Onderzoek op Longtuberculose
te Heusden.
e haat
Land- en Tuinbouw
Jjterker dan d
Boekbespreking
OistfibutiemBdedelingen
Gevonden en verloren voorwerpen
Dierendag 1949.
enige muziekstukjes uit de goeie ou
we, helaas reeds lang vervlogen tijd.
Alle genoten volop van deze schone
melodieuze klanken. Geheel verzadigd
en verkwikt aanvaardde men om 9
uur de terugreis, waarbij de verlich
ting in de binnenstad van Arnhem
nog kon worden bezichtigd. Over Nij
megen ging de reis naar Grave, de
laatste pleisterplaats, na een laatste
tractatie aldaar kwamen allen hoögst
voldaan om half twaalf in Wijk te-
mg.
Een woord van zeer bijzondere
dank komt toe aan de heren Bleijen-
berg en Boumah, die door het be
schikbaar stelten van hun bussen,
deze zo zeer geslaagde reis mogelijk
maakten. De chauffeurs van Zand
wijk en van Wijk (Leen en Frans)
hebben opnieuw van him bekwaam
heid blijk gegeven, ook zij werkten
in alte opzichten mede aan het wel
slagen van deze dag.
Opgemerkt zij nog, dat mej. D. de
W. haar parapluie verspeelde in Aus-
terlitz en de heer M. de G. een aan-
-gename ontmoeting had in\ Wage-
ningen.
TVOUDRICHEM.
Voor de afd. N.C.V.B. hield
Mej. v. Woerden een rede over „Ge-
bondenen en Bevrijden". Van de afd.
Sleeuwijk en Rijswijk waren verschil
lende leden vertegenwoordigd, Het
was een leerzame avond.
De Gem. Zangvereen. „Excel
sior" is voornemens begin December
een uitvoering te geven.
De kerkelijke collecte voor de
jongens in Indië uit onze gemeen
te, bracht een bedrag van ruim f93
op.
WERKENDAM.
Tot Heemraad van de Ver-
voornepolder is bij K. B. benoemd
de heer A. Wijnja alhier.
Woensdag a.s. des avonds half
8, hoopt voor de Geref. Gem. voor
te gaan Ds. v. Dam.
De stier van de heer B. Voor
den Dag alhier, behaalde op de fok-
dag te Almkerk, een re prijs.
Ds. Chr. v. Dam alhier heeft
een beroep ontvangen naar de Ger.
Gem. van Dirksland.
- Tot loco-burgemeester alhier is
aangewezen de heer A. Wijnja en
bij diens afwezigheid weth. J. C.
Visser Jz.
Donderdag 22 Sept. a.s. zal in
de Geref. Kerk alhier als spreker
optreden Ds. P. de Groot van Meer
kerk. Aanvang half 8.
De turnvereen. „O.K.K." al
hier, wier ledental tot boven de .200
is gestegen, hoopt Dinsdag 4 en
Woensdag 5 Oct. a.s. met haar oe
feningen te beginnen in de Nutszaal.
Voor de oefenavond op Dinsdag zal
optreden als leraar de heer Heiden-
reich en op Woensdag als lerares
Mej. Heidenreich, beiden uit Dord
recht.
De E.H.B.O.-cursus begint in
deze gemeente op 14 Oct. ap. des
n.m. om .7.30 uur in het Groene
gebouw. Nieuwe leden kunnen zich
aanmelden bij de Secretaresse Mej.
L. Ridderhof, Hoogstr. 45.
24,
Ze zwegen enige ogenblikken. An
toon veegde zich het zweet van het
gelaat. De warmte was drukkend.
Vanuit zee kwamen langzaam on
weerswolken aandrijven, als dreigen
de spoken met zwarte koppen. De
lucht scheen koperkleurig en het was
alsof ze op het. punt stond (uit te
barsten. Alles wachtte op de bui,
met een zekere angst, maar met een
heimelijke vreugde, omdat ze verfris
sing zou brengen aan mensen, dieren
en planten, want alles smachtte naar
regen, naar herademing.
Hij stond op, wilde er een eind
aan maken.
„Mogen wij u een tegenbezoek
brengen in Indië?" vroeg ze, terwijl
ze haar mooie ogen vragend opsloeg
naar hem. Hij keek haar aan, maar
miste de moed haar 'te antwoorden.
Hij wist niet wat hij zeggen zou.
Hij wilde het uitjubelen: „Kom mee!
Kom mee! Dadelijk!" Maar hij wist,
dat het niet mocht, dat het niet kon.
Ze scheen hem te begrijpen, want
een blik van teleurstelling kwam
over haair gezicht. „Het zal Bennie
spijten, dat u weggaat", ze ize zacht,
„en... mij ook".
Hij keek verrast op. „Meen je wat
Zoals reeds in andere gemeenten
geschied is, zal ook de bevolking
van Groot Heusden in de gelegen
heid worden gesteld om doorgelicht
te worden voor onderzoek op long-
tuberculoze.
Deze doorlichting zal plaats hebben
op Donderdag 29 September, Vrij
dag 30 September en Zaterdag 1 Oc
tober a.s.
Ter nadere toelichting werd Zater
dag 1-1- huis aan huis een circulaire
bezorgd, waarin een en ander hier
omtrent wordt uiteengezet:
In de loop dezer week zal elk ge
zin door propagandisten worden be
zocht om bovenbedoelde circulaire,
waaraan een opgave formulier is ge
hecht, terug te halen. Eventuele be
zwaren of moeilijkheden kunnen dan
nog worden besproken.
Gezien het grote belang, dat deze
doorlichting heeft voor de volksge
zondheid, zal toch niemand zich hier
aan willen onttrekken. Het gaat hier
in de eerste plaats om Uw eigen ge
zondheid, maar ook evenzeer om die
van Uw medmensen.
Een ieder kenne dus zijn plicht
En verschijne voor het Röntgenlicht.
„EERBIED VOOR ALLES WAT
LEEFT EN GROEIT".
Bij de inhuldiging van H.M. Ko
ningin Juliana in de Nieuwe Kerk
te Amsterdam op 6 September 1948,
sprak zij over de neergang bij de
volkeren, zich openbarend in misda
digheid en verwildering der geesten
en de bestrijding daarvan:
„Geen betere wijze om dit kwaad
te bestrijden dan het opvoeden van
onze jeugd tot vrije mensen met een
geestelijk fundament, met een sterk
verantwoordelijkheisgevoel voor de
medemens, niet eerbied voor alles
wat leeft en groeit en voor eens an
ders diepste overtuiging."
Woorden diep van klank en ern
stig van inhoud. Zij plaatsen ons
voor grote problemen en doen de
vraag rijzen: Wat nu?
Ook Dierenbescherming ziet men
voor deze vraag gesteld. Meer dan
85 jaar kent zij haar doel en zij ver
loor het nimmer uit het oog. Zij weet
hoe ook het dier vaak op onnodige
wijze en in ontstellende mate lijdt on
der de misdadigheid en verwildering
der geesten. Daarbij komt, dat de
belangen van mensen vaak in botsing
komen met de eis van eerbied voor
alles wat leeft en groeit.
A-Nf-'' 4
Ons Feuilleton
je daar zegt?" vroeg hij hees.
Zij sloeg ten tweede male haar
ogen langzaam naar hem op. Hemel,
wat was ze mooi.
„Tine!"
„Antoon!"
Het was voor het eerst, dat ze hem
bij zijn voornaam noemde. Ze was
opgestaan en keek hem met schitte
rende Qgen aam als wachtte ze.
T.oen sloot hij haar in zijn armen
en bedekte haar gezicht met vurige
kussen. Maar plotseling liet hij haar
los en vroeg„Tine, 'is- het werke
lijkheid? Hou je van më?"
Ze begroef haar gezicht aan zijn
borst en antwoordde: „Ik heb altijd
van je gehouden, Antoon, reeds toen
ik je op de boot zag, wist ik al,
dat ik je liefhad".
Hij keek haar aan met zichtbare
ontroering, kustte haar opnieuw, maar
liet haar toen plotseling los en draai
de zich om.
Ze keek hem verwonderd aan en
ze greep zijn hand, maar hij schudde
zijn hoofd.
j,Het kan niet, Tine" zei hij droe-
vihg. „Ik zou je nooit gelukkig
kunnen maken. Integendeel, ik
zou jullie beiden diep 'ongelukkig...
Er is iets... maar nee, Ik kan het
De nieuwe tijd, waarin wij leven,
brengt nieuwe opgaven. Aan het eco
nomische, culturele en opvoedkundige
streven der Nederlandse Vereniging
tot Bescherming van Dieren worden
hoge eisen gesteld, temeer omdat
haar werk wordt gedragen dooreen
zedelijk fundament, immers de ver
hoging van het zedelijk peil van ons
volk. Hetgeen Dierenbescherming be
reikt heeft en nog bereiken zal op
het gebied van de wetgeving en de
goede behandeling van de dieren,
komt ten goede aan gemoed en wel
vaart van de gehele natie.
Daarnaast moet met taaie hardnek
kigheid de strijd worden gevoerd,
niet alleen tegen ingewortelde wan
begrippen, vooroordelen, onkunde en
onverschilligheid, maar ook tegen
heersende misstanden. Méér nog dan
voor de, oorlog vinden wij deze op
alle terreinen waar mensen en dieren
met elkander in aanraking komen.
Een opgave van gruwelen zullen
wij in dit bestek niet leveren, het
is te erg. Maar het stelt ons allen
voor het feit, dat ook wij verant
woordelijkheid dragen.
Vanzelfsprekend is het goed, dat
strenge Overheidsmaatregelen het
kwaad tegen gaan, maar nog nodiger
is, dat de onbarmhartige verruwde
mens veranderd. Ons volk moet nog
wakker worden gemaakt, het moet
duidelijk zien uit welke achtergrond
van verruwing en ontaarding het mis
handelen van het dier opkomt. Ach
ter daden werken verborgen krach
ten.
De Minister-President Dr. W.Drees
schreef onlangs: „Wat de Nederland
se Vereniging tot Bescherming van
Dieren gedurende vele jaren heeft
gedaan en nog voortgaat te doen is
mooi en belangrijk werk. De be-,
scherming van dieren is tevens het
dienen van de menselijke bescha
ving".
SIL DE STRANDJUTTER door
Gor Bruiijn. Geïllustreerd door de be
kende 'kunstenaar Antoon Pieck met
zeer vjele zwart-wit tekeningen.
De eerste Terschellinger roman in
onze literatuur.
Terschellingerland herbergt een
prachtig mensenras, gëhard in weer
en wind, met een ontembare levens
moed a'ls het geldt de zee te be
vechten ep haar in de hevigste stor
men de buit te ontroven.
Sil, hartstochtelijk strandjutter,
steeds zijn eigen leven in de waag
schaal stellend mensenredder, zien
wij midden in de nacht dwars door
de duinen draven en, zijn paard in
de wOést-kolkende zee drijvend, een
klein meisje uit de sloep van een
gestrande Zweedse brik redden. Dit
meisje, Lobke door hen genaamd,
je niet vertellen. Geloof ine, Tine,
het is beter, dat ik wegga, het zou
een misdaad zijn, a'ls ik jouw leven
aan de mjjne Verbond".
Ze keek hem verschrikt aan. „Maar
Antoon ,verte^ me dan de réden, zeg
dan wat er is, waarom we samen
niet gelukkig mogen worden. Geloof
je nief, dat mijn liefde sterk genoeg
is, om je alles te vergeven?"
Hij keek haar aan en greep haar
hand.en. „Alles Tine? Alles?" vroqg
hij hunkerend.
Ze boog het hoofd. „Is het dan zo
erg?" 1
Hij knikte. „Ja, 'tis in jouw ogen
onvergeeflijk".
Toen stond hij recht en vermande
zich. „Het is beter dat ik nu weg
ga", zei hij zacht.
Plotseling ging de bel over.
Ze keek even naar buiten, stond
:op en zei haast bevelend: „Blijf,
blijf in elk geval tot Bennie terug
komt". Toen ging ze de deur uit,
de gang in.
Hij ging zitten op de divan. Nu
had hij zich toch uitgesproken,- maar
hij had haar zo hef, zo onuitsprekelijk
lief en zij beantwoordde zijn liefde.
Ja, en ze haatte hem tegiejijk. Dat
was mooi! Ha, ha! Ze moést eens
weten...! Maar neen, ze mocht het
beslist niet weten, het zou haar ten
gronde richten en dat mocht niet.
Zij was goed en rein en hij mocht
haar niet bezoedelen met zijn handen,
die eens een mens gedood hadden.
Dat mocht niet. Er was ellende genoeg
in de wereld. Hij moest zijn last
alleen dragen. Er was geen uitweg.
Hij kon het juk niet van zich afwer
aan vaar den hij én zijn sterke, god
vruchtige vrouw Jaakje als hun ei
gen kind, om het op te voeden met
hun beide zoons, de wispelturige Jede
en de zachtmoedige, zelfbewuste
Wietse. 'De karakters van deze vijf
mensen, de moeilijkheden, die Sils
sterke wil in het samenleven mét
zijn zoons veroorzaakt, de liefde van
de beide jongens voor hun pleeg
zuster, ontwikkelt de auteur in deze
'grote roman op sterk beeldende en
suggestieve véijze!
Gebonden f 5.90. Verkrijgbaar in
de boekhandel fa. L. J. Veerman
te Heusden.
Bewaring van Aardappelen met FUSAREX
De Engelse Ba yerf a brieken zijn er
in geslaagd na jarenlange proefne
mingen een middel te vinden dat
de hodubaarheid van aardappelen oij
opslag bevordert.
Na de oorlog is dit middel, dat
onder de naam Fusarex in de han
del wordt gebracht, ook in Neder
land beproefd. In samenwerking met
de Landb.voorlichtingsdiensten heo-
ben Je heren Dr. J. de Jong en Dr;
J. C. Mooi van Wageiiingen prachtige
resultaten met Fusarex geboekt.
Hoewel Fusarex in de eerste plaats
aangewend werd' ter bestrijding van
droogrot Fusarium, bleek bij proef
nemingen dat de eigenschap van Fu
sarex om de kieming te verhinderen
zeker niet minder belangrijk was, ja
waarschijnlijk nog belangrijker dan
hec tegengaan van rot.
Vooral voor de vroegspruitende ras
sen als Eersteling, Eigenheimer en
Bintje is een behandeling met Fusa
rex een uitkomst.
Hoewel groeistoffen ook een kiem-
remmende werking hebben, werkt Fu
sarex effectiever. Het is een wit poe
der, bestaande uit een werkzame stof,
gebonden aan een draagstof. Bij het
aan de kuil brengen kan men b.v.
met een busje het poeder over de
aardappelen strooien, waarbij wel ge
zorgd moet worden voor een gelijke
verdeling. Daar de werking berust
op een langzame verdamping wordt
ten met een laag grond. Toepas-
de kuil na toediening geheel afgeslo-
sing van Fusarex kan geschieden bij
het aanbrengen van aardappelen aan
de winter- en zomerk'uil. De te ge
bruiken hoeveelheid bedraagt onge
veer 41/2 kg per 1000 kg aardappe
len. Toepassing van Fusarex bij be
waring van aardappelen in zakken is
eveüeens mogelijk en de houdbaar
heid van aardappelen wordt daarmee
aanzienlijk verbeterd.
Na het uit de kuil halen is 'Eet in
vele gevallen, vooral wanneer men
vroeg wil uitplanten, noodzakelijk de
aardappelen te laten voorkiemen b.v.
in poter bakjes. De dan nog op de
aardappelen aanwezige Fusarex zal de
spruiting niet meer knunen beïnvloe
den. 1
Het ligt voor de hand dat de met
Fusarex behandelde aardappelen
krachtiger zijn dan, de onbehandelde.,
daar ze niets aan reserves hebben
verloren. De proeven hebben dan ook
uitgewezen, dat de opkomst van be-
nanaefde aardappelen dikwijls beter
was dan die van de onbehandelde.
De toepassing op cansumptie-aard
appelen wordt in Engeland op grote
schaal toegepast doch hier in ons
land nog proefsgewijs.
Dr. J. C. Mooi noemt in zijn rap
port o.a. 8 belangrijke punten en
voordelen bij gebruik van Fusarex.
ie. Aangezien geen spruitvorming
optreedt behoeft niet omgezet te wor
den. Dit betekent dus minder werk
en geldbesparing. Alleen hierdoor ai
kunnen de aanschaffingskosten van
Fusarex betaald worden.
2e. Voorts is het een voordeel dat
de aardappelen kunnen blijven liggen.
Hoe minder ze verwerkt worden hoe
beter het is.
3e. Er treedt minder rot op dan
in onbehandelde kuilen.
4e. De houdbaarheid van de aard-
apjrélen, nadat ze uit de kuil geko
men zijn, is ook veel beter.
5e. Het uiterlijk van de behandel
de aardappelen "is beter. Ze zien er
soms juist zo uit als ze in de kuil
gekomen zijn.
6e. Er is minder gewichtsverlies,
aangezien niets door spr.uiting verlo
ren gaat.
7e. Men kan een zwaarder winter
de k aanbrengen, zonder het risico te
lopen, dat hierdoor veel spruiting op
treden zal. Dit verhindert het gevaar
voor bevriezing zeer.
8e. Het verwerken van de aard
appelen bij het opruimen van de
kuil is veel gemakkelijker dan van
aardappelen van een onbehandelde
kuil. Dit is vooral het geval wanneer
in de onbehandelde kuil de spruiten
door elkaar gegroeid zijn. K.
NIEUWE WERKKLEDINGBON-
NEN.
"Het Centraal Distributiekantoor
deelt mede, dat de bonnen voor werk
kleding H 18 en L 18 tot nader order
geldig zijn voor het kopen van werk
kleding.
De bonnen H13 t.m. H17 en L 13
en L 17 blijven voorlopig geldig.
GEVONDEN: een medaille met in
scriptie „T.O.P. 70 jaar eerevoorz."
Inl. Groepscommandant Rijkspolitie
te Capelle.
VERLORENeen bruin lederen
portefeuille, inhoudende f 80 en eni
ge kaasbonnen; een fototoestel (Box),
merk en nummer onbekend, gebor
gen in, bruin zeildoeken tas met
zwart leer afgezet; een zwart leren
motorjas, inhoudende een motorket
ting en grote Engelse sleutel en een
gouden tientje, vermaakt als broche.
Inl. Groepscommandant Rijkspolitie
le Capelle.
GEVONDEN: een portemonnaie
met inhoud, tussen Herpt en Heus
den.
Terug te bekomen bij C. v. d.
Wiel te Hedikhuizen.
V' H. van Heeswijk j
Oorspronkelijk Nederlandse roman
pen. De last scheen aan hem te zijn
vastgegroeid. Hij kon er niet meer
van af komen, hoe vaak hij het ook
al geprobeerd had. Hij zou er in
moeten berusten, lot de dood hem
zou komen verlossen.
Buiten naderde het onweer, de
lucht betrok. Een dof gerommel be
wees, dat het niet lang meer op zich
zou laten wachten. Langzaam begon
het te waaien, eerst een paar ka urne
rukwindjes met tussenpozen van ver
raderlijke stilte, de stilte voor de
storm. Het begon te regenen, eerst
langzaam, grote druppels die kletter
den op de verdroogde grond en de
verdorde bladeren van boom en plant.
Hij keek naar buiten, droevig, maar
voelde de harmonie van de natuur
en zijn gemoed op "dat moment.
Plotseling werd hij bleek, hij hoor
de een stem, een bekende stem. Hij
storid op en hep naar de deur, luis
terde naar degenen, die daar in de
achterkamer een gesprek met elkaar
voerden. Maar dat was immers Ro
denberg en toch... nee, 'twas Ro
denberg niet, zijn stem leek op hem,
maar toch wvas het alsof hij een oude,
bekende klank hoorde.
Toen hoorde hij Tine. „Het spijt
me, meneer Rodenberg, dat ik uw
gevoelens niet kan beantwoorden.
Mijn hart behoort aan een ander".
„Zeg dan tenminste, dat ik hopen
mag, mevrouw'".
„Ach nee, doet u het niet, het
zou nutteloos zijn, het doet me wer
kelijk leed voor u, doch zoals ik
zei..."
„Is het die andere? Die Indiër?"
„Mijnheer!"
Hij hoorde een schorre lach. „Zó,"
vervolgde de man op schampere toon,
„'heeft hij dus mijn raad in de wind
geslagen. Nu, mevrouw, dan wens
'ik u wel geluk met die..."
„Zwijg!" Als een donderslag had
dit woord door de ruimte geklonken.
Antoon had zich niet langer kunnen
bedwingen en was de kamer 'binnen
gekomen en met hem rolden de eer
ste onweerslagen knetterend en rate
lend door de lucht, als wilden zij
dat ene woord kracht bijzetten, om
de uitwerking ervan te doen ver
meerderen.
Beiden, de man en de vrouw,
schrokken en keken naar het drei
gende gelaat van Antoon in dé deur
opening.
Rodenberg, want deze was het in
derdaad, kreeg het eerst zijn zelfbe-
hersing terug. Hij lachte sarcastisch
en zei de
„Zo, zo, mevrouw van Hoogstraten,
houdt u er tegenwoordig ook nog
een verspieder in huis op na? Ik
mapk u wel mijn compliment, dat ge
alles zo mooi afgeluisterd hebt, mijn
heer..."
Met één sprong was Antoon bii
hem en greep hem bij de schouders.
Wit van drift siste hij de ander
toe„.Houd je mond kerel of an
ders..." Toen zweeg hij en liet zijn
arm slap neerhangen.
D,e ander was niet geserokken. In
tegendeel, hij was koelbloedig blij
ven staan en hij nam zijn mededin
ger met een verachtelijke blik van
top tot teen op.
(Wordt vervolgd).
r.'i t
PALM
■tUBMBBHBIBiMi