren. Het uitzicht bestaat bovendien dat de ge meente later toch verplicht wordt om aan te sluiten. De kosten bedragen f35—- De Secretaris merkt op, dat het feit dat alle gemeenten toetreden, voldoende pleit voor toetreding. De Voorzitter is van oordeel, dat de gemeente voor de beplanting van het gesloopte fort, reeds van de ad viezen der commissie zou kunnen ge bruik maken. De heer Winkel zegt, dat men dit hier zelf beter weet dan die heeren, die alleen dure plannen aangeven. Spr. ziet het voordeel van toetreding voor deze gemeente niet in. Spreker neemt aan, dat dit voor andere ge meenten echter wel het geval kan zijn, door toe te treden, draagt onze gemeente de lasten voor die andere gemeenten mede. Spr. heeft echter geen bezwaar, om, waar uitzicht be staat, dat men toch tot toetreding verplicht zal worden, voorloopig voor een jaar toe te treden, vooral als deze gesteld wordt op 1 Jan. 1935. Met algemeene stemmen wordt al dus besloten. Bespreking hooilandverpachting. De Voorzitter zegt dat de lijst van achterstallige pachten voor het wei land een bedrag aangeeft van f 369, voor bouwland van f250,70, wat moet met deze achterstallige pachters ge daan worden? De heer Winkel noemt het bedrag niet hoog. De heer v. d. Water zou deze pachters niet toe laten te pachten. De Voorzitter wil deze kwestie in een besloten vergadering nader be spreken. Spr. is het hooiland eens wezen bekijken en heeft gezien, dat het gras er heel dun op staat, al zijn de gemeentelanderijen door haar be mesting nog het best. Wanneer zal men verpachten De heer Winkel zou daarmede niet te lang wachten. De heer v. d. Water acht het 't best; dat B. en W. worden gemach tigd, om in overleg met de andere verpachtigen den datum vast testel len. De raad gaat daarmede accoord. Besloten wordt, dat de verpachting bij opbod zal geschieden. Het bouw land in de Bernsche hoeve zal in de maand Juli verpacht worden en wel bij afslag, als voorheen. Voor deze verpachting zal de raad evenwel nog in de, gelegenheid worden gesteld, zich hierover nader uit te spreken. De Voorzitter zegt een vergadering te hebben bijgewoond van het Water schap Vlijmen c.a. Spr. heeft daar-- in ter sprake gebracht het afgraven van den Bokhovenschendijk als ob ject van werkverschaffing. Homogeen was men in zijn oordeel en heeft men medewerking toegezegd. De bestu ren hebben reeds de eerste stappen gedaan bij Ged. St. om den dijk van den legger afgevoerd te krijgen. Spr. zou dit werk voorrang willen geven boven het dempen van de ha ven. De heer v. d. Water ziet de nood zakelijkheid daarvan niet in, hij acht het dempen van de haven een pro ductiever werk dan het afgraven van den Bokhovenschen dijk, waarmede slechts enkele perceelen verbeterd kunnen worden. Bovendien voor de haven is reeds goedkeuring verkre gen, eer men dit object voor elkaar heeft, zullen de werkzaamheden aan het fort ook reeds lang beëindigd zijn. De Voorzitter merkt op, dat, zoo als het er nu bijstaat de werkzaam heden aan het fort nog 2x/2 maand zullen duren, zoo aanstonds zal hij hierover in besloten vergadering nog nadere mededeelingen doen. De openbare vergadering wordt hierop gesloten. Vergadering van de Commissie, vol gens art. 158 der gemeentewet in het leven geroepen, om rapport uit te brengen over de door Ged. Sta ten voorgestelde'vereeniging van de gemeente Veen, met de gemeen te Wijk en Aalburg. Voorzitter de Edelachtbare Heer C. B. J. Landweer. Secretaris: WelEd. Heer H. M. Ver beek. Aanwezig de leden W. den Dekker, Schouten, J. Verbeek,' J. Schreuders, J. Vos en A. Kraaij. Afwezig met ken nisgeving, de heer M. Smits. De Voorzitter opent de vergadering en leest het schrijven van Ged. St. voor, waarin de motieven voor het voorstel zijn vervat. Aangezien het 't zelfde schrijven is, dat behandeld werd in de raadsvergadering van 17 Mei, volstaan wij met de vermelding. De heer den Dekker kan de noodza kelijkheid van de voorgestelde vereeni ging niet inzien, hij acht het voor de ingezetenen een groot ongerief en last en onbillijk, dat deze de straf moeten dragen, die de raad naar het oordeel der regeering, wegens zijn weigering om het ambt van secretaris en ontvan ger te combineeren, heeft verdiend. Spr. acht het verder onverantwoordelijk van de regeering,, dat zij daarvoor de vereeniging tot stand1 zou willen bren gen en wat de bezuiniging betreft,, ziet spr. niet veel terecht komen. Er zal een gemeente-secretaris en een bur gemeester overbodig worden, maar daar staat tegenover, dat in de nieuwe ge meente minstens 2 ambtenaren aan gesteld zullen moeten worden, waar door het berekende voordeel weer voor een goed gedeelte verloren gaat. Wat de volksaard betreft, moet spr. ook de bewering van Ged. Staten weer leggen, dat deze geen bezwaar op zou lelveren. De bewoners van Wijk en Veen zijn nooit hand in hand gegaan en zullen dat zeker na de vereeniging niet doen. Als er bezuinigd moet wor den is er nog wel een andere manier om te bezuinigen, het is niet noodig dat de een wordt vet gemest ten koste van de uitgeknepen levenssappen: van den ander. Het belastingverschil is niet groot. JWcuwsblad

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1934 | | pagina 9