w ©8@©8@©8@©8@©8@©8@®8@©8@ w ©8@©8@©8@®8@©8@©8@©8@©8@ W
W
w
W
Proclamatie in 1898.
Uit een radio-rede
Het vorstelijk gezin in 1913
,,Wat mij betreft, heb ik den weg tot innerlijke vernieu
wing gevonden bij de bron van het Christendom, gelijk
deze in het Nieuwe Testament te vinden is, welke bron
ieder mens, niemand uitgesloten, noodt en roept, opdat
elkeen in haar opnieuw de waarheid en het leven kan
ontdekken en vinden.
Christus' ogen leren zien.
en
Moge het mensdom door
zodoende alle gedachten, gevoelens en omstandigheden te
boven komen, die op dit ogenblik zo diepe scheiding ma
ken tussen mensen en mensen en welke toch, geplaatst
in het licht van Christus' geest als oorzaken van verwij
dering hun recht van bestaan gaan verliezen".
Uit een radiorede van de Koningin voor de Foreign Mis
sions Conference óf North America op 18 Maart 1940.
AAN MIJN VOLK!
Op dezen voor U en Mij gewichtigen dag gevoel ik Mij
gedrongen enige woorden tot U te richten.
Allereerst een woord van warme dankbaarheid!
Sedert Mijne vroegste jeugd hebt Gij Mij omgeven met'
Uwe liefde. Uit alle deelen van het Koninkrijk, uit allef
kringen der maatschappij, van ouden en jongen, ontving
Ik steeds de treffendste blijken van gehechtheid.
Nadat Mijn beminde Vader Mij was ontvallen, werd al
Uw aanhankelijkheid aan Mijn Stamhuis op Mij overge
bracht. Thans nu Ik gereed sta de schoone, doch zware
taak, waartoe ik geroepen ben, te .aanvaarden, gevoel Ik
Mij als gedragen door Uw trouw.
Ontvangt Mijnen dank!
Hetgeen Ik tot dusver mocht ondervinden liet onuitwisch-
bare indrukken bij Mij na. Het is Mij een waarborg vooin.
de toekomst.
Mijne innig geliefde Moeder, aan Wie Ik onuitsprekelijk
veel verschuldigd ben, gaf Mij het voorbeeld van een,
edele en verhevene opvatting der plichten die nu op Mij»
rusten.
Ik stel mij tot levensdoel dat voorbeeld na te volgen^,
te regeren zooals van een Vorstin uit liet Huis van Oranje
wordt verwacht. Aan de grondwet getrouw wensch Ik
den eerbied voor den Nederlandschen naam en de Neder -
landsche vlag te bevestigen.
o o
Ik wensch bij het Opperbestuur over de Bezittingen en
Koloniën in Óóst en West rechtvaardigheid te betrachten
en naar Mijn vermogen bij te dragen tot verhooging van.
Uw geestelijk en stoffelijk welzijn.
Ik hoop en verwacht, dat Uw aller steun, in welken'
ambtelijken of maatschappelijk en werkkring binnen of
builen het Koninkrijk Gij zijl geplaatst. Mij daarbij nooit
ontbreken zal.
Op God vertrouwende en met de bede, dat Hij Mij sterke,
aanvaard ik de regeering.
O o
Lasten en bevelen, dat deze proclamatie in de Staatscou
rant en het Staatsblad opgenomen en ter plaatse, waan
zulks gebruikelijk is, aangeplakt zal worden.
Gedaan te 's-Grav-enhage, op beden den disten Aug. 1898.
WILHELMINA.
H.M. de Koningin bi) Haar 25-jarig regeringsjubileum
H.Mi de Koningin met Prinses Armgard als .gelukkige grootmoeders