Bekendmaking. Wachters ROTTERDAM-AHOY Gevonden en yerloren voorwerpen BI] DE BALANS door H. M. die Koningin geopend. Diepzee-slvow op de Tentoonstelling Wonderen van 'de zeebodem. 15 Juni15 Augustus. Met het luiden van de scheepshol van de „Jan van Galen", het schip, dat bij de verdediging van Rotterdam in de Meidagen van 1940 teil onder ging, heeft H. M. de Koningin, die vergezeld was van Z.K.H. Prins Biernhard, Donder dagmorgen de gro te havententoonstelling „Rotterdam Ahoy" in de Maasstad geopend. Ve le hoge autoriteiten waren getuige van deze plechtigheid en volgden de Koningin en Prins Bernhard op hun rondgang over de expositie. Uit deze grote belangstelling van officiële zijde moge blijken van welke grote nationale en zelfs internatio nale beikenis deze expositie is. Im mers in deze tentoonstelling toont Rotterdam aan het eigen volk en aan die gehele wereld, welk een enorme prestatie het heeft geleverd door het havenherstel in de betrekkelijk korte periode van vijf jaren te voltooien. Want de vreugde en de trots over dit herstel toont de achtergrond van „Rotterdam Ah oy Tol de vele merkwaardigheden welke in het uitgebreide amusemenls- gedeelte van de Tentoonstelling Rot tend am-Ali oy' zullen zijn te bewon deren, behoort, de z.g. diepzee-show welke is ingericht met de knap ste lichttechnici van de N. V. Phi lips. In een 600 m2 groot paviljoen, waarvan de buitenwanden in hun aardige decoralie's reeds iets verra den van wat er binnen te zien is, is een grote stellage gebouwd, welke de bezoekers de sensatie geeft, dat zij zich in een soort duikboot bevinden, een onderzeer evenwel, welke, in te genstelling tot de echte, voorzien is van niet minder dan 18 grote pa trijspoorten. En om die kijk-vensters is het nu juist begonnen. Wie aan de ene zijde een blik door zulk een rond raam werpt, ziet, wat de oce anen op hun diepste plaatsen aan schoonheid en interessants hebben te bieden. Met nadruk zij er op ge wezen, dat alles wetenschappelijkvol- komen is verantwoord. Alleen is, ter wille van de duide lijkheid, een en ander op een wat grotere schaal gemaakt. Het phosfo- riseren van al die voor ons zo merk waardige dieren en planten levert in de intense duisternis van het inkt zwarte water een boeiend en bekoor lijk schouwspel. Wie door de patrijspoorten in de tegenoverliggende wand blikt, ziet eveneens in de wereld-diep-onder-wa ter, maar nu aanschouwt hij tafere len, welke aan de fantasie en meer in het bijzonder aan de mythologie zijn ontleend. Hier zal hij Neptunus zien, bezig met het repareren van drietand; wonderlijk mooie zeemeer minnen zweven rond; een deel van het verzonken Atlantis is zij het op enigszins vrijmoedige wijze ge reconstrueerd; een zeeduiveltje dar telt tussen het wier, kortom, deze unieke show is bijzonder aantrekke lijk, onderhoudend en leerzaam. Ongetwijfeld zullen zeer velen een blik door de patrijspoorten komen werpen. Zij zullen er geen spijt van nebben. Een dergelijke show is vol komen origineel en is nog nergens ter wereld vertoond. Samenvoeging van Werken dam, de Werken en Sleeuwijk De Tweede; Kamer heeft z.h.s. het wetsontwerp' goedgekeurd, strekken de tot samenvoeging van dé gemeen ten Werkendam' en De Werken en Sleeuwijk'. De heer v. d. Heuvel (Kj V.P.) was het zonder meer duidelijk, dat de, belangen van "Werkendam en De Werken parallel liepen. Wat Sleeuwijk betreft Hagen de verhou dingen echter wél enigszins anders. Toch wilde hij ,zijïi stem aan het wetsontwerp1 .geven. Ook de heren Bieemink (C.'H. Verkerk (A.R.) en Ritmleester (V V.D.brachten de: speciale positie van Sleeuwijk ter sprake. De heer Beernink vroeg zich af of Sleeuwijk niet als afzonderlijke gémeeinte le vensvatbaarheid zou hebben. De héér Verkerk (A.R.) ging er van uit, dat Sleeuwijk niet later nog eeims wéér aan iee:n andere gemeente zou wor den toebedeeld. Dé heer Ritmeester (V.V.D.) wees er op, dat Werkendam blijkbaar nieuw industrieterrein bei- geerde, maar, zo vroeg hij zich af, zou Werkendam niet goed dioen met eerst de verloren gegane industrie weer op te bouwen? Minister Teulings was; het mét ver schillende sprekers' eens, 'dat in be o-aaide gevallen mlet samenwerking kan worden volstaan. Hier is echter iet hele bestuurlijke gebieid in de sfeer van samenwerking komen te liggen én in zo'n geval was het beter tot samenvoeging 'te 'hesluiten. Hij bad biermlede zelfs niet wililén wach ten tot de Biesboschkwes'tie wahop gelost. De minister achtte het niet wenselijk om van Sleeuwijk een apar te gemeente te mlajkén. De Wierkin en Sleeuwijk hebben géén grens, er is lintbebouwing en oiok op ander gebied pleit alles voor samenvoeging. De minister besloot de verdbdigiing van het wetsontwerp mét de wens, dat de samen te voegen gemeenten zouden mogen uitgroeien tot een krachtige gemeente aan de rand van de Bies'bosch. (Prov. Noordbrab. Ort.) Antwoord: Hé'bt u al1 ééns gepro beerd kamfer in de gaten te doen, waardoor de mieren binnenkomen of fijngemlaakte naftalineballetjesdoor het huis te strooien? C. Hl Wiji hébben een hond, een duitse herder, die last heeft van ongedierte (vlooien enz.) Wat is hier tegen te doen? Antwoord: U moet beginnen met de hond wekelijks te wassen, in lauw water en met gele zeep. 's Winters moet dit binnen gebeuren. Na het wassen, als de hoind goed droiog is, moet u heiml inwrijven met brand spiritus, vermengd met maftaline. Ook wordt poeder met DDT aangeraden. Weest u met dit -middel echter voor zichtig omdat men er nog steeds niet zeker van is, dat dit ongevaar lijk voor de huisdieren is. Behande ling met lysol is eveneens goed, doch u moet ervoof zorgen, 'dat de hond dit niet af kan likken. Ditkunt u voorkomen door de bond een karton nen kraag om' de hals te doen. Weetgraag. Ik héb een schoon zuster die ernstig ziek is. Zij heeft slechts een kleine begrafenisvierzeké,- ringzijn haar broer en zuster ver plicht haar begrafenis te helpen be kostigen? Antwoord: Nu zij kinderen heeft, behoeft deze vraag niet bij u op te komen immers, deze' zullen daarvoor moeten zorgen ,- pp broers en zusters rust deze verplichting niet. iM. B. Een coöperatieve vereni ging heeft een schuldbekentenis groot f85.opgegeven aan een haper le den, welk bedrag iri 10 jaren zou worden uitbetaald. Thans weigert de c.v. dit aan de erfgenamen van dit lid uit te betalen. Is dat juist? AntwoordDit hangt er geheel van af op welke voorwaarden deze schenking, waarvoor een schuldbe- kentetiis werd afgegeven, is gedaan. Zoals u de feiten stelt, zal' de c.v. aan de erfgenamen van "het lid (dat zijn dus uw moeder en u) dezelfde-pres taties moeten verrichten als aan wij len uw vader. U beiden bent in zijn rechten getreden. ■Sommeert: u de c.v. dus nog eens tot nakoming van haar betalingsplichten en roept u, zo nodig, juridische hulp in. VEEN Achilles 1 trok j .1. Dinsdagavond niaar Rijswijk, waar op hét terrein van „Rijswijkse Boijs" de Bekeiyfi- uale werd gespeeld tussen G.J.S. 1 en Achilles 1Ook vérleden jaar wist Achilles het in 'de Beker-com petitie tot de finjalé; te brengen, maar toen werd mét strafschoppen ver loren. 'Rieeds direct na die aftrap was thans eChter te z'ien, dat de Groen wit teil zich niet zo' miaar giewonpein zouden geven. Het doel van G. J.G.; werd voor de rust dan ook zwaar belegerd, maar piaal' en lat bracht menigmaal redding voor die tegeni- partij. Doch kort v|oor de pust kwam toch bet verdiende, doelpunt voior dér ze v-elé "en go-ede aanvallen, toen de middenvoor van Achilles de bal kréég aangespeeld, op een schitterende mlat- mier de hélé G .J.S.«-verdediging om speelde en toen onhoudbaar inschoot (1—o). -Nia de ruist was het echter G.J.S. dat meer in die, aanval was, doch de Achilferve;rd©diging wias pa raat, met doelman v. dl. P101H aain het hoofd en sloeg elke .aanval1 af. G.JjSr kreeg eenlmlaal echter de kaè;s van 'de dag toen hun middielnvoior alléén voor de idoelman kwam te staan, zijn schot was Zeer hard en goieid! 'ge richt, doch doiel'mlan v. d.. Pioil was op zijn plaats, én wist elein zeklëh schijnend doelpunt te voorkomlen, Hierna kwamiein nog wiel eien paar aanvallen aan beidé- zlijidlep, doch tot doelpunten kwam het niet mlëer, zodat toen die zeer goed leidende scheidsrechter Drost hét einde flooit van deze wedstrijd, Achillés deze ver diend had gewonjnén. 1 Groen-Witten 'naméns, allé suppor ters van harte proficiat mét deze fraaie en ver diendie overwinning. Die A chillies- junioren wonnen j.l. Woensdag met 21 van 'dé Aalburg- junioren, L Die Burgemeester van Heusden mjaakt bekend, dat gedurende twee wieken na dagtekening dezes, koste loos -op de secretarie ter inzage lig gen, de stukken betrekking hebbgln!- de op de onteigening van enige per celen ten name van de geméjente Hieusdein en ten behoeve van het weder opb ou wplan. 1 Die Burgemeester van Heusden, A. VAN DELFT. Heusden, 15 Juni 1950. Burgemeester en Wethouders v,ap Heusden brengen ter openbare ken nis, dat bij besluit van de Provinj- ciale Staten van Noordbrabant van 24 Januari 1950 is vastgesteld de „Verordening tot bescberining van liet landschap sscho om in de provincie 'Noord-Brabant", waarin met betrek king tot opschriften, afbeeldingen, op slagplaatsen, benzinestations, enz., voorschriften ter bescherming van het landschapsschoon zijn gesteld. Die 'betreffende verordening ligt voor belanghebbenden ten gemeen tehuize ter inzagë. 1 De inrichtingen-of zaken, gelegen binnen de bebouwde kom1 der ge meente, vallen niet onder deze ver ordening. Burgemeester en weth. voornoemd. A. van Delft, Burgemeester. Th. M, Buijs, Wethouder. Heusden, 14 Juni {950. GEVONDEN een groen geruit da- menni an Leitje. Terug te bekomen bij W. v. Stra len, metselaar en aannemer te Ahn- kerk. VERLOBENin Genderen, tussen witte brug en volgende brug, een blauwe werkkiel. Terug' te bezorgen aan het bureau van dit blad. VERLOREN: op de weg van Dron gelen naar Eethén, een rood lederen portemionnaie. Intl.. bij dé Rijkspolitie te Eethein. W. v. D. Hoelang moet een aan nemer, wanneer ik een nieuw huis heb betrokken, voor dat huis in staan? Ik bedoel, dat er .geen scheu ken in de muren, vloeren en derge lijke komen? Vr. 2. Ik heb een ha eigen land. Daar heb ik altijd een Organisatie- irammer voor gehad, dat is nu inge trokken, mag ik dat land nu zelf bewerken? Tot wie moet ik mij wen den om een nieuw Organisatienuni- mer te verkrijgen Antwoord: 1. Wanneer een huis gebouwd wordt, gebeurt dat meestal onder toezicht van -een architect. Naar gelang het huis vordert, wordt meestal de houws-om voldaan, bijv. eerst 10 pCt., is men aan het plafond toe, dan wordt bijv. 25 pCt. van de bouwsom voldaan enz. Is het huis af, dan kan er bijv. nog 10 pCt. staan. Deze 40 pCt. moeten in de tijd, die kan variëren van 3 maanden tot 1 jaar voldaan worden, de z.g.n. op leveringstermijn. Dat is dus de tjjd, waarin kan blijken of het huis naar behoren gebouwd is. 2. Wanneer het land uw eigendom is, kunt u het behouwen. Een nieuw Organisatie-nummer moet U aanvra gen bij de Provinciale Voedselcom- missaris. A. H. Ik ben reeds van mijn jeugd af in vaders zaak, ook na mijn huwelijk. Er is voor mij wel loonbe lasting betaald, maar geen verplicht i ziekenfonds e.d. Wel heb ik' mil vfji- J willig verzekerd tegen ziekte, in het I ziekenfonds, ongevallenwet e.d. en I heb daarvoor premie betaald. Nu krijgt mijn vader een aanslag voer ongevallenwet, ziektewet, ziekenfonds en kinderbijslagwet van de Raad van Arbeid, groot f 591. 97. Moet dit nu zonder meer betaald worden, dan I betaal ik toch 2 maal premie? 1 AntwoordJa, u zult deze aan slag moeten betalen. Dé Raad van Arbeid heeft gegronde redenen me nen gehad te hebben om aan te ne men, dat u op dezelfde voorwaar den in diénst bént als een vreemde arbeider: moet nu o,ok de ver plichte premies betalen. C. v. W. Ik ben 66 jaar en heb nu voor de eerste maal van de Nood wet Drees gehad. Daar ontvang ik f44.39 van, de ouderdoms verzekering inbegrepen. Hoeveel mag ik nu per week bijverdienen Antwoord: Om voor een uitkering van de noodwet ouderdomsvoorzie ning in aanmerking te komen, mag uw jaarlijkse inkomen in een eerste klas gemeente f875.niet te boven komen. '(Wij nemen aan "Hat (u niet getrouwd bent) Voor een 2e' klas ge meente is dat f825.voor een 3e klasse f775.4e klasse f725.en 5e klasse f675. Salomo.. Wij hebben in ons huis veel last van zwarte mieren. Wat kunluen wiji hieraan doen? Ons Feuilleton door W. Kerremans 54- „Ziji hoort niets van u en begrijpt dus dat u niet aan haar denkt en dat nooit enige liefde 'bij u is opge komen voor, haar. Er mieidt zich een ander, die doortastender handelt en die... Hoe oud was zij; toen? „Bijna 17 jaar". „Nog veei te joing. Die mian, die haar vroeg 'handelde niet goed. U hebt in dat opzicht béter gedaain. iMjaar dat komt hier niet ter sprake. U zijt heengegaan en zij accepteert die ander. Waaruit kunt u, vraag ik u, concluderen dat zij u niet lief had? Ik zie daarvoor niet die ge ringste aanwijzing- Het is natuurlijk taiogelijk dat het zo is,, maar er is geen spoor van 'bewijs, van enige ze kerheid ien ik begrijp zielfs niet waar uit u tot het vermoeden zijt geko men, dat Zij, u niet lief heeft". „U kent iniet allé feiten, dominee", zei Roelants ernstig. „Zij huwde die man, die een gemeen mens bleek te zijn. ein haar diep ongelukkig maak te. Hij overleed... plotseling entoen... Nu toen heb ik haar enkele dien sten bewezen en daarna is zij bij haar moeder gaan wonen". „Ik wacht nog op enige verkla ring of wat ook, waaruit ik' haar oordeel omtrent u kan opmakén". „Dat zal ik u zeggen. Zij heeft nadrukkelijk gezegd, dat ik haar Vriend was". j De dominee bleef stilstaan en keek Roelants onderzoekend aan. „Spreekt u nu in ernst?" vroeg hij, „of vertelt u mij miaar wat". „Maar dominee, hoe kunt u zo iets 'denken, als ik mijn gevoelens' aan u openbaar?" „Ik moet bet wel denken", zei de heer Lelie, zijn weg vervolgend, „want wat u mij1 verteld hebt is zo.Ik wil niet zeggen dwaas, miaar ik kan geen zachter term1 vin- iden. Zo onbegrijpelijk zal ik1 maar zeggen, dat het mij geen ernst lijkt. Zij noemt u haar vriend en dat ver taalt u in: ik wijs je af. Kijk eelns hier Roelants, i'k laat dat meneer wieg ,bet past niet in dit onderhoud, wij kennen de vrouwen heel, heel weinig. Ieder die zegt de vrouwen te kennen is, of ©eh 'bluffer of iemand die niet het 'minste 'begrip heeft van de gecompliceerde en zo, van ons mannen verschillende psyche der vrouw. iMisschien dat de psycho logie, die nog maar aan die eerste ophaal van de létter A 'bezig is, haar beter zal léren kennen als, die we|- tensehap', op de helft van het alphla'- bet is gekomen, miaar nu kennen wij haar niet, zo, goed als, niet. Alleeln ©en. paar dingen weten we e,n daar toe behoort, dat zij aangeboren schuchterheid en terughoudendheid beeft jegens, de man, die zij liefheeft en die haar zijn liefde niet verklaart. Dat weet u evengoed als ik. Die jonge vrouw, die Marie, zegt tot u en nog wel :met nadruk, «Jat iu, haar vriend bent. U, die de taal dier vrou wen al zeer slécht kent, vertaalt het weer volkomen fout door er van Jé maken: vriend betekent: ik heb je niet lief. Hebt u er wel e©ns over nagedacht, wat dj volgens, u had mioe- ten peggen inplaats van dat mlet na druk geuitte „vriend". Had zij moei ten zeggenik wil datje mijn mini- naar zult zijn, dat je mét mij huwt?" „Neen, neen, dominee, uw gedach-, tengang én uw conclusies zijn juist voor u omdat u niet alle bijomstan digheden kent. Ik héb eens toen Zij zeer bedroefd was, haar genaderd en wilde haar met teen voorziéhtigé liefkozing, een streek over het haar of éen hand op haar schouder, moed inspreken, miaar nog voor ik haar genaderd was, wees ze mij terug..." „Goed, ga verder- Ik luister. Wat gebeurde er toen?" „Niets. Ik trok' mij natuurlijk te rug". „Komaan. U hebt dus 3 feiten, die voor u bewijzen dat zij u niet liefheeftie dat zij met een andier is gehuwd, zonder iets van uw lief de voor haar te weten, 2e dat zij u gezegd heeft dat zij u als een vriend beschouwde en 3e dat zij niet toe liet dat u haar aanraakte. De twee eerste heb ik besproken. Het der de punt is als bewijs voor uwe mie:- nimg wel het zwakste van de drie, hoewel er eigenlijk geen bij is die niet uitmunt door zwakheid en ste riliteit. In die behoedzame afwering, Roelants, kan ik niet anders zien dan een symptoom, dat zij je lief heeft, dat zij er naar snakte dat je haar in je armen zoudt neimen en troosten..." „En. daarom weerde zij mii juist af?" „Ja Roelants", herhaalde die domi nee met sterke nadruk op elk woord, „daarom juist weer die zij je af. Wan neer zij jie niet lief had zou zij het prettig gêvondein hébben en toegela ten, dat je haar streelde, ieens op' die schouder klopte, desnoods eens kuste, maar omdat zij je wel liefhad, omi- dat zij er naar huinkerdé door jou getroost te worden in je armen, weer de zij die arme; ziel je af, omdat zij wist en hiet zondér goede redien dat jij haar niét be minde. Zij heeft iin dat korte ;oigenr blik van jouw stappen in haar rich ting snel gedacht én nog smellier ge reageerd. Dit heeft zij toen doorge maakt daar komt Roelants naar mii toe. Hij zal mij aanraken, o hoe heerlijk zou 'dat zijin, miaar alls hij mij aanraakt zal ik bezwijken, zal' ik mij zelf niet m|eer kuinnen be dwingen, zoals ik niu doe en zal' ik hem' zo' hartstochtelijk omarmen dat hij het niet anders, dan ©eh liefdes- verklaring van mij kan begrijpen. Wat moet hij dan doen Mij zeggenneem me niet kwalijk Marie, miaar dat is mijn bedoeling niet? Of zich uit be leefdheid houden alsof hij mij ook liefheeft? Zoiets meet haar met wilde vaart door het hoofd zijn gegaan en voor je de tweede pas. had gezet, wees haar .arm; en haar hand je terug". I De dominee zweeg en Roelants zweeg Hij was diep geschokt door hetgeen ds.. Lelie had gezegd. Hét klonk allies, zo eenvoudig en waar, zto logisch en. haast onaantastbaar. Als het eens waar was. Al's bet eens waar was.Hij was biaing ier aan te denken en wildé die gedachte nog wat terugwijzen. Daarom begon hij zonder juist te weten want hij ging zeggein1 „Miaar do minee „Ga voort Roelants, ik luister met belangstelling naar wat je wilt zeg gen". „Als het waar is, wat u veronder stelt, dan, zou Yon... Marie bedoel ik, wel eens... hm ik1 bedoel;...'" „Je bedoelt Roeliants, dat zij het jou wel gemakkelijk had kunnen ma ken, door een vriendelijk Honkje, een aangehouden handdruk, een Uitda gende oogopslag iof een van die velé in zulke gevallén gereed liggende mid delen, Hoe zou je dat gevonden hejbt- ben?" „Neen, zulke uitingen bedoel ik niet". „Anders dus, maar in elk geval komende van haar kant. Jij had je plicht gedaan, door in diepe stilte verliefd te worden op Marie, haar met geen woord of gebaar daarvan ooit iets te laten blijken en dus moest zij jou, van wien zij niets wist, ko men zeggen ik bedoel daarmede niet precies in woorden, moest zij jou doen blijken: ik heb jou lief. Ik ben bang Roelants dat je die vrouw groot onrecht hebt aangedaan. Had tenminste eenmaal mét haar gespro ken. Zij bleef na de dood van haar man in móefujke omstandigheden achter zei je..." (Wordt vervolgd

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1950 | | pagina 2